E-mail
•
Een pictogram in de rechteronderhoek van een toets geeft aan dat er accent- of
aanvullende tekens beschikbaar zijn. Selecteer de toets en houd deze ingedrukt om de
bijbehorende tekens in een pop-upmenu weer te geven. Selecteer het gewenste teken uit
het pop-upmenu.
•
Selecteer Toevoegen aan adresboek om een contactpersoon in het adresboek te
definiëren of voeg het e-mailadres toe aan een contactpersoon.
Opmerking:
Als e-mailcodering is ingeschakeld, kunnen e-mailberichten alleen worden verzonden
naar ontvangers met een geldig coderingscertificaat. Met codering kan het bericht alleen worden
gelezen door de beoogde ontvanger en door niemand anders. Als e-mailondertekening is
ingeschakeld, weet de ontvanger bovendien zeker dat het bericht daadwerkelijk afkomstig is van de
persoon die als afzender wordt aangegeven.
8. Selecteer Toevoegen.
•
Als u het document naar meer dan één ontvanger wilt verzenden, selecteert u Ontvanger
toevoegen en voert u het e-mailadres in. Selecteer dan nogmaals Toevoegen. Herhaal
deze stap totdat u alle ontvangers hebt toegevoegd.
9. Selecteer de toets Sluiten om de door u ingevoerde informatie op te slaan.
10. Selecteer het tabblad Opdrachtmodule.
11. Selecteer de toets Opbouwopdracht.
12. Selecteer de toets Aan om de functie Opbouwopdracht in te schakelen en de opties voor
Opbouwopdracht beschikbaar te maken.
•
Selecteer zo nodig de toets Uit om alle door u ingevoerde instellingen te annuleren.
13. Selecteer de toets Opties... en kies de gewenste opties.
•
Venster met overzicht tussen segmenten weergeven toont de status van uw opdracht
na het scannen van elk gedeelte.
•
Opbouwopdracht uitschakelen nadat de opdracht is verzonden schakelt de functie
automatisch uit nadat het laatste segment is gescand.
14. Selecteer de toets OK.
15. Selecteer de toets OK.
16. Selecteer de gewenste opties voor het eerste segment van de opdracht.
•
Als u Opbouwopdracht voor een opdracht met tabbladen gebruikt, moet u zorgen dat de
tabbladen correct zijn geplaatst en selecteert u de lade waarin de tabbladen zich bevinden.
Opmerking:
Als er tabbladen worden geselecteerd, wordt het beeld automatisch 13 mm (0,5
inch) naar rechts verschoven als het originele tabblad het formaat A4 of 8,5 x 11 inch heeft.
17. Plaats de originelen uit het eerste segment met de beeldzijde omhoog in de invoerlade van de
AOD. Pas de geleider zodanig aan dat deze de documenten net raakt.
Of
Til de AOD op. Plaats het eerste segment met de beeldzijde omlaag in de linkerbovenhoek aan
de achterkant van de glasplaat. Sluit de AOD.
18. Druk op de Start-toets op het bedieningspaneel om het origineel te scannen.
19. Verwijder de originelen van het eerste segment nadat ze zijn gescand. Het eerste segment
wordt nu in de lijst op het scherm Opbouwopdracht weergegeven.
20. Selecteer zo nodig Alle segmenten verwijderen om de huidige opbouwopdracht te
verwijderen en terug te keren naar het hoofdscherm Opbouwopdracht.
21. Selecteer Programmeer volg segment.
22. Selecteer de functies die voor het tweede segment nodig zijn.
23. Plaats de originelen van het tweede segment.
Handleiding voor de gebruiker
®
®
Xerox
WorkCentre
5800/5800i-serie multifunctionele printer
579