Download Print deze pagina

Xerox WorkCentre 5800 Series Handleiding Voor De Gebruiker pagina 355

Verberg thumbnails Zie ook voor WorkCentre 5800 Series:

Advertenties

Afdrukken
Met de optie Opdracht-ID kunt u enige identificatie bij de afdrukopdracht laten afdrukken. U kunt
de gegevens op een aparte pagina of in de kantlijnen van de hoofdopdracht laten afdrukken.
Als de systeembeheerder een ID voor u heeft aangemaakt, heeft hij/zij mogelijk ook uw naam of
gebruikersnaam in de ID opgenomen.
Raadpleeg de System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder) voor meer
informatie.
1. Open het document dat moet worden afgedrukt. In de meeste applicaties selecteert u de toets
Kantoor of Bestand en selecteert u vervolgens Afdrukken in het bestandsmenu.
2. Voer het aantal kopieën in dat u wilt maken. Afhankelijk van de applicatie die u gebruikt, kunt
u eventueel ook een paginabereik selecteren en andere afdrukselecties maken.
3. Selecteer de Xerox PCL-driver in de lijst met beschikbare printerdrivers.
4. Open het venster Eigenschappen van de printerdriver - de methode is afhankelijk van de
applicatie van waaruit u afdrukt. Vanuit de meeste Microsoft-applicaties selecteert u de toets
Eigenschappen of Voorkeuren om het venster te openen.
5. Klik op het tabblad Geavanceerd.
6. Dubbelklik zo nodig op de map Geavanceerde instellingen om het menu uit te vouwen. Het
menu wordt meestal automatisch uitgevouwen als u het tabblad Geavanceerd selecteert.
7. Selecteer de gewenste optie voor Opdracht-ID.
ID afdrukken op voorblad: hiermee wordt een voorblad aan uw opdracht toegevoegd.
Uw ID wordt op het voorblad afgedrukt. Als u afwerkopties selecteert, zoals nieten, wordt
de pagina met uw ID niet aan de rest van de opdracht vastgeniet.
ID afdrukken in marges - Alleen eerste pagina: hiermee wordt uw ID in de bovenste
kantlijn op de eerste pagina van het document afgedrukt.
ID afdrukken in marges - Alle pagina's: hiermee wordt uw ID in de bovenste kantlijn op
alle pagina's van het document afgedrukt. Als uw document 2-zijdig is, wordt de ID op
beide zijden afgedrukt.
8. Klik op de toets OK om uw instellingen op te slaan.
9. Selecteer de bevestigingstoets. De naam varieert afhankelijk van de applicatie van waaruit u
afdrukt. Vanuit de meeste applicaties selecteert u de toets OK of Afdrukken.
10. Haal uw opdracht op bij het apparaat.
11. Druk op de toets Opdrachtstatus op het bedieningspaneel om de opdrachtenlijst te bekijken
en de status van de opdracht te controleren.
12. Afdrukopdrachten worden doorgaans weergegeven in de lijst Actieve opdrachten. Als de
systeembeheerder echter de functie Alle opdrachten vasthouden heeft ingeschakeld, staat uw
opdracht in de lijst Vastgehouden afdrukopdrachten of Niet-herkende afdrukopdrachten. Als u
een vastgehouden opdracht wilt vrijgeven, selecteert u de opdracht in de desbetreffende lijst
en selecteert u vervolgens Afdrukken.
13. Als uw opdracht wordt vastgehouden in de lijst Actieve opdrachten, heeft het apparaat
aanvullende hulpbronnen van u nodig, bijvoorbeeld papier of nietjes, voordat de opdracht
voltooid kan worden. Om erachter te komen welke hulpbronnen nodig zijn, selecteert u de
opdracht en selecteert u vervolgens de toets Gegevens. Als de hulpbronnen beschikbaar zijn,
wordt de opdracht afgedrukt.
Meer informatie
Een document afdrukken met de PCL-printerdriver
System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder)
Internet Services gebruiken om de contactgegevens van de systeembeheerder te vinden
De voortgang en details van een opdracht bekijken via het menu Opdrachtstatus
Handleiding voor de gebruiker
®
®
Xerox
WorkCentre
5800/5800i-serie multifunctionele printer
www.xerox.com/support.
353

Advertenties

loading