Pagina 2
Xerox Corporation. Producten en handelsmerken van andere bedrijven worden ook erkend. De informatie in dit document was correct op het moment van publicatie. Xerox behoudt zich te allen tijde het recht voor de informatie zonder voorafgaande kennisgeving te wijzigen.
Inhoudsopgave Bedieningspaneel Lade-instellingen Katern maken ID-kaart kopiëren Eenvoudig scannen naar mailbox Scannen naar Home Auditron instellen Kostenteller De tonercassette vervangen De afdrukmodule vervangen Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Bedieningspaneel 13 12 11 16 15 1. Draaiknop Helderheid Gebruik deze draaiknop om het contrast van het aanraakscherm aan te passen. 2. Aanraakscherm Geeft berichten en de toetsen voor verschillende functies weer. Raak het scherm aan voor toegang tot de functies. 3.
Pagina 5
Bedieningspaneel 4. Aantaltoetsen Druk op deze toetsen om het aantal exemplaren, toegangscodes en andere numerieke waarden in te voeren. 5. Toets <Taal> Hiermee kan de taal op het aanraakscherm worden gewijzigd. 6. Toets/lampje <Energiespaarstand> Wanneer het apparaat een bepaalde tijd niet wordt gebruikt, wordt overgeschakeld naar de energiespaarstand om stroomverbruik te verminderen.
Pagina 6
Bedieningspaneel 10. Toets <Start> Druk op deze toets om een opdracht te starten. 11. Toets <Snelkiezen> Hiermee kunt u snelkiescodes invoeren. 12. Toets <C> (wissen) Hiermee wordt een getal of het laatst ingevoerde cijfer verwijderd of wordt de huidige waarde door een standaardwaarde vervangen. Met de toets wordt tevens een onderbroken opdracht geannuleerd.
Lade-instellingen Het apparaat kan met verschillende papierladen worden uitgerust. In lade 1, 2 en in de module met twee laden (lade 3 en 4) kan papier met standaardformaat en met niet-standaardformaat worden geplaatst. In de grote tandemlademodule (lade 3 en 4) kunt u maximaal 2000 vellen papier plaatsen.
Pagina 8
Lade-instellingen scherm informatie over laden verschijnt aanraakscherm. Als de informatie over de laden correct is, selecteert u [Sluiten]. Anders wijzigt u het papierformaat of de papiersoort door [Instellingen wijzigen] op het aanraakscherm te selecteren. Hiermee is de procedure voor het plaatsen van papier voltooid. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Katern maken De toepassing Katern maken maakt de productie van brochures of kopieën met meerdere pagina's van enkelzijdige of dubbelzijdige originelen mogelijk. Het apparaat scant uw originelen, verkleint de beelden automatisch en plaatst ze in de juiste volgorde op uw geselecteerde kopieerpapier, zodat er een katern wordt gemaakt als u de gekopieerde set in tweeën vouwt.
Pagina 10
Katern maken Voor het maken van katernen moet u 2 eenvoudige regels volgen: 1. Selecteer eerst de lade waarin het gewenste papier is geplaatst. 2. Plaats uw documenten altijd met de lange kant aan de linkerkant. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
ID-kaart kopiëren Of u nu een verzekeringskaart, een rijbewijs of een andere vorm van identificatie moet kopiëren, de toepassing ID-kaart kopiëren biedt een eenvoudige en efficiënte manier om tijd te besparen. De gegevens op beide zijden van de ID-kaart kunnen op één zijde van een vel papier worden gekopieerd, zonder dat u het papier opnieuw in de papierlade of lade 5 (handmatige invoer) hoeft te plaatsen.
Pagina 12
ID-kaart kopiëren 1. Als u eenmaal op de toets <Alles wissen> drukt, worden eventuele eerdere schermprogrammeringen geannuleerd. Druk op het bedieningspaneel op de toets <Alle functies> en selecteer dan [Kopiëren]. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 13
ID-kaart kopiëren 2. De optie ID-kaart kopiëren vinden tabblad [Afdrukopmaak]. U kunt de toepassing ID-kaart kopiëren openen door het tabblad [Afdrukopmaak] en dan [ID-kaart kopiëren] te selecteren. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 14
ID-kaart kopiëren 3. Volg de onderstaande instructies om de procedure voor ID-kaart kopiëren uit te voeren: Stap 1. Til de AOD of de afdekklep op. Plaats de ID-kaart in de linkerbovenhoek van de glasplaat. Laat de AOD of de afdekklep voorzichtig zakken. Stap 2.
Eenvoudig scannen naar mailbox Deze functie wordt op sommige modellen niet ondersteund, en op sommige modellen moeten optionele sets worden geïnstalleerd om deze toepassing te kunnen gebruiken. Neem voor meer informatie contact op met de systeembeheerder. 1. Plaats de documenten. 2.
Scannen naar Home Met Scannen naar Home kan een gebruiker papieren originelen op het apparaat scannen en versturen naar een bestemming op het netwerk die als 'Home'-bestemming is aangegeven. Deze functie wordt op sommige modellen niet ondersteund, en op sommige modellen moeten optionele sets worden geïnstalleerd om deze toepassing te kunnen gebruiken.
Pagina 17
Scannen naar Home De opslagplaatsen en sjablonen hoeven niet te worden geconfigureerd. De systeembeheerder schakelt de toepassing met behulp van CentreWare Internetservices in. Als Netwerkverificatie beschikbaar is, moet deze toepassing ook door de systeembeheerder worden ingeschakeld. U kunt ook LDAP-connectiviteit (Lightweight Directory Application Protocol) gebruiken.
Auditron instellen Als u de auditron wilt instellen, moet u eerst gebruikersaccounts maken en vervolgens de auditron inschakelen. Gebruikers moeten vervolgens de instellingen van de gebruikers-ID voor hun account openen om bepaalde apparaatfuncties uit te voeren. U kunt maximaal 1000 accounts maken. Voor alle gebruikersaccounts moet het volgende zijn gedefinieerd: •...
Pagina 19
Auditron instellen U kunt de Mode Auditron inschakelen voor kopiëren, scannen, faxen en afdrukken. Wanneer de Mode Auditron is ingeschakeld, moet de gebruiker op de toets <Aan-/afmelden> drukken en de relevante gebruikers-ID invoeren om gebruik van het apparaat te kunnen maken. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 20
Auditron instellen 1. Voor toegang tot de Mode Auditron selecteert u het tabblad [Hulpprogramma's] en dan [Accountadministratie]. Selecteer [Type accountadministratie] onder het kopje [Groep] en kies vervolgens [Lokale accountadministratie]. 2. Selecteer [Mode Auditron]. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 21
Auditron instellen 3. Selecteer de functies waarvoor u de beheertoepassing wilt inschakelen. Kopiëren: beheer met betrekking tot kopieeractiviteiten. Faxen: beheer met betrekking tot faxactiviteiten. Internetfaxen: beheer met betrekking tot internetfaxactiviteiten. Scannen naar mailbox: beheer met betrekking tot scanneractiviteiten. Netwerkscannen: beheer met betrekking tot netwerkscanactiviteiten. E-mailen: beheer met betrekking tot e-mailactiviteiten.
Kostenteller Het scherm Kostenteller biedt toegang tot kosteninformatie. De teller varieert, afhankelijk van de configuratie en instellingen van uw apparaat. De teller openen: 1. Druk op de toets <Apparaatstatust>. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 23
Kostenteller 2. Selecteer het tabblad [Kosteninformatie]. 3. Selecteer [Kosteninformatie]. De teller wordt weergegeven. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
De tonercassette vervangen De tonercassette is een eenheid die door de klant kan worden vervangen. Er verschijnt een bericht op het aanraakscherm wanneer de cassette moet worden vervangen. Als er toner op uw huid of op kleding wordt gemorst, was het er dan met water en zeep af.
Pagina 25
De tonercassette vervangen 1. Zorg ervoor dat het apparaat niet actief is en open de voorklep. 2. Trek de tonercassette naar buiten totdat u de hendel aan de bovenkant van de cassette kunt vastpakken. 3. Houd de hendel vast en haal de cassette uit het apparaat. Beknopte handleiding voor de gebruiker...
Pagina 26
De tonercassette vervangen 4. Haal de nieuwe tonercassette uit de doos. Voordat u de cassette uit de zak haalt, schudt u de cassette heen en weer om de toner gelijkmatig te verdelen. 5. Plaats de cassette (zie hieronder) en schuif hem in het apparaat totdat u een klik hoort.
De afdrukmodule vervangen De afdrukmodule is een eenheid die door de klant kan worden vervangen. Het apparaat geeft voor het einde van de levensduur van de afdrukmodule een waarschuwingsbericht weer. Wanneer dit bericht verschijnt, bestelt u een nieuwe afdrukmodule, zodat de werking van uw apparaat straks niet hoeft te worden onderbroken.
Pagina 28
De afdrukmodule vervangen 1. Zorg ervoor dat het apparaat niet actief is en open de voorklep. 2. Open lade 5 (handmatige invoer) en vervolgens klep A terwijl u de ontgrendelhendel optilt. 3. Til de gekleurde hendel omhoog en schuif de afdrukmodule naar buiten totdat u de hendel aan de bovenkant van de module kunt vastpakken.
Pagina 29
De afdrukmodule vervangen 4. Houd de hendel vast en haal de cassette uit het apparaat. 5. Haal de nieuwe afdrukmodule uit de doos. 6. Verwijder het beschermingsmateriaal voorzichtig van de module door de beschermtape omhoog te trekken. 7. Plaats de cassette (zie hieronder) en schuif hem in het apparaat totdat u een klik hoort.
Pagina 30
De afdrukmodule vervangen 8. Trek de tape van de afdrukmodule recht naar buiten, zonder de tape te breken. 9. Duw nogmaals op de afdrukmodule om te controleren of de module goed is geplaatst. 10. Sluit klep A totdat deze wordt vergrendeld en sluit vervolgens lade 5 (handmatige invoer).