Afdrukken
12. Afdrukopdrachten worden doorgaans weergegeven in de lijst Actieve opdrachten. Als de
systeembeheerder echter de functie Alle opdrachten vasthouden heeft ingeschakeld, staat uw
opdracht in de lijst Vastgehouden afdrukopdrachten of Niet-herkende afdrukopdrachten. Als u
een vastgehouden opdracht wilt vrijgeven, selecteert u de opdracht in de desbetreffende lijst
en selecteert u vervolgens Afdrukken.
13. Als uw opdracht wordt vastgehouden in de lijst Actieve opdrachten, heeft het apparaat
aanvullende hulpbronnen van u nodig, bijvoorbeeld papier of nietjes, voordat de opdracht
voltooid kan worden. Om erachter te komen welke hulpbronnen nodig zijn, selecteert u de
opdracht en selecteert u vervolgens de toets Gegevens. Als de hulpbronnen beschikbaar zijn,
wordt de opdracht afgedrukt.
Meer informatie
Een document afdrukken met de PostScript-printerdriver
Een afwerkoptie kiezen bij gebruik van de PostScript-printerdriver
System Administrator Guide (Handleiding voor de systeembeheerder)
Internet Services gebruiken om de contactgegevens van de systeembeheerder te vinden
De voortgang en details van een opdracht bekijken via het menu Opdrachtstatus
Nieten en perforeren via de PostScript-printerdriver
U kunt vanaf uw computer afdrukken naar het apparaat via een printerdriver. Er zijn diverse Xerox-
printerdrivers beschikbaar voor het apparaat, die alle populaire besturingssystemen ondersteunen.
Met de Xerox-printerdrivers kunt u de specifieke toepassingen op uw apparaat gebruiken.
Als Verificatie is ingeschakeld op uw apparaat, moet u zich mogelijk aanmelden op het apparaat
om uw opdrachten te kunnen zien of vrijgeven.
Als Accountadministratie is ingeschakeld, moet u mogelijk aanmeldgegevens invoeren in de
printerdriver voordat u uw opdracht kunt verzenden.
Afhankelijk van de optionele afwerkeenheid en geïnstalleerde pakketten kunt u kiezen uit
verschillende afleveringsopties, zoals nieten, vouwen en sets.
Opmerking:
De systeembeheerder moet deze optie beschikbaar stellen.
De beschikbare opties in de printerdriver zijn afhankelijk van de manier waarop de
systeembeheerder de printerdriver op uw computer heeft geconfigureerd.
Met de optie Afwerkopties kunt u uw document perforeren en nieten.
Met de nietopties kunt u uw document nieten. Welke opties beschikbaar zijn, is afhankelijk van de
geïnstalleerde afwerkeenheid. De basisopties voor nieten zijn Uit, 1 nietje, 2 nietjes en Meer nietjes.
Met de optie Perforeren kunt u het apparaat in elke afgedrukte pagina gaten laten maken. Elk vel
wordt afzonderlijk geperforeerd. Er is dus geen beperking voor het aantal pagina's per set.
Perforeren kan alleen worden geselecteerd voor A4-papier LKE (8,5 x 11 inch LKE) en A3-papier (11
x 17 inch).
Opmerking:
KKE staat voor Korte Kant Eerst (waarbij de korte kant van het papier als eerste in het
apparaat wordt ingevoerd). LKE staat voor Lange Kant Eerst (waarbij het papier zodanig wordt
neergelegd dat de lange kant van het apparaat als eerste in het apparaat wordt ingevoerd).
1. Open het document dat moet worden afgedrukt. In de meeste applicaties selecteert u de toets
Kantoor of Bestand en selecteert u vervolgens Afdrukken in het bestandsmenu.
2. Voer het aantal kopieën in dat u wilt maken. Afhankelijk van de applicatie die u gebruikt, kunt
u eventueel ook een paginabereik selecteren en andere afdrukselecties maken.
386
®
®
Xerox
WorkCentre
5800/5800i-serie multifunctionele printer
www.xerox.com/support.
Handleiding voor de gebruiker