Waar zitten de airbags?
Bestuurdersairbag en
voorpassagiersairbag
(indien van toepassing)
■
Airbag bestuurder
■
Airbag voorpassagier
Uw auto is uitgerust met een
aanvullend
(SRS) en driepuntsgordels voor de
bestuurder en de voorpassagier.
Het aanvullend veiligheidssysteem
bestaat uit airbags die zich bevinden
in het midden van het stuurwiel en
in
het
dashboardpaneel
passagierszijde,
dashboardkastje.
Op de afdekking van de airbags zijn
in reliëf de letters "AIR BAG"
aangebracht.
Het
doel
van
veiligheidssysteem
OTL035038
bestuurder en de voorpassagier
extra bescherming te bieden bij een
frontale aanrijding van een zekere
zwaarte, ter aanvulling op de
bescherming die geboden wordt
door de veiligheidsgordel.
OTL035039
veiligheidssysteem
Om de kans op ernstig letsel
door
airbag
moeten de volgende
maatregelen getroffen worden:
aan
•
boven
het
•
het
aanvullend
is
om
de
•
•
WAARSCHUWING
een
zich
opblazende
voor
te
beperken,
voorzorgs-
Alle inzittenden moeten altijd
hun veiligheidsgordel dragen:
de gordel houdt de inzittende
zo goed mogelijk op zijn
plaats.
Zet uw stoel zo ver mogelijk
naar achteren, waarbij u de
auto nog wel onder controle
moet kunnen blijven houden.
Leun nooit tegen het portier of
de middenconsole.
Laat de voorpassagier zijn
voeten of benen nooit op het
dashboard zetten.
(Vervolg)
2
2-55