Rijden met uw auto
AANWIJZING
• Rijd niet in water dat hoger staat
dan de onderzijde van de auto.
• Controleer de werking van de
remmen nadat u door modder of
water bent gereden. Trap het
rempedaal tijdens het rijden
licht in totdat u voelt dat de
remmen weer normaal werken.
• Verkort het onderhoudsinterval
als u op onverhard terrein, zoals
in zand, modder of water rijdt
(zie "Onderhoud bij gebruik
onder zware omstandigheden"
in hoofdstuk 7).
• Was uw auto altijd grondig na
gebruik in het terrein, met name
de onderkant van de auto moet
schoongemaakt worden.
• Zorg ervoor dat op alle wielen
banden van hetzelfde type en
met
dezelfde
maat
gemonteerd.
• Als een auto met permanente
vierwielaandrijving
moet worden dient dit op een
auto-ambulance te gebeuren.
5-66
zijn
verplaatst