Onderhoud
• Behandel halogeenlampen altijd
voorzichtig
om
krassen
voorkomen. Voorkom contact met
vloeistoffen wanneer de lampen
branden.
• Raak het glas nooit met de vingers
aan. Door achtergebleven vet kan
de lamp te heet worden en
knappen wanneer deze brandt.
• De
lamp
mag
alleen
gemonteerde toestand worden
ingeschakeld.
• Vervang
een
beschadigde
gebarsten lamp direct en gooi deze
niet zomaar weg.
7-68
■ Grootlicht
te
in
1. Open de motorkap.
of
2. Neem de minpool los van de accu.
3. Verwijder de afdekkap van de
gloeilamp door de kap linksom te
draaien.
4. Neem de stekker los van de
gloeilamp.
5. Maak de klem van de gloeilamp
los door het uiteinde in te drukken
en omhoog te duwen.
6. Verwijder de gloeilamp uit de
koplampunit.
7. Plaats een nieuwe gloeilamp en
bevestig deze door de klem in de
groef van de gloeilamp te drukken.
8. Sluit de stekker van de gloeilamp
aan.
9. Plaats de afdekkap van de
gloeilamp door hem rechtsom te
draaien.
OTLE075014