Verstellen van de rugleuning
Het tijdens het rijden zitten op een
stoel
met
een
naar
geklapte rugleuning kan gevaarlijk
zijn. Ook bij het dragen van de
veiligheidsgordel
neemt
bescherming die de
veiligheids-
systemen (veiligheidsgordels en
airbags) bieden, aanzienlijk af als de
rugleuning te ver naar achteren
staat.
WAARSCHUWING
Rijd NOOIT met een naar
achteren geklapte rugleuning.
Als
de
rugleuning
achterover staat, neemt de kans
op letsel bij een aanrijding of
een noodstop aanzienlijk toe.
Bestuurder
en
passagiers
moeten ALTIJD goed in hun
stoel zitten, de gordel op de
juiste manier dragen en de
rugleuning zo ver mogelijk
rechtop zetten.
De veiligheidsgordel moet strak over
uw heupen en borst lopen voor een
maximale
achteren
rugleuning te ver achterover staat,
kan de schoudergordel zijn werk niet
goed doen omdat hij niet goed
de
aanligt tegen de borstkas. In plaats
daarvan loopt hij voor u langs. Bij
een ongeval kunt u tegen de
veiligheidsgordel aan geslingerd
worden, waardoor u nekletsel of
ander letsel op kunt lopen.
Hoe verder de rugleuning naar
achteren staat, hoe groter de kans is
dat de inzittende bij een aanrijding
onder het heupgedeelte van de
gordel door schiet of dat de nek
te
ver
in
aanraking
schoudergedeelte van de gordel.
effectiviteit.
Als
de
komt
met
het
Zittinghoogte
(indien van toepassing)
Om de zittinghoogte te wijzigen:
•
1.
Beweeg het voorste deel van
de bedieningsschakelaar naar
boven of naar beneden om de
voorzijde van de zitting omhoog
of omlaag te verstellen.
•
Beweeg het achterste deel van
de bedieningsschakelaar naar
boven of naar beneden om de
zitting omhoog of omlaag te
verstellen.
2. Laat de knop los zodra de
gewenste stand is bereikt.
2
OTL035051
2-11