CRUISE CONTROL (MET SNELHEIDSBEGRENZER) (INDIEN VAN TOEPASSING)
Werking cruise control
1. Controlelampje CRUISE
2. Controlelampje SET
De cruise control stelt u in staat
boven 30 km/h een bepaalde
rijsnelheid aan te houden, zonder dat
u de voet op het gaspedaal hoeft te
houden.
WAARSCHUWING
Neem de volgende
maatregelen:
•
Als het systeem niet wordt
uitgeschakeld (controlelampje
CRUISE in het
paneel blijft branden) kan
de cruise control mogelijk
onbedoeld
veerd. Zet het systeem uit
(controlelampje
wanneer de cruise control niet
OTLE055034
gebruikt
voorkomen dat er onbedoeld
een snelheid wordt ingesteld.
•
Gebruik het cruise control-
systeem alleen op de snelweg
en indien de verkeersdrukte
en de weersomstandigheden
dat toelaten.
(Vervolg)
•
voorzorgs-
•
instrumenten-
worden
geacti-
(
UIT)
wordt
om
te
(Vervolg)
Gebruik geen cruise control
bij
het
rijden
met
aanhanger.
Gebruik de cruise control
nooit wanneer niet veilig met
een
constante
snelheid
gereden kan worden:
- Bij
rijden
tijdens
verkeersdrukte of bij rijden
met wisselende snelheden.
- Op gladde (natte, met ijs of
sneeuw bedekte) wegen.
- Op
heuvelachtige
slingerende wegen.
- Bij zeer sterke wind.
- Als wordt gereden terwijl het
zicht
beperkt
(bijvoorbeeld bij slecht weer,
zoals mist, sneeuw, regen of
zandstormen)
een
grote
5
of
is
5-119