Veiligheidssysteem van uw auto
In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie over hoe u uzelf en uw passagiers kunt beschermen. U krijgt
uitleg over het correcte gebruik van de stoelen en veiligheidsgordels en over de werking van de airbags.
Bovendien geeft dit hoofdstuk informatie over het op de juiste wijze vervoeren van baby's en kinderen in
de auto.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgsmaatregelen...2-2
Doe uw veiligheidsgordel altijd om .............................2-2
Gebruik voor alle kinderen de juiste
veiligheidssystemen ......................................................2-2
Gevaren airbag...................................................................2-2
Afleiding van de bestuurder...........................................2-3
Pas uw snelheid aan.........................................................2-3
Houd uw auto in een veilige conditie .........................2-3
Stoelen.....................................................................2-4
Veiligheidsvoorzorgsmaatregelen..................................2-5
Voorstoel .............................................................................2-6
Achterstoelen ...................................................................2-13
Hoofdsteun ......................................................................2-16
Stoelverwarming en stoelventilatiesysteem .............2-20
Veiligheidsgordels ...............................................2-24
Voorzorgsmaatregelen veiligheidsgordel .................2-24
Waarschuwingslampje veiligheidsgordel ..................2-25
Veiligheidsgordels ..........................................................2-28
Extra voorzorgsmaatregelen veiligheidsgordel .......2-35
Verzorging van de veiligheidsgordels ........................2-38
Kinderzitjes ...........................................................2-39
Dit raden wij aan: Vervoer kinderen altijd
op de achterzitplaatsen .............................................2-39
Kiezen van een kinderzitje (CRS)................................2-40
Plaatsen van een kinderzitje (CRS) ............................2-42
Aanvullend veiligheidssysteem ..........................2-53
Waar zitten de airbags? ...............................................2-55
Hoe werkt het airbagsysteem? ..................................2-60
Wat gebeurt er als een airbag
geactiveerd wordt? .....................................................2-64
Waarom werd de airbag bij een
aanrijding niet opgeblazen? .....................................2-66
Onderhoud aan aanvullend veiligheidssysteem ......2-72
Aanvullende voorzorgsmaatregelen
met betrekking tot de veiligheid ..............................2-73
Waarschuwingslabel airbag ..........................................2-74
Actieve motorkap.................................................2-75
Mogelijke situaties voor activering ............................2-75
Situaties voor niet-activering ......................................2-76
Storing actieve motorkap..............................................2-77
2