B
Banden en wielen ...................................................7-33, 8-6
Aanbevolen bandenspanning koud ..........................7-33
Band met een kleine hoogte-/breedteverhouding ....7-44
Banden vervangen....................................................7-38
Bandenspanning controleren....................................7-35
Grip ..........................................................................7-40
Label op de wang van de band ................................7-40
Onderhoud van banden ............................................7-40
Velgen vervangen.....................................................7-39
Verzorging van de banden........................................7-33
Wielen uitlijnen en balanceren.................................7-37
Wielen verwisselen ..................................................7-36
Bandenspanningslabel ...................................................8-12
Brandstofbesparing ........................................................5-76
Brandstoffilter (diesel)...................................................7-21
Water uit het brandstoffilter aftappen ......................7-21
C
Controlesysteem lage bandenspanning (TPMS) ...........6-19
Controlelampje storing TPMS
(controlesysteem lage bandenspanning) ................6-22
Een wiel verwisselen met TPMS .............................6-23
Waarschuwingslampje lage bandenspanning...........6-21
Waarschuwingslampje positie lage
bandenspanning......................................................6-21
Cruise control-systeem ..................................................5-64
Cruise control-schakelaar.........................................5-65
Onderbreken van de cruise control:
op één van de volgende manieren .........................5-67
Rijsnelheid instellen.................................................5-65
Rijsnelheid verhogen................................................5-66
Rijsnelheid verlagen.................................................5-66
Terugkeren naar ingestelde rijsnelheid
(boven 30 km/h).....................................................5-67
Tijdelijk accelereren met ingeschakelde
cruise control..........................................................5-66
Uitschakelen van de cruise control:
op één van de volgende manieren .........................5-68
D
Door de eigenaar uit te voeren
onderhoudswerkzaamheden...........................................7-9
Schema voor door de eigenaar uit te voeren
onderhoudswerkzaamheden .....................................7-9
Double clutch-transmissie .............................................5-34
Bediening Double clutch-transmissie ......................5-34
Goede rijgewoonten .................................................5-41
Index
I 3