Download Print deze pagina

Canon imageRUNNER ADVANCE C7580i Gebruikershandleiding pagina 70

Advertenties

5
Druk op <Geef SMB-serverversie op> en selecteer de versie van SMB die met de SMB-
server moet worden gebruikt.
6
Druk op <OK>.
7
Druk op
Gebruik dezelfde versie van SMB met de SMB-server en de SMB-client. SMB kan niet worden gebruikt als de
versies verschillen.
Als u <Versleuteling vr verbinding nodig> instelt op <Aan>, kunt u geen verbinding maken met het apparaat
vanaf clientbesturingssystemen die geen gecodeerde SMB v3.0-communicatie ondersteunen.
De SMB-client instellen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de instellingen kunt opgeven die moeten worden gebruikt wanneer het
apparaat verbinding maakt met een netwerk als een SMB-client.
1
Druk op
.
2
Druk op <Voorkeuren>
3
Geef de vereiste instellingen op.
<Type authentificatie>
Selecteer de verificatieprotocolversie. Selecteer <NTLMv1> of <NTLMv2>, afhankelijk van de bestemmings-
SMB-server. U kunt ook beide selecteren.
<SMB-handtekening voor verbinding eisen>
Om in te stellen dat een SMB-pakket handtekening nodig is voor verbinding met de SMB-server, drukt u
op <Aan>.
<Ja>.
<Netwerk>
Instellen
<TCP/IP-instellingen>
55
<Instel. SMB-client>.

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Imagerunner advance c7570iImagerunner advance c7565i