Stel dat u de toetsscores invoert van leerlingen uit de 4e en de 5e klas. U wilt de
resultaten van de hele groep analyseren, maar u wilt ook categorieën analyseren,
bijvoorbeeld de meisjes uit de 4e, de jongens uit de 4e, de meisjes en jongens uit de 4e,
etc.
Bepaal eerst welke categoriewaarden u wilt gebruiken.
Categoriewaarde
1
2
3
4
u hebt geen categoriewaarde voor de hele groep nodig. U hebt evenmin
Opmerking:
categoriewaarden nodig voor alle leerlingen uit de 4e of alle leerlingen uit de 5e,
aangezien zij combinaties van andere categorieën zijn.
In de Data/Matrix Editor kunt u de toetsscores en de categoriewaarden in twee
kolommen invoeren.
Toetsscores
c1
85
97
92
88
Statistische plots
Geeft aan:
meisje uit de 4e
jongen uit de 4e
meisje uit de 5e
jongen uit de 5e
Categoriewaarden
c2
1
3
2
3
624