+
«
(optellen)
toets
uitdrukking1
uitdrukking2
+
Geeft de som van
⇒
+
lijst1
lijst2
+
matrix1
matrix2
Geeft een lijst (of matrix) die de sommen van
corresponderende elementen in
matrix1
De argumenten moeten gelijke dimensies hebben.
+
uitdrukking
lijst1
+
lijst1
uitdrukking
Geeft een lijst die de sommen van
elk element in
+
uitdrukking
matrix1
+
matrix1
uitdrukking
Geeft een matrix met
element op de diagonaal van
moet vierkant zijn.
Opmerking: gebruik
uitdrukking op te tellen bij elk element.
ì
(aftrekken)
|
toets
-
uitdrukking1
uitdrukking2
Geeft
⇒
- - - -
lijst1
lijst2
- - - -
matrix1
matrix2
Trekt elk element in
corresponderende element in
geeft de resultaten.
De argumenten moeten dezelfde dimensies
hebben.
- - - -
uitdrukking
lijst1
- - - -
lijst1
uitdrukking
Trekt elk
uitdrukking
lijst met de resultaten.
- - - -
uitdrukking
matrix1
- - - -
matrix1
uitdrukking
uitdrukking ì matrix1
uit
uitdrukking
matrix1
matrix1
uit
uitdrukking
afgetrokken van
zijn.
Opmerking: gebruik
uitdrukking af te trekken van elk element.
Appendix A: Functies en instructies
⇒ ⇒ ⇒ ⇒
uitdrukking
en
uitdrukking1
lijst
⇒
matrix
lijst1
en
) bevat.
matrix2
⇒
lijst
⇒
lijst
lijst1
bevat.
⇒
matrix
⇒
matrix
uitdrukking
matrix1
(punt optellen) om een
.+
⇒ ⇒ ⇒ ⇒
uitdrukking
min
uitdrukking1
uitdrukking2
lijst
⇒
matrix
(of
lijst2
matrix2
lijst1
⇒
lijst
⇒
lijst
element af van
lijst1
uitdrukking
af van elk
element en geeft een
lijst1
⇒
matrix
⇒
matrix
geeft een matrix die bestaat
keer de eenheidsmatrix min
moet vierkant zijn.
ì
geeft een matrix die bestaat
uitdrukking
keer de eenheidsmatrix,
.
matrix1
matrix1
.. . . .
(punt aftrekken) om een
56 ¸
ans(1)+4 ¸
.
uitdrukking2
ans(1)+4 ¸
ans(1)+4 ¸
ans(1)+4 ¸
{22, p , p /2} ! L1 ¸
{10,5, p /2} ! L2 ¸
L1+L2 ¸
en
(of
lijst2
ans(1)+{ p , ë 5, ë p } ¸
[a,b;c,d]+[1,0;0,1] ¸
15+{10,15,20} ¸
{10,15,20}+15 ¸
en
uitdrukking
20+[1,2;3,4] ¸
opgeteld bij elk
.
matrix1
6 ì 2 ¸
.
pì pà 6 ¸
{22, p , pà 2} ì {10,5, pà 2} ¸
) af van het
[3,4] ì [1,2] ¸
(of
), en
matrix1
15 ì {10,15,20} ¸
{10,15,20} ì 15 ¸
of trekt
20 ì [1,2;3,4] ¸
.
matrix1
moet vierkant
56
60
64
68
72
{22 p p /2}
{10 5 p /2}
{32 p +5 p }
{ p +32 p 0}
[
]
a+1 b
c d+1
{25 30 35}
{25 30 35}
21 2
[
]
3 24
4
5 ø p
6
{12 pì 5 0}
[2 2]
{5 0 -5}
{-5 0 5}
19 ë 2
[
]
ë 3 16
987