11. Definieer in deze nieuwe
gegevensvariabele de kolomkoppen
,
en
om te verwijzen naar de
c1
c2
c3
gegevens in
rklog
ook de kolomtitels in zoals
weergegeven.
Om een kolomkoptekst te definiëren,
verplaatst u de cursor naar die kolom
en drukt u op †, typt u de referentie-
uitdrukking in (zoals
en drukt u op ¸.
Opmerking: rklog[1]
verwijzen, respectievelijk, naar kolom
1 en 2 in
rklog
.
eulerlog[2]
12. Druk op „ in de
Druk vervolgens op , en definieer
voor de
Plot 1
rechts wordt weergegeven.
13. Definieer
Plot 2
gegevens. Gebruik de waarden die
rechts worden weergegeven.
14. Ga terug naar de Y= Editor, druk op
3 en stel
Graph = FUNCTION
Grafieken van differentiaalvergelijkingen
en
. Voer
eulerlog
voor
rklog[1]
en
rklog[2]
. Dit geldt ook voor
Data/Matrix Editor
gegevens, zoals
RK
voor de
Euler
Ê
Ê c1=rklog[1]
c1=eulerlog[1]
Ë c2=rklog[2]
)
c1
Ì c3= eulerlog[2]
.
Plot Type=xyline
Mark=Cross
x=c1
y=c3
in.
Ë
Ì
eller
494