Stijl
Omschrijving
Path
Een ronde cursor beweegt zich van een punt van de grafiek
naar een volgend punt en laat wel een spoor achter.
Above
Arceert het gebied boven de grafiek.
Below
Arceert het gebied onder de grafiek.
Om Line in te stellen als de stijl voor alle functies, drukt u op ‡ en kiest u
Als u het gebied boven of onder de grafiek arceert
Als u het gebied boven of onder de grafiek arceert
Als u het gebied boven of onder de grafiek arceert
Als u het gebied boven of onder de grafiek arceert
De TI-89 Titanium / Voyage™ 200 Graphing Calculator beschikt over vier
arceerpatronen, die roulerend gebruikt worden. Als u arcering instelt voor één functie,
wordt het eerste patroon gebruikt. Voor de volgende gearceerde functie wordt het
tweede patroon gebruikt, etc. Voor de vijfde gearceerde functie wordt opnieuw het eerste
patroon gebruikt.
Wanneer gearceerde gebieden elkaar
snijden, overlappen de arceerpatronen elkaar.
In het basisscherm of in een programma
In het basisscherm of in een programma
In het basisscherm of in een programma
In het basisscherm of in een programma
U kunt de stijl van een functie ook instellen in het basisscherm of in een programma. Zie
de opdracht
Style
Grafieken van functies
in de module Technische naslag.
.
4:Reset Styles
349