Inhoudsopgave
Advertenties
2. Accu-aansluitkabel
De stroomaansluitkabel (fig. 8.4./4) direkt aan de accu (12 V) aansluiten en de kabel vastzetten.
-
Kabelverbinder (fig. 8.4/5) met zekering (16 A) aan de bruine draad
pluspool van accu verbinden.
-
De blauwe draad met de minpool (massa) verbinden.
I
Eerst de pluskabel aan de pluspool aansluiten. Vervolgens de massakabel aan de
minpool. Bij het afkoppelen van de accu in omgekeerde volgorde.
I
De minpool van de accu moet met frame of chassis verbonden zijn. Bij traktoren met
een massaschakelaar (bv. Zetor 8011, 8045), moet de blauwe massadraad direkt met
frame of chassis worden verbonden.
-
3-polige stekkerdoos (fig. 8.4/17) aan basiskonsole(fig. 8.4/14) bevestigen.
3. Schakelkast
De schakelkast in de groef (fig. 8.4/18) van het schachtprofiel schuiven en met de klemschroeven (fig. 8.4/
19) vastzetten.
I
Bij het tot stand brengen van de stekkerverbindingen, moet de aan-/uitschakelaar (fig.
8.4/6) voor de stroomvoorziening van de schakelkast in de "0" stand staan (UIT).
-
Voedingskabel (fig. 8.4/3) met stekkerdoos (fig. 8.4/17) van de accu-aansluitkabel verbinden.
-
Werktuigstekker (fig. 8.4/2) in de contrastekker (fig. 8.1/4) van het bedieningspaneel
aansluiten (alleen schakelkast SKS 5).
-
Machinekabel (fig. 8.5/2.1) aan de schakelkast (fig. 8.5/1) aansluiten (alleen schakelkast
SKS 50 en 70).
-
Manometer (fig. 8.4/13) met snelkoppeling (fig. 8.4/18) aan de persaansluiting (fig. 8.1/11)
van het kranenstelsel aansluiten (alleen schakelkast SKS 5).
-
Manometer op de schakelkast aansluiten (alleen schakelkast SKS 50 en 70).
8.2.2
Doorgaan met spuiten met een defekte schakelkast
Wanneer de elektrische afstandsbediening van de schakelkast om de een of andere reden uitvalt, kan als
volgt verder gewerkt worden:
1. Storing:
Oplossing:
Daarvoor moet:
-
De boutverbinding (fig. 8.6/1) van regelaarsteun (fig. 8.6/2) losgemaakt worden.
-
Regelaarsteun met flensplaat (fig. 8.6/3) van de electromotor (fig. 8.6/4) op de steunpijp
(fig. 8.6/5) naar rechts verschuiven, tot de electromotor en doseerspindel van de
doseerautomaat niet meer met elkaar verbonden zijn.
-
De doseerspindel nu met de hand verdraaien.
2. Storing:
Oplossing: In- en uitschakelen van spuitboom met de aftakas van de trekker.
3. Storing:
Oplossing: In- en uitschakelen van de afzonderlijke secties door de betreffende wipkraantjes
De spuitdruk is niet met de +/- schakelaar verstelbaar
De drukverstelling door het met de hand draaien van de doseerspindel.
De spuitsecties kunnen niet meer centraal in- en uitgeschakeld worden met
schakelaar (fig. 8.6/2).
De afzonderlijke secties kunnen niet meer geschakeld worden.
van de magneetkleppen met de hand te bedienen.
8 - 7
aansluiten en met de
UG SB 230.1 11.97
Advertenties
Inhoudsopgave
