P
ATIËNTCIRCUITS
Als de uitademklep niet werkt, beademt u de patiënt handmatig en treft u de volgende
maatregelen:
1. Maak de uitademklep voorzichtig open met een hemostatische klem of een tongspatel (zie
de afbeelding hieronder). Verwijder eerst het deksel en vervolgens het siliconen membraan.
Leg het membraan op een schoon oppervlak.
Afbeelding D-3 Het siliconen membraan verwijderen -- circuit voor kinderen/volwassenen
Kijk of het siliconen membraan geen knikken, inkepingen, gaten of oneffenheden in het
2.
materiaal bevat.
Als u een knik in het membraan constateert, kunt u deze er met uw vingers uit duwen
(daarbij duurt het meestal een paar seconden totdat het materiaal is uitgezet).
Als u gaten of inkepingen in het membraan constateert, vervangt u het patiëntcircuit.
Afbeelding D-4 Het siliconen membraan van het patiëntcircuit onderzoeken
3.
Laat het siliconen membraan weer langzaam uitzetten in de daarvoor bestemde uitsparing in
de uitademklep. Zorg ervoor dat er bij het sluiten van de uitademklep geen knikken ontstaan
door zachtjes met uw vingers over het siliconen membraan te kloppen.
Breng uw hand naar de bovenkant van de uitademklep en wees daarbij voorzichtig dat u het
4.
siliconen membraan niet aanraakt. Zorg ervoor dat het gekartelde uiteinde met de slang in de
richting van de flow wijst. Laat het deksel op zijn plaats vastklikken door er stevig op te
drukken.
D-6
Siliconen
membraan
BOVEN
Bekijk de beide
kanten van het
siliconen membraan
tegendruk te geven
www.zoll.com
BOVEN
Laat siliconen
Siliconen membraan
uitzetten door
mag niet geknikt
of misvormd zijn
906-0731-01-16 Rev. B