3317
Lage SpO
2
Dit alarm wordt geactiveerd op het moment dat de arteriële pulsatie zwak is geworden. Er is vaak sprake van
een lage perfusie bij patiënten met een slechte bloedcirculatie of wanneer de sensor wordt aangebracht op
hetzelfde ledemaat als waar een niet-invasief bloeddrukmanchet (NIBP) is aangebracht. U kunt de
alarmsituatie verhelpen door de sensor te verplaatsen naar een locatie met een betere perfusie of, als het
NIBP-manchet de verstoring veroorzaakt, naar een ander ledemaat.
Oplossing/info: Hartslagsignaal zwak, Controleer of sensor goed is geplaatst, Verplaats de sensor,
Controleer of sensor werkt, **Schakel pulsoxy-bewaking uit**
3318
Lage SpO
2
Dit alarm wordt geactiveerd als blijkt dat de kwaliteit van het signaal dat de pulsoxymeter ontvangt slecht is
door te veel beweging of een artefact. U kunt dit alarm opheffen door ervoor te zorgen dat de patiënt zo min
mogelijk beweegt en de sensor goed is aangebracht.
Oplossing/info: Signaalartefact, Zorg dat patiënt zo min mogelijk beweegt, Controleer of sensor goed is
geplaatst, Controleer of sensor werkt, **Schakel pulsoxy-bewaking uit**
3421
Weinig/geen externe voeding
Dit alarm wordt geactiveerd wanneer de externe voeding (wissel- of gelijkspanning) tot onder het minimum
daalt (~11 VDC via AC/DC-netsnoer of een rechtstreekse gelijkspanningsbron) of als de voeding per ongeluk
wordt onderbroken. Aangezien het apparaat zowel via de externe voeding als de interne batterij kan werken,
is dit een alarm met lage prioriteit dat kan worden gewist door op de knop Geluid dempen te drukken. Door
op de knop Geluid dempen te drukken, bevestigt de gebruiker dat de interne batterij wordt gebruikt. Als
u tijdens dit alarm denkt dat het apparaat nog steeds is aangesloten op de externe voeding, moet u dit
controleren en eventueel contact opnemen met de technische dienst voor meer informatie.
Oplossing/info: Werking interne batterij, Controleer aansluiting op voeding, Bewaak batterijstatus
**Bel de technische dienst**
3422
Fout met batterij
Dit alarm wordt geactiveerd wanneer de interne batterij is verwijderd of de communicatie tussen de batterij en de
CPU is verbroken. Wanneer het apparaat op de externe voeding is aangesloten, kan het worden gebruikt. Als de
externe voeding wegvalt, is er geen beademing meer mogelijk en wordt er een alarm met hoge prioriteit
afgegeven. Het apparaat mag in dit geval alleen worden gebruikt als er geen alternatieven beschikbaar zijn.
Oplossing/info: Geen voeding door batterij beschikbaar, Externe voeding NIET verwijderen!, Laat stekker
erin zitten **Bel de technische dienst**
3423
Fout met opladen batterij
Dit alarm wordt geactiveerd wanneer het niet lukt om de batterij op te laden. Zolang dit alarm is geactiveerd,
kan de batterij niet worden opgeladen. Het apparaat werkt alleen via de externe voeding. Als de voeding
wegvalt, stopt het beademingsapparaat en wordt een alarm met hoge prioriteit geactiveerd. Het apparaat
mag in dit geval alleen worden gebruikt als er geen alternatieven beschikbaar zijn. Neem contact op met de
technische dienst voor meer informatie.
Oplossing/info: Beademingsapparaat in werking, Repareer interne voeding, Batterij laadt niet op, Handhaaf
externe voeding, **Bel de technische dienst**
3430
Batterij bijna leeg
Dit alarm wordt geactiveerd wanneer het apparaat nog <30 minuten op de batterij kan werken en de externe
voeding niet is aangesloten. De gebruiker moet voor een externe voedingsbron zorgen en/of voorbereidingen
treffen om de patiënt handmatig te beademen. Zodra de externe voeding is aangesloten, wordt het alarm
gewist. Hiervoor in de plaats wordt echter alarm 3431 afgegeven (zie hieronder).
Oplossing/info: <30 minuten te gebruiken, Sluit aan op externe voeding, Kijk of handmatig beademen lukt,
**Bel de technische dienst**
906-0731-01-16 Rev. B Bedieningshandleiding voor het ZOLL-beademingsapparaat
-perfusie
-perfusie
5-25