OTT O 1 500 V 2 • O M M - 0 00085 • RE V . D
Ingangen voor algemeen gebruik
9.5.6
De 24 V-ingangen, PNP-type, gebruiken de onderstaande vorm en moeten voldoen aan de volgende
spanningsvereisten:
INGANGSSPANNING PIN
Ingangsspanning > 11 V
Ingangsspanning < 5 V
11 V > Ingangsspanning > 5 V
9.6 Voorbeelden van interfaces voor hulpstukken
Voorbeeld van signaal van interface voor transportbandstijl
9.6.1
hulpstuk
Tabel 16 Voorbeeld van interfaceaansluitingen voor transportbandstijl hulpstukken
INTERFACE
Ingang noodstop
Ingang hulpstuk
inschakelen
Foutstatus hulpstuk
GPI_0
Accuspanning
24 V gelijkstroom
© Clearpath Robotics Inc. 2021. Alle rechten voorbehouden. CLEARPATH en OTTO zijn handelsmerken van Clearpath Robotics Inc. Alle andere product- en bedrijfsnamen zijn handelsmerken of
handelsnamen van hun respectieve bedrijven. De informatie in deze documenten is het vertrouwelijke en/of eigendomsrechtelijk beschermde eigendom van Clearpath Robotics Inc. en mag niet
worden gekopieerd, gereproduceerd of verder openbaar gemaakt zonder de uitdrukkelijke schriftelijke toestemming van Clearpath Robotics Inc.
Tabel 15 Algemene vereisten voor ingangsspanning
Geen – aansluiting moet een jumper hebben over deze aansluitingen
Uitgang naar hulpstuk geeft aan dat het hulpstuk mag werken.
Als de inschakellijn is uitgeschakeld, mag het hulpstuk niet bewegen.
Ingang van het hulpstuk die aangeeft dat het hulpstuk een probleem heeft ondervonden.
Als er een storing wordt aangegeven op deze ingang, stopt de robot met de autonome
werking en geeft het aan dat er een operator nodig is om het hulpstuk te onderzoeken.
Als er een fout wordt aangegeven op deze ingang, schakelt de basis robot over naar een
veiligheidsstopstatus.
GPI_0 wordt gebruikt om aan de robot aan te geven dat het kan bewegen nadat het
controle heeft over het hulpstuk.
Geschakeld, maximaal 50 A, 52,8 V nominaal
Niet-geschakeld, tot 10 A
STATUS LOGISCHE INGANG ROBOT
Logisch hoog
Logisch laag
Onbepaald
OPMERKINGEN
66