KOPLAMPEN: vervangen van een lamp
1
Dimlicht/Grootlicht
Open de afdekkap 1.
Maak de bedrading van de lamphouder
los 2.
Maak de veer 3 los om de lamphouder 2 te
verwijderen.
Voordat u werkzaamheden
kunt uitvoeren in de motor-
ruimte, MOET u het contact uit-
zetten (zie "De motor starten
en stoppen" in hoofdstuk 2).
5.16
(1/2)
3
2
Lamptype: H4
Gebruik uitsluitend anti-UV lampen van 55W
om de plastic ruit van de koplampen niet te
beschadigen.
Raak het lampglas niet aan. Houd de
lamp vast aan de metalen voet.
Bij het monteren gaat u in omgekeerde volg-
orde te werk.
Zorg ervoor dat u de bedrading correct terug
in de houder plaatst voordat u de afdekkap
sluit 1.
Markeringslicht voor
Open de afdekkap 1.
Maak de bedrading van de lamphouder
los 4.
Haal de lamphouder 4 uit zijn houder.
Vervang de lamp.
Lamptype: W5W
Bij het monteren gaat u in omgekeerde volg-
orde te werk.
4
Let op bij werkzaamheden
dicht bij de motor, deze kan
nog warm zijn. Bovendien
kan de ventilateurmotor on-
verwacht gaan draaien. Het waarschu-
wingslampje
herinnert u hieraan.
Verwondingsgevaar
De lampen staan onder druk
en kunnen openbarsten bij het
vervangen.
Verwondingsgevaar
in de motorruimte