ACS550-01/U1 gebruikershandleiding
Bekabeling bij behuizing van het IP21 / UL-type 1 met een kabelgoot
1. Maak de gewenste openingen in de kabelgoot/
wartelkast. (Zie de sectie
pagina 24.)
2. Installeer dunwandige kabelgootklemmen (niet
bijgeleverd).
3. Installeer de kabelgoot/wartelkast.
4. Sluit de kabelgoten aan op de kast.
5. Leid de vermogensingangskabel en motorkabel
door de kabelgoten (moeten afzonderlijke kanalen in
kabelgoot zijn).
6. Strip de aders.
7. Sluit de vermogens-, motor- en aardaders aan op de
omvormerklemmen. Zie de tabel rechts voor de
aanhaalmomenten.
Opmerking: Zie voor frame-afmeting R6 de sectie
Overwegingen bij voedingsaansluitklemmen – R6
frame-afmeting
8. Leid de besturingskabel door de kabelgoot (in een
afzonderlijk kanaal in kabelgoot, apart van de
vermogensingang- en motorkabel).
9. Strip de kabelmantel van de besturingskabels en
twist de koperen afscherming tot een bundel (pigtail).
10. Sluit de bundel (pigtail) van afschermingen van
digitale en analoge I/O-kabels aan op X1-1. (Alleen
aan omvormerzijde aarden.)
11. Strip de aders van de besturingskabels en sluit ze
aan op de omvormerklemmen. Zie de sectie
besturingsaansluitingen
aanhaalmoment van 0,4 N·m (0,3 lb·ft).
12. Installeer het deksel van de kabelgoot/wartelkast
(1 schroef).
Kabelgoot/Wartelset
op pagina 302.
op pagina 29. Gebruik een
op
2
3
7
7
5
4
Frame-
afmeting
N·m
R1, R2
1.4
R3
2.5
R4
5.6; PE: 2
R5
15
R6
40; PE: 8
10
11
8
Tabel
33
X0007
X0005
IP2004
Aanhaalmoment
lb·ft
1
1.8
4; PE 1.5
11
30; PE: 6
IP2005
Installatie