< BACK
INDEX
BEVEILIGD
via deze functie kunnen de geselecteerde uitgangen worden beveiligd, dat wil
zeggen dat er een wachtwoord nodig is voor de ACTIVERING of DEACTIVERING door
de bedieningsunit
* Ingangen
EXPORTEREN
de geselecteerde INGANGEN worden in de MASTER-bedieningsunit van
de huisautomatisering weergegeven of worden gekoppeld aan de master-
huisautomatisering. Selecteer door aan te vinken.
OMSCHRIJVING
de omschrijving van het element kan worden aangepast.
de nieuwe omschrijving wordt ook op de bedieningsunit bijgewerkt.
FUNCTIE
de modus SCENARIO moet worden ingesteld in geval van PLANUX of
BEDIENINGSUNIT
MINITOUCH met firmware master-huisautomatisering LAGER dan VERSIE 2.0
Bij ICONA, PLANUX of MINITOUCH met firmware GELIJK aan of HOGER dan VERSIE
2.0 moet de waarde op de INGANG worden ingesteld
EEN SCENARIO
het is mogelijk de functie te activeren/deactiveren door AAN/UIT in het keuzemenu
INSCHAKELEN
te selecteren
OMSCHRIJVING
er kan een beschrijving aan het geselecteerde scenario worden toegevoegd
SCENARIO
* Verbruik
EXPORTEREN
de geselecteerde VERBRUIKEN worden in de MASTER-bedieningsunit van de
huisautomatisering weergegeven of gekoppeld aan de MASTER-huisautomatisering.
Selecteer door aan te vinken.
OMSCHRIJVING
de omschrijving van het element kan worden aangepast.
de nieuwe omschrijving wordt ook op de bedieningsunit bijgewerkt.
GROEP
Met de functie kunnen meerdere tellers (van hetzelfde type) worden gehergroepeerd
- bijv. stroomverbruikteller) in dezelfde groep om een afzonderlijke teller grafisch te
kunnen weergeven.
Door op de toets
groepen van waaruit groepen kunnen worden aangemaakt of verwijderd.
ZICHTBAAR
Het attribuut ZICHTBAAR dient om het geselecteerde verbruik op de bedieningsunit
zichtbaar te maken
VERGELIJKEN
Het attribuut VERGELIJKEN voegt een grafische weergave toe met de vergelijking
tussen twee TA-modules, waarvan één ingesteld is als PRODUCTIE en één als
VERBRUIK om de koppeling van de gegevens te vergemakkelijken.
* Klimaat
de geselecteerde KLIMAATELEMENTEN worden in de bedieningsunit weergegeven.
EXPORTEREN
Selecteer door aan te vinken.
OMSCHRIJVING
de omschrijving van het element kan worden aangepast.
de nieuwe omschrijving wordt ook op de bedieningsunit bijgewerkt.
42
te drukken, heeft u toegang tot de pagina Beheer
MAXI MANAGER MET ANDROID 20003300W
INFORMATIE MODULE
Algemeen
Maxi Manager met Android 20003300W als bedieningsunit van het
huisautomatiseringssysteem functioneert uitsluitend in combinatie met Comelit Hub. Om
deze reden gedraagt hij zich als huisautomatisering-slave en tijdsynchronisatie-slave.
OMSCHRIJVING
voer een korte omschrijving in van de bedieningsunit om hem makkelijk terug te
BEDIENINGSUNIT
kunnen vinden.
TAAL
selecteer de interfacetaal van de bedieningsunit.
Alarmconfiguratie
Voor de communicatie met de alarmcentrale Vedo is de juiste configuratie nodig via de
software Safe Manager.
Compatibele Vedo-centrales: VEDO10 - VEDO34 - VEDO68 - VEDO200 versie 2.10.X - VEDO
IP versie 2.7.X
ALARM ACTIVEREN
activeer om de communicatie met het alarmsysteem tot stand te brengen
ID VEDO-APPARAAT
voer de ID van het apparaat in zoals ingesteld in Safe Manager
Thermostaat/hygrostaat
TEMPERATUUR-/
met deze functie kan de programmering van de temperatuur- en vochtsensor in de
VOCHTSENSOR
bedieningsunit worden geactiveerd/gedeactiveerd
ACTIVEREN
OMSCHRIJVING
er kan een omschrijving van de sensor worden toegevoegd om hem op de
bedieningsunit gemakkelijker terug te kunnen vinden
ADRES
ken een adres toe aan de bus op de sensor
Gebruikersinterface bedieningsunit
GEBRUIK
er kan een bedieningsunit worden geselecteerd van waaruit de gebruikersinterface
INTERFACE VAN
wordt geïmporteerd of door het vinkje te deselecteren kan de bedieningsunit
handmatig worden geconfigureerd.
De functie kan worden geactiveerd als er minimaal 2 bedieningsunits aanwezig
zijn in de installatie.
de bedieningsunit gebruikt standaard de interface van de eerste bedieningsunit
(master default) die aan de installatie is toegevoegd.
ELEMENTEN
via het menu is het mogelijk om te selecteren welke elementen worden
BEDIENINGSUNIT
weergegeven en beheerd via de Comelit-app en via de bedieningsunits die gebruik
CONFIGUREREN*
maken van de gebruikersinterface van de module.
UITGANGEN / INGANGEN / VERBRUIK / KLIMAAT / SCENARIO'S / REGELS
("*Elementen bedieningsunit configureren" op pagina
50)