6.1
De communicatie coderen met Web Connection
6
De gebruiksomgeving van Web Connection
6.1
De communicatie coderen met Web Connection
U kunt de beveiliging verbeteren door de communicatie tussen uw computer en Web Connection te coderen
met SSL.
Het SSL-certificaat wordt geregistreerd op deze machine wanneer deze wordt verzonden. Wanneer u
SSL/TLS inschakelt op deze machine, kan de met SSL gecodeerde communicatie daarom onmiddellijk na
de installatie worden uitgevoerd.
In de beheerdersmodus, selecteert u [Security] - [PKI Settings] - [SSL Setting] en configureert dan de
volgende instellingen.
Instellingen
[Mode using SSL/TLS]
[Encryption Strength]
Tips
-
Wanneer Internet Explorer wordt gebruikt in Windows XP/Server 2003, wordt een SSL-communicatie
(https-verbinding) uitgeschakeld is als de coderingssterkte is ingesteld op [AES-256].
d
Referentie
U kunt een nieuw certificaat maken met het certificaat dat is geregistreerd wanneer het wordt verzonden.
Raadpleeg pagina 13-3 voor meer informatie.
d-Color MF752/652
Beschrijving
Selecteer een modus om SSL-communicatie uit te voeren.
•
[Admin. Mode]: gebruikt SSL-communicatie in zowel de beheerders-
modus als de gebruikersmodus.
•
[Admin. Mode and User Mode]: gebruikt SSL-communicatie uitsluitend
in de beheerdersmodus.
•
[None]: gebruikt geen SSL-communicatie.
[None] wordt standaard opgegeven.
Selecteer de SSL-coderingssterkte.
Selecteer dit naargelang van uw omgeving.
[AES-256, 3DES-168, RC4-128, DES-56, RC4-40] wordt standaard
opgegeven.
6
6-3