8.8
De NetWare-afdrukomgeving configureren
In de afdrukservermodus met NetWare 4.x Bindery-emulatie
0
Wanneer u de Bindery-emulatie gebruikt, moet u ervoor zorgen dat de Bindery-emulatie is
ingeschakeld op de NetWare-server.
0
Wanneer u de afdrukservermodus selecteert, moet het IPX-protocol al op de NetWare-server zijn
geladen.
1
Meld u vanaf de client in het NetWare-bestandssysteem aan als Bindery met
beheerdersbevoegdheden.
2
Start Pconsole.
3
Selecteer [Quick Setup] in de keuzelijst [Available Option] en druk op de Enter-toets.
4
Vul [Print Server Name], [Printer Name] en [Print Queue Name] in. Stel het [Type] van de printer in op
[Other/Unknown] en sla deze op.
5
Beëindig Pconsole door op de Esc-toets te drukken.
6
Aanmelden bij de beheerdersfunctie van Web Connection.
7
In de beheerdersmodus, selecteert u [Network] - [NetWare Setting] - [NetWare Setting] en configureert
u de volgende instellingen.
Instellingen
[IPX Setting]
[Ethernet Frame Type]
[NetWare Print Mode]
d-Color MF752/652
Beschrijving
Selecteer [ON] om IPX te gebruiken.
[OFF] wordt standaard opgegeven.
Selecteer het Ethernet-frametype naargelang van uw omgeving.
[Auto Detect] wordt standaard opgegeven.
Selecteer [PServer].
[OFF] wordt standaard opgegeven.
8
8-23