12
Werken met SSL-communicatie
Communicatie tussen deze machine en de LDAP-server is gecodeerd met SSL.
Configureer de instelling als uw omgeving SSL gecodeerde communicatie met de LDAP-server vereist.
In de beheerdersmodus, selecteert u [User Auth/Account Track] - [External Server Settings] - [Edit] en
configureert dan de volgende instellingen.
Instellingen
[Enable SSL]
[Port No. (SSL)]
12-30
Beschrijving
Selecteer dit selectievakje om SSL-communicatie te gebruiken.
[OFF] (niet geselecteerd) wordt standaard opgegeven.
Wijzig, indien nodig, het nummer van de SSL-communicatiepoort.
Normaal kunt u het originele poortnummer gebruiken.
[636] wordt standaard opgegeven.
De LDAP-authenticatie gebruiken
d-Color MF752/652
12.6