17
Instellingen
[IPX-adres]
[E-mail 1] tot
[E-mail 10]
[Instelling totaalteller melding]
Om weer te geven: [Toepassing] - [Beheerderinstelling] - [Netwerkinstelling] - [Detailinstelling] - [Instelling
totaalteller melding]
Configureer de instelling om tellergegevens die door deze machine worden beheerd te verzenden naar een
geregistreerd e-mailadres.
Instellingen
[Planningsinstelling]
[Inst. meldingsadres]
[Modelnaam]
[Nu verzenden]
[PING bevestiging]
Om weer te geven: [Toepassing] - [Beheerderinstelling] - [Netwerkinstelling] - [Detailinstelling] -
[PING bevestiging]
Configureer de instellingen voor het verzenden van een ping naar het apparaat dat communiceert met deze
machine om te controleren of de verbinding correct is ingesteld.
Instellingen
[PING TX adres]
[Contr. verbinding]
17-34
Beschrijving
Selecteer dit item wanneer u een meldingsbestemming opgeeft met een
IPX-adres.
•
[Adres]: voer het netwerkadres en het knooppuntadres van de bestem-
ming in.
[Netwerkadres]: voer het netwerkadres in met acht hexadecimale
tekens.
[Node adres]: voer het knooppuntadres in met 12 hexadecimale tekens.
•
[Community naam]: Voer de communitynaam in (tot 15 tekens).
[openbaar] wordt standaard opgegeven.
•
[Meldingsitem] een item dat automatisch moet worden gemeld. Stel
een item in dat automatisch moet worden gemeld op [AAN].
Selecteer dit item wanneer u een meldingsbestemming opgeeft met een
E-mailadres.
•
[E-mailadres bewerken]: voer het e-mailadres van de bestemming in.
•
[Meldingsitem] een item dat automatisch moet worden gemeld. Stel
een item in dat automatisch moet worden gemeld op [AAN].
Beschrijving
Geef de meldingsplanning op als [Dag], [Week] of [Maand]. Er kunnen
maximaal twee planningen worden geregistreerd. U kunt verschillende
planningen gebruiken voor verschillende doeleinden.
Notificatie-adressen registreren. Selecteer ook een meldingsplanning die
moet worden toegepast.
•
[E-mailadres bewerken]: voer het e-mailadres van de bestemming in
(met maximaal 320 tekens).
•
[Eco-informatie]: selecteer of ecoverwante informatie en tellerinforma-
tie moeten worden gemeld. [Melden] wordt standaard opgegeven.
•
[Schema-inst.]: selecteer een planning die moet worden toegepast op
een bestemming vanaf de planningen die zijn geregistreerd in [Plan-
ningsinstelling]. Stel een planning in die moet worden toegepast op
[AAN].
Voer een modelnaam op die in de e-mailmelding moet worden opgenomen
(tot 20 tekens).
Geef een naam waarmee u het apparaat gemakkelijk kunt identificeren.
Tellerinformatie verzenden naar het geregistreerde E-mailadres.
Beschrijving
Voer het adres in dat wordt gebruikt voor het verzenden van een ping.
Gebruik een van de volgende invoerformaten.
•
Voorbeeld van hostnaam: "host.example.com"
•
Voorbeeld van IP-adres(IPv4): "192.168.1.1"
•
Voorbeeld van IP-adreslijstinvoer (IPv6): "fe80::220:6b.:fe10:2f16"
Verzend een ping om te controleren of deze machine goed is verbonden.
d-Color MF752/652