15.3
Een programma registreren
15.3.6
Een faxadresprogramma registreren
Een programma kan worden geregistreerd of bewerkt met Web Connection. Hoewel tekens invoeren met
het tiptoetsscherm moeizaam verloopt, kan het ook op een eenvoudige manier via de computer.
Een combinatie van adresgegevens en de instellingen van de fax/scanverzendingsopties kunnen worden
geregistreerd in een programma.
Hieronder wordt het faxadresprogramma beschreven.
In de beheerdersmodus, selecteert u [Store Address] - [Program] - [Registration] - [Fax] en klikt u vervolgens
op [OK] om de volgende instellingen te configureren.
Instellingen
[Name]
[Destination
Information]
[Basic Setting]/
[Application Setting]
[Limiting Access to
Destinations]
d-Color MF752/652
Beschrijving
Voer een programmanaam (tot 24 tekens) in.
Geef een naam waarmee u het programma gemakkelijk kunt identificeren.
Klik op [Search from List] en selecteer een bestemmingsfaxadres in de lijst.
Klik op de knop [Check Destination] om de geregistreerde adresboeken te
controleren.
Als u het faxadres van een bestemming handmatig wilt invoeren, selecteert u
[Direct Input] en voert u het adres in.
•
[Destination]: voert het faxnummer van de bestemming in.
•
[Line Setting]: als er twee lijnen worden gebruikt, selecteert u de lijn die
wordt gebruikt voor het verzenden van een fax. Als [No Selection] is gese-
lecteerd, wordt een van de lijnen die niet bezet is, gebruikt voor de
verzending.
•
[Communication Setting]: geef, zoals nodig, op hoe een fax moet worden
verzonden naar een bestemming die u wilt registreren.
Slechts één bestemming kan worden opgegeven.
Configureer de instellingen voor de faxverzendingsopties.
Raadpleeg pagina 15-27 voor meer informatie.
Beperk waar nodig de toegang tot deze bestemming.
Raadpleeg pagina 12-46 voor meer informatie.
15
15-21