Configuratie en inbedrijfstelling
I
5
Instelling van de frequentieregelaar MOVITRAC
0 0
44
Voor de besturing van de frequentieregelaar MOVITRAC
echter van tevoren omgeschakeld worden naar Control source (P101) en Setpoint
source (P100) = SBus. Met de instelling op SBus wordt de frequentieregelaar
®
MOVITRAC
B geparametreerd op de setpoint-overname van de gateway. Nu reageert
de frequentieregelaar MOVITRAC
pelende besturing worden verzonden.
Om de frequentieregelaar MOVITRAC
laten stoppen, moet de SBus1-timeout-tijd (P883) ongelijk aan 0 ms ingesteld worden.
Wij raden een waarde in het bereik 50 ... 200 ms aan.
De activering van de stuur- en setpointbron SBus wordt aan de overkoepelende bestu-
ring gemeld met de bit "SBus mode active" in het statuswoord.
Om veiligheidstechnische redenen moet de frequentieregelaar voor de besturing via het
veldbussysteem bovendien op de klemmen worden vrijgegeven. Daarom moeten de
klemmen zo worden aangesloten en geprogrammeerd dat de regelaar via de ingangs-
klemmen wordt vrijgegeven. De eenvoudigste variant om de frequentieregelaar op de
klemmen vrij te geven, is bijv. op de ingangsklem DIØ1 (functie CW/STOP) een +24V-
signaal te geven en de overige ingangsklemmen te programmeren op NO FUNCTION.
Parametreer de parameter P881 SBus address in oplopende volgorde op waarde 1 ... 8.
Het SBus-adres 0 wordt door de DFE24B-gateway gebruikt en mag daarom niet worden
gebruikt.
Parametreer P883 SBus timeout op waarde 50 ... 200 ms.
®
®
®
B op de procesuitgangsdata, die door de overkoe-
®
B bij een storing in de SBus-communicatie te
Handboek – Veldbusinterface DFE24B EthernetCAT
B via EtherCAT moet deze