Configuratie en inbedrijfstelling
I
5
Instelling van de applicatieregelaar MOVIDRIVE
0 0
5.4
Instelling van de applicatieregelaar MOVIDRIVE
42
Voor het eenvoudige veldbusbedrijf zijn de volgende instellingen vereist.
Voor de besturing van de applicatieregelaar MOVIDRIVE
echter van tevoren omgeschakeld worden naar Control source (P101) en Setpoint
source (P100) = FIELDBUS. Met de instelling op FIELDBUS wordt de applicatieregelaar
geparametreerd op de setpoint-overname van EtherCAT. Nu reageert de applicatie-
®
regelaar MOVIDRIVE
B op de procesuitgangsdata, die door de overkoepelende bestu-
ring worden verzonden.
De applicatieregelaar MOVIDRIVE
optiekaart zonder verdere instellingen direct via EtherCAT worden geparametreerd. Alle
parameters kunnen bijvoorbeeld na het inschakelen door de overkoepelende besturing
worden ingesteld.
®
MDX61B
®
MDX61B
®
B via EtherCAT moet deze
®
B kan na het installeren van de EtherCAT-
Handboek – Veldbusinterface DFE24B EthernetCAT
11638AXX