Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Encoderaansluiting; Specificaties; Encoderingang; Encoder Voeding - Nidec Unidrive SP Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Encoderaansluiting:

Op de 15-polige sub-D connector kan een groot scala aan encoders aangesloten worden. Voor aansluiting kan gebruik
gemaakt worden van de bij Control Techniques verkrijgbare adapters met schroefaansluitingen, zoals op pagina 61
weergegeven.
Toe te passen encoder types, parameter 3.38.
Ab
Kwadratuur met of zonder markerpuls.
Fd
Frequency Direction met of zonder markerpuls.
Fr
Forward Reverse met of zonder markerpuls.
Ab SErVO
Kwadratuur met U-V-W commutatiesignalen.
Fd SErVO
Frequency Direction met U-V-W commutatiesignalen.
Fr SErVO
Forward Reverse met U-V-W commutatiesignalen.
SC
SinCos zonder seriële communicatie.
SC.HiPEr
Absoluut SinCos met Stegmann 485 comms protocol (HiperFace).
EndAt
Absoluut EndAt zonder seriële communicatie.
SC.EndAt
Absoluut SinCos met EndAt comms protocol.
SSI
Absoluut SSI met gray of binair code.
SC.SSI
SinCos met SSI comms protocol.
SC.SErVO
SinCos met U-V-W commutatiesignalen.
In deze Nederlandstalige handleiding zal uitsluitend ingegaan worden op de Ab, Fd en Fr encoders, raadpleeg voor de
overige encoder types bij voorkeur menu 3 van de Advanced User Guide die is opgenomen op de CDROM die met de
Unidrive SP is meegeleverd.
Pin
Ab
Fd
Fr
1
A
F
F
2
A\
F\
F\
3
B
D
R
4
B\
D\
R\
5
6
7
8
9
10
11
12
13
+ Ub uitgang (5, 8 of 15V)
14
0 VDC
15
Motorthermistor (intern doorverbonden met controleklem 8)

Specificaties:

Ingangen:
EIA 485 differentiaal ingang.
(Pin 1t/m 4)
Max. spanning t.o.v. common en differentiaal = +/- 25 V
Max. frequentie = 500 kHz. (410kHz. bij softwareversie < V01.06.01)
Signaalniveau = +12 V tot -7 V
Interne ballastweerstanden selecteerbaar, 120 Ohm.
Bij signalen boven 5 Volt geen ballastweerstanden toepassen.
Ingangen:
EIA 485 differentiaal ingang
(Pin 5 t/m 12)
Max. frequentie = 512 kHz
Max. spanning t.o.v. common en differentiaal = +14V tot -9 V
Voeding:
Encodervoeding: 5, 8 en 15 Volt.
(Pin 13-14)
Selecteerbaar met parameter #.36
5 Volt, +/-2%, 300 mA (fabrieksinstelling)
8 Volt, +/-5%, 300 mA
15 Volt, +/- 5%. 200 mA
Een overbelasting zal resulteren in een <Enc1> trip.
Aantal encoderpulsen per omwenteling, parameter 3.34.
Het aantal encoder pulsen per omwenteling van de motor moet geprogrammerd worden in parameter 3.34 en mag in
principe elk getal zijn tussen 1 en 50.000 met in achtname van de maximale ingangsfrequentie van 500kHz. bij
maximaal toerental. Fabrieksmatig staat het aantal encoderpulsen per omwenteling op 1024, echter voor optimaal
regelgedrag, in het bijzonder bij lage toerentallen, is het ten zeerste aan te bevelen een encoder toe te passen met
minimaal 2048 pulsen per omwenteling.
SP Closed Loop Handleiding, versie 2.2
Unidrive SP
#3.38
Ab.
Fd.
Fr.
SErVO
SErVO
SErVO
A
F
F
A\
F\
F\
B
D
R
B\
D\
R\
Z (optie)
Z\ (optie)
U ingang
U\
,,
V
,,
V\
,,
W
,,
W\ ,,

Encoderingang

SC
SC.
SC.
EndAt
HiPEr
EndAt
Cos
Cos
Cosref
Cosref
Sin
Sin
Sinref
Sinref
Encoder ingang – Data in/uit
Encoder ingang – Data\ in/uit
Encoder ingang – klok in/uit
Encoder ingang – klok\ in/uit
Pagina 58 van 208
SC.
SSI
SSI
Cos
Cosref
Sin
Sinref
1
5
Encoder
3.36
voeding
5 V
Pin 13
8 V
2
Pin 14
15 V
run
37.5
M
6
11
15
10

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave