Inhoudsopgave
Advertenties
Code
Nr.
Enc12
162
Hiperface encoder trip
Enc13
163
EnDat encoder trip
Enc14
164
EnDat encoder trip
Enc15
165
Liniare motor encoder trip, #5.36 out of range.
Enc16
166
EnDat encoder trip
Enc17
167
Sincos encoder trip
ENP.Er
176
Encoder elektonische typeplaat data error
Et
6
External trip
HF01
Data processing error: CPU address error
HF02
HF03
HF04
HF05
HF06
HF07
HF08
HF09
HF10
HF11
HF12
HF13
HF17
Multy module system, thermistor short circuit
HF18
Multy module system, incorrect cable error
HF19
Temperature feedback multyplexing faillure
HF20
220
Serial code error
HF21
221
Unrecognised frame size
HF22
222
Multy module framesize mismatch
HF23
223
Multy module voltage rating mismatch
HF24
224
Unrecognised drive size
HF25
225
Current feedback offset error
HF26
226
Softstart trip of rem IGBT actief bij inschakeling
HF27
227
Powerstage thermistor 1 trip
HF28
228
Powerstage thermistor 2 trip or internal fan trip
HF29
229
Control board thermistor trip
HF30
230
DCCT wire break trip from power module
HF31
231
Trip van de interne koelfan van de condensatorbank
van een power module
HF32
232
Een power module is niet ingeschakeld
It.AC
20
Motor overbelast
It.br
19
Remweerstand overbelast
L.SYnC
39
Synchronisatiefout met de voeding, in regen mode
O.CtL
23
Controlebord overtemperatuur
O.ht1
21
IGBT overtemperatuur (thermisch model)
O.ht2
22
Koellichaam overtemperatuur
Oht2.P
105
Koellichaam overtemperatuur powermodule x
O.ht3
27
Drive overtemperatuur (thermisch model)
Oht4.P
102
Input diodebrug of input snubber overtemperatuur
OI.AC
3
Overstroom aan de motorzijde
OIAC.P
104
Overstroom aan de motorzijde powermodule P
OI.br
4
Overstroom in remweerstand
OIbr.P
103
Overstroom in remweerstand powermodule x
OIdC.P
109
IGBT overstroom powermodule x (Vce detectie)
O.Ld1
26
Overbelasting 24 Volt digitale uitgangen
O.SPd
7
Overspeed, te hoog motortoerental
OU
2
Overspanning in DC-tussenkring
OU.P
106
Overspanning in DC-tussenkring powermodule x
SP Closed Loop Handleiding, versie 2.2
Unidrive SP
Tripcode
Beschrijving
DMAC address error
Illegale instruction
IIIegal slot instruction
Undefind exeption
Reserved exeption
Watchdog faillure
Level 4 crash
Heap overflow
Router error
Access to EEPROM failed
Main program stack overflow
Incompatible with hardware
Pagina 204 van 208
Bijzonderheden
Encoder type niet herkent tijdens autoconfiguratie.
Controleer of autoconfiguratie mogelijk is, programmeer
zonodig manueel. Controleer de bedrading.
Bij auto-tune vastgesteld dat encoder omwentelingen
niet tot de macht 2 is.
Bij auto-tune vastgesteld dat bits per omwenteling te
groot is. Selecteer een andere encoder of vervang
zonodig de encoder.
Bij auto-tune vastgesteld dat #5.36 < 2 of > 50.000
Aantal comms bits per periode bij lineaire motor > 255
Bij auto-tune periodes per omw. niet tot de macht 2
Vervang encoder
#10.32 bediend, mogelijk via klem 31 indien #8.10 = 1
Stuur Unidrive-SP ter reparatie.
Deze hardware trips geven een fatale storing aan die niet
kan worden gereset. Communicatie via het toet-senbord
of via de PC is niet meer mogelijk.
Stuur Unidrive –SP ter reparatie indien na voedings-
spanning uitschakeling de trip aanwezig blijft.
Communicatie via het toetsenbord of de PC is mogelijk in
deze conditie.
Vervang de koelventilator of stuur de Unidrive-SP ter
reparatie.
Controleer de AC-voedingsspanning van de power
modules. Voeding moet simultaan ingeschakeld worden.
De nominale motorstroom in #5.07 is te lang over-
schreden. Zie ook #4.15, #4.16 en #4.25.
Overbelasting wordt gedetcteerd n.a.v. de in #10.30 en
#10.31 geprogrammeerde waarde. Toepassing van een
thermoschakelaar in de remweerstand heeft de voorkeur
boven deze methode. Trip kan uitgeschakeld worden
door #10.30 op 0 te programmeren
Raadpleeg Unidrive SP – Regen handleiding
Zie de beschrijving van het thermisch management in
menu 6. Reduceer zonodig de schakelfrequentie.
Controleer de functionaliteit van de ventilatoren in de
Unidrive-SP en de schakelkast. Controleer de koelme-
thode van de schakelkast en de filtermatten.
Kortsluiting gedetecteerd in de motorfasen, mogelijk als
gevolg van winding- of aardsluiting. Of als gevolg van
een excessieve stootbelasting. Neem de motor-
aansluitingen los en probeer opnieuw.
Per Unidrive –SP ligt minimale weerstandswaarde van
remweerstand vast. Raadpleeg data voorin dit handboek.
Zie OIAC trip
Controleer de bedrading van klem 22, 24, 25 en 26
De motor wordt waarschijnlijk aangedreven. Uitgestuurde
frequentie is boven 20% van de #1.06 waarde. Bij closed
loop mogelijk de #3.08 waarde overschreden (indien > 0)
Te veel regeneratieve energie. Raadpleeg #2.04. Bij een
niet-geaard net, mogelijk een aardfout in de motor
Advertenties
Inhoudsopgave
