Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Algemene veiligheidsaanwijzingen
2.19.3

Aanbouwwerktuigen

26
Voor het aan- en afkoppelen van machines aan de
driepuntshefinrichting moet de hefinrichting in een stand worden
geplaatst, waarin onverwacht heffen of zakken is uitgesloten!
Bij de driepuntsophanging moeten de bevestigingscategorieën
van trekker en machine altijd gelijk zijn of op elkaar worden
afgestemd!
Bij het aan- en afkoppelen van machines aan de trekker bestaat
gevaar voor verwondingen!
Binnen het bereik van de hefinrichting bestaat gevaar voor
beklemmen of snijdwonden!
Tussen trekker en machine mag zich niemand ophouden,
zonder dat de machine tegen wegrijden is beveiligd door het
plaatsen van stopwiggen!
Gedragen en getrokken werktuigen uitsluitend aan de
voorgeschreven ophang- en trekpunten bevestigen!
Houdt rekening met de voorschriften de fabrikant!
Alle inrichtingen voor het rijden op de weg in transportstand
brengen!
Bij het nemen van bochten met getrokken of gedragen
werktuigen rekening houden met uitzwaaien en de
middelpuntvliedende kracht!
Tijdens transport moeten de beweegbare onderdelen van de
machine in de transportsteunen worden vergrendeld, zodat ze
niet kunnen losraken!
Bij het bedienen van de steunpoten bestaat gevaar voor
beknellen en snijdwonden!
Aan een tractor aangebouwde werktuigen en ballastgewichten
beïnvloeden het rijgedrag, evenals het stuur- en remvermogen
van de tractor!
De vooras van de tractor moet altijd met minstens 20% van het
eigengewicht van de tractor zijn belast, zodat de besturing
voldoende gewaarborgd is. Indien nodig frontgewichten
aanbrengen!
Door montage van werktuigen voor of achter aan de tractor mag
het toegestane gewicht niet worden overschreden
het toegestane totale gewicht van de tractor.
de toegestane asbelastingen van de tractor.
de toegestane draagvermogens van de tractorbanden.
Volgens het verkeersreglement moeten trekker en machine ook
in beladen toestand voldoende remcapaciteit hebben.
Houd rekening met het maximale draagvermogen van de
machine en de toegestane asbelasting van de tractor!
Tijdens transportritten de bedieningshendel van de hefinrichting
vergrendelen, zodat de opgeheven machine niet onverwacht kan
zakken!
Aanbouwmachine stevig wegzetten!
Instel-, onderhouds- en reinigingswerkzaamheden en het
opheffen van storingen uitsluitend met stilstaande motor en
uitgetrokken contactsleutel uitvoeren!
Beschermkappen nooit verwijderen en altijd in de
voorgeschreven positie aanbrengen!
UF 01 SB 238. 07.04

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Uf 1501Uf 1801

Inhoudsopgave