Extra uitvoeringen
2. Spuitboom in de nulstand zetten. Hiervoor
bedient het functiekader
richt de spuitboom evenwijdig aan de
grond.
2. Nulstand van de spuitboom vastleggen.
Hiervoor het functiekader bedienen
3. Bedien het functiekader
calibreren).
4. Druk de linker boomhelft met de hand zover
naar beneden tot een alarmsignaal klinkt.
→ Het topeinde van de boomhelft bevindt zich
nu ongeveer 40 cm van de grond.
5. Laat de spuitboomhelft weer los.
6. Breng de spuitboom met de hand weer in
de horizontale positie.
7. Bedien het functiekader
calibreren af te sluiten.
146
of
en
.
(handmatig
Fig. 165
om het
UF 01 SB 238. 07.04