4.10.2.5 Spuithoogte instellen
1. Bedien het functiekader
zolang tot de hydraulische hoogteverstelling
(Fig. 125/1) de spuitboom op de gewenste
hoogte heeft ingesteld.
4.10.2.6 Hydraulische hellingcorrectie
Belangrijk!
UF 01 SB 238. 07.04
of
Fig. 125
De spuitboom kan evenwijdig aan de grond of de te bewerken
oppervlakte worden gezet met de hydraulische balanscorrectie voor
ongunstige terreinomstandigheden, zoals diepe spuitsporen of met
een wiel in een voor.
De hydraulische balanscorrectie kan alleen goed werken,
wanneer de basisafstelling van de balanscorrectie correct is
uitgevoerd (instellen van de balanscorrectie). Zie hiervoor hfdst.
"Balanscorrectie calibreren", bladzijde 63.
Voer het calibreren van de balancering uit
x
wanneer u de machine voor de eerste keer in bedrijfstelt.
x
bij afwijking van de weergegeven positie op het display en
de werkelijke positie van de spuitboom.
Opbouw en werking
1
113