Inhoudsopgave
Advertenties
7.3
Spuitdoppen
1. Controleer van tijd tot tijd de zitting van de
schuif (Fig. 223/7). Hiervoor de schuif zo
ver in het doplichaam (Fig. 223/2) schuiven,
als het gematigde kracht met de duim
mogelijk is. Een nieuwe schuif nooit tot de
aanslag er in drukken.
7.3.1
Montage van de doppen
Advies!
7.3.2
Verwijderen van het membraanklepje bij nadruppelende spuitdoppen
Belangrijk!
UF 01 SB 238. 07.04
2
Fig. 223
1. Het dopfilter (Fig. 223/1) langs de onderkant in de dophouder
(Fig. 223/2) steken.
2. Die Spuitdop (Fig. 223/3) in de bajonetkap (Fig. 223/4) leggen.
Voor de verschillende spuitdoppen worden bajonetkappen in
verschillende kleuren geboden.
3. Rubber afdichtring (Fig. 223/5) op de spuitdop leggen.
4. Rubber afdichting in de uitsparing van de bajonetmoer drukken.
5. Bajonetkap op de bajonetaansluiting zetten.
6. Bajonetkap tot de aanslag vastdraaien.
Afzetting van spuitmiddelen op de zitting van het membraanklepje
(Fig. 223/6) is veelal de oorzaak voor het nadruppelen van de
spuitdoppen als de spuitsectie wordt afgesloten. De betreffende
membranen dan als volgt schoonmaken:
1. De schuif (Fig. 223/7) in de richting van de bajonetmoer uit de
dophouder (Fig. 223/2) trekken.
2. Het veerelement (Fig. 223/8) en het membraan (Fig. 223/9)
demonteren.
3. Membraanzitting (Fig. 223/6) schoonmaken.
4. Montage in omgekeerde volgorde.
Zorg er voor, dat het veerelement op de juiste wijze wordt
gemonteerd. Het breedste gedeelte van de schuine kanten links
en rechts van het huis van het veerelement (Fig. 223/10) wijzen in
de richting van het profiel van de spuitboom.
Service, reparatie en onderhoud
6
9
8
1
5
3
4
10
7
213
Advertenties
Inhoudsopgave
