In bedrijfstellen
6.8
Spuiten
Bijzondere aanwijzingen voor het spuiten
Belangrijk!
190
x
Controleer de veldspuit door de afgifte te meten
x
voor het begin van het seizoen.
x
bij afwijking tussen de werkelijk aangegeven spuitdruk
en de vereiste spuitdruk volgens de spuittabel.
x
Bereken voor het spuitbegin de vereiste afgifte exact met
behulp van gebruiksaanwijzing van de spuitmiddelen
fabrikant (zie hiervoor hoofdstuk "Spuitvloeistof
aanmaken", bladzijde 164).
x
Voer de gewenste afgifte (ingestelde waarde) voor het
spuiten in de
DE
piepsignaal, indien de gewenste afgifte tijdens het
spuiten niet wordt bereikt.
x
Houd de gewenste afgifte [l/ha] tijdens het spuiten exact
aan,
x
zodat u uw bespuiting optimaal kunt uitvoeren
x
en daarmee het milieu niet onnodig belast.
x
Zoek voor het spuiten het vereiste type spuitdop in de
spuittabel op, daarbij rekening houdend met
x
de voorziene rijsnelheid,
x
de vereiste afgifte en
x
het vereiste druppelspectrum (fijn, middel of grof) voor
het uitvoeren van de bespuiting met het in te zetten
gewasbeschermingsmiddel.
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabel voor spleetdoppen,
antidriftdoppen, luchtinjectie- en airmix spuitdoppen",
bladzijde 217.
x
Kies uit de spuittabel voor begin van het spuiten de vereiste
dopmaat, daarbij rekening houden met
x
de voorziene rijsnelheid,
x
de vereiste afgifte en
x
de nagestreefde spuitdruk.
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabel voor spleetdoppen,
antidriftdoppen, luchtinjectie- en airmix spuitdoppen",
bladzijde 219.
x
Kieze een lage rijsnelheid en een lage spuitdruk om drift te
voorkomen!
Zie hiervoor hoofdstuk "Spuittabel voor spleetdoppen,
antidriftdoppen, luchtinjectie- en airmix spuitdoppen",
bladzijde 219.
x
Bij een windsnelheid van meer dan 3 m/sec (windkracht 2
Bft.) maatregelen tegen drift nemen (zie hiervoor hfdst.
"Maatregelen ter voorkoming van drift", bladzijde 194)!
x
Een gelijkmatige dwarsverdeling is alleen mogelijk wanneer
het balanceersysteem ongehinderd kan functioneren.
x
Bij gemiddelde windsnelheden van meer dan 5 m/sec (>3
Bft.) niet meer spuiten (bladeren en takjes bewegen).
in.
geeft een foutmelding en een
UF 01 SB 238. 07.04