10-62
Verzorging van het voertuig
18. Rijd daarna meteen 8 km
(5 mijl) met de auto om het
afdichtmiddel in de band te
verspreiden.
19. Stop op een veilige plek en
controleer de bandenspanning.
Zie stappen 1 tot en met 11
onder "De bandenreparatieset
met compressor zonder
afdichtmiddel gebruiken om
een band op te pompen
(geen lek)".
Als de bandenspanning meer
dan 68 kPa (10 psi) onder de
aanbevolen bandenspanning is
gedaald, stop dan de auto. De
band is dan te ernstig bescha-
digd en kan niet met het
bandafdichtmiddel worden
afgedicht.
Als de bandenspanning niet
meer dan 68 kPa (10 psi) ten
opzichte van de aanbevolen
bandenspanning is gedaald,
gebruik dan de compressorset
om de band op te pompen tot
de aanbevolen banden-
spanning.
20. Weeg eventuele restanten
afdichtmiddel van het wiel, de
band en de auto.
21. Breng de gebruikte bus met
afdichtmiddel en de afdicht-
middel-/luchtslang (6) naar een
plaatselijke dealer of gooi ze
weg in overeenstemming met
de plaatselijke voorschriften en
procedures.
22. Vervang de bus door een
nieuwe bus, die bij de dealer
verkrijgbaar is.
23. Als u een band tijdelijk hebt
afgedicht met de bandenrepa-
ratieset met compressor, moet
u de auto binnen 161 km
(100 mijl) naar een geautori-
seerde dealer brengen om de
band te laten repareren of
vervangen.
De bandenreparatieset met
compressor zonder afdicht-
middel gebruiken om een band
op te pompen (geen lek)
De luchtcompressor alleen met lucht
en niet met afdichtmiddel gebruiken
om een band op te pompen.
Wanneer een band lek raakt,
voorkomt u verdere schade aan
band en wiel door langzaam naar
een vlakke ondergrond te rijden.
Schakel de alarmknipperlichten in.
Zie Alarmknipperlichten op
pagina 6 4.