Na het afremmen van de auto waardoor deze tot stilstand is gebracht, zorgt het systeem dat de auto blijft stilstaan; de snelheidsregelaar wordt onderbroken.
De bestuurder moet het gaspedaal intrappen om weg te rijden en vervolgens het systeem heractiveren door harder te rijden dan 30 km/h en toets 2, 3 of 4 in te drukken.
Als de bestuurder nadat de auto tot stilstand is gekomen geen actie onderneemt, wordt binnen enkele minuten automatisch de elektrische parkeerrem aangetrokken.
190
Bijbehorende melding
"Regelaar gepauzeerd"
(gedurende enkele seconden)
Aanwijzingen
Het systeem heeft de auto remmend tot stilstand gebracht
en houdt de auto stil.
De bestuurder moet het gaspedaal intrappen om weer
verder te rijden.
De snelheidsregelaar blijft gepauzeerd tot de bestuurder
deze activeert bij een rijsnelheid van meer dan 30 km/h.