Annulering van automatische remfunctie
In bepaalde situaties wordt het automatisch
remmen bij stilstand geannuleerd en wordt de
functie stand-by gezet. Dat betekent dat de
remmen worden gelost en de auto mogelijk
gaat rollen – u moet daarom ingrijpen en zelf
remmen om de auto stil te houden.
Dat is mogelijk in een van de volgende situ-
aties:
U bedient het rempedaal.
•
U zet de parkeerrem aan.
•
U zet de schakelhendel in de stand P, N of
•
R.
U zet de adaptieve cruisecontrol of Pilot
•
Assist in de stand-bystand.
Automatische activering van
parkeerrem
De parkeerrem wordt geactiveerd als de func-
tie de auto staande houdt met behulp van de
bedrijfsrem en:
U opent het bestuurdersportier of maakt
•
de veiligheidsgordel los.
De functie heeft de auto langer dan
•
ongeveer 10 minuten staande gehouden.
De remmen zijn oververhit geraakt.
•
U schakelt de motor uit.
•
87
Lane Keeping Aid
Gerelateerde informatie
Rijhulpsystemen (p. 284)
•
Adaptieve cruisecontrol* (p. 323)
•
Pilot Assist* (p. 332)
•
Remsystemen (p. 444)
•
BESTUURDERSONDERSTEUNING
Rijbaanassistent
De rijbaanassistent (LKA
87
) moet op snelwe-
gen, hoofdwegen en dergelijke het risico
beperken dat uw auto onbedoeld de eigen rij-
baan verlaat.
De rijbaanassistent stuurt de auto terug in de
rijbaan en/of waarschuwt u met stuurtrillin-
gen.
De rijbaanassistent is actief in het snelheidsin-
terval 65–200 km/h (40–125 mph) op wegen
met goed zichtbare zijlijnen.
Op smalle wegen is de functie mogelijk niet
beschikbaar en wordt dan stand-by gezet. Als
de weg weer voldoende breed is, wordt de
functie weer beschikbaar.
Een camera tast de zijlijnen van de weg/rijbaan af.
}}
349
* Optie/accessoire.