Samenvatting van Inhoud voor Volvo XC40 TWIN ENGINE 2019
Pagina 1
XC40 T W I N E N G I N E G E BR U IKE R S H ANDL E IDING...
Pagina 3
Rijd niet wanneer u onder de invloed Om nog meer plezier van uw Volvo te hebben, adviseren we u om bent van alcohol of medicijnen – of als u rijvermogen om wat voor de instructies en de onderhoudsinformatie in deze gebruikershand- reden dan ook beperkt is.
Pagina 4
INHOUD INFORMATIE VOOR DE UW VOLVO VEILIGHEID EIGENAAR Volvo ID Veiligheid Bedieningsinformatie Volvo ID aanmaken en registreren Veiligheid tijdens de zwangerschap Gebruikershandleiding op mid- Drive-E - schoner rijplezier Whiplash Protection System dendisplay IntelliSafe – rijhulp en veiligheid Veiligheidsgordels Navigeren in de gebruikershand- Sensus –...
Pagina 5
DISPLAYS EN STEMBEDIENING i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten Displays en bediening bij de Appmenu op bestuurdersdisplay voor kinderzitjes bestuurder in auto's met het stuur hanteren links Positie van kinderzitje Melding op bestuurdersdisplay Displays en bediening bij de Kinderzitje monteren Melding op bestuurdersdisplay bestuurder in auto's met het stuur hanteren rechts Overzichtstabel voor de plaatsing...
Pagina 6
VERLICHTING Systeemeenheden wijzigen Stembediening radio en media Verlichtingsbediening Systeemtaal wijzigen Instellingen voor stembediening Verlichtingsfuncties aanpassen via het middendisplay Instellingen wijzigingen op het hoofdscherm van het middendisplay Stadslichten voor/achterlichten Contextuele instellingen openen Dagrijlicht op het middendisplay Dimlicht Gebruikersgegevens resetten bij Groot licht gebruiken doorverkoop Automatisch groot licht Instellingen resetten op midden-...
Pagina 7
RUITEN, GLASWERK EN STOELEN EN STUURWIEL KLIMAAT SPIEGELS Handmatig bediende voorstoel Klimaatregeling Ruiten, lampglazen en spiegels Elektrisch bedienbare* voorstoel Klimaatzones Inklembeveiliging op ruiten en Klimaatsensoren Elektrisch bedienbare* voorstoel zonneschermen verstellen Gevoelstemperatuur Resetprocedure voor de inklem- Opgeslagen stand voor stoel en Stembediening klimaat beveiliging buitenspiegels gebruiken...
Pagina 8
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN Automatische inschakeling van Preconditioning in- en uitschakelen elektrische stuurverwarming* acti- ALARM Timerinstelling voor preconditioning veren en deactiveren Vergrendelingsindicatie Timerinstelling voor preconditio- Automatische klimaatregeling ning toevoegen en bewerken Instelling voor vergrendelingsbe- activeren vestiging Timerinstelling voor preconditio- Luchtrecirculatie activeren en ning activeren en deactiveren een transpondersleutel deactiveren...
Pagina 9
BESTUURDERSONDERSTEUNI Locatie antennes voor start- en Meldingen voor City Safety vergrendelingssysteem Rijhulpsystemen Verkeersbordinformatie* Vergrendelen en ontgrendelen van Snelheidsafhankelijke stuurkracht Verkeersbordinformatie* activeren de binnenzijde van de auto of deactiveren Elektronische stabiliteitsregeling Achterklep ontgrendelen vanaf de Displayweergave voor verkeers- binnenzijde Elektronische stabiliteitsregeling bordinformatie* in de Sportstand Kinderslot activeren en deactiveren...
Pagina 10
Beperkingen van de automatische Stand-bystand voor Pilot Assist* Displayweergave voor rijbaanassistent snelheidsbegrenzer Tijdelijke uitschakeling van stuur- Stuurhulp bij botsgevaar Cruisecontrol hulp met Pilot Assist* Stuurhulp bij dreigende botsing Cruisecontrol kiezen en activeren Beperkingen van Pilot Assist* activeren of deactiveren Cruisecontrol deactiveren Symbolen en meldingen voor Stuurhulp bij dreigende bermon- Pilot Assist*...
Pagina 11
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Cross Traffic Alert* activeren of Meldingen voor Actieve parkeerhulp* deactiveren Algemene informatie over Twin Radarsensor Engine Beperkingen van Cross Traffic Alert* Typegoedkeuring voor radarsensor Hybride-accu opladen Meldingen voor Cross Traffic Alert* Camera Laadstroom Parkeerhulp* Beperkingen van de gecombi- Laadkabel neerde camera en radarsensor Parkeerhulp aan voorzijde, achter-...
Pagina 12
STARTEN EN RIJDEN Motor starten Automatisch remmen na een aan- Doorwaaddiepte rijding Auto afzetten Tankvulklep openen en sluiten Regeneratief remmen* Contactslotstanden Brandstof tanken Versnellingsbak Contactslotstand kiezen Hanteren van brandstof Automatische versnellingsbak Alcoholslot* Benzine Schakelen met een automatische Alcoholslot* omzeilen Benzineroetfilter versnellingsbak Voordat een motor met alcoholslot Oververhitting van motor en aan-...
Pagina 13
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Kompas* Audio, media en internet DivX weergeven Kompas* activeren en deactiveren Audio-instellingen Instellingen voor video Geluidservaring* Kompas kalibreren* ® Media via Bluetooth Apps ® Eenheid aansluiten via Bluetooth Apps downloaden Media AUX/USB-poort Apps bijwerken Eenheid aansluiten via USB-poort Apps verwijderen Technische specificaties voor USB- eenheden...
Pagina 14
WIELEN EN BANDEN Telefoon met Bluetooth-verbinding Wi-Fi-netwerk verwijderen Banden loskoppelen Techniek en veiligheid rond Wi-Fi Maataanduiding voor banden Andere telefoon met Bluetooth- Gebruiksvoorwaarden en gege- Maataanduiding voor wielen verbinding kiezen vensuitwisseling De draairichting van de banden. Bluetooth-eenheden verwijderen Gegevensuitwisseling activeren en Slijtage-indicator van banden Telefoonfuncties deactiveren...
Pagina 15
LAADMOGELIJKHEDEN, ONDERHOUD EN SERVICE OPBERGMOGELIJKHEDEN EN Noodreparatieset voor banden Serviceprogramma van Volvo gebruiken INTERIEUR Gegevensoverdracht tussen auto Band oppompen met compressor en werkplaats via wifi Auto-interieur uit reparatieset voor banden Download Center Tunnelconsole Systeemupdates hanteren via Aansteker* gebruiken Download Center...
Pagina 16
SPECIFICATIES Zekeringen onder linker voorstoel Velgen reinigen Typeaanduidingen Lampen vervangen Roestwering Maten Positie buitenverlichting Autolak Gewichten Richtingaanwijzerlamp achter ver- Geringe lakschade herstellen Trekgewichten en kogeldruk vangen Kleurcodes Motorspecificaties Remlichtlamp vervangen Wisserbladen achterruit vervangen Specificaties van de motorolie Gloeilamp mistachterlicht vervangen Wisserblad voorruit vervangen Ongunstige rijomstandigheden Lampspecificaties...
Pagina 17
ALFABETISCH REGISTER Alfabetisch register...
Pagina 20
Volvo. De site is ling in categorieën. matie over zekeringen en specificaties. U beschikbaar voor de meeste markten.
Pagina 21
Het is ook belang- rijk dat u de auto volgens Volvo's adviezen N.B. in de gebruikershandleiding onderhoudt en bedient. De digitale gebruikershandleiding is tijdens het rijden niet beschikbaar.
Pagina 22
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Gerelateerde informatie Gebruikershandleiding Contextuele gebruikershandleiding Navigeren in de gebruikershandleiding op • het middendisplay (p. 21) Navigeren in schermen op het middendis- • play (p. 112) Apps downloaden (p. 503) • Het hoofdscherm met de knop voor de gebruikers- Hoofdscherm met de knop voor de contextuele handleiding.
Pagina 23
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Navigeren in de Menu openen op het hoofdmenu Uitgelichte artikelen gebruikershandleiding op het Tik op het symbool om een Tik op in de bovenste lijst in de – middendisplay pagina te openen met koppe- gebruikershandleiding. lingen naar enkele artikelen De digitale gebruikershandleiding is te berei- >...
Pagina 24
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Zoekfunctie gebruiken op het Hotspots voor exterieur en interieur Favorieten Overzichtsbeelden (exterieur Tik op het symbool om de hoofdmenu en interieur) van de auto. artikelen te openen die als Tik op op het hoofdmenu van de Diverse delen zijn voorzien favorieten zijn opgeslagen.
Pagina 25
Supportsite van Volvo Cars artikelen over de desbetreffende gebieden. De apparaten inhoud is doorzoekbaar en de navigatie tussen Op de web- en supportsite van Volvo Cars de verschillende artikelen verloopt eenvoudig. staat meer informatie over uw auto. De gebruikershandleiding is beschikbaar als...
Pagina 27
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Zwarte ISO-symbolen in een geel waarschu- Informatie BELANGRIJK wingsveld, witte tekst/afbeelding in een zwart Belangrijk-teksten geven informatie over tekstveld. Worden gebruikt om te attenderen kans op materiële schade. op een risico dat, bij het negeren van de waar- schuwing, kan resulteren in ernstig letsel met mogelijk dodelijke afloop.
Pagina 28
Gebruikershandleiding op mobiele appara- • ® gemaakt is afkomstig zijn uit FSC -gecertifi- ten (p. 23) ceerde bossen of andere gecontroleerde bron- Supportsite van Volvo Cars (p. 23) nen. • Gerelateerde informatie Drive-E - schoner rijplezier (p. 30) •...
Pagina 30
Volvo ID's aan dezelfde auto te koppelen en De Volvo On Call-app* – controleer de • e-mailadres. het is ook mogelijk om één Volvo ID aan meer- auto via uw telefoon. Zo is het bijv. moge- 3. Volg de instructies op die automatisch dere auto's te koppelen.
Pagina 31
4. Vink het vakje aan om akkoord te gaan aan uw Volvo ID is gekoppeld. met de voorwaarden. > Uw Volvo ID is daarmee voor de auto 5. Druk op de knop om uw Volvo ID aan te geregistreerd. De Volvo ID-diensten maken. kunnen nu gebruikt worden.
Pagina 32
De milieu-activiteiten gaan uit van de vol- Volvo - de lucht in een Volvo is door de kli- men voldoen. ledige levensduur van de auto en houden reke-...
Pagina 33
Volvo, pen en optrekken en een ongelijkmatige den en laaghangend ozon. Als de Air Quality wordt de auto een onderdeel van Volvo's sys- snelheid stijgt het brandstofverbruik. Sensor een verhoogde concentratie van ver- teem. Volvo stelt duidelijke milieu-eisen aan Gebruik preconditioning –...
Pagina 34
UW VOLVO Recycling Omdat Volvo werkt vanuit een levensduurper- spectief is het ook belangrijk dat autowrakken op milieuvriendelijke wijze worden gerecycled. De auto is nagenoeg geheel te recyclen. De laatste eigenaar van de auto wordt daarom verzocht contact op te nemen met een dealer voor de locatie van een gecertificeerd/erkend recyclingbedrijf.
Pagina 35
N.B. IntelliSafe is het rijveiligheidsconcept van Elektronische stabiliteitsregeling • Lees de artikelen over de afzonderlijke sys- Volvo Cars. IntelliSafe omvat enkele syste- Roll Stability Control • temen door voor een goed inzicht in de die de rijveiligheid verhogen, schade/ werking en om kennis te nemen van Snelheidsbegrenzer* •...
Pagina 36
UW VOLVO Sensus – connectiviteit en Sensus biedt een intelligente bedieningsinter- verschijnt, hangt af van hoe belangrijk de entertainment face en contact met de digitale wereld. Dank- informatie is voor u als bestuurder. zij de intuïtieve navigatiestructuur kunt u altijd...
Pagina 37
UW VOLVO Waar welke informatie verschijnt, hangt af van hoe belangrijk de informatie is. Het bestuurdersdisplay geeft informatie over Bestuurdersdisplay Middendisplay onder meer snelheid en bijv. telefoonoproepen of informatie over het afgespeelde nummer. Het is te bedienen met de twee knoppensets op het stuurwiel.
Pagina 38
UW VOLVO Een groot aantal van de primaire functies van Internetverbinding van auto delen via • de auto wordt aangestuurd vanaf het midden- Wi-Fi-hotspot (p. 544) display, een touchscreen dat reageert bij aan- raking. Dit houdt een beperking in van het aantal fysieke knoppen en bedieningselemen- ten in de auto.
Pagina 39
Vastlegging van gegevens vens bij verkeersongevallen of op aanrijdingen lijkende situaties, zoals wanneer de airbag Om ervoor te zorgen dat u als Volvo-bezitter In het kader van de veiligheids- en kwaliteits- wordt geactiveerd of als de auto een wegver- uw auto ten volle kunt benutten blijven we de inspanningen van Volvo wordt bepaalde sperring raakt.
Pagina 40
Volvo. auto of bij activering van de actieve rijhulp Volvo ziet erop toe dat de gegevens, die in ver- (zoals City Safety en de automatische rem- band met reparatie en onderhoud worden functie).
Pagina 41
We adviseren Volvo-bezitters om uitsluitend en service van de auto de aanbevelingen door Volvo goedgekeurde originele accessoi- van Volvo worden aangehouden in lijn met de omstandigheden waarin we uw per- • res te installeren en om deze accessoires uit- de gebruikersinformatie en het service- en soonsgegevens verzamelen en gebruiken;...
Pagina 42
Diagnoseaansluiting (On-board Diagnostic-aanslui- ting, OBDII) onder het instrumentenpaneel aan de beïnvloed als u accessoires installeert die bestuurderszijde. niet door Volvo zijn getest, of als u iemand die geen ervaring heeft van de auto acces- soires laat installeren.
Pagina 43
UW VOLVO VIN van de auto tonen N.B. Bij contact met een Volvo-dealer in het kader Volvo Cars aanvaardt geen aansprakelijk- van bijv. een Volvo On Call-abonnement hebt heid voor de gevolgen indien niet-goedge- u het voertuigidentificatienummer (VIN ) van keurde apparatuur wordt aangesloten op de auto nodig.
Pagina 44
Uw nieuwe Volvo is, of kan zijn uitgerust met keerd staat. een inhoudelijk rijke entertainment- en com- municatiesystemen. Dat kan een mobiele tele- Programmeer het audiosysteem nooit •...
Pagina 46
Een verkeerde ingreep in een systeem kan tot een onjuiste werking leiden met ernstig letsel als gevolg. Volvo adviseert u om con- tact op te nemen met een erkende Volvo- werkplaats.
Pagina 47
VEILIGHEID Veiligheid tijdens de Whiplash Protection System Zithouding zwangerschap Naarmate de zwangerschap vordert moeten Het Whiplash Protection System (WHIPS) is zwangere bestuurders de stoel en het stuur- een beveiliging die het risico van letsel door Het is belangrijk dat zwangere passagiers wiel dusdanig verstellen dat ze de auto volle- whiplash vermindert..
Pagina 48
WHIPS aan en probeer deze nooit zelf te vastgeklemd zitten tussen het zitgedeelte negatief. repareren. Volvo adviseert u om contact op van de achterbank en de rugleuning van de te nemen met een erkende Volvo-werk- voorstoelen.
Pagina 49
Voor een goede bescherming van de veilig- gordel om hebben voordat u gaat rijden. te repareren. Volvo adviseert u om contact heidsgordel is het van belang dat de gordel op te nemen met een erkende Volvo-werk- Veiligheidsgordel omdoen goed tegen het lichaam ligt.
Pagina 50
VEILIGHEID 2. Zet de gordel vast door de borglip in de 3. Voorin kunt u de gordel hoger of lager zet- bijbehorende gordelsluiting te steken. ten. > Een duidelijke "klik" geeft aan dat de gordel vastzit. WAARSCHUWING De gesp van de veiligheidsgordel altijd aan- brengen in de gordelsluiting aan de juiste zijde.
Pagina 51
VEILIGHEID Gordelspanners Portier- en gordelwaarschuwing (p. 51) • WAARSCHUWING De auto is voorzien van standaardgordelspan- Elke veiligheidsgordel is bedoeld voor ners en elektrische* gordelspanners die de slechts één persoon. veiligheidsgordels in kritieke situaties en bij aanrijdingen kunnen aanspannen. WAARSCHUWING Standaardgordelspanners Denk eraan geen clips te gebruiken of de De veiligheidsgordels van de voorstoelen en gordel vast te maken rond haken of andere...
Pagina 52
Breng nooit zelf wijzigingen in de veilig- heidsgordels aan en probeer ze nooit zelf heidsgordels aan en probeer ze nooit zelf te repareren. Volvo adviseert u om contact te repareren. Volvo adviseert u om contact op te nemen met een erkende Volvo-werk- op te nemen met een erkende Volvo-werk- plaats.
Pagina 53
VEILIGHEID Portier- en gordelwaarschuwing Gerelateerde informatie U kunt de grafische voorstelling resetten door een druk op de O-knop van de rechter knop- Gordelspanners (p. 49) • Het systeem herinnert inzittenden eraan om pengroep op het stuurwiel. de veiligheidsgordel om te doen en waar- Veiligheidsgordels (p.
Pagina 54
Laat de auto wegslepen. Volvo adviseert u bestuurdersdisplay aan wat openstaat. Breng de auto te laten wegslepen naar een de auto zo spoedig mogelijk tot stilstand en erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 55
Als aanvulling op de veiligheidsgordel is de wordt het volgende geadviseerd: auto voorzien van een stuurairbag en een knie-airbag aan de bestuurderszijde. Laat de auto wegslepen. Volvo adviseert u • hem te laten wegslepen naar een erkende Volvo-werkplaats. Rijd niet met opgebla- zen airbags.
Pagina 56
WAARSCHUWING Volvo adviseert u om voor reparatie contact op te nemen met een erkende Volvo-werk- Airbag voor de voorstoel aan passagierszijde. plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag-...
Pagina 57
Sticker op zonneklep aan passagierszijde. levensgevaarlijke situaties of ernstig letsel. WAARSCHUWING De waarschuwingssticker voor passagiersair- Volvo adviseert u om voor reparatie contact bag is aangebracht als hierboven. Gerelateerde informatie op te nemen met een erkende Volvo-werk- plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag- Airbags (p.
Pagina 58
VEILIGHEID Passagiersairbag* activeren en geplaatst kinderzitje kunnen veilig op de Passagiersairbag activeren deactiveren passagiersstoel zitten. De passagiersairbag is te deactiveren als de WAARSCHUWING auto is voorzien van een speciale schakelaar, Passenger Airbag Cut Off Switch (PACOS). Als de auto niet is uitgerust met een scha- De PACOS-schakelaar voor activering/deacti- kelaar voor activering/deactivering van de vering van de passagiersairbag zit aan de pas-...
Pagina 59
VEILIGHEID 2. Bevestig de melding door de O-knop van Passagiersairbag deactiveren 2. Bevestig de melding door de O-knop van de rechter stuurknoppenset in te drukken. de rechter stuurknoppenset in te drukken. Trek de schakelaar naar buiten en draai deze vanuit ON naar OFF. >...
Pagina 60
Zijairbags BELANGRIJK WAARSCHUWING De zijairbags aan bestuurders- en passagiers- Volvo adviseert u om voor reparatie contact Als de passagiersairbag wordt gedeacti- zijde dienen ter bescherming van borstkas en op te nemen met een erkende Volvo-werk- veerd, wordt ook de elektrische gordel- heupen bij een aanrijding.
Pagina 61
Opblaasgordijnen WAARSCHUWING WAARSCHUWING De gordijnairbags, Inflatable Curtain (IC) hel- Volvo adviseert u om voor reparatie contact Het opblaasgordijn vormt een aanvulling pen voorkomen dat bestuurder en eventuele op te nemen met een erkende Volvo-werk- op de veiligheidsgordel. Gebruik de veilig- passagiers bij een botsing met hun hoofd plaats.
Pagina 62
Dit kan aanleiding geven tot letsel sensoren voor de veiligheidssystemen of het of een slechte functie van de auto. Volvo sen. bijv. als de auto op een plaats staat waar adviseert u de auto altijd in een erkende remsysteem.
Pagina 63
Safety mode staat. De BELANGRIJK auto moet op een bergingsvoertuig worden Volvo adviseert u kinderen zo lang mogelijk te afgevoerd. Volvo adviseert u hem te laten vervoeren in een achterstevoren gemonteerd Als de melding...
Pagina 64
Volvo Kinderen moeten comfortabel en veilig kunnen adviseert om gebruik te maken van het Neem bij onduidelijkheden over de mon- zitten.
Pagina 65
VEILIGHEID Bovenste bevestigingspunten voor Plaatsingstabel voor kinderzitjes die de • WAARSCHUWING kinderzitjes veiligheidsgordel in de auto gebruiken Haal de bovenste bevestigingsband van (p. 70) De auto is voorzien van bovenste bevesti- het kinderzitje door de opening in de ene gingspunten voor kinderzitjes op de buitenste poot van de hoofdsteun, voordat u de band zitplaatsen van de achterbank.
Pagina 66
VEILIGHEID Onderste bevestigingspunten voor De bevestigingspunten voorin zijn alleen Plaatsingstabel voor kinderzitjes die de • kinderzitjes gemonteerd als de auto is voorzien van een veiligheidsgordel in de auto gebruiken schakelaar voor het activeren/deactiveren van (p. 70) De auto is voorzien van onderste bevesti- de passagiersairbag*.
Pagina 67
VEILIGHEID i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten Positie van kinderzitje onder in de rugleuningen van de achterbank, voor kinderzitjes op de beide buitenste zitplaatsen. Het is belangrijk om het kinderzitje op de juiste stoel in de auto te plaatsen. De positie De auto is voorzien van i-Size/ISOFIX-beves- Klap de afdekkingen omhoog om bij de beves- hangt onder meer af van het type kinderzitje tigingspunten voor kinderzitjes op de achter-...
Pagina 68
VEILIGHEID Kinderzitje monteren Sticker voor passagiersairbag N.B. Bij de montage en het gebruik van een kin- De wettelijke bepalingen voor hoe een kind derzitje dient u op enkele dingen te letten. in de auto moet worden geplaatst, verschil- Het hangt van de plaats van het kinderzitje af len per land.
Pagina 69
Plaats steunbenen tage aan het interieur van de auto. Volvo de desbetreffende stoel niet meer. Vergeet nooit op een voetensteun of een ander adviseert om gebruik te maken van het niet om bij het demonteren van een kin- voorwerp.
Pagina 70
VEILIGHEID Bij het monteren van een babyzitje op de achterbank raadt Volvo aan om een afstand van minimaal 50 mm (2 inch) aan te houden van de voorkant van het babyzitje tot de achterkant van de stoel ervoor. Gerelateerde informatie Positie van kinderzitje (p.
Pagina 71
VEILIGHEID Overzichtstabel voor de plaatsing van kinderzitjes De tabel geeft een overzicht van het type kin- derzitje dat zich leent voor de verschillende zitplaatsen in de auto. Zitplaatsen bij een auto met het stuur rechts. Zitplaatsen bij een auto met het stuur links. i-Size-kinderzitje Kinderzitjes met universele goedkeuring die zijn vastgezet met de veilig- Andere typen kinderzitjes...
Pagina 72
VEILIGHEID Plaatsingstabel voor kinderzitjes zitplaatsen en voor de desbetreffende N.B. die de veiligheidsgordel in de auto gewichtsgroepen. Neem alvorens een kinderzitje in de auto te gebruiken monteren altijd het hoofdstuk over de De tabel geeft aanbevelingen voor de te montage van kinderzitjes in de gebruikers- gebruiken kinderzitjes op de verschillende handleiding door.
Pagina 73
Volvo adviseert: Volvo-babyzitje (typegoedkeuring E1 04301146). Volvo adviseert: Tegen de rijrichting in geplaatst Volvo-kinderzitje (typegoedkeuring E5 04212). Voor kinderen in deze gewichtsgroep adviseert Volvo een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje. Volvo adviseert: Verhogingskussen met of zonder rugleuning (typegoedkeuring E5 04216); Volvo-kinderzitje (typegoedkeuring E1 04301312).
Pagina 74
X: Niet geschikt voor kinderzitjes met universele goedkeuring. Volvo beveelt aan dat kinderen zo lang mogelijk in een tegen de rijrichting geplaatst kinderzitje zitten, minimaal tot een leeftijd van 3-4 jaar. Volvo adviseert: BeSafe iZi Kid X2 i-Size (typegoedkeuring E4-129R-000002).
Pagina 75
VEILIGHEID Plaatsingstabel voor ISOFIX- lende zitplaatsen en voor de desbetreffende N.B. kinderzitjes gewichtsgroepen. Neem alvorens een kinderzitje in de auto te Het kinderzitje moet zijn goedgekeurd con- De tabel geeft aanbevelingen voor de te monteren altijd het hoofdstuk over de form UN Reg R44 en de producent van het gebruiken ISOFIX-kinderzitjes op de verschil- montage van kinderzitjes in de gebruikers-...
Pagina 76
VEILIGHEID Gewicht Afmetingsca- Type kinderzitje Voorstoel (met Voorstoel (met Buitenste zit- Middelste zit- gedeactiveerde air- geactiveerde air- plaats achter- plaats achter- tegorie bag, alleen tegen bag, alleen in de rij- bank bank de rijrichting in richting geplaatste geplaatste kinderzi- B, C kinderzitjes) tjes) In rijrichting geplaatst kin-...
Pagina 77
Volvo adviseert: Volvo-babyzitje bevestigd met ISOFIX-systeem (typegoedkeuring E1 04301146). Geldt bij een auto zonder ISOFIX-console. Stel de rugleuning zo in dat de hoofdsteun het kinderzitje niet raakt. Voor kinderen in deze gewichtsgroep adviseert Volvo een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje. WAARSCHUWING N.B.
Pagina 78
VEILIGHEID Overzichtstabel voor de plaatsing van kin- • derzitjes (p. 69) Plaatsingstabel voor kinderzitjes die de • veiligheidsgordel in de auto gebruiken (p. 70) Plaatsingstabel voor i-Size-kinderzitjes • (p. 72) i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten voor • kinderzitjes (p. 65)
Pagina 80
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Displays en bediening bij de Stuurwielafstelling Midden- en tunnelconsole bestuurder in auto's met het stuur Claxon links In de overzichten wordt aangegeven waar Linker knoppenset op het stuur displays en bedieningselementen dicht bij de Displayverlichting, achterklep ontgrende- bestuurder zitten.
Pagina 81
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Displays en bediening bij de Bestuurdersportier Bestuurdersdisplay (p. 82) • bestuurder in auto's met het stuur Overzicht van het middendisplay (p. 107) • rechts Versnellingsbak (p. 453) • In de overzichten wordt aangegeven waar displays en bedieningselementen dicht bij de bestuurder zitten.
Pagina 82
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Stuurwiel en instrumentenpaneel Plafondconsole Midden- en tunnelconsole Stadslicht, dagrijlicht, dimlicht, groot licht, Leeslampjes en interieurverlichting voorin Middendisplay richtingaanwijzers, mistlampen vóór/ Startknop Panoramadak* bochtverlichting*, mistachterlicht, op nul zetten van dagtellers Display in plafondconsole, ON CALL- Alarmlichten, ontwaseming, media, rijmo- Stuurpaddles* om handmatig te schakelen knop* dusknop*...
Pagina 83
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersportier Bestuurdersdisplay (p. 82) • Overzicht van het middendisplay (p. 107) • Versnellingsbak (p. 453) • Geheugens voor instellingen van elek- trisch bedienbare voorstoel*, buitenspie- gels Centrale vergrendeling, elektrisch bedien- bare ruiten, buitenspiegels, elektrisch kin- derslot* Motorkap openen Instelling van voorstoel Gerelateerde informatie Handmatig bediende voorstoel (p.
Pagina 84
Bezoek onmiddellijk een werkplaats. Gead- uitrusting, instellingen en de op dat moment viseerd wordt een erkende Volvo-werk- actieve functies van de auto. plaats. Het bestuurdersdisplay wordt geactiveerd zodra er een portier wordt geopend, d.w.z.
Pagina 85
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Links In het midden Rechts Laadstatus Actieradius op tank Mediaspeler Actieradius op accu Navigatiekaart* Momentaan brandstofverbruik Telefoon Appmenu (te activeren met de stuurknoppen- set) Stembediening Afhankelijk van de gekozen rijmodus. Gecumuleerde afstand. Dynamisch symbool Gerelateerde informatie Het dynamische symbool in Instellingen voor bestuurdersdisplay •...
Pagina 86
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen voor Instellingen via middendisplay 2. Tik op Systeem Systeemtalen en - bestuurdersdisplay eenheden Systeemtaal om een taal te Informatietype kiezen Instellingen voor de weergave-opties van het kiezen. Tik op Instellingen op het hoofdscherm bestuurdersdisplay zijn te verrichten via het van het middendisplay.
Pagina 87
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Brandstofmeter Hybridemeter Geeft het vermogensniveau aan waarbij de verbrandingsmotor aan- De brandstofmeter op het bestuurdersdisplay In de rijmodi Hybrid en Pure verschijnt een slaat. Een gevuld symbool betekent geeft het brandstofpeil in de tank aan. hybridemeter op het bestuurdersdisplay die u dat de verbrandingsmotor wordt kunt gebruiken om zuiniger te rijden.
Pagina 88
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Hybridemeter Bijvoorbeeld: De hybridemeter geeft de resterende hoe- veelheid stroom in de hybride-accu aan. De auto genereert stroom voor de accu en de accu wordt opgeladen bij lichte druk op het rempedaal of De auto is gestart maar staat stil, geen vermogens- bij het afremmen op de motor op een aflopende hel- behoefte.
Pagina 89
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Boordcomputer Symbolen op de hybridemeter Actieradius op tank • De boordcomputer van de auto registreert Actieradius op accu • waarden zoals afgelegde afstand, brandstof- Toerist (alternatieve snelheidsmeter) • verbruik en gemiddelde snelheid tijdens het Eenheden voor afstand, snelheid en dergelijk rijden.
Pagina 90
Volvo ervoor gekozen om een borden met de voorgeschreven snelheden een Actieradius op accu startwaarde te hanteren bij een volledig opge-...
Pagina 91
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Rijstatistieken tonen op het Gerelateerde informatie Open het appmenu op het bestuurdersdis- bestuurdersdisplay play door op (1) te drukken. Rijstatistieken tonen op het bestuurders- • display (p. 89) De door de boordcomputer geregistreerde en (Het appmenu is niet te openen als er nog berekende waarden kunnen worden weerge- Dagteller resetten (p.
Pagina 92
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Dagteller resetten Verbruiksinfo weergeven op het 3. Blader verder omlaag naar de alternatie- middendisplay venknoppen om te kiezen welke informa- Reset de dagteller met de linker stuurhendel. tie op het bestuurdersdisplay moet wor- De verbruiksinfo van de boordcomputer ver- den weergegeven: schijnt in grafische vorm op het middendis- play en biedt u het overzicht waarmee u een-...
Pagina 93
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen voor verbruiksinfo Gerelateerde informatie Verbruiksinfo weergeven op het midden- • De instellingen voor verbruiksinfo zijn op nul display (p. 90) te stellen of aan te passen. Open de app Bestuurder prestaties Boordcomputer (p. 87) • het appscherm om de verbruiksinfo weer Dagteller resetten (p.
Pagina 94
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Datum en tijd Buitentemperatuurmeter Automatische tijd voor auto's met gps Bij een auto met navigatiesysteem kunt u De klok is zichtbaar op zowel bestuurders- De buitentemperatuurmeter staat aangege- Automatische tijd kiezen. De tijdzone wordt als middendisplay. ven op het bestuurdersdisplay. dan automatisch ingesteld aan de hand van Een sensor registreert de temperatuur buiten Positie van de klok...
Pagina 95
Het normale branden. Rijd voor een controle remsysteem van de auto werkt naar een werkplaats. Volvo dan nog wel, zij het zonder adviseert u contact op te ABS-regeling. nemen met een erkende Volvo- werkplaats.
Pagina 96
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Symbool Betekenis Symbool Betekenis Symbool Betekenis Richtingaanwijzer links en Automatisch groot licht uit Mistlampen aan rechts Het symbool brandt met wit Het symbool brandt, wanneer Het symbool knippert bij licht als het automatisch groot de mistlampen voor zijn inge- gebruik van de richtingaanwij- licht uit is.
Pagina 97
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Waarschuwingssymbolen op Symbool Betekenis Symbool Betekenis bestuurdersdisplay Stabiliteitsregeling, Sport- Rijbaanassistent en regen- De waarschuwingssymbolen attenderen u stand sensor erop dat belangrijke functies zijn ingescha- keld of dat er ernstige storingen of gebreken Het symbool brandt, wanneer Wit symbool: Rijbaanassistent zijn opgetreden.
Pagina 98
Vul zo nodig een verklarende tekstmelding op het bestuurdersdisplay. olie bij. Als het lampje oplicht op het bestuurdersdisplay. Volvo adviseert u contact op te terwijl het oliepeil in orde is, Hoge motortemperatuur nemen met een erkende Volvo- moet u contact opnemen met werkplaats.
Pagina 99
Hier volgt een Engelse versie wrote this software. If you use it, or only parts documentation, unless otherwise stated in the van de overeenkomst tussen Volvo en produ- of it, in a program, you must acknowledge file in its original, unmodified form as centen of ontwikkelaars.
Pagina 101
DISPLAYS EN STEMBEDIENING IMPLIED WARRANTIES OF The origin of this software must not be ACCEPT, AND AGREE TO BE BOUND BY, MERCHANTABILITY AND FITNESS FOR A misrepresented; you must not claim that ALL OF THE TERMS AND CONDITIONS OF PARTICULAR PURPOSE. THE SOFTWARE you wrote the original software.
Pagina 102
DISPLAYS EN STEMBEDIENING EXPRESS OR IMPLIED, INCLUDING BUT commercial applications, and to alter it and GLEW License (Modified BSD License) NOT LIMITED TO THE WARRANTIES OF redistribute it freely, subject to the following The OpenGL Extension Wrangler Library MERCHANTABILITY, FITNESS FOR A restrictions: Copyright (C) 2002-2008, Milan Ikits •...
Pagina 103
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Appmenu op bestuurdersdisplay OWNER OR CONTRIBUTORS BE LIABLE Functies FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, Via het appmenu van het bestuurdersdisplay Boordcom- Dagteller kiezen, kiezen wat SPECIAL, EXEMPLARY, OR krijgt u snel toegang tot de meest gebruikte puter op het bestuurdersdisplay CONSEQUENTIAL DAMAGES (INCLUDING, functies voor bepaalde apps.
Pagina 104
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Appmenu op bestuurdersdisplay Appmenu openen/sluiten Gerelateerde informatie hanteren Druk op Openen/sluiten (1). Appmenu op bestuurdersdisplay (p. 101) • – Het appmenu op het bestuurdersdisplay is te > Het appmenu wordt geopend/gesloten. Melding op bestuurdersdisplay (p. 103) • gebruiken via de rechter stuurknoppenset.
Pagina 105
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Melding op bestuurdersdisplay De meldingen kunnen er verschillende uitzien Melding Betekenis en worden mogelijk gecombineerd met grafi- Op het bestuurdersdisplay kunnen in uiteen- Normaal Het is tijd voor een servi- sche voorstellingen, symbolen en knoppen om lopende situaties meldingen verschijnen om u cebeurt –...
Pagina 106
Deel van een melding, verschijnt samen met gegevens over 2. Bevestig uw keuze door te drukken op de locatie van de storing. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. bevestigen (2). Gerelateerde informatie > De melding verdwijnt van het bestuur- Melding op bestuurdersdisplay hanteren dersdisplay.
Pagina 107
In verband hiermee verschijnt lezen. de melding Autobericht opgesl. in app Autostatus op het middendisplay. Afhankelijk van de markt. Er moet ook een Volvo ID zijn geregistreerd en een voorkeurswerkplaats zijn gekozen.
Pagina 108
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Gerelateerde informatie Melding op bestuurdersdisplay (p. 103) • Melding op bestuurdersdisplay hanteren • (p. 104) Melding op het middendisplay (p. 139) •...
Pagina 109
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Overzicht van het middendisplay ving van het middendisplay en de mogelijkhe- den ervan. Vanaf het middendisplay zijn tal van auto- functies te regelen. Hier volgt een beschrij- Drie van de basisschermen van het middendisplay. Veeg naar rechts of naar links om het functie- of appscherm te openen...
Pagina 110
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Functiescherm – autofuncties die met één Navigatie – voert naar de kaartnavigatie, Symbolen op de statusbalk van het mid- • druk te activeren of deactiveren zijn. Som- aan de hand van bijvoorbeeld Sensus dendisplay (p. 121) mige functies zijn ook zogenoemde trig- Navigation*.
Pagina 111
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Middendisplay hanteren en scrollen in een lijst door het scherm op ver- BELANGRIJK schillende manieren aan te raken. Veel autofuncties zijn te bedienen en regelen Raak het scherm niet met scherpe voor- vanaf het middendisplay. Het middendisplay Dankzij IR-stralen vlak boven het schermop- werpen aan om krassen te voorkomen.
Pagina 112
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Methode Uitvoering Resultaat Vegen Wisselen tussen schermen, bladeren in een lijst, tekst of scherm. Ingedrukt houden en verslepen om apps of kaartpunten op de kaart te verplaatsen. Horizontaal of verticaal over het scherm slepen. Snel vegen/slepen Wisselen tussen schermen, bladeren in een lijst, tekst of scherm. Horizontaal of verticaal over het scherm slepen.
Pagina 113
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Terugkeren naar homescherm vanuit het bedieningselement naar de gewenste • temperatuur te slepen, een ander scherm Druk kort op de homeknop onder het mid- − te drukken om de temperatuur in • dendisplay. stapjes te verhogen of te verlagen, of >...
Pagina 114
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Middendisplay activeren en Navigeren in schermen op het Houd de fysieke homeknop onder het dis- deactiveren middendisplay play langere tijd ingedrukt. > Het display dooft, met uitzondering van Het middendisplay is te dimmen en te active- Het middendisplay heeft vijf verschillende het klimaatveld dat nog steeds zicht- ren met de homeknop onder het display.
Pagina 115
DISPLAYS EN STEMBEDIENING boven naar beneden over het scherm te sle- N.B. N.B. pen/vegen. In het homescherm van de standaardstand Het hoofdscherm is niet beschikbaar tij- Het hoofdscherm biedt altijd toegang tot: – druk kort op de homeknop. Op het dens het starten/uitschakelen of als er een scherm verschijnt een animatie die uitlegt displaytekst op het scherm staat.
Pagina 116
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Appscherm rechtstreeks op het appscherm, zoals het aan- Functiescherm tal ongelezen sms-berichten voor Berichten Tik op een app om deze te openen. De app wordt vervolgens in het desbetreffende deel- scherm geopend, bijvoorbeeld Media Afhankelijk van het aantal apps kunt u omlaag- bladeren in het appscherm.
Pagina 117
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Afhankelijk van het aantal functies kunt u ook Functiescherm op het middendisplay • omlaagbladeren in het scherm. U doet dat (p. 119) door van onder naar boven te vegen/slepen. Overzicht van het middendisplay (p. 107) • In tegenstelling tot het appscherm waar bij een tik op een app de bijbehorende app wordt geopend, wordt bij een tik op een functieknop in het functiescherm alleen de desbetreffende...
Pagina 118
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Deelschermen op middendisplay extra deelscherm. Deze schermen zijn uit te hanteren vouwen. Het homescherm bestaat uit vier deelscher- men: Navigatie Media Telefoon en een...
Pagina 119
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Een deelscherm uitvouwen vanuit standaardstand Standaardstand en uitgevouwen stand van het deelscherm van het middendisplay.
Pagina 120
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Deelscherm uitvouwen: Deelscherm maximaliseren of minimaliseren Voor de deelschermen Navigatie Media – Het extra deelscherm en het deelscherm voor Telefoon : Tik op een willekeurige Navigatie zijn te maximaliseren tot volledig plaats op het deelscherm. Bij het uitvou- scherm voor nog meer informatie en aanvul- wen van een deelscherm verdwijnt het lende instelmogelijkheden.
Pagina 121
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Functiescherm op het pen voor autofuncties. Navigeer vanuit het Verschillende soorten knoppen middendisplay homescherm naar het functiescherm door Er zijn drie verschillende soorten knoppen van links naar rechts over het display te voor autofuncties, zie hieronder: In het functiescherm, een van de basisscher- vegen.
Pagina 122
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Verschillende standen van de knoppen Het systeem is gedeactiveerd, wanneer het led-lampje is gedoofd. Wanneer het groene led-lampje brandt van een functie- of parkeerknop, is de desbetref- fende functie geactiveerd. Bij het activeren van functies verschijnt voor sommige functies een extra tekst over wat deze inhouden.
Pagina 123
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Apps en knoppen op Symbolen op de statusbalk van het N.B. middendisplay verplaatsen middendisplay Verberg de apps die u zelden of nooit De apps en de knoppen voor autofuncties op Overzicht van de symbolen die mogelijk op gebruikt door ze helemaal onderaan te het app- en functiescherm zijn te verplaatsen de statusbalk van het middendisplay verschij-...
Pagina 124
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Gerelateerde informatie Symbool Betekenis Navigeren in schermen op het middendis- • 'Internet sharing' geactiveerd play (p. 112) (Wi-Fi-hotspot). De auto deelt Melding op het middendisplay (p. 139) • dus de beschikbare verbinding. Auto met actieve internetverbinding* • Automodem geactiveerd.
Pagina 125
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Toetsenbord op middendisplay Met het toetsenbord van het middendisplay kunt u met toetsen tekst invoeren op het scherm, maar ook handmatig door letters en tekens "in te tekenen" op het scherm. Met het toetsenbord kunnen tekens, letters en cijfers worden ingevoerd, bijv.
Pagina 126
DISPLAYS EN STEMBEDIENING De afbeelding laat een overzicht zien van een aantal van de knoppen die op het toetsenbord kunnen verschijnen. De opzet wisselt, al naar gelang de taalinstellingen en in welk verband het toetsenbord wordt gebruikt.
Pagina 127
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Regel met suggesties voor woorden of geschreven. Dit geldt ook voor de eerste Houd de knop ingedrukt om meerdere letter in het tekstveld. In tekstvelden die tekens in sneller tempo te verwijderen. tekens . De voorgestelde woorden wor- bestemd zijn voor namen of adressen den aangepast naarmate er nieuwe letters Vervangt de toetsenbordstand om in...
Pagina 128
DISPLAYS EN STEMBEDIENING varianten selecteert, wordt het oorspronkelijk gekozen letter of teken ingevoerd. Gerelateerde informatie Taal wijzigen voor toetsenbord van mid- • dendisplay (p. 127) Handmatig tekens, letters of woorden • invoeren op middendisplay (p. 127) Middendisplay hanteren (p. 109) •...
Pagina 129
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Taal wijzigen voor toetsenbord van Handmatig tekens, letters of Op het toetsenbord wisselen tussen middendisplay woorden invoeren op verschillende talen middendisplay Instellingen Wanneer u in Om op het toetsenbord tussen de verschil- verschillende talen hebt gese- lende talen te kunnen wisselen, moeten de Het toetsenbord van het middendisplay biedt lecteerd, gebruikt u knop op talen eerst onder...
Pagina 130
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Suggesties voor tekens/letters/woorden/ Tekens/letters/woorden handmatig Tekens/letters verwijderen/wijzigen die woorddelen. U kunt bladeren in de lijst. invoeren handmatig zijn ingevoerd Schrijf een teken, een letter, een woord of Spatie. U kunt ook een spatie invoeren delen van een woord in de ruimte voor door een verbindingsstreepje (-) te teke- handgeschreven letters (1).
Pagina 131
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Opzet van middendisplay Volume van systeemgeluid Van regel wisselen in het vrije veld met aanpassen uitschakelen of aanpassen op handgeschreven tekst middendisplay U kunt de opzet van het middendisplay aan- passen door een thema te kiezen. Het volume van het systeemgeluid is op het Instellingen Druk op in het hoofdscherm.
Pagina 132
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Systeemeenheden wijzigen Systeemtaal wijzigen Instellingen wijzigingen op het hoofdscherm van het Instellingen voor de eenheden verricht u in Instellingen voor de taal verricht u in het middendisplay het menu Instellingen van het middendis- menu Instellingen van het middendisplay. play.
Pagina 133
De meeste basisapps van de auto bieden deze contextuele instelmogelijkheid, maar niet alle- maal. Apps van derden Apps van derden zoals Volvo-id zijn bij afleve- ring van de auto niet voorgeïnstalleerd en Een subcategorie in het instellingsscherm met ver- Hoofdscherm met de knop voor contextuele instellin- schillende soorten instellingen, heeft een meerkeuze- moeten naderhand worden gedownload.
Pagina 134
- wist alle gegevens en • belangrijk om de doorverkoop te registreren in bestanden en herstelt de standaardwaar- Gerelateerde informatie Volvo On Call* te wijzigen. den voor alle instellingen. Overzicht van het middendisplay (p. 107) • Persoonlijke instellingen resetten - wist •...
Pagina 135
Internet via automodem voor een Bestuurdersprofielen . Andere zijn Kaart algemeen zijn, wat betekent dat ze niet zijn Volvo On Call Route en begeleiding gekoppeld aan een bestuurdersprofiel. Volvo-servicenetwerken Verkeer My Car Subcategorie Klimaatregeling...
Pagina 136
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersprofielen Systeem Algemene instellingen De algemene instellingen en de parameters Tal van auto-instellingen zijn naar wens aan Subcategorie wijzigen niet als het ene bestuurdersprofiel te passen en op te slaan in een of meer Bestuurdersprofiel wordt verruild voor een ander. Ze blijven gelijk, bestuurdersprofielen.
Pagina 137
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersprofiel kiezen Instellingen resetten in bestuurdersprofie- 2. Tik op Profiel • len (p. 138) Bij het inschakelen van het middendisplay > Dezelfde lijst als die voor alternatief 1 verschijnt boven aan het display het gekozen verschijnt. Tabel met instellingen op middendisplay •...
Pagina 138
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Naam van bestuurdersprofiel Bestuurdersprofiel beveiligen Naam van bestuurdersprofiel wijzigen • wijzigen (p. 136) In sommige gevallen wilt u liever niet dat de verschillende auto-instellingen worden opge- Transpondersleutel koppelen aan bestuur- U kunt de verschillende bestuurdersprofielen • slagen onder het actieve bestuurdersprofiel. dersprofiel (p.
Pagina 139
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Transpondersleutel koppelen aan 5. Sla de optie om het profiel te beveiligen Kies eerst het profiel dat u aan de sleutel wilt bestuurdersprofiel op door te tikken op Terug Sluiten koppelen, voor zover het te koppelen profiel niet al actief is.
Pagina 140
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen resetten in 5. Kies Sleutel koppelen om het profiel aan Gerelateerde informatie bestuurdersprofielen de sleutel te koppelen. Het is niet mogelijk Bestuurdersprofielen (p. 134) • om een bestuurdersprofiel te koppelen aan Instellingen die zijn opgeslagen onder een of Naam van bestuurdersprofiel wijzigen •...
Pagina 141
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Melding op het middendisplay Meldingen op middendisplay bijvoorbeeld een systeem dat aan de melding hanteren is gekoppeld, te activeren/deactiveren. Op het middendisplay kunnen in uiteenlo- pende situaties meldingen verschijnen om u Meldingen op het middendisplay zijn te han- Pop-upmeldingen te informeren of helpen.
Pagina 142
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Opgeslagen 2. Tik op een melding om deze uit te vou- Nieuwe melding hanteren middendisplaymeldingen hanteren wen/minimaliseren. Voor meldingen met knoppen: > Er verschijnt meer informatie over de Meldingen die zijn opgeslagen vanuit het Druk op de knop om de maatregel uit te –...
Pagina 143
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Stembediening WAARSCHUWING N.B. Stembediening maakt het mogelijk om Als bestuurder bent u er altijd verantwoor- Niet alle systeemtalen ondersteunen stem- autofuncties, zoals klimaatsysteem, radio of delijk voor dat u de auto op een veilige bediening. De talen die dat wel doen, wor- via Bluetooth aangesloten telefoon met stem- manier bestuurt en de geldende verkeers- den aangegeven met het symbool...
Pagina 144
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Stembediening gebruiken Vermijd achtergrondgeluiden in het interi- Stembediening afbreken • eur door portieren, ruiten en panorama- De stembediening kan op verschillende Stembediening starten dak* dicht te houden. manieren worden afgebroken: Om commando's via het Druk kort op en zeg "...
Pagina 145
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Commando's/zinnen kunt nummers aangeven binnen het inter- Stembediening telefoon val 0–2300. De volgende commando's zijn meestal te Bel naar een contact, laat berichten voorlezen gebruiken, ongeacht situatie: Frequenties kunt u als volgt zeggen: • of dicteer korte berichten met de stemcom- "achtennegentig komma acht"...
Pagina 146
DISPLAYS EN STEMBEDIENING bericht voorgelezen en kan de bestuurder Stembediening radio en media " " – DAB-radio* starten. • ervoor kiezen om het bericht te verstu- " " – USB-weergave starten. Hier volgen commando's voor stembediening • of het bericht opnieuw aan te maken. van radio en mediaspeler.
Pagina 147
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen voor stembediening Gerelateerde informatie Stembediening (p. 141) • Hier kiest u de instellingen voor de stembe- diening. Stembediening gebruiken (p. 142) • Stembediening telefoon (p. 143) • Instellingen Systeem Stembediening Stembediening klimaat (p. 197) • Stembediening radio en media (p. 144) •...
Pagina 150
Als u bij een ingeschakelde en stilstaande auto de draairing vanuit een willekeurige andere stand naar de stand draait, branden de stadslichten voor/achterlichten in plaats van andere verlichting. Volvo adviseert om stand te gebruiken Draairing op linker stuurhendel. als er met de auto wordt gereden.
Pagina 151
VERLICHTING Verlichtingsfuncties aanpassen via Richtingaanwijzers gebruiken (p. 153) • WAARSCHUWING het middendisplay Groot licht gebruiken (p. 152) • Het verlichtingssysteem van de auto kan Via het middendisplay zijn meerdere verlich- niet in elke situatie bepalen of het daglicht Dimlicht (p. 151) •...
Pagina 152
VERLICHTING Stadslichten voor/achterlichten Dagrijlicht Als u bij een ingeschakelde en stilstaande auto de draairing vanuit een willekeurige andere De stadslichten voor/achterlichten zijn te De auto heeft sensoren die de lichtomstan- stand naar de stand voor de stadslichten voor/ gebruiken om zichtbaar te blijven voor mede- digheden rondom registreren.
Pagina 153
VERLICHTING Dimlicht Tunneldetectie WAARSCHUWING De auto detecteert dat hij een tunnel inrijdt en Tijdens ritten met de draairing van de stuur- Dit is een stroombesparingsfunctie die niet schakelt dan over van dagrijlicht op dimlicht. hendel in stand wordt het dimlicht in alle gevallen kan bepalen wanneer de automatisch geactiveerd bij een zwakke ver- omgevingsverlichting voldoende of onvol-...
Pagina 154
VERLICHTING Groot licht gebruiken Automatisch groot licht . Activeer het groot licht door de stuurhendel naar voren te duwen. Het groot licht is te bedienen met de linker Automatisch groot licht is een systeem dat stuurhendel. Het groot licht is de felste ver- met een camerasensor boven aan de voorruit U kunt de functie deactiveren door de lichtingsfunctie op de auto en dient tijdens...
Pagina 155
VERLICHTING Richtingaanwijzers gebruiken Automatisch groot licht activeren Automatisch groot licht is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar, zoals in dichte mist of bij Het automatisch groot licht is te activeren en De richtingaanwijzers van de auto zijn te zware regenval. Wanneer automatisch groot deactiveren door de draairing op de linker bedienen met de linker stuurhendel.
Pagina 156
VERLICHTING Actieve bochtverlichting* hetzelfde middendisplay een verklarende N.B. tekst. De actieve bochtverlichting is ontwikkeld om Deze reeks automatische knipperingen • in bochten en op kruisingen extra verlichting De functie is alleen actief bij weinig daglicht of is te onderbreken door de stuurhendel te bieden.
Pagina 157
VERLICHTING Mistlampen voor/bochtverlichting* display wanneer de mistlampen voor zijn inge- Gerelateerde informatie schakeld. Verlichtingsbediening (p. 148) • De mistlampen voor zijn bij ritten in de mist handmatig te activeren en worden tijdens het Contactslotstanden (p. 440) De mistlampen voor doven automatisch, wan- •...
Pagina 158
VERLICHTING Mistachterlicht Remlichten De mistachterlichten doven automatisch, wanneer u de auto uitschakelt of wanneer u Omdat het mistachterlicht veel feller brandt De remlichten gaan automatisch branden, de draairing op de stuurhendel naar stand dan de standaardachterlichten, moet u de wanneer u remt. draait.
Pagina 159
VERLICHTING Noodremlichten Alarmlichten N.B. De noodremlichten worden geactiveerd om De alarmlichten waarschuwen medewegge- De regels voor het gebruik van alarmlichten achterliggers erop te attenderen dat u krach- bruikers doordat alle richtingaanwijzers kunnen per land variëren. tig remt. gelijktijdig knipperen. De functie is te gebrui- ken om te waarschuwen voor gevaarlijke ver- Daarbij knipperen de remlichten in plaats van Gerelateerde informatie...
Pagina 160
VERLICHTING Follow Me Home-verlichting Approach-verlichting Interieurverlichting gebruiken De Approach-verlichting wordt geactiveerd Het interieur is voorzien van verschillende als de auto wordt ontgrendeld en wordt soorten verlichting, zoals de binnenverlich- Het is mogelijk om een deel van de buitenver- gebruikt om de verlichting van de auto op ting, de instelbare sierverlichting en de lees- lichting enige tijd ingeschakeld te houden en als Follow Me Home-verlichting dienst te...
Pagina 161
VERLICHTING Automatische bediening voor interieurver- een zijportier ca. 2 minuten heeft openge- • lichting staan. Leeslampje rechterzijde Plafondverlichting achterin* In het achterste deel van de auto zitten lees- Leeslampjes lampjes, die ook als interieurverlichting dienen. De leeslampjes links of rechts doet u aan of uit door kort op de bijbehorende knop op de pla- fondconsole te drukken.
Pagina 162
VERLICHTING Interieurverlichting aanpassen Bagageruimteverlichting te stellen met behulp van het duimwiel op het dashboard. De bagageruimteverlichting wordt bij het ope- Afhankelijk van de contactslotstand gaat de nen en sluiten van de achterklep automatisch interieurverlichting op een bepaalde manier Gerelateerde informatie in- of uitgeschakeld.
Pagina 163
VERLICHTING is. Deze verlichting brandt, wanneer de auto is Gerelateerde informatie ingeschakeld. Interieurverlichting (p. 158) • Verlichtingsfuncties aanpassen via het Verlichtingssterkte wijzigen • middendisplay (p. 149) Instellingen Tik op op het hoofdscherm van het middendisplay. Contactslotstanden (p. 440) • 2. Tik op My Car Lampen en verlichting Interieurverlichting...
Pagina 166
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Ruiten, lampglazen en spiegels Inklembeveiliging op ruiten en Elektrische voorruitverwarming* activeren • zonneschermen en deactiveren (p. 214) De auto heeft meerdere verschillende ruiten, lampglazen en spiegels. Enkele ruiten van de Elektrische achterruit- en buitenspiegel- Alle elektrisch bedienbare ruiten en zonne- •...
Pagina 167
Bedieningsknoppen voor achterste zijrui- ten. Gerelateerde informatie Inklembeveiliging op ruiten en zonne- • Bedieningsknoppen voor voorste zijruiten. schermen (p. 164) Elektrisch bedienbare ruiten (p. 166) • Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 168
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Elektrisch bedienbare ruiten WAARSCHUWING Via het bedieningspaneel op het bestuurders- Kinderen, andere passagiers of voorwerpen portier zijn alle ruiten te bedienen – via het kunnen bekneld raken door bewegende bedieningspaneel op de overige portieren is delen. alleen de ruit in het desbetreffende portier te Let altijd op bij bediening van ruiten.
Pagina 169
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Achteruitkijkspiegel en Bediening is tevens mogelijk met behulp van Gerelateerde informatie buitenspiegels de transpondersleutel of passieve opening* via Elektrisch bedienbare ruiten (p. 165) • de portiergreep. De achteruitkijkspiegel en de buitenspiegels Inklembeveiliging op ruiten en zonne- •...
Pagina 170
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Dimfunctie van spiegels aanpassen Dimfunctie van spiegels aanpassen Autodimfunctie* • (p. 168) Als het licht dat van achteren in de spiegel valt Fel licht van achteren kan hinderlijke reflec- te fel is, worden de achteruitkijkspiegel en bui- ties in de spiegels veroorzaken en u verblin- Kanteling van buitenspiegels afstellen •...
Pagina 171
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Kanteling van buitenspiegels licht, terwijl de sensor aan de achterkant de 2. U kunt de stand afstellen met het hendel- afstellen koplampen van achterliggers registreert. tje in het midden. Voor optimaal zicht naar achteren moet u de De buitenspiegels zijn alleen uitgerust met 3.
Pagina 172
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS De spiegels worden in de oorspronkelijke 3. Kies onder Buitenspiegel kantelen bij Gerelateerde informatie stand teruggezet. achteruit Bestuurder voor Achteruitkijkspiegel en buitenspiegels • Passagier Beide om te activeren/deac- (p. 167) Kantelen bij parkeren tiveren en om te kiezen welke buitenspie- Dimfunctie van spiegels aanpassen •...
Pagina 173
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Panoramadak* WAARSCHUWING BELANGRIJK Het panoramadak is verdeeld in twee glas- Kinderen, andere passagiers of voorwerpen Verwijder sneeuw en ijs van het pano- • segmenten. Het voorste kan aan de achter- kunnen bekneld raken door bewegende ramadak alvorens het te openen. Wees kant verticaal (ventilatiestand) of horizontaal delen.
Pagina 174
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Panoramadak* bedienen Inklembeveiliging op ruiten en zonne- • BELANGRIJK schermen (p. 164) Het panoramadak en het zonnescherm zijn te Open het panoramadak niet, wanneer • bedienen met een bedieningsknop aan het Passief vergrendelen en ontgrendelen* • lastdragers zijn gemonteerd.
Pagina 175
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Openen en sluiten, ventilatiestand WAARSCHUWING N.B. Let erop dat kinderen of andere inzittenden Bij handmatige opening is het panorama- niet bekneld raken, wanneer u alle ruiten dak pas te openen, wanneer het zonne- tegelijkertijd sluit via de transpondersleutel scherm volledig geopend is.
Pagina 176
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Panoramadak volledig openen en Sluit het dak door de voorgaande procedure in Sluiten – duw de bedieningsknop twee- – omgekeerde volgorde te doorlopen – duw de maal naar voren/onderen naar de stand sluiten via bediening aan plafond bedieningsknop nu echter vooruit/omlaag naar voor automatisch openen en laat de knop de stand voor handmatig sluiten.
Pagina 177
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Automatische sluiting van Wisserbladen en sproeiervloeistof Passief vergrendelen en ontgrendelen* • zonnescherm van panoramadak* (p. 264) De wissers en de sproeiervloeistof hebben tot taak om het zicht en de reikwijdte van de Dankzij deze functie sluit het zonnescherm Vergrendelen en ontgrendelen met trans- •...
Pagina 178
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Voorruitwissers gebruiken Intervalstand Automatische activering achterruitwisser • bij achteruitrijden (p. 180) Beweeg de hendel omhoog voor de De voorruitwissers hebben tot taak om de intervalstand van de wissers. Met het voorruit te reinigen. Met de rechter stuurhen- Wisserbladen en sproeiervloeistof (p.
Pagina 179
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Regensensor gebruiken Activeer de regensensor door op de regensen- BELANGRIJK sorknop te drukken. De regensensor registreert de hoeveelheid In de wasstraat kunnen de ruitenwissers regen op de voorruit en schakelt automatisch Haal de hendel omlaag om de wissers een van de voorruit starten en beschadigd de voorruitwissers in.
Pagina 180
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Geheugenfunctie van regensensor Voorruit- en koplampsproeiers Wisserblad voorruit vervangen (p. 657) • gebruiken gebruiken Wisserbladen achterruit vervangen • De regensensor registreert de hoeveelheid (p. 656) De voorruit- en koplampsproeiers hebben tot regen op de voorruit en schakelt automatisch taak om de voorruit en koplampen te reini- Voorruitwissers gebruiken (p.
Pagina 181
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Achterruitwisser en -sproeier Vulopening voor sproeiervloeistof (p. 659) • BELANGRIJK De achterruitwisser en -sproeiers hebben tot Wisserbladen in de servicestand zetten • Activeer de sproeiers niet bij bevriezing of taak om de achterruit te reinigen. Via de rech- (p.
Pagina 182
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Automatische activering Vulopening voor sproeiervloeistof • achterruitwisser bij achteruitrijden (p. 659) Wisserbladen in de servicestand zetten Als u de achteruitversnelling inschakelt terwijl • (p. 658) de voorruitwissers actief zijn, zal de achter- ruitwisser starten. Bij het inschakelen van Wisserblad voorruit vervangen (p.
Pagina 183
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Wisserbladen achterruit vervangen • (p. 656) Voorruitwissers gebruiken (p. 176) •...
Pagina 186
STOELEN EN STUURWIEL Handmatig bediende voorstoel Pas de lendensteun* aan door op de knop Gerelateerde informatie omhoog/omlaag/vooruit/achteruit te druk- Elektrisch bedienbare* voorstoel (p. 185) • Voor optimaal zitcomfort hebben de voor- ken. stoelen verschillende verstelmogelijkheden. Elektrisch bedienbare* voorstoel verstellen • Zet de hele stoel hoger/lager door deze (p.
Pagina 187
STOELEN EN STUURWIEL Elektrisch bedienbare* voorstoel Elektrisch bedienbare* voorstoel Verlengbaar zitkussen* voorstoel verstel- • verstellen len (p. 187) Voor optimaal zitcomfort hebben de voor- stoelen verschillende verstelmogelijkheden. Lendensteun* voorstoel verstellen Stel de gewenste zitstand in met behulp van • De elektrisch bedienbare stoel is naar voren/ (p.
Pagina 188
STOELEN EN STUURWIEL Opgeslagen stand voor stoel en Zet de hele stoel naar voren/achteren door Opgeslagen stand voor stoel en buiten- • buitenspiegels gebruiken de handgreep naar voren/achteren te spiegels gebruiken (p. 186) bewegen. Verlengbaar zitkussen* voorstoel verstel- Als de standen voor de elektrisch bedienbare* •...
Pagina 189
STOELEN EN STUURWIEL Verlengbaar zitkussen* voorstoel Lendensteun* voorstoel verstellen Gesloten voorportier • verstellen (p. 188) Houd een van de geheugenknoppen 1 ( – Kanteling van buitenspiegels afstellen Ter verhoging van het comfort is de lengte • of 2 ( ) ingedrukt, totdat de stoel en de (p.
Pagina 190
STOELEN EN STUURWIEL Lendensteun* voorstoel verstellen Opgeslagen stand voor stoel en buiten- Lendensteun verstellen • spiegels gebruiken (p. 186) De lendensteun is te verstellen met behulp van de bediening aan de zijkant van de zit- Lendensteun* voorstoel verstellen • ting. (p.
Pagina 191
STOELEN EN STUURWIEL Rugleuning achterbank omklappen BELANGRIJK De rugleuning van de achterbank is in twee Bij het neerklappen van de achterbank ongelijke delen verdeeld. De twee delen zijn mogen er zich geen voorwerpen op de ieder apart om te klappen. achterbank bevinden.
Pagina 192
STOELEN EN STUURWIEL Hoofdsteunen achterbank 3. Zet de hoofdsteunen handmatig rechtop. verstellen 4. Pas de stand van de hoofdsteun op de Stel de hoofdsteun van de middelste zitplaats middelste zitplaats zo nodig aan. af aan de hand van de lengte van de passa- gier.
Pagina 193
STOELEN EN STUURWIEL Bedieningselementen op stuurwiel De hoofdsteunen zijn om te klappen in de con- Gerelateerde informatie en claxon tactslotstand 0. Rugleuning achterbank omklappen • (p. 189) Op het stuurwiel zitten de claxon en bedie- ningselementen voor o.m. rijhulpsystemen en stembediening.
Pagina 194
STOELEN EN STUURWIEL Stuurslot Stuurwiel verstellen Claxon Het stuurslot bemoeilijkt de besturing zoals Het stuurwiel is in verschillende standen te bij gebruik van de auto door onbevoegden. Er zetten. is mogelijk een mechanisch geluid waar- neembaar, wanneer u het stuurslot inschakelt of opheft.
Pagina 195
STOELEN EN STUURWIEL Hendel voor verstelling van het stuurwiel. Beweeg de hendel naar voren om het stuurwiel te ontkoppelen. 2. Zet het stuurwiel vervolgens in de gewen- ste stand. 3. Trek de hendel naar achteren om het stuurwiel in de nieuwe stand te blokkeren. Als dit moeite kost, kunt u lichtjes op het stuurwiel drukken en tegelijkertijd de hen- del terugduwen.
Pagina 198
KLIMAAT Klimaatregeling Klimaatzones Klimaatsensoren De auto is voorzien van elektronische kli- Afhankelijk van het aantal klimaatzones van De klimaatregeling beschikt over enkele sen- maatregeling. De klimaatregeling zorgt de auto kunt u verschillende temperaturen soren voor de regeling van het autoklimaat. ervoor dat de lucht in het interieur gekoeld, instellen voor verschillende delen van het Positie van de sensoren...
Pagina 199
KLIMAAT Gevoelstemperatuur Bij het Interior Air Quality System* is er ook Stembediening klimaat een luchtkwaliteitssensor, die in de luchtinlaat De klimaatregeling regelt het autoklimaat op Opdrachten voor klimaatregeling met stem- van de klimaatregeling zit. basis van de gevoelstemperatuur en niet de bediening om bijvoorbeeld de temperatuur te werkelijke temperatuur.
Pagina 200
" Schakel max. ruitontdooiing in " / • N.B. Gebruik de door Volvo geadviseerde schoon- " Schakel max. ruitontdooiing uit " – maakmiddelen en autoverzorgingsproducten activeert/deactiveert maximale ontwase- Niet alle systeemtalen ondersteunen stem- voor het reinigen van het interieur.
Pagina 201
KLIMAAT Clean Zone* Interior Air Quality System* (p. 200) De luchtrecirculatie is gedeactiveerd. • • Clean Zone controleert en geeft aan of wel of Interieurfilter (p. 201) • N.B. niet is voldaan aan alle voorwaarden voor een goede luchtkwaliteit in het interieur. Clean Zone geeft niet per se aan dat de luchtkwaliteit goed is, maar duidt er alleen op dat is voldaan aan de voorwaarden voor...
Pagina 202
KLIMAAT Clean Zone Interior Package* Interior Air Quality System* Gerelateerde informatie Luchtkwaliteitssensor* activeren en deac- • Clean Zone Interior Package (CZIP) omvat Het Interior Air Quality System (IAQS) ont- tiveren (p. 201) een aantal aanpassingen om stoffen die aan- doet de binnenkomende lucht van gassen en leiding kunnen geven tot onder andere aller- stofdeeltjes om zo hinderlijke geurtjes en ver- Luchtkwaliteit (p.
Pagina 203
Raadpleeg het Serviceprogramma Wanneer u de automatische klimaatregeling Instellingen Tik op op het hoofdscherm van Volvo voor het aanbevolen vervangingsin- hebt geactiveerd, verloopt de luchtverdeling van het middendisplay. terval. In zeer sterk verontreinigde gebieden automatisch. De luchtverdeling is zo nodig moet u het filter mogelijk vaker vervangen.
Pagina 204
KLIMAAT Luchtverdeling aanpassen N.B. De luchtverdeling is desgewenst handmatig Bij een lage omgevingstemperatuur komt te wijzigen. er geen lucht uit de verstelbare blaasmon- den achter in de tunnelconsole. Gerelateerde informatie Open het klimaatscherm op het midden- Klimaatregeling (p. 196) • display door op het symbool in het midden Luchtverdeling aanpassen (p.
Pagina 205
KLIMAAT Blaasmonden openen, sluiten en richten Sommige blaasmonden in het interieur zijn apart te openen, sluiten en richten. Als u de buitenste blaasmonden op de zijrui- ten richt kunt u condens voorkomen. Als u de buitenste blaasmonden in de auto naar binnen richt, creëert u een warm en com- fortabel autoklimaat.
Pagina 206
KLIMAAT Tabel met luchtverdelingsstanden De luchtverdeling is desgewenst handmatig te wijzigen. De volgende standen zijn in te stellen. Luchtverdeling Doel Bij deactivering van alle luchtverdelingsknoppen in de handmatige stand schakelt de klimaatregeling weer over op automatische klimaatregeling. De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen. Er komt een bepaalde Gaat condens- en ijsvorming tegen (om dat hoeveelheid lucht uit de overige blaasmonden.
Pagina 207
KLIMAAT Luchtverdeling Doel De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen en blaasmonden in het Voor voldoende comfort bij warm en droog dashboard. Er komt een bepaalde hoeveelheid lucht uit de overige blaasmonden. weer. De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen en de blaasmonden bij de Voor voldoende comfort en ontwaseming bij vloer.
Pagina 209
KLIMAAT Klimaatregelingsbediening Hoofdklimaat Klimaat hoofdinstelling Op het tabblad kunt De klimaatregelingsfuncties zijn te bedienen u behalve de klimaatfuncties in het klimaatveld via de fysieke knoppen op de middenconsole, ook de hoofdklimaatfuncties regelen. het middendisplay en de klimaatregelingsbe- diening achter op de tunnelconsole*. Fysieke knoppen op middenconsole Temperatuurregeling voor bestuurders- en passagierszone.
Pagina 210
KLIMAAT Elektrische voorstoelverwarming* Bediening voor luchtverdeling. Elektrische voorruitverwarming* activeren • activeren en deactiveren en deactiveren (p. 214) Ventilatorbediening. Elektrische achterruit- en buitenspiegel- De stoelverwarming is te activeren om het • verwarming activeren en deactiveren comfort voor bestuurder en inzittenden te AUTO –...
Pagina 211
KLIMAAT Automatische inschakeling van Gerelateerde informatie WAARSCHUWING elektrische stoelverwarming Klimaatregelingsbediening (p. 207) • Een elektrisch verwarmde stoel mag niet voorin* activeren en deactiveren Elektrische voorstoelverwarming* active- • worden gebruikt door personen die niet De stoelverwarming is te activeren om het ren en deactiveren (p.
Pagina 212
KLIMAAT Elektrische stoelverwarming Elektrische stuurverwarming* WAARSCHUWING achter* activeren en deactiveren activeren en deactiveren Een elektrisch verwarmde stoel mag niet De stoelverwarming is te activeren om het De stuurverwarming is te activeren om het worden gebruikt door personen die niet comfort voor bestuurder en inzittenden te stuurcomfort te verhogen, wanneer het koud goed kunnen voelen dat de temperatuur verhogen, wanneer het koud is.
Pagina 213
KLIMAAT Automatische inschakeling van Automatische klimaatregeling Gerelateerde informatie elektrische stuurverwarming* activeren Klimaatregelingsbediening (p. 207) • activeren en deactiveren Bij automatische klimaatregeling worden Automatische inschakeling van elektrische • De stuurverwarming is te activeren om het meerdere klimaatfuncties automatisch gere- stuurverwarming* activeren en deactive- geld.
Pagina 214
KLIMAAT Luchtrecirculatie activeren en Gerelateerde informatie N.B. deactiveren Klimaatregelingsbediening (p. 207) • Het is mogelijk om de temperatuur en de De luchtrecirculatie houdt vieze lucht, uitlaat- Timerinstelling voor luchtrecirculatie acti- • ventilatorstand te wijzigen zonder deacti- gassen en dergelijke buiten door recirculatie veren en deactiveren (p.
Pagina 215
KLIMAAT Timerinstelling voor Maximale ontwaseming activeren luchtrecirculatie activeren en en deactiveren deactiveren U kunt de maximale ontwaseming gebruiken De luchtrecirculatie houdt vieze lucht, uitlaat- om de ruiten snel te ontwasemen en ont- dooien. gassen en dergelijke buiten door recirculatie Bij maximale ontwaseming worden de auto- van de lucht in het interieur.
Pagina 216
KLIMAAT Elektrische voorruitverwarming* Auto's met elektrische voorruitverwarming: activeren en deactiveren Druk meerdere keren op de knop om de – De elektrische voorruitverwarming dient om drie standen te doorlopen: de voorruit snel van condens en ijs te ont- 2. Druk op elektrische voorruitverwarming geacti- •...
Pagina 217
KLIMAAT Automatische inschakeling van Druk meerdere keren op de knop om de – N.B. elektrische voorruitverwarming* drie standen te doorlopen: Aan de beide uiteinden van de voorruit zit- activeren en deactiveren elektrische voorruitverwarming geacti- • ten driehoekige gebieden zonder elektri- De elektrische voorruitverwarming dient om veerd sche verwarming, zodat het ontdooien...
Pagina 218
KLIMAAT Elektrische achterruit- en Automatische inschakeling van Elektrische achterruit- en buitenspiegelverwarming elektrische achterruit- en buitenspiegelverwarming activeren en activeren en deactiveren buitenspiegelverwarming deactiveren vanaf middendisplay activeren en deactiveren De elektrische achterruit- en buitenspiegel- verwarming dient om de ruiten en buitenspie- De elektrische achterruit- en buitenspiegel- gels snel van condens en ijs te ontdoen.
Pagina 219
KLIMAAT Ventilatorstand voorin regelen Temperatuur voorin regelen BELANGRIJK De ventilator is in te stellen op diverse auto- De temperatuur voor de klimaatzones voorin Als de ventilator volledig uitstaat, start de matisch geregelde ventilatorstanden voor de is in te stellen op het gewenste aantal gra- airconditioning niet, waardoor er mogelijk voorstoelen.
Pagina 220
KLIMAAT Temperatuur synchroniseren Gerelateerde informatie Klimaatregelingsbediening (p. 207) • De temperatuur in de verschillende klimaat- zones van de auto is te synchroniseren met de ingestelde temperatuur voor de bestuur- derszijde. Temperatuurbediening. 2. Regel de temperatuur door: de bediening naar de gewenste tempe- •...
Pagina 221
KLIMAAT Airconditioning activeren en De synchronisatie stopt wanneer u nogmaals N.B. deactiveren Temperatuur synchroniseren drukt of Het is niet mogelijk de airconditioning te wanneer u de temperatuurinstelling in een De airconditioning koelt en droogt zo nodig activeren, wanneer de ventilatorknop in andere klimaatzone dan de bestuurderszone de binnenkomende lucht.
Pagina 222
KLIMAAT Parkeerklimaat Preconditioning N.B. Parkeerklimaat is een verzamelnaam voor Preconditioning is een klimaatfunctie die, Preconditioning is alleen beschikbaar als verschillende functies die het klimaat in de indien mogelijk, probeert om vóór vertrek de de auto is aangesloten op een stroomaan- passagiersruimte van een geparkeerde auto comforttemperatuur in het interieur te berei- sluiting...
Pagina 223
Via de app starten* Via een apparaat met de Volvo On Call-app* is 4. Tik op Preconditioning het mogelijk de preconditioning in te schake- > De preconditioning wordt ingescha- len én informatie te krijgen over de gekozen...
Pagina 224
(p. 223) lijk via de afstandsstart auto (Engine Remote tijdstip. Start – ERS) via de Volvo On Call-app*. Timerinstelling voor preconditioning acti- • De timer kan tot 8 verschillende instellingen veren en deactiveren (p. 224)
Pagina 225
KLIMAAT Timerinstelling voor 3. Tik op Timer toevoegen 7. Tik op Bevestig om het ingestelde tijdstip preconditioning toevoegen en toe te voegen. > Er verschijnt een pop-upvenster. bewerken > Het ingestelde tijdstip wordt toege- voegd aan de lijst en geactiveerd. De timer voor preconditioning kan tot 8 ver- N.B.
Pagina 226
KLIMAAT Timerinstelling voor 2. Kies het tabblad Parkeerklimaat WAARSCHUWING preconditioning activeren en 3. Tik op het tijdstip dat u wilt wijzigen. Maak geen gebruik van de preconditio- deactiveren > Er verschijnt een pop-upvenster. ning Zo nodig kunt u een timertijdstip voor de pre- Binnen in ongeventileerde ruimten.
Pagina 227
KLIMAAT Timerinstelling voor Klimaatcomfort bij parkeren 5. Druk ter bevestiging op preconditioning verwijderen > Het ingestelde tijdstip wordt uit de lijst Het interieurklimaat van de auto is tijdens het verwijderd. parkeren nog enige tijd te handhaven, bij- Een timerinstelling voor de preconditioning voorbeeld als u of een of meer inzittenden na die u niet langer nodig hebt kunt u verwijde- Gerelateerde informatie...
Pagina 228
KLIMAAT Klimaatcomfort tijdens het Gerelateerde informatie N.B. parkeren inschakelen en Parkeerklimaat (p. 220) • Handhaving klimaatcomfort wordt uitge- uitschakelen Klimaatcomfort tijdens het parkeren • schakeld als de auto van buitenaf wordt Bij handhaving van het klimaatcomfort wordt inschakelen en uitschakelen (p. 226) vergrendeld om niet onnodig restwarmte na afloop van een rit het interieurklimaat nog te gebruiken.
Pagina 229
Bij een actieve standverwarming parkeerklimaat zijn ook weer te geven op een eenheid met de brandt dit symbool op het bestuur- Volvo On Call*-app. dersdisplay. Op het bestuurdersdisplay kunnen enkele symbolen en meldingen verschijnen ten aan- zien van het parkeerklimaat.
Pagina 230
De inschakelduur van het parkeerklimaat is beperkt, omdat de ladingsgraad van de hybride-accu te laag is. Start de motor. Beperkt beschikbaar. Laadniveau te laag Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Geldt voor verwarming op brandstof. Geldt voor verwarming op stroom. Gerelateerde informatie Parkeerklimaat (p.
Pagina 231
Dit is volkomen normaal. Waarschuwingssticker op tankvulklep. De verwarming maakt gebruik van brandstof uit de normale brandstoftank van de auto. Een erkende Volvo-dealer heeft informatie over welke markten welke verwarming gebruiken. Geldt voor een verwarming op brandstof. Geldt voor verwarming op brandstof.
Pagina 232
KLIMAAT Standverwarming Gerelateerde informatie schillend lang ingeschakeld, maar nooit langer dan 30 minuten. Klimaatregeling (p. 196) • De standverwarming verwarmt indien nodig het interieur bij geactiveerde preconditioning. Standverwarming (p. 230) • N.B. Extra verwarming (p. 231) De standverwarming is een van twee deel- •...
Pagina 233
Op plekken met brandbaar of licht ont- • nemen met een erkende Volvo-werkplaats. vlambaar materiaal in de buurt. Brand- N.B. stof, gassen, hoog gras, zaagsel en...
Pagina 234
Extra verwarming voor activeren/ deactiveren automatische inschakeling van extra verwarming. N.B. Volvo adviseert u om de automatische start van de extra verwarming uit te schakelen tijdens korte ritten N.B. Als de automatische start van de extra ver- warming wordt gedeactiveerd, kan dat tot...
Pagina 236
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelingsindicatie Vergrendelings- en alarmindicatie op Led in vergrendelingsknoppen het dashboard De alarmlichten knipperen bij vergrendeling Voorportier of ontgrendeling van de auto. Indicatie exterieur Vergrendeling Bij vergrendeling knipperen de alarmlich- • ten van de auto eenmaal en daarnaast worden de buitenspiegels ingeklapt Ontgrendelen Bij ontgrendeling knipperen de alarmlich-...
Pagina 237
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instelling voor Gerelateerde informatie Achterportier* vergrendelingsbevestiging Vergrendelingsindicatie (p. 234) • In het instellingsmenu van het middendisplay kunt u verschillende alternatieven kiezen voor de wijze waarop de auto bevestigt dat er is vergrendeld en ontgrendeld. Om de instelling voor vergrendelingsbevesti- ging te wijzigen: Instellingen Tik op...
Pagina 238
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM een transpondersleutel kleinere en lichtere transpondersleutel zonder Knoppen op transpondersleutel knoppen (Key Tag) geleverd. Met de transpondersleutel zijn de portieren en de achterklep te vergrendelen en ontgren- De transpondersleutels zijn te koppelen aan delen. De transpondersleutel moet in de auto verschillende bestuurdersprofielen om per- aanwezig zijn om deze te kunnen starten.
Pagina 239
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Achterklep – Ontgrendelt alleen de ach- ontgrendelen* ondervinden mogelijk storingen N.B. terklep en deactiveert de alarmfunctie door elektromagnetische velden en afscher- voor de achterklep. Bij auto's met elektri- mingen. Let op het gevaar voor buitensluiten met sche achterklepbediening* is de achter- de transpondersleutel nog in de auto.
Pagina 240
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen met Gerelateerde informatie N.B. transpondersleutel Motor starten (p. 438) • Let op het gevaar voor buitensluiten met Met de knoppen op de transpondersleutel Vergrendelen en ontgrendelen met trans- • de transpondersleutel nog in de auto. kunt u alle portieren en de achterklep gelijktij- pondersleutel (p.
Pagina 241
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instellingen voor ontgrendeling op Achterklep ontgrendelen met Wanneer de transpondersleutel niet afstand en van de binnenzijde transpondersleutel werkt U kunt verschillende procedures voor externe Met een knop op de transpondersleutel is het ontgrendeling kiezen. mogelijk alleen de achterklep te ontgrende- N.B.
Pagina 242
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Bereik transpondersleutel Gerelateerde informatie Druk op de knop op de transponder- Vergrendelen en ontgrendelen met trans- sleutel. • Voor een goede werking van de transponder- pondersleutel (p. 238) sleutel moet de sleutel zich binnen een > De achterklep wordt ontgrendeld maar bepaalde afstand van de auto bevinden.
Pagina 243
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Batterij in transpondersleutel nen een straal van zo'n 1,5 meter (5 voet) rond Gerelateerde informatie vervangen de zijkanten of zo'n 1 meter (3 voet) rond de een transpondersleutel (p. 236) • achterklep van de auto bevinden. Vervang de batterij in de transpondersleutel Locatie antennes voor start- en vergrende- •...
Pagina 244
Houd de transpondersleutel met de Lever een uitgediende Key Tag in bij een kant enkele millimeters omhoog. voorzijde zichtbaar en het logo van Volvo erkende Volvo-werkplaats. De sleutel moet naar de juiste kant. Schuif de knop bij de De behuizing komt los en is van de uit de auto worden gewist, omdat die nog sleutelring aan de onderkant naar rechts.
Pagina 245
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Gebruik bijvoorbeeld een schroeven- De +-kant van de batterij wijst naar boven. Plaats een nieuwe batterij met de plus- draaier om het batterijklepje linksom te Wrik vervolgens de batterij voorzichtig los zijde (+) omhoog. Vermijd de batterijcon- kunnen draaien, zodat deze markering uit- zoals op de afbeelding.
Pagina 246
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM N.B. Volvo adviseert u om batterijen voor de transpondersleutel te gebruiken die vol- doen aan UN Manual of Test and Criteria, Part III, sub-section 38.3. Voor batterijen die in de fabriek zijn geplaatst of in een erkende Volvo-werkplaats zijn vervangen is dit het geval.
Pagina 247
- Batterijen mogen niet uit elkaar wor- • geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- den gehaald, worden kortgesloten of in plaats. Neem de resterende transpondersleu- open vuur worden gegooid. tels mee naar de werkplaats. Ter preventie van Probeer niet-oplaadbare batterijen niet •...
Pagina 248
Houd de transpondersleutel met de U kunt het afneembare sleutelblad van de voorzijde zichtbaar en het logo van Volvo transpondersleutel gebruiken om naar de juiste kant. Schuif de knop bij de het linker voorportier handmatig te ope- •...
Pagina 249
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen met 5. Trek de handgreep naar buiten. afneembaar sleutelblad > Het portier wordt ontgrendeld. Het afneembare sleutelblad is onder meer te Het vergrendelen gaat op dezelfde manier. gebruiken om de auto van de buitenzijde te Daarbij wordt dan bij stap (3) 45 graden ontgrendelen –...
Pagina 250
> Het alarmsignaal valt stil en het alarm alleen worden ontgrendeld met een wordt uitgeschakeld. transpondersleutel, met de knop van de centrale vergrendeling of via Volvo Portier handmatig vergrendelen. Niet te verwarren met het kinderslot. On Call*. * Optie/accessoire.
Pagina 251
Neem contact op met de Alleen bepaalde markten en uitsluitend in combinatie met Volvo On Call. * Optie/accessoire.
Pagina 252
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Typegoedkeuring voor Voor gedetailleerde informatie over type- Passief starten (Passive Start) en transpondersleutels goedkeuring gaat u naar passieve vergrendeling/ontgrendeling www.volvocars.com/intl/support. (Passive Entry*) De typegoedkeuring voor de transponders- leutels van de auto staan in de volgende tabellen. CEM-markering voor transpondersleutels.
Pagina 253
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Brazilië MT-3245/2015 Indonesië Nomor: 38301/SDPPI/2015 Maleisië RAAT/37A/1215/S(15-5198) Mexico IFETEL: RLVDEVO15-0396 Rusland Verenigde Arabische ER37847/15 Emiraten DA0062437/11...
Pagina 254
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Namibië TA-2016-02 Zuid-Afrika TA-2014-1868...
Pagina 255
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM een transpondersleutel Land/regio Typegoedkeuring Europa Huf Hülsbeck & Fürst GmbH & Co. KG verklaart bij dezen dat de radioapparatuur van het type HUF8423 in overeenstemming is met de Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is te vinden op www.volvocars.com/intl/support Frequentieband: 433,92 MHz Uitgezonden maximaal radiofrequent vermogen: 10 mW...
Pagina 256
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring (Customs Union) Wit-Rusland, Kazachstan, Rusland Indonesië [41005/SDPPI/2015] [5149] Jordanië TRC/LPD/2015/104 Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Numéro d’agrément: MR 10668 ANRT 2015 Date d’agrément: 24/07/2015 Moldavië...
Pagina 257
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Mexico IFETEL Marca: HUF Modelo (s): HUF8423 NOM-121-SCT1-2009 La operación de este equipo está sujeta a las siguientes dos condiciones: (1) es posible que este equipo o dispositivo no cause interferencia perjudicial y (2) este equipo o dispositivo debe aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.
Pagina 258
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Filippijnen Servië Singapore Complies with IMDA Standards DA103787 Zuid-Afrika TA-2015-432...
Pagina 260
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Key Tag Land/regio Typegoedkeuring Europa Huf Hülsbeck & Fürst GmbH & Co. KG verklaart bij dezen dat de radioapparatuur van het type HUF8432 in overeenstemming is met de Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is te vinden op www.volvocars.com/intl/support.
Pagina 261
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring (Customs Union) Wit-Rusland, Kazachstan, Rusland Indonesië [41006/SDPPI/2015] [5149] Jordanië TRC/LPD/2015/107 Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Numéro d’agrément: MR 10667 ANRT 2015 Date d’agrément: 24/07/2015 Mexico IFETEL Marca: HUF Modelo (s): HUF8432 NOM-121-SCT1-2009 IFT: RLVHUHU15-0972 La operación de este equipo está...
Pagina 262
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Moldavië Nigeria Connection and use of this communications equipment is permitted by the Nigerian Communications Commission Oman Filippijnen ESD-1511501C...
Pagina 263
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Servië Singapore Complies with IMDA Standards DA103787 Zuid-Afrika TA-2015-414...
Pagina 265
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Keyless vergrendeling/ Gerelateerde informatie N.B. ontgrendeling en aanraakgevoelige Passief vergrendelen en ontgrendelen* • Het is belangrijk dat u slechts één aanraak- zones* (p. 264) gevoelig vlak tegelijk aanraakt. Als u de Dankzij de passieve vergrendeling en ont- Achterklep passief ontgrendelen* (p.
Pagina 266
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Passief vergrendelen en Passief ontgrendelen N.B. ontgrendelen* Pak een portiergreep beet of druk voor – Let erop dat het systeem kan worden ontgrendeling lichtjes op het met rubber Bij een auto met passieve vergrendeling en geactiveerd bij het wassen van de auto als beklede drukplaatje aan de onderzijde van ontgrendeling hoeft u voor het ontgrendelen de transpondersleutel binnen bereik is.
Pagina 267
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instellingen voor passieve Achterklep passief ontgrendelen* Gerelateerde informatie ontgrendeling* Instellingen voor passieve ontgrendeling* • Bij een auto met passieve vergrendeling en (p. 265) ontgrendeling hoeft u voor het ontgrendelen U kunt verschillende procedures voor pas- van de achterklep alleen op de aanraakgevoe- sieve ontgrendeling kiezen.
Pagina 268
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Locatie antennes voor start- en Om te openen: Gerelateerde informatie vergrendelingssysteem Passief vergrendelen en ontgrendelen* • Druk lichtjes op het met rubber beklede (p. 264) In de auto zijn een antenne voor het startsys- drukplaatje onder op de handgreep van de teem en antennes voor de passieve vergren- Keyless vergrendeling/ontgrendeling en achterklep.
Pagina 269
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen van Alternatieve ontgrendelingsmethode WAARSCHUWING de binnenzijde van de auto Personen met een pacemaker mogen niet De portieren en de achterklep zijn te vergren- dichter dan 22 cm (9 inch) bij de antennes delen en ontgrendelen met de knop voor cen- van het Keyless-systeem komen.
Pagina 270
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Achterklep ontgrendelen vanaf de Vergrendelen met de knop op het Gerelateerde informatie binnenzijde voorportier Instellingen voor ontgrendeling op afstand • en van de binnenzijde (p. 239) De achterklep is van de binnenzijde te ont- Druk op de knop –...
Pagina 271
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Kinderslot activeren en Gerelateerde informatie N.B. deactiveren Vergrendelen en ontgrendelen van de bin- • De vergrendelbus van een portier dient • nenzijde van de auto (p. 267) Het kinderslot voorkomt dat de achterportie- alleen om het desbetreffende portier te ren vanaf de binnenzijde kunnen worden Elektrisch bedienbare achterklep* openen •...
Pagina 272
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Automatische vergrendeling bij het 2. Druk op de bijbehorende knop van het Symbool Melding Betekenis wegrijden bedieningspaneel op het bestuurderspor- Kinderslot Het kinderslot tier. Bij het wegrijden worden de portieren en de is geacti- achter Geac- >...
Pagina 273
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Elektrisch bedienbare achterklep* openen en sluiten Functie die het mogelijk maakt om de achter- klep met één druk op een knop te openen en te sluiten. Openen Open de elektrisch bediende achterklep op een van de volgende manieren: Schopbeweging* onder de achterbumper.
Pagina 274
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Sluiten en vergrendelen Druk lang op de knop op de transpon- – dersleutel. > De achterklep sluit automatisch en er klinkt een signaal – de achterklep blijft onvergrendeld staan. Druk lang op de knop op het dash- –...
Pagina 275
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM transpondersleutels van de auto zich Als de achterklep stopt in de buurt van de Voorgespannen veren binnen bereik bevindt. gesloten stand, zal de achterklep bij een vol- gende handsfree activering worden geopend. Bij passief* vergrendelen of sluiten klin- •...
Pagina 276
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Maximale openingshoek voor Achterklep bedienen met een N.B. elektrische achterklepbediening* schopbeweging* Om oververhitting tegen te gaan wordt • programmeren Een handige functie wanneer u de handen vol het systeem na langdurig en continu Stem de openingshoek van de achterklep af hebt, omdat u de achterklep kunt openen en gebruik automatisch even uitgescha- sluiten met een schopbeweging onder de...
Pagina 277
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Openen en sluiten met een Houd uw voet tijdens de schopbeweging niet onder de auto, aangezien de activering hier- schopbeweging door kan mislukken. Handsfree openen of sluiten onderbreken Maak tijdens het openen of sluiten van de –...
Pagina 278
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Privacy locking Privacy locking activeren en Gerelateerde informatie deactiveren Keyless vergrendeling/ontgrendeling en • De achterklep is te vergrendelen via de func- aanraakgevoelige zones* (p. 263) tie Privacy locking die voorkomt dat het Privacy locking is te activeren met de func- genoemde onderdeel kan worden geopend, tieknop op het middendisplay en de gekozen Elektrisch bedienbare achterklep* openen...
Pagina 279
Om een hoofdcode in te stellen: 2. Voer de code in die na vergrendeling moet Als u de auto ontgrendelt via Volvo On Call* of worden gebruikt om de achterklep te ont- de Volvo On Call-appen, wordt de Privacy loc-...
Pagina 280
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Alarm* Alarmindicatie probeert te stelen of de auto probeert weg te slepen. Het alarm waarschuwt met akoestische en visuele signalen als iemand zonder een gel- De bewegingsmelder laat het alarm afgaan bij dige transpondersleutel inbreekt in de auto of bewegingen in de passagiersruimte –...
Pagina 281
Service vereist Vergrendel de auto en activeer het alarmsys- het bestuurdersdisplay. Neem dan contact op teem van de auto door met een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. op de vergrendelingsknop op de transpon- • dersleutel te drukken N.B.
Pagina 282
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Verlaagde guard* Geactiveerd alarm uitschakelen Alarm deactiveren zonder een werkende Druk op de ontgrendelingsknop van de transpondersleutel – Een verlaagde guard houdt in dat de bewe- transpondersleutel of zet de auto in con- Ook als de transpondersleutel niet werkt bij- gingsmelder en hellingssensor tijdelijk wor- tactslotstand I door op de startknop te voorbeeld als de batterij leeg is kan de auto...
Pagina 283
De auto is alleen te ontgrendelen via de trans- scherm van het middendis- pondersleutel, passieve ontgrendeling* of met play om de Safelock-functie de Volvo On Call*-app , wanneer de Safelock- tijdelijk uit te schakelen. functie geactiveerd is. Het linker voorportier is ook te ontgrendelen Dit betekent ook dat de bewegingsmelders en met het afneembare sleutelblad.
Pagina 284
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Als de auto wordt ontgrendeld en weer wordt vergrendeld, moet de Safelock-functie weer worden gedeactiveerd. De volgende keer dat u de motor start, wordt het systeem gereset. Gerelateerde informatie Safelock-functie* (p. 281) • Alarm* (p. 278) •...
Pagina 286
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijhulpsystemen Snelheidsafhankelijke stuurkracht Adaptieve cruisecontrol* (p. 323) • De auto is voorzien van verschillende rijhulp- De snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging Pilot Assist* (p. 332) • systemen die u in verschillende situaties zorgt ervoor dat de stuurbekrachtiging Inhaalassistent* (p. 343) • actief of passief kunnen helpen. afneemt naarmate de rijsnelheid oploopt, om Rijbaanassistent (p.
Pagina 287
BESTUURDERSONDERSTEUNING Elektronische stabiliteitsregeling WAARSCHUWING WAARSCHUWING De elektronische stabiliteitsregeling (ESC Als de temperatuur te hoog oploopt, moet De functie is een systeem voor aanvul- • helpt u voorkomen dat de wielen doorslippen de bekrachtiging mogelijk helemaal wor- lende rijhulp om de bestuurder te ont- en verbetert de tractie van de auto.
Pagina 288
Neem altijd de gebruike- lijke voorzorgsmaatregelen bij het rijden. Engine Drag Control Aanhangwagenstabilisering is inbegrepen bij installatie van een originele trekhaak van Volvo. Trailer Stability Assist * Optie/accessoire.
Pagina 289
BESTUURDERSONDERSTEUNING Elektronische stabiliteitsregeling Sportstand van elektronische Gerelateerde informatie in de Sportstand stabiliteitsregeling activeren of Elektronische stabiliteitsregeling (p. 285) • deactiveren De stabiliteitsregeling (ESC ) is altijd geacti- Sportstand van elektronische stabiliteits- • veerd – uitschakelen is niet mogelijk. U kunt regeling activeren of deactiveren (p.
Pagina 290
BESTUURDERSONDERSTEUNING De deelfunctie ESC-sportmodus is niet te kiezen wanneer een van de volgende functies is geactiveerd: Snelheidsbegrenzer • Cruisecontrol • Adaptieve cruisecontrol* • Pilot Assist* • Gerelateerde informatie Elektronische stabiliteitsregeling in de • Sportstand (p. 287) Elektronische stabiliteitsregeling (p. 285) •...
Pagina 291
Doe het volgende, als de melding blijft staan: Gerelateerde informatie Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- Elektronische stabiliteitsregeling (p. 285) drukken op de -knop in het midden van de • seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. rechter stuurknoppenset. Electronic Stability Control...
Pagina 292
BESTUURDERSONDERSTEUNING Connected Safety Wanneer u een voorligger WAARSCHUWING met ingeschakelde alarmlich- Connected Safety wisselt gegevens uit tus- De functie is een systeem voor aanvul- • ten nadert, verschijnt dit sym- sen uw auto en andere voertuigen via inter- lende rijhulp om de bestuurder te ont- bool op het bestuurdersdis- .
Pagina 293
BESTUURDERSONDERSTEUNING Connected Safety activeren of Beperkingen van Connected Safety Gerelateerde informatie • deactiveren (p. 292) Connected Safety (p. 290) • Auto met actieve internetverbinding* Connected Safety kan alleen informatie over • Auto met actieve internetverbinding* • (p. 540) de wegomstandigheden delen met andere (p.
Pagina 294
• kunnen leiden. City Safety activeert dan een uitgebouwd en heeft niet overal dekking - korte, krachtige remingreep en de auto stopt een Volvo-dealer kan informatie over de normaal gesproken precies achter de voorlig- actuele gebieden verstrekken. ger. * Optie/accessoire.
Pagina 295
BESTUURDERSONDERSTEUNING Het systeem helpt u door automatisch te rem- Obstakeldetectie met City Safety (p. 297) • WAARSCHUWING men, wanneer het gevaar voor een botsing City Safety remt voor tegenliggers • De functie is een systeem voor aanvul- • met een voorligger reëel is en u zelf niet snel (p.
Pagina 296
BESTUURDERSONDERSTEUNING Deelfuncties van City Safety De remingreep voor grotere dieren is in eerste van de rempedaaltrilling is afhankelijk van de instantie bedoeld om de botskrachten bij rijsnelheid. City Safety kan helpen bij het voorkomen hogere snelheden te beperken en is het effec- van een aanrijding of het verlagen van de 2 –...
Pagina 297
BESTUURDERSONDERSTEUNING Waarschuwingsafstand instellen U kunt een remingreep altijd afbreken hard op 3 – Auto Brake voor City Safety het gaspedaal te trappen. In allerlaatste instantie wordt de automatische remfunctie geactiveerd. City Safety mag dan altijd geactiveerd zijn, N.B. u kunt wel een waarschuwingsafstand kie- Als u in deze fase nog steeds niet aan een uit- zen.
Pagina 298
BESTUURDERSONDERSTEUNING Wanneer u vindt dat er te vaak wordt gewaar- WAARSCHUWING N.B. schuwd en de signalen als storend ervaart, Geen enkel automatisch systeem kan Waarschuwingen via de richtingaanwijzers • kunt u de waarschuwingsafstand verkleinen in alle situaties een 100 % feilloze wer- voor de Rear Collision Warning* worden zodat City Safety niet alleen minder vaak king garanderen.
Pagina 299
BESTUURDERSONDERSTEUNING Obstakeldetectie met City Safety Fietser Het systeem kan alleen volwassen fietsers ontdekken die op fietsen voor volwassenen City Safety kan u helpen bij het detecteren zitten. van voertuigen, fietsers, grotere dieren en voetgangers. WAARSCHUWING Voertuig City Safety is een systeem voor aanvul- City Safety detecteert de meeste voertuigen lende bestuurdersondersteuning dat niet die stilstaan of in dezelfde richting als u rijden.
Pagina 300
BESTUURDERSONDERSTEUNING Voetganger grepen kunnen dan laat of helemaal niet Grotere dieren plaatsvinden. City Safety kan dankzij de koplampen van de auto ook in het donker voetgangers detecte- ren. WAARSCHUWING City Safety is een systeem voor aanvul- lende bestuurdersondersteuning dat niet altijd alle voetgangers kan detecteren en bijvoorbeeld moeite heeft met: slechts gedeeltelijk zichtbare voetgan-...
Pagina 301
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety bij kruisend verkeer de koplampen van de tegenligger bran- • WAARSCHUWING den. City Safety kan u helpen als uw auto tijdens City Safety is een systeem voor aanvul- het afslaan op een kruising het pad van een lende bestuurdersondersteuning dat niet Gerelateerde informatie tegenligger kruist.
Pagina 302
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van City Safety bij Automatische remfunctie bij N.B. kruisend verkeer onmogelijke uitwijkmanoeuvre De functie maakt gebruik van de gecombi- met City Safety In bepaalde gevallen kan het voor City Safety neerde camera en radarsensor van de auto moeilijk zijn om u te helpen bij een dreigende City Safety kan u helpen door de auto auto- die enkele algemene beperkingen heeft.
Pagina 303
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety remt voor tegenliggers City Safety grijpt niet met een automatische uw eigen rijbaan heeft duidelijke zijmarke- • remingreep in, zolang u de mogelijkheid hebt ringen City Safety kan u in noodgevallen helpen bij om via een uitwijkmanoeuvre een botsing te het remmen voor een tegenligger in uw rijst- u rijdt recht vooruit in uw eigen rijbaan •...
Pagina 304
– geadviseerd het visuele waarschuwingssignaal aan de bin- wordt een erkende Volvo-werkplaats. nenkant van de voorruit mogelijk niet werkt. De functie is niet op alle markten beschikbaar. Electronic Stability Control...
Pagina 305
BESTUURDERSONDERSTEUNING Belangrijke waarschuwingen In het donker of bij slecht zicht wordt • WAARSCHUWING mogelijk niet gewaarschuwd voor lang- Als de gecombineerde radarsensor en • zaam rijdende of stilstaande voorlig- WAARSCHUWING camera op grond van de verkeerssitua- gers en grote dieren. Rijhulpsystemen waarschuwen alleen voor tie of anderszins problemen heeft voet- Er wordt niet gewaarschuwd noch...
Pagina 306
BESTUURDERSONDERSTEUNING Zoekpad op het hoofdscherm van het midden- WAARSCHUWING display: Auto Brake van City Safety kan een • • Instellingen My Car IntelliSafe botsing geheel voorkomen of de bots- snelheid verlagen, maar voor maximale Gerelateerde informatie remwerking moet u altijd het rempe- City Safety™...
Pagina 307
Het systeem werkt niet naar behoren. Er moet contact worden opgenomen met een werkplaats Beperkte functionaliteit Service ver- eist Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 308
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie* voor overtreding van de maximumsnelheid of WAARSCHUWING flitspalen. De verkeersbordinformatie (RSI ) kan u De functie is een systeem voor aanvul- • attenderen op snelheidsspecifieke verkeers- lende rijhulp om de bestuurder te ont- N.B. borden en bepaalde verbodsborden. lasten en de rijveiligheid te verhogen, Op bepaalde markten is de functie ver- maar het systeem werkt niet in alle ver-...
Pagina 309
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie* activeren Displayweergave voor verkeersbordinfor- • N.B. of deactiveren matie* (p. 308) Als de automatische snelheidsbegren- • Verkeersbordinformatie en Sensus • De verkeersbordinformatie (RSI ) is optio- zer geactiveerd is, verschijnt verkeers- Navigation* (p. 310) neel – u kunt zelf kiezen of de functie geacti- bordinformatie op het bestuurdersdis- veerd of gedeactiveerd moet zijn.
Pagina 310
BESTUURDERSONDERSTEUNING Displayweergave voor verschijnen of veranderen zonder dat u een snelheidslimiet eindigt – bijv. bij het einde van verkeersbordinformatie* snelheidsbord bent gepasseerd. de autoweg – verschijnt op het bestuurders- display een symbool met het corresponde- De verkeersbordinformatie (RSI ) toont ver- Samen met het symbool voor rende verkeersbord.
Pagina 311
BESTUURDERSONDERSTEUNING Gewijzigde maximumsnelheid Aanvullende borden Sommige snelheden gelden bijvoorbeeld alleen een Als u een direct snelheidsbord passeert als bepaald traject of op een een maximumsnelheid gewijzigd wordt, wordt bepaalde tijd van de dag. U een symbool met het corresponderende ver- wordt hierop geattendeerd keersborg op het bestuurdersdisplay getoond.
Pagina 312
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie en Sensus Waarschuwing voor Gerelateerde informatie Navigation* snelheidsbeperkingen en flitspalen Verkeersbordinformatie* (p. 306) • van verkeersbordinformatie* Bij een auto met Sensus Navigation*, wordt er Beperkingen van Verkeersbordinformatie* • in de volgende gevallen snelheidsspecifieke Er zijn deelfuncties voor de verkeersbordin- (p.
Pagina 313
BESTUURDERSONDERSTEUNING Waarschuwingen van de U krijgt altijd een snelheidswaarschuwing bij Waarschuwing voor flitspalen verkeersbordinformatie* activeren overschrijding van de maximumsnelheid voor Auto's met verkeersbordinfor- flitspalen die in verband met de flitspaalinfor- of deactiveren matie en Sensus Navigation matie geregistreerd staat. kunnen op het bestuurders- De deelfunctie Waarschuwing max.
Pagina 314
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van 2. Vink Waarschuwing max. snelheid aan. Waarschuwing voor flitspalen Verkeersbordinformatie* activeren > De functie wordt geactiveerd en er ver- Als de auto is uitgerust met Sensus schijnt een kiezer voor de snelheidsli- De verkeersbordinformatie (RSI ) kent Navigation* en de kaartgegevens informatie miet.
Pagina 315
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer : Vanuit de actieve stand – deacti- N.B. veert de snelheidsbegrenzer/zet deze Een snelheidsbegrenzer (SL ) is te vergelij- De RSI-functie kan sommige soorten fiets- stand-by ken met een omgedraaide cruisecontrol – u dragers die zijn aangesloten op de elektri- regelt de snelheid met het gaspedaal, terwijl : Verlaagt de opgeslagen maximum- sche aansluiting voor aanhangers interpre-...
Pagina 316
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer kiezen en Snelheidsbegrenzer tijdelijk deactiveren • WAARSCHUWING activeren (p. 316) De functie is een systeem voor aanvul- • Vastgelegde snelheid instellen voor rij- Om de snelheid te kunnen regelen moet u • lende rijhulp om de bestuurder te ont- hulpsystemen (p.
Pagina 317
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer deactiveren 2. Wanneer de snelheidsbegrenzer is geko- Gerelateerde informatie zen, moet u voor activering op de stuur- Snelheidsbegrenzer (p. 313) • De snelheidsbegrenzer (SL ) is te deactive- knop (2) drukken. ren en uit te schakelen. Snelheidsbegrenzer kiezen en activeren •...
Pagina 318
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer tijdelijk Beperkingen van de Snelheidsbegrenzer deactiveren (p. 315) • deactiveren snelheidsbegrenzer Er gelden enkele algemene beperkingen voor De snelheidsbegrenzer (SL ) is tijdelijk te deactiveren en stand-by te zetten. de snelheidsbegrenzer (SL De ingestelde maximumsnelheid is tijdelijk te Op steile aflopende hellingen volstaat de rem- deactiveren en te overschrijden met het gas- werking van de snelheidsbegrenzer mogelijk...
Pagina 319
BESTUURDERSONDERSTEUNING Automatische snelheidsbegrenzer Symbool voor automatische WAARSCHUWING snelheidsbegrenzer De automatische snelheidsbegrenzer (ASL De functie is een systeem voor aanvul- • Het bordsymbool (naast de opgesla- helpt u om de maximumsnelheid van de auto lende rijhulp om de bestuurder te ont- gen snelheid "70", in het midden van af te stemmen op de op verkeersborden aan- lasten en de rijveiligheid te verhogen,...
Pagina 320
BESTUURDERSONDERSTEUNING Automatische snelheidsbegrenzer de symboolweergave op het bestuurdersdis- N.B. activeren of deactiveren play. Als de automatische snelheidsbegren- • Als aanvulling op de snelheidsbegrenzer zer geactiveerd is, verschijnt verkeers- Symbool ) is de automatische snelheidsbegrenzer bordinformatie (RSI ) op het bestuur- (ASL ) te activeren en deactiveren.
Pagina 321
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tolerantie voor de automatische Automatische snelheidsbegrenzer Druk op de stuurknop (1) totdat – snelheidsbegrenzer wijzigen deactiveren 70 km/h (43 mph) in het midden van de Om de automatische snelheidsbegrenzer te snelheidsmeter (2) is gewijzigd in 75 km/h De automatische snelheidsbegrenzer (ASL deactiveren: (47 mph).
Pagina 322
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de automatische Cruisecontrol : Vanuit de actieve stand – deacti- snelheidsbegrenzer veert de cruisecontrol/zet deze stand-by De cruisecontrol (CC ) helpt u een gelijkma- De automatische snelheidsbegrenzing tige snelheid aan te houden, wat voor een : Verlaagt de opgeslagen snelheid comfortabeler rijervaring kan zorgen tijdens (ASL ) vindt plaats op basis van snelheidsin-...
Pagina 323
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cruisecontrol kiezen en activeren laten dempen. U kunt de bedrijfsremingreep WAARSCHUWING van de cruisecontrol dan tijdelijk uitschakelen. Om de snelheid te kunnen regelen moet u De functie is een systeem voor aanvul- • eerst de cruisecontrol (CC ) kiezen en active- Doe in dat geval het volgende: lende rijhulp om de bestuurder te ont- ren.
Pagina 324
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cruisecontrol deactiveren 2. Wanneer de cruisecontrol is gekozen, Gerelateerde informatie moet u voor activering op de stuurknop Cruisecontrol (p. 320) • De cruisecontrol (CC ) is te deactiveren en (2) drukken. uit te schakelen. Wisselen tussen cruisecontrol en adap- •...
Pagina 325
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stand-bystand voor cruisecontrol Automatische stand-bystand Adaptieve cruisecontrol* Een automatische stand-bystand kan bijvoor- De cruisecontrol (CC ) is te deactiveren en De adaptieve cruisecontrol (ACC ) kan u hel- beeld door het volgende worden veroorzaakt: stand-by te zetten. Dit kan gebeuren door pen om een gelijkmatige snelheid en een actief ingrijpen van u of automatisch.
Pagina 326
-bepalin- men (p. 348) overschrijdt. gen. Van doelvoertuig veranderen met rijhulp- • systemen (p. 345) BELANGRIJK Inhaalassistent* (p. 343) • Laat het onderhoud aan rijhulpcomponen- ten over aan een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 327
BESTUURDERSONDERSTEUNING Bediening voor adaptieve Displayweergave voor de Vergroot het tijdsverschil ten opzichte van de voorligger cruisecontrol* adaptieve cruisecontrol* Verkleint het tijdsverschil ten opzichte van Een overzicht van de bediening van de adap- In het volgende voorbeeld ziet u hoe de adap- de voorligger tieve cruisecontrol (ACC ) via de stuurknop-...
Pagina 328
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tijdsverschil (68 mph) en dat er geen voorliggers zijn die Adaptieve cruisecontrol* kiezen het systeem kan volgen. Alleen als het afstandssym- en activeren bool twee voertuigen aan- De adaptieve cruisecontrol (ACC ) moet, om geeft, wordt het tijdsverschil de snelheid en het tijdsverschil te kunnen ten opzichte van de voorlig- regelen, eerst gekozen en vervolgens geacti- ger geregeld door de adap-...
Pagina 329
BESTUURDERSONDERSTEUNING de actuele snelheid moet minimaal Adaptieve cruisecontrol* WAARSCHUWING 15 km/h (9 mph) zijn. deactiveren Wanneer u de snelheid weer hervat met de Voor auto's met een handgeschakelde ver- • De adaptieve cruisecontrol (ACC ) is te stuurknop , kan er een markante snel- snellingsbak: De snelheid moet minimaal deactiveren en uit te schakelen.
Pagina 330
BESTUURDERSONDERSTEUNING 2. Druk op de stuurknop ◀ (1) of ▶ (3) om Stand-bystand voor adaptieve opgeslagen snelheid zodra u het gaspedaal naar een andere functie te gaan. loslaat. cruisecontrol* > De adaptieve cruisecontrol-markering De adaptieve cruisecontrol (ACC ) kan wor- WAARSCHUWING (4) en het symbool op het bestuurders- den gedeactiveerd en in de stand-bystand...
Pagina 331
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van adaptieve Een automatische stand-bystand kan geba- de snelheid daalt tot onder 30 km/h • seerd zijn op een van de volgende zaken: (20 mph) – geldt alleen voor auto's met cruisecontrol* een handgeschakelde versnellingsbak. Een van de systemen waarvan de adap- •...
Pagina 332
BESTUURDERSONDERSTEUNING Wisselen tussen cruisecontrol en Gerelateerde informatie WAARSCHUWING adaptieve cruisecontrol* op het Adaptieve cruisecontrol* (p. 323) • Dit is geen systeem dat botsingen • middendisplay Cruisecontrol (p. 320) • voorkomt. Als bestuurder bent u er Wanneer de standaardcruisecontrol (CC ) is altijd verantwoordelijk voor om in te gekozen op het bestuurdersdisplay, kunt u grijpen, mocht het systeem een voor-...
Pagina 333
Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- Adaptieve cruisecontrol* (p. 323) drukken op de -knop in het midden van de • seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. rechter stuurknoppenset. Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie. Cruise Control Adaptive Cruise Control Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie.
Pagina 334
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist* veilige manier te profiteren van alle voordelen grote snelheidsverschillen of als de voor- is het belangrijk dat u goed op de hoogte bent ligger krachtig remt. Door beperkingen Pilot Assist kan u helpen om tussen de zij- van alle toepassingsgebieden en beperkingen van de gecombineerde camera en radar- markeringen van de rijbaan te blijven rijden,...
Pagina 335
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp Als het systeem enige seconden later detec- WAARSCHUWING teert dat u uw handen nog steeds niet aan het De kleur van het stuursym- De stuurhulp van Pilot Assist wordt auto- stuur hebt, wordt het verzoek tot actieve bool geeft de actuele status matisch en zonder waarschuwing vooraf besturing van de auto herhaald.
Pagina 336
Laat het onderhoud aan rijhulpcomponen- bystand en hervat de opgeslagen snelheid ten over aan een werkplaats – geadviseerd en het opgeslagen tijdsverschil wordt een erkende Volvo-werkplaats. : Verhoogt de opgeslagen snelheid Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie. * Optie/accessoire.
Pagina 337
BESTUURDERSONDERSTEUNING Displayweergave voor Pilot Tijdsverschil : Verlaagt de opgeslagen snelheid Assist* Alleen wanneer het afstands- Vergroot het tijdsverschil ten opzichte van symbool een auto (1) boven In het volgende voorbeeld ziet u hoe Pilot de voorligger het stuursymbool aangeeft, Assist in verschillende contexten kan worden Verkleint het tijdsverschil ten opzichte van regelt Pilot Assist het tijds- weergegeven op de displays.
Pagina 338
BESTUURDERSONDERSTEUNING Op de voorgaande afbeelding ziet u dat Pilot Op de voorgaande afbeelding ziet u dat Pilot Assist is ingesteld op het aanhouden van een Assist is ingesteld op het aanhouden van een snelheid van 110 km/h (68 mph) en dat er snelheid van 110 km/h (68 mph) en dat er geen voorliggers zijn die het systeem kan vol- geen voorliggers zijn die het systeem kan vol-...
Pagina 339
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist* kiezen en activeren de actuele snelheid moet minimaal Laatst opgeslagen snelheid van Pilot 15 km/h (9 mph) zijn. Assist hervatten De Pilot Assist moet, om de snelheid en het Wanneer de Pilot Assist is gekozen, moet De snelheid mag niet hoger zijn dan 140 tijdsverschil te kunnen regelen en stuurhulp •...
Pagina 340
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist* deactiveren Stand-bystand voor Pilot Assist* WAARSCHUWING De Pilot Assist is te deactiveren en uit te Pilot Assist is te deactiveren en stand-by te Wanneer Pilot Assist stand-by staat • schakelen. zetten. Dit kan gebeuren door actief ingrijpen moet u actief ingrijpen alsook zelf stu- van u of automatisch.
Pagina 341
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tijdelijke uitschakeling van Automatische stand-bystand De gecombineerde camera en radarsensor • wordt afgedekt door sneeuw of zware stuurhulp met Pilot Assist* regenval (blokkering cameralens/radarsig- WAARSCHUWING Pilot Assist stuurhulp kan tijdelijk worden uit- nalen). geschakeld en weer worden geactiveerd zon- Wanneer de auto automatisch stand-by u rijdt langzamer dan 5 km/h (3 mph) en •...
Pagina 342
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Pilot Assist* het is slecht weer, met regen, (natte) • WAARSCHUWING sneeuw of mist of verminderd zicht In bepaalde situaties gelden mogelijk beper- In bepaalde situaties heeft de stuurassis- met slechte lichtomstandigheden, kingen voor de werking van Pilot Assist. tentie van Pilot Assist moeite om u op de tegenlicht, een natte rijbaan et cetera.
Pagina 343
BESTUURDERSONDERSTEUNING pen de auto zo te sturen dat deze bin- ten op steile aflopende wegen – blijf dan extra WAARSCHUWING nen de rijstrook blijft. alert en rem zo nodig zelf. Dit is geen systeem dat botsingen • Bij een auto met Sensus Navigation* •...
Pagina 344
Beperkingen van Pilot Assist* (p. 340) • Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Afhankelijk van de markt is dit een standaardfunctie of een optie. * Optie/accessoire.
Pagina 345
BESTUURDERSONDERSTEUNING Inhaalassistent* Inhaalassistent gebruiken WAARSCHUWING De inhaalassistent kan u helpen bij het inha- De inhaalassistent is te gebruiken in combi- De functie is een systeem voor aanvul- • len van andere voertuigen. De functie is te natie met de adaptieve cruisecontrol* of de lende rijhulp om de bestuurder te ont- gebruiken in combinatie met de adaptieve Pilot Assist*.
Pagina 346
BESTUURDERSONDERSTEUNING Waarschuwing rijhulpsystemen bij naal op attent gemaakt dat u onmiddellijk WAARSCHUWING een dreigende botsing moet ingrijpen. Let erop dat de inhaalassistent bij plotse- De rijhulpsystemen adaptieve cruisecontrol* linge wijzigingen tijdens het gebruik ervan WAARSCHUWING en Pilot Assist* kunnen u waarschuwen als de soms ongewenste acceleraties kan verrich- afstand tot voorliggers plotseling te klein ten.
Pagina 347
BESTUURDERSONDERSTEUNING Van doelvoertuig veranderen met Vastgelegde snelheid instellen WAARSCHUWING rijhulpsystemen voor rijhulpsystemen Wanneer de rijhulpsystemen een rijdende De rijhulpsystemen adaptieve cruisecontrol* Het is mogelijk om de snelheid in te stellen voorligger volgen bij snelheden boven en Pilot Assist* kunnen bij auto's met een die de functies snelheidsbegrenzer, cruise- 30 km/h (20 mph) en het doelvoertuig ver- automatische versnellingsbak op bepaalde...
Pagina 348
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tijdsverschil ten opzichte van Wijzig de opgeslagen snelheid door kort Pilot Assist kan stuurhulp bieden bij snelheden – voorliggers instellen van om en nabij stilstand tot 140 km/h op de stuurknoppen (1) of (2) te (87 mph). drukken of door ze ingedrukt te houden. Het is mogelijk om het tijdsverschil ten opzichte van voorliggers in te stellen die de Let erop dat 30 km/h (20 mph) de instelbare...
Pagina 349
BESTUURDERSONDERSTEUNING Om voorliggers soepel en comfortabel te kun- Gerelateerde informatie N.B. nen blijven volgen staat de adaptieve cruise- Rijmodi bij gebruik van tijdsverschillen ten • Als het symbool op het bestuurdersdisplay control in bepaalde situaties aanzienlijke varia- opzichte van voertuigen (p. 348) twee voertuigen toont, volgt de adaptieve ties in het tijdsverschil toe.
Pagina 350
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijmodi bij gebruik van Automatische remfunctie van WAARSCHUWING tijdsverschillen ten opzichte van rijhulpsystemen Rijhulpsystemen waarschuwen alleen voor voertuigen De rijhulpsystemen adaptieve cruisecontrol* door de radareenheid gedetecteerde obsta- U kunt aangeven op welke manier de rijhulp- en Pilot Assist* hebben een speciale remfunc- kels –...
Pagina 351
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijbaanassistent Gerelateerde informatie Annulering van automatische remfunctie In bepaalde situaties wordt het automatisch Rijhulpsystemen (p. 284) • De rijbaanassistent (LKA ) moet op snelwe- remmen bij stilstand geannuleerd en wordt de gen, hoofdwegen en dergelijke het risico Adaptieve cruisecontrol* (p. 323) •...
Pagina 352
BESTUURDERSONDERSTEUNING stuurbeweging de auto actief terug de rij- WAARSCHUWING baan in sturen. De functie is een systeem voor aanvul- • Waarsch geactiveerd: Als de auto een zij- • lende rijhulp om de bestuurder te ont- lijn dreigt te passeren, wordt u gewaar- lasten en de rijveiligheid te verhogen, schuwd met stuurtrillingen.
Pagina 353
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijbaanassistent activeren of Rijbaanassistent grijpt niet in Als u uw handen niet aan het deactiveren stuur houdt, klinkt een geluidssignaal en op het De rijbaanassistent (LKA ) is optioneel – u bestuurdersdisplay verschijnt kunt zelf kiezen of de functie geactiveerd of een melding om actief te stu- gedeactiveerd moet zijn.
Pagina 354
BESTUURDERSONDERSTEUNING Assistentie-opties voor Beperkingen van rijbaanassistent Gerelateerde informatie rijbaanassistent kiezen Rijbaanassistent (p. 349) • In bepaalde veeleisende situaties kan de rij- baanassistent (LKA ) u moeilijk op de juiste U kunt kiezen wat de rijbaanassistent (LKA Snelheidsafhankelijke stuurkracht (p. 284) •...
Pagina 355
BESTUURDERSONDERSTEUNING Symbolen en meldingen voor voor de rijbaanassistent (LKA ). Hier volgen rijbaanassistent enkele voorbeelden. Op het bestuurdersdisplay kunnen verschil- lende symbolen en meldingen verschijnen Symbool Melding Betekenis Best.onderst.systeem Het systeem werkt niet naar behoren. Er moet contact worden opgenomen met een werkplaats Beperkte functionaliteit Service vereist Voorruitsensor...
Pagina 356
Lane Keeping Aid LKA blijft stand-by staan totdat u de auto weer actief stuurt. Stand-by tot stuur wordt bekrachtigd Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 357
BESTUURDERSONDERSTEUNING Displayweergave voor Gerelateerde informatie Niet beschikbaar rijbaanassistent Rijbaanassistent (p. 349) • De rijbaanassistent (LKA ) wordt gevisuali- Beperkingen van rijbaanassistent (p. 352) • seerd met een symbool op het bestuurders- display. Het symbool is afhankelijk van de situatie. Hier volgt een aantal voor- beelden van het uiterlijk van het symbool en in welke situ- aties dit verschijnt:...
Pagina 358
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij botsgevaar Gerelateerde informatie WAARSCHUWING Rijhulpsystemen (p. 284) • De functie Hulp bij het voorkomen van De functie is een systeem voor aanvul- • aanrijdingen kan het risico helpen beperken Stuurhulp bij dreigende botsing activeren • lende rijhulp om de bestuurder te ont- dat de auto onbedoeld de eigen rijbaan ver- of deactiveren (p.
Pagina 359
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij dreigende botsing Stuurhulp bij dreigende N.B. activeren of deactiveren bermongelukken Hulp bij het Bij deactivering van De stuurhulp is optioneel – u kunt zelf kiezen De stuurhulp kent enkele deelfuncties. De voorkomen van aanrijdingen worden alle of de functie geactiveerd of gedeactiveerd stuurhulp bij dreigende bermongelukken kan betrokken deelfuncties uitgeschakeld: moet zijn.
Pagina 360
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij dreigende het systeem detecteert dat u er een actieve Stuurhulp en remingreep tegenliggerbotsing rijstijl op na houdt, grijpt het systeem iets later De stuurhulp kent enkele deelfuncties. De stuurhulp bij dreigende tegenliggerbotsing Gerelateerde informatie kan u helpen, als u wordt afgeleid en niet Stuurhulp bij botsgevaar (p.
Pagina 361
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij dreigende met duidelijk zichtbare zijmarkeringen/-stre- Het systeem kan ook ingrijpen als u de rijbaan staartbotsing* pen. bewust verlaat met geactiveerde richtingaan- wijzer, maar een ander naderend voertuig niet De stuurhulp kent enkele deelfuncties. De Als u de rijbaan dreigt te verlaten en daarbij opmerkt.
Pagina 362
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de stuurhulp bij N.B. een dreigende botsing De functie maakt gebruik van de gecombi- Het systeem kent mogelijk beperkingen in de neerde camera en radarsensor van de auto volgende situaties, zodat bijv. niet wordt die enkele algemene beperkingen heeft. ingegrepen in de volgende gevallen: bij kleinere voertuigen zoals motorfietsen •...
Pagina 363
-knop in het midden van de rechter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Stuurhulp bij botsgevaar (p. 356) • Beperkingen van de stuurhulp bij een drei- •...
Pagina 364
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Rear Collision Rear Collision Warning* WAARSCHUWING Warning* De Rear Collision Warning (RCW) kan u De functie is een systeem voor aanvul- • In bepaalde gevallen kan het voor Rear helpen om aanrijdingen van achteren door lende rijhulp om de bestuurder te ont- Collision Warning (RCW) moeilijk zijn om u te naderende achterliggers te voorkomen.
Pagina 365
BESTUURDERSONDERSTEUNING BLIS* N.B. Het BLIS dient om u te helpen bij het ont- Waarschuwingen via de richtingaanwijzers dekken van naderende achterliggers schuin voor de Rear Collision Warning* worden achter en naast u bij ritten in druk verkeer op gedeactiveerd, als de waarschuwingsaf- wegen met meerdere rijbanen in dezelfde stand voor de Collision Warning in City richting.
Pagina 366
BESTUURDERSONDERSTEUNING BLIS activeren of deactiveren BLIS is actief wanneer uzelf sneller rijdt dan WAARSCHUWING 10 km/h (6 mph). De BLIS is te activeren of te deactiveren. De functie is een systeem voor aanvul- • Activeer of deactiveer de Als het voertuig dat inhaalt 15 km/h (9 mph) lende rijhulp om de bestuurder te ont- functie met deze knop in het sneller dan u rijdt, zal BLIS niet reageren.
Pagina 367
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van BLIS WAARSCHUWING BLIS kent mogelijk beperkingen in BLIS werkt niet in scherpe bochten. • bepaalde situaties. BLIS werkt niet als de auto achteruit- • rijdt. N.B. De functie maakt gebruik van de radarsen- soren van de auto die enkele algemene beperkingen hebben.
Pagina 368
Dodehoeksysteem uit BLIS en CTA zijn gedeactiveerd, omdat er een aanhangwagen op het elektrische systeem van de auto is aangesloten. Aanhanger gekoppeld Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Cross Traffic Alert* U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 369
BESTUURDERSONDERSTEUNING Driver Alert Control WAARSCHUWING Driver Alert Control (DAC) dient om u erop te Gebruik Driver Alert Control niet om langer attenderen dat u de auto op ongecontro- te blijven rijden dan normaal, maar plan leerde wijze bestuurt (omdat u bijvoorbeeld altijd regelmatig pauzes in en zorg ervoor afgeleid wordt of bijna in slaap valt).
Pagina 370
BESTUURDERSONDERSTEUNING Driver Alert Control activeren of Beperkingen van Driver Alert Control • WAARSCHUWING deactiveren (p. 369) De functie is een systeem voor aanvul- • De functie Driver Alert Control (DAC) is te lende rijhulp om de bestuurder te ont- activeren of te deactiveren. lasten en de rijveiligheid te verhogen, Instellingen Tik op...
Pagina 371
BESTUURDERSONDERSTEUNING Begeleiding naar parkeerplaats Beperkingen van Driver Alert Gerelateerde informatie kiezen bij waarschuwing van Control Driver Alert Control (p. 367) • Driver Alert Control De Driver Alert Control (DAC) kent mogelijk Beperkingen van de gecombineerde • Bij een auto met Sensus Navigation* kunt u beperkingen in bepaalde situaties.
Pagina 372
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cross Traffic Alert* Als CTA detecteert dat er van de zijkant iets brengen, waarna op het bestuurdersdisplay aankomt, wordt dit aangegeven met: een melding verschijnt die uitlegt waarom de Cross Traffic Alert (CTA) is een hulpmiddel bij auto remde. BLIS om u te waarschuwen voor kruisend een geluidssignaal - het geluid komt uit de...
Pagina 373
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Cross Traffic Gerelateerde informatie Cross Traffic Alert* activeren of Rijhulpsystemen (p. 284) deactiveren Alert* • Cross Traffic Alert* activeren of deactive- U kunt ervoor kiezen om de functie Cross De functie Cross Traffic Alert (CTA) met Auto •...
Pagina 374
BESTUURDERSONDERSTEUNING Naarmate u verder achteruitrijdt, verandert echter de hoek ten opzichte van het voertuig/ obstakel dat in de weg zit zodat de dode hoek snel in grootte afneemt. Voorbeelden van andere beperkingen De deelfunctie Auto Brake detecteert • alleen rijdende voertuigen en kan daarom geen stilstaande obstakels, fietsers of voetgangers "zien"...
Pagina 375
Dodehoeksysteem uit BLIS en CTA zijn gedeactiveerd, omdat er een aanhangwagen op het elektrische systeem van de auto is aangesloten. Aanhanger gekoppeld Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Blind Spot Information System U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 376
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulp* De zijsegmenten veranderen van kleur naar- volume ook aanpassen met de menu-optie mate de afstand tussen de auto en het obsta- Instellingen in het hoofdmenu. De functie parkeerhulp (PAS ) gebruikt sen- kel afneemt. soren om u te helpen bij het parkeren in N.B.
Pagina 377
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulp aan voorzijde, Symbolen en meldingen voor parkeerhulp • WAARSCHUWING achterzijde en zijkanten* (p. 379) De functie is een systeem voor aanvul- • Beperkingen van parkeerhulp (p. 377) • De parkeerhulp (PAS ) reageert anders, lende rijhulp om de bestuurder te ont- afhankelijk van de vraag met welke kant van lasten en de rijveiligheid te verhogen, de auto u een obstakel nadert.
Pagina 378
– zonder een originele aanhange- op bij een afstand kleiner dan zo'n 25 cm (0,8 ft) tot Achterzijde rkabel van Volvo – moet u de Park Assist een obstakel. mogelijk handmatig uitschakelen om te De zijsensoren van de parkeerhulp worden bij voorkomen dat de sensoren erop reageren.
Pagina 379
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulp* activeren of Beperkingen van parkeerhulp WAARSCHUWING deactiveren De parkeerhulp (PAS ) is niet in staat om in Wees bij het verschijnen alle situaties alles te registreren, zodat er De functie parkeerhulp (PAS ) is te active- van dit symbool extra soms beperkingen gelden voor de werking.
Pagina 380
BESTUURDERSONDERSTEUNING BELANGRIJK BELANGRIJK Obstakels zoals kettingen, smalle glan- In bepaalde omstandigheden kan het par- zende palen of lage obstakels kunnen keerhulpsysteem ten onrechte waarschu- "afgeschaduwd" worden en worden in dat wingssignalen afgeven onder invloed van geval tijdelijk niet geregistreerd door de externe geluidsbronnen met ultrasone sensoren –...
Pagina 381
Parkeerhulpsysteem Het systeem werkt niet naar behoren. Er moet contact worden opgenomen met een werkplaats Niet beschikbaar Service vereist Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 382
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulpcamera* Lijnen – hulplijnen activeren/deactiveren De parkeercamera (PAC ) kan u helpen bij Trekhaak* – hulplijn voor trekhaak active- het parkeren in krappe ruimten door obsta- ren/deactiveren* kels weer te geven met camerabeelden en CTA* – Cross Traffic Alert activeren/deac- grafische voorstellingen op het middendis- tiveren play.
Pagina 383
BESTUURDERSONDERSTEUNING Positie en gezichtsveld van de Parkeerhulpcamera activeren (p. 386) • WAARSCHUWING parkeerhulpcamera's* Symbolen en meldingen voor de parkeer- • De functie is een systeem voor aanvul- • hulpcamera (p. 388) De parkeerhulpcamera's (PAC ) kunnen een lende rijhulp om de bestuurder te ont- gecombineerd 360°-aanzicht tonen én een Beperkingen van de gecombineerde •...
Pagina 384
BESTUURDERSONDERSTEUNING Het camerasymbool in het Voorwerpen op het middendisplay lijken 360°-aanzicht* autosymbool op het midden- mogelijk over te hellen – dit is volkomen nor- display geeft aan welke maal. camera actief is. Naar voren Als de auto tevens is uitge- rust met Parkeerhulpsysteem * wordt de afstand tot...
Pagina 385
BESTUURDERSONDERSTEUNING Hulplijnen voor insteken, achteruitrijden in krappe ruimten en Naar zijkanten parkeerhulpcamera* aankoppelen van aanhangers. De parkeerhulpcamera's (PAC ) geven met De lijnen op het scherm worden geprojecteerd lijnen op het beeldscherm aan waar de auto als stonden ze op de grond achter de auto. De zich ten opzichte van de omgeving bevindt.
Pagina 386
BESTUURDERSONDERSTEUNING Hulplijnen in 360°-aanzicht* Hulplijn voor trekhaak* BELANGRIJK Let erop dat op het beeldscherm alleen • het gebied achter de auto wordt weer- gegeven, als u voor de achteruitkijkca- mera hebt gekozen – let in dat geval goed op de zijkanten en voorkant van de auto wanneer u tijdens het achter- uitrijden het stuurwiel verdraait.
Pagina 387
BESTUURDERSONDERSTEUNING Sensorveld voor parkeerhulp Druk op Trekhaak (1). De kleur van de sensorvelden voor en achter verandert naarmate de afstand tot het obsta- > De hulplijn voor het vermoedelijk traject Als de auto uitgerust is met parkeerhulp kel kleiner wordt – van GEEL, via ORANJE in van de trekhaak wordt getoond, terwijl (PAS ) wordt voor iedere sensor die een...
Pagina 388
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulpcamera activeren De kleur van de sensorvelden aan zijkant ver- Sensorvelden naar de zijkanten andert naarmate de afstand tot het obstakel De waarschuwingssignalen zijn afhankelijk De parkeerhulpcamera (PAC ) wordt auto- kleiner wordt – van GEEL in ROOD. van het beoogde traject van de auto. Bij stuur- matisch geactiveerd bij het inschakelen van uitslag wordt mogelijk ook gewaarschuwd de achteruitversnelling of handmatig bij het...
Pagina 389
BESTUURDERSONDERSTEUNING GROENE knopindicatie – de functie is • geactiveerd. GRIJZE knopindicatie – de functie is • gedeactiveerd. Camera automatisch deactiveren Het vooraanzicht dooft bij 25 km/h (16 mph) om u niet af te leiden – het vooraanzicht wordt bij een snelheid van 22 km/h (14 mph) binnen 1 minuut opnieuw geactiveerd, op voorwaarde dat u niet sneller rijdt dan 50 km/h (31 mph).
Pagina 390
Een of meer van de sensoren van het systeem zijn geblokkeerd. Controleer dit en verhelp de storing zo spoedig mogelijk. Sensoren afgedekt, schoonma- ken vereist Parkeerhulpsysteem Het systeem werkt niet naar behoren. Er moet contact worden opgenomen met een werk- plaats Niet beschikbaar Service vereist Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Park Assist Camera...
Pagina 391
BESTUURDERSONDERSTEUNING U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset. Neem contact op met een werkplaats als er nog een melding aanwezig blijft Gerelateerde informatie Parkeerhulpcamera* (p. 380) • Beperkingen van de gecombineerde •...
Pagina 392
BESTUURDERSONDERSTEUNING Actieve parkeerhulp* Fileparkeervak verlaten met actieve par- • WAARSCHUWING keerhulp* (p. 395) De actieve parkeerhulp (PAP ) kan u helpen De functie is een systeem voor aanvul- • bij parkeermanoeuvres. De functie kan ook Beperkingen van de Actieve parkeerhulp* •...
Pagina 393
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeervarianten bij actieve Uitparkeren kan een filegeparkeerde N.B. parkeerhulp* auto ook hulp krijgen bij het verlaten van het Het verlaten van een parkeervak met parkeervak. De actieve parkeerhulp (PAP ) is te gebrui- Uitparkeren is alleen bestemd voor een ken bij zowel fileparkeren als haaks parkeren.
Pagina 394
BESTUURDERSONDERSTEUNING Actieve parkeerhulp* gebruiken N.B. De actieve parkeerhulp (PAP ) helpt u in De afstand tussen de auto en parkeervak- drie fasen bij het parkeren. De functie kan u ken moet 0,5–1,5 meter (1,6–5,0 ft) ook helpen om uit een parkeervak te rijden. bedragen, wanneer de functie de omge- De functie meet de beschikbare ruimte en ving aftast op zoek naar een passende par-...
Pagina 395
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tik op de knop Inparkeren in het functie- 2. Rijd langzaam en voorzichtig achteruit en Achteruit inparkeren scherm of in het camerascherm. raak het stuurwiel niet aan – rijd niet snel- ler dan zo'n 7 km/h (4 mph). > De functie zoekt een parkeervak en meet of dit vak groot genoeg is.
Pagina 396
BESTUURDERSONDERSTEUNING Zet de schakelhendel in de stand die het de beoogde rijrichting voor of achter de auto, Auto positioneren in het parkeervak systeem u opdraagt, wacht totdat het wordt de auto automatisch afgeremd tot stil- stuur is verdraaid en rijd langzaam vooruit. stand.
Pagina 397
BESTUURDERSONDERSTEUNING Fileparkeervak verlaten met Beperkingen van de Actieve 3. Zorg dat u klaar bent om te stoppen als actieve parkeerhulp* parkeerhulp* het beeld en de melding op het midden- display u hiertoe verzoeken. Volg de De functie Uitparkeren kan u helpen bij het De actieve parkeerhulp (PAP ) is niet in instructies op dezelfde manier als bij de...
Pagina 398
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeren afbreken Er zijn ook een paar details waar u bij het par- BELANGRIJK keren op moet letten, bijvoorbeeld: Een parkeerprocedure wordt afgebroken: Onder bepaalde omstandigheden kan de U moet altijd bepalen of het vak dat de als u het stuurwiel aanraakt •...
Pagina 399
BESTUURDERSONDERSTEUNING beschadigd raken bij contact met de stoe- prand. Haakse parkeervakken kunnen worden • gemist of ten onrechte worden gedetec- teerd, als een geparkeerde auto meer uit- steekt dan de andere geparkeerde auto's. De functie is bedoeld voor inparkeren in •...
Pagina 400
Parkeerhulpsysteem Het systeem werkt niet naar behoren. Er moet contact worden opgenomen met een werkplaats Niet beschikbaar Service vereist Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. U kunt meldingen verwijderen door kort te drukken op de -knop in het midden van de rechter stuurknoppenset.
Pagina 401
BESTUURDERSONDERSTEUNING Radarsensor Gerelateerde informatie Rijhulpsystemen (p. 284) • De radarsensor wordt door meerdere rijhulp- systemen gebruikt en heeft tot taak om Beperkingen van de gecombineerde • andere voertuigen te detecteren. camera en radarsensor (p. 408) Aanbevolen onderhoud van de gecombi- •...
Pagina 402
BESTUURDERSONDERSTEUNING Typegoedkeuring voor radarsensor cruisecontrol* (ACC ), Pilot Assist* en BLIS* Hier vindt u de typegoedkeuring voor de radareenheden van de auto voor adaptieve Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA ✓ Botswana Este equipamento opera em caráter secundário, isto é, não tem direito à proteção contra interferência prejudicial, mesmo de estações do mesmo tipo, e não pode causar interferência a sistemas operando em caráter primário.
Pagina 403
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA Hereby, Delphi Electronics and Safety declares that L2C0054TR / L2C0055TR are in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 2014/53/EU (RED). The original declaration of conformity can be accessed at the following link www.delphi.com/automotive-homologation.
Pagina 404
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA 37295/POSTEL/2014 ✓ 4927 Certificate number: 50459/SDPPI/2017 Indonesië Country of origin Germany ✓ Certificate number: 53578/SDPPI/2017 Country of origin China PLG ID: 6051 ✓ Jamaica This product contains a Type Approved Module by Jamaica: SMA – “RS4”. Type Approval No.: TRC/LPD/2014/255 ✓...
Pagina 405
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA ✓ IFETEL: RLVDEL215-0299 Radar de corto alcance Hella KGaA Hueck & Co Mexico ✓ IFETEL: RLVHERS17-0286 La operación de este equipo esta sujeta a las siguientes dos condiciones: (1) es posible que este equipo o dispositivo no cause interferencia perjudicial y (2) este equipo o dispositivo debe aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.
Pagina 406
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA ✓ Rusland ✓ И011 14 Servië ✓ И011 17 ✓ DA 105753 Singapore ✓ DA 103238 ✓ TA-2014/1824 Zuid-Afrika ✓ TA-2016/3407...
Pagina 407
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA Certification No. ✓ MSIP-CMI- DPH-L2C0054TR Zuid-Korea R-CMM-HLA-RS4 ✓ 이 기기는 무용(A급) 전자파 적합기기로서 판 매자 또는 사용 자는 이 점을 주의하시기 바 라 며, 가정외의 지역에서 사용 하는 것을 적으 로 합니다 ✓ CCAB15LP0560T3 CCAB17LP0470T5 警語...
Pagina 408
BESTUURDERSONDERSTEUNING Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring & PA є, є Delphi RACAM/SRR2 ь КМ № 679 2009 .) ✓ ь Delphi : Delphi. : 24,05 – 24,25 ь : 20 .) EIRP Oekraïne є, HELLA GmbH & Co. KGaA є ь 2014/53/Є...
Pagina 409
BESTUURDERSONDERSTEUNING Typegoedkeuring voor radioapparatuur Markt Symbool Typegoedkeuring Volvo Cars verklaart hierbij dat alle radioapparatuur conform de essentiële eisen en andere relevante bepalingen is van Europa de Richtlijn 2014/53/EU. R 204-750001 Japan This device is granted pursuant to the Japanese Radio Law and the Japanese Telecommunications Business Law. This device should not be modified (otherwise the granted designation number will become invalid).
Pagina 410
BESTUURDERSONDERSTEUNING Camera Beperkingen van de Gerelateerde informatie gecombineerde camera en Rijhulpsystemen (p. 284) • De camera wordt gebruikt door meerdere rij- radarsensor hulpsystemen en heeft tot taak om bijvoor- Beperkingen van de gecombineerde • beeld de zijlijnen van de weg of verkeersbor- De gecombineerde camera en radarsensor camera en radarsensor (p.
Pagina 411
Bij zeer hoge temperaturen in het interieur zal gen. de gecombineerde camera en radarsensor na Volvo adviseert u om scheurtjes, krassen • Geblokkeerde eenheid het starten van de motor mogelijk tijdelijk wor- of sterren in het gebied vóór de gecombi-...
Pagina 412
BESTUURDERSONDERSTEUNING rijstrook rijden, kunnen onopgemerkt blij- camera grote beperkingen ondervinden of tij- Beperkt blikveld ven. delijk gedeactiveerd worden. De radarsensor heeft een beperkt blikveld. In bepaalde gevallen wordt een voorligger niet In bochten kan de radarsensor op een Fel tegenlicht, reflecties op het wegdek, ontdekt of later dan verwacht.
Pagina 413
(p. 411) nen" in de overgangen tussen de afzonderlijke Parkeerhulpcamera* (p. 380) • camera's. Supportsite van Volvo Cars (p. 23) • WAARSCHUWING Ook als de dode hoeken op het scherm relatief klein ogen dient u erop te letten dat...
Pagina 414
Maak cameralenzen regelmatig schoon • met lauw water en autoshampoo. Wees voorzichtig zodat er geen krassen op de lens komen. BELANGRIJK Laat het onderhoud aan rijhulpcomponen- ten over aan een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 415
Er is vuil tussen de binnenkant van de voorruit en de gecombi- Bezoek een werkplaats om de binnenkant van de voorruit achter de behui- neerde camera en radarsensor gekomen. zing van de eenheid te laten reinigen. Geadviseerd wordt een erkende Volvo- werkplaats. Fel tegenlicht Valt niets aan te doen.
Pagina 416
De linker camera van de auto is defect. camera en radarsensor (p. 408) Ook in de volgende gevallen blijft de desbe- Supportsite van Volvo Cars (p. 23) • treffende camerasector zwart, zij het zonder het symbool voor een defecte camera: geopend portier •...
Pagina 418
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Algemene informatie over Twin bruik tijdens het rijden. De actieradius van de Motorgeluid exterieur Engine hybride-accu neemt toe. WAARSCHUWING De Twin Engine rijdt net als een gewone De hybride-accu die de elektromotor aandrijft auto. Bepaalde functies wijken echter af van is op te laden via de laadkabel maar kan ook Let erop dat de auto bij elektrische aandrij- een auto die alleen op benzine of diesel rijdt.
Pagina 419
• N.B. Factoren die van invloed zijn op de actie- • radius bij ritten op stroom (p. 468) Volvo adviseert een laadkabel volgens IEC 62196 en IEC 61851 die temperatuurbe- Automatische versnellingsbak (p. 453) • waking ondersteunt. Laadkabelstekker en laadaansluiting.
Pagina 420
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN zijn, omdat de capaciteit van lithiumion-accu’s Oplading met benzinemotor Gerelateerde informatie buiten het gegeven temperatuurinterval Laadkabel (p. 419) • afneemt. Laadstroom (p. 419) • Elektrische aandrijving is niet mogelijk, wan- Klep van laadaansluiting openen en sluiten •...
Pagina 421
Gerelateerde informatie Gebruik alleen de laadkabel die bij de auto het opladen; het gevaar is dan aanwezig Laadkabel (p. 419) • werd geleverd of een door Volvo geadvi- dat het 230V-contact beschadigd raakt. seerde vervangende kabel. Laadstatus op bestuurdersdisplay van •...
Pagina 422
230 V-contact (wisselspanning) en de defecte laadkabel over aan een werk- laadkabel is alleen toegestaan als de adap- plaats – geadviseerd wordt een Volvo- ter is goedgekeurd volgens IEC 61851 en werkplaats. IEC 62196. Plaats de laadkabel altijd zodanig dat •...
Pagina 423
De hybride-accu mag alleen worden • de capaciteit van de zekeringgroep kan onderhouden of vervangen door een aanleiding geven tot brand of schade aan getrainde en bevoegde Volvo-service- de zekeringgroep. monteur. Gebruik alleen aanbevolen laadkabels. • Er mag geen externe timer worden •...
Pagina 424
De temperatuurcontrole vindt voor een deel in de regeleenheid plaats en voor een deel in de stekker. N.B. De led -lampjes op de regeleenheid. Volvo adviseert een laadkabel volgens IEC BELANGRIJK Led-lampje 1 62196 en IEC 61851 die temperatuurbe- Controleer de capaciteit van het stop- •...
Pagina 425
(wisselstroom). ratuur een kritische grens overschrijdt, wordt geopend. Gebruik alleen de laadkabel die bij de auto de oplading volledig onderbroken. werd geleverd of een door Volvo geadvi- seerde vervangende kabel. BELANGRIJK BELANGRIJK Als de temperatuurbewaking herhaalde Sluit de laadkabel nooit aan bij gevaar voor malen de laadstroom verlaagt en de opla- onweer of blikseminslag.
Pagina 426
De aardlekschakelaar van de regeleen- • defecte laadkabel over aan een werk- heid beschermt de auto, maar toch plaats – geadviseerd wordt een Volvo- bestaat het gevaar dat het 230V-net werkplaats. overbelast raakt. Plaats de laadkabel altijd zodanig dat •...
Pagina 427
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Neem de laadkabel tevoorschijn uit het 3. De laadkabelstekker wordt geblokkeerd/ opbergvak onder de laadvloer. vergrendeld en binnen zo'n 5 seconden gaat de oplading van start. Wanneer de oplading is gestart, knippert het groene LED-lampje in de laadaansluiting. Op het bestuurdersdisplay verschijnt de bere- kende resterende laadtijd of een melding als de oplading niet naar behoren verloopt.
Pagina 428
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Laadstatus in laadaansluiting op airco. Dit is normaal en hoort bij de koelfunctie LED-lampje Betekenis auto van de hybride-accu. brandt Een LED-lampje in de laadaansluiting geeft Gerelateerde informatie Hulpverlichting. de laadstatus aan. Hybride-accu opladen (p. 417) •...
Pagina 429
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Laadstatus op regeleenheid Led-lampje 1 laadkabel Led-lampje 2 De verschillende lampjes op de regeleenheid van de laadkabel geven tijdens en na het opladen de laadstatus aan. De led -lampjes op de regeleenheid. Lichtdiode (Light Emitting Diode)
Pagina 430
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Led 1 Led 2 Status Betekenis Aanbevolen maatregel Knippert Knippert Initialisatie Zelftest Wacht totdat de zelftest is afgerond. afwisselend afwisselend blauw, geel en blauw, geel en rood rood Brandt blauw Gedoofd Stand-by De laadkabel is niet aangesloten op de Sluit de laadkabel aan op de laadaansluiting van auto.
Pagina 431
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Led 1 Led 2 Status Betekenis Aanbevolen maatregel Knippert rood Brandt rood Oplading is niet De laadkabel is aangesloten op een Sluit de laadkabel aan op een geaard 230V-stop- mogelijk. ongeaard 230V-stopcontact. contact. Neem contact op met de vakman, als het probleem aanhoudt.
Pagina 432
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Laadstatus op bestuurdersdisplay aangegeven. De informatie blijft staan het van auto bestuurdersdisplay actief is. Op het bestuurdersdisplay wordt de laadsta- tus zowel met een symbool als met een tekst Symbool Melding Betekenis Volledig opgeladen om: [Tijd] verschijnt in combinatie met een Er vindt oplading plaats en het tijdstip verschijnt dat de accu animatie met blauw pulserend licht door de laadkabel.
Pagina 433
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN N.B. Als u het bestuurdersdisplay enige tijd niet gebruikt, wordt het gedeactiveerd. U kunt het display opnieuw activeren door: het rempedaal te bedienen; • een van de portieren te openen, of • zet de auto in contactslotstand I door •...
Pagina 434
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Oplading van hybride-accu beëindigen Sluit de oplading af door de auto te ontgren- delen, de laadkabel uit de laadaansluiting van de auto te halen en daarna uit het 230V-stop- contact (wisselstroom). BELANGRIJK Ontgrendel de auto via de ontgrendelings- knop op de transpondersleutel alvorens de Ontgrendel de auto met de transponder- Haal de kabel uit het 230V-stopcontact.
Pagina 435
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Hybride-accu opladen (p. 417) • Oplading van hybride-accu starten • (p. 423)
Pagina 436
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Symbolen en meldingen voor Twin Twin Engine. Ze kunnen ook verschijnen in Engine op bestuurdersdisplay combinatie met algemene controle- en waar- schuwingssymbolen en doven nadat de Op het bestuurdersdisplay kunnen enkele onderliggende problemen zijn verholpen. symbolen en meldingen verschijnen voor de Symbool Melding Betekenis...
Pagina 437
Verschijnt, wanneer u de auto probeert te starten, terwijl de laadkabel nog op de auto is aange- sloten. Koppel de laadkabel los en sluit de klep van de laadaansluiting. Vóór starten verwijderen Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Oplading van hybride-accu starten •...
Pagina 438
ELEKTRISCHE AANDRIJVING EN OPLADEN Langdurige stalling van auto met 2. Als de opslag langer dan 6 maanden heeft hybride-accu geduurd of het laadniveau van de hybride- accu duidelijk lager is dan 25% – laad de Om te zorgen dat de hybride-accu bij langdu- accu weer tot ca.
Pagina 440
STARTEN EN RIJDEN Motor starten Om de auto te starten: Bij start in normale omstandigheden wordt doorgaans de elektrische aandrijving gebruikt De auto is te starten met de startknop naast – de benzinemotor blijft uitgeschakeld. Dit BELANGRIJK het stuurwiel wanneer de transpondersleutel betekent dat de elektromotor “gestart”...
Pagina 441
STARTEN EN RIJDEN BELANGRIJK N.B. Als de motor na 3 pogingen niet gestart is, Voor bepaalde motortypen kan het statio- wacht u 3 minuten voordat u een nieuwe naire toerental bij een koude start duidelijk poging doet. Het startvermogen neemt toe hoger dan normaal zijn.
Pagina 442
STARTEN EN RIJDEN Auto afzetten Contactslotstanden Contactslotstand kiezen (p. 442) • U zet de auto af met de startknop naast het Het elektrische systeem van de auto is in ver- stuurwiel. schillende standen te zetten voor gebruik van verschillende autosystemen. Om een beperkt aantal functies te kunnen gebruiken bij een uitgeschakelde motor is het elektrische systeem van de auto in drie ver-...
Pagina 443
STARTEN EN RIJDEN Niveau Functies Niveau Functies Niveau Functies Kilometerteller, klok en tem- Panoramadak, elektrisch De koplampen worden ont- • • • peratuurmeter worden ver- bedienbare ruiten, 12V-aan- stoken. sluitingen in passagiers- licht Waarschuwings-/controle- • ruimte, Bluetooth, navigatie, lampjes branden 5 seconden Elektrisch bedienbare* stoe- •...
Pagina 444
I en II moet u op de startknop die in uw land geldt. drukken. De auto heeft een interface voor elektrische Gerelateerde informatie aansluiting van de door Volvo goedgekeurde alcoholslotmerken en -modellen. De interface Motor starten (p. 438) • maakt het eenvoudig om een alcoholslot aan Auto afzetten (p.
Pagina 445
STARTEN EN RIJDEN Alcoholslot* omzeilen Voordat een motor met alcoholslot Motor starten (p. 438) • wordt gestart* In noodsituaties of als het alcoholslot defect Contactslotstanden (p. 440) • is, kunt u het alcoholslot omzeilen om toch in De blaasunit wordt automatisch geactiveerd de auto te kunnen rijden.
Pagina 446
STARTEN EN RIJDEN Remsystemen Rempedaal Wanneer u nadat de auto is aangeslagen het rempedaal loslaat, gaat een kortdurende, auto- De remmen van de auto worden gebruikt om Het rempedaal is onderdeel van het remsys- matische test van het ABS van start. Het is snelheid te minderen of om te voorkomen dat teem.
Pagina 447
– Symbool Betekenis zij het zonder ABS-regeling. geadviseerd wordt een erkende Volvo- Controleer het remvloeistofpeil. werkplaats. Als de melding Rempedaal Vul remvloeistof bij als het peil...
Pagina 448
STARTEN EN RIJDEN Remversterker Remmen op natte rijbanen Remmen op gepekelde rijbanen Bij lange ritten in zware regenval zonder te Bij remmen op gepekelde wegen kan er een De rembekrachtiging (BAS ) helpt om bij remmen kan de remwerking bij de eerste zoutlaagje ontstaan op remschijven en rem- afremmen de remkracht te verhogen en kan bediening van het rempedaal iets op zich...
Pagina 449
Automatische rem bij stilstand (p. 450) • Volvo aan te houden zoals omschreven in het Service- en garantieboekje. Bij vervanging van remblokken en remschijven is de remwerking pas optimaal als de remblokken en remschij- ven na een paar honderd kilometer (mijl) rijden zijn 'ingesleten'.
Pagina 450
STARTEN EN RIJDEN Parkeerrem activeren en de handgreep of het bedienen van het gaspe- Symbool op bestuurdersdisplay deactiveren daal wordt de rem uitgeschakeld. Symbool Betekenis Gebruik de parkeerrem om te voorkomen dat Het symbool brandt wanneer N.B. een stilstaande auto kan wegrollen. de parkeerrem is geactiveerd.
Pagina 451
STARTEN EN RIJDEN Instelling voor automatische Op een helling parkeren Automatisch deactiveren activering van de parkeerrem Start de motor. Maak altijd gebruik van de parkeerrem bij het parkeren op een helling. Geef aan of de parkeerrem automatisch moet 2. Trap het rempedaal stevig in. Kies de worden geactiveerd bij uitschakeling van de schakelstand D of R en geef gas.
Pagina 452
STARTEN EN RIJDEN Bij een storing in de parkeerrem Automatische rem bij stilstand Symbolen op het bestuurdersdisplay Neem contact op met een erkende Volvo- Dankzij de automatische rem bij stilstand Symbool Betekenis werkplaats als het na meerdere pogingen niet (Auto Hold) kunt u bij stilstand voor verkeers-...
Pagina 453
STARTEN EN RIJDEN Automatische rem bij stilstand Symbolen op het bestuurdersdisplay Het systeem blijft uitgeschakeld, totdat u • activeren en deactiveren het weer activeert. Symbool Betekenis De automatische rem bij stilstand is te active- Bij uitschakeling van het systeem blijft de •...
Pagina 454
STARTEN EN RIJDEN Hulp tijdens het wegrijden op een Automatisch remmen na een Gerelateerde informatie helling aanrijding Rear Collision Warning* (p. 362) • Bij een aanrijding waarbij het activeringsni- De hellingrem (HSA ) voorkomt dat de auto BLIS* (p. 363) •...
Pagina 455
STARTEN EN RIJDEN Regeneratief remmen* Versnellingsbak Automatische versnellingsbak De auto wint kinetische energie terug bij het De versnellingsbak is een onderdeel van de De versnelling wordt automatisch gekozen remmen om zo het brandstofverbruik en de aandrijflijn (krachtoverbrenging) tussen om zo zuinig mogelijk te rijden. De versnel- emissies terug te dringen.
Pagina 456
STARTEN EN RIJDEN Schakelen met een automatische Schakelindicator (p. 459) Schakelstanden • versnellingsbak Symbolen en meldingen voor automati- • Parkeren – P sche versnellingsbak (p. 458) Verander van schakelstand door de veerbe- laste schakelhendel voor- of achteruit te duwen of, bij handmatig schakelen, opzij. Schakelen Overzicht schakelhendel en stand P Parkeren wordt geactiveerd met de P-knop...
Pagina 457
STARTEN EN RIJDEN Achteruit – R Rem – B WAARSCHUWING Kies de stand R om achteruit te rijden. De Gebruik bij het parkeren op een helling auto moet stilstaan wanneer de R-stand wordt altijd de parkeerrem. Stand P is bij een gekozen.
Pagina 458
STARTEN EN RIJDEN Schakelen met stuurpaddles* Om schokkerig gedrag en afslag van de motor het toelaatbare bereik komt. Het bestuurders- te voorkomen schakelt de versnellingsbak display geeft de huidige versnelling aan. De stuurpaddles vormen een aanvulling op de automatisch terug, als de snelheid daalt tot schakelhendel en bieden u de mogelijkheid In de stand B zijn de stuurpaddles automa- onder de gewenste waarde voor de gekozen...
Pagina 459
STARTEN EN RIJDEN Schakelblokkering Gerelateerde informatie Automatische versnellingsbak (p. 453) • De schakelblokkering voorkomt onbedoeld schakelen tussen schakelstanden bij een Schakelen met een automatische versnel- • automatische versnellingsbak. lingsbak (p. 454) Schakelindicator (p. 459) • Automatische schakelblokkering De automatische schakelblokkering kent ver- schillende beveiligingsfuncties.
Pagina 460
STARTEN EN RIJDEN Kickdownfunctie Symbolen en meldingen voor Gerelateerde informatie automatische versnellingsbak Automatische versnellingsbak (p. 453) • De kickdown is te gebruiken om zo snel mogelijk te accelereren zoals bij het inhalen. Bij een eventuele storing in de versnellings- Schakelen met een automatische versnel- •...
Pagina 461
STARTEN EN RIJDEN Schakelindicator Gerelateerde informatie Symbool Betekenis Automatische versnellingsbak (p. 453) • De schakelindicator op het bestuurdersdis- Informatie- of foutmelding voor play geeft aan welke versnelling er ingescha- de versnellingsbak. Volg het keld is in de handmatige schakelstand en gegeven advies op.
Pagina 462
STARTEN EN RIJDEN Aandrijving Gerelateerde informatie Algemene informatie over Twin Engine • Volvo Twin Engine combineert een verbran- (p. 416) dingsmotor met een elektromotor. Verbrandingsmotor van de Twin Engine • Twee aandrijvingen starten en afzetten (p. 461) Afhankelijk van de gekozen rijmodus en de Rijmodi (p.
Pagina 463
STARTEN EN RIJDEN Verbrandingsmotor van de Twin Rijmodi Uitlaatgasreiniging Engine starten en afzetten Om er zeker van te zijn dat de uitlaatgasreini- De gekozen rijmodus past de rijeigenschap- ging zo zuinig mogelijk werkt moet de ver- pen van de auto aan om de rijbeleving te ver- Een geavanceerd regelsysteem bepaalt wan- brandingsmotor, zodra deze is aangeslagen, beteren en ondersteuning te bieden in...
Pagina 464
STARTEN EN RIJDEN Mogelijke rijmodi warmte of koeling in het interieur af in hoe- wijzer van de hybridemeter geeft de energie verre het mogelijk is alleen de elektromotor te aan die overeenkomt met het vermogen waar gebruiken. u via het gaspedaal om vraagt. De markering WAARSCHUWING tussen de bliksemschicht en de druppel geeft Met een hoog vermogen is volledig elektrische...
Pagina 465
STARTEN EN RIJDEN De rijmodus is afgestemd op maximale presta- Pure Eco-klimaat ties en optimale reacties op het gaspedaal. De Met de elektromotor rijden voor een mini- Pure In de rijmodus wordt automatisch het • respons van de verbrandingsmotor op het gas- maal stroomverbruik en een zo laag moge- Eco-klimaat voor de passagiersruimte geacti- pedaal, het schakelschema en het laaddruk-...
Pagina 466
STARTEN EN RIJDEN 3. Kies onder Presets een rijmodus als uit- Individual Pure Hybrid Power Deze stand biedt de mogelijkheid om uw gangspunt: • eigen rijinstellingen op te slaan. Polestar Engineered Kies een van de rijmodi als uitgangspunt en Instellingen die kunnen worden aange- pas de instellingen voor de rijeigenschappen past, zijn instellingen voor: geheel naar wens aan.
Pagina 467
STARTEN EN RIJDEN Rijmodus wijzigen een grotere mate van gebruik van de verbran- 2. U kunt op twee manieren een rijmodus dingsmotor kunnen leiden. kiezen: Kies de rijmodus die zich leent voor de actuele rijomstandigheden. Tik direct op het touchscreen op een rij- •...
Pagina 468
STARTEN EN RIJDEN Stroomverdeling bij hybride- De grootste brandstofbesparingen zijn te accu wordt dan verdeeld over de ritten naar en aandrijving op basis van behalen, wanneer: van het werk. kaartgegevens* een route begint met een snelwegetappe Voeg soortgelijke routes zoals de route tussen •...
Pagina 469
STARTEN EN RIJDEN Zuinig rijden bijvoorbeeld liefst in een geklimatiseerde die te versterken is met de elektrische garage. motorrem in schakelstand B. Rijd zuinig en milieubewuster door rustig en met een vooruitziende blik te rijden. Bij een korte rit na preconditioning van het Bij hoge snelheden neemt het stroomver- •...
Pagina 470
STARTEN EN RIJDEN Factoren die van invloed zijn op de emt – verwijder lastdragers die u niet De tabel geeft de globale verhouding aan tus- actieradius bij ritten op stroom gebruikt. sen de buitentemperatuur en de actieradius: bij een auto met uitgeschakelde klimaatrege- Rijd niet met open zijruiten.
Pagina 471
STARTEN EN RIJDEN Hold en Charge-functie Factoren die u zelf kunt beïnvloeden N.B. U moet zich bewust zijn van het feit dat de In bepaalde situaties is het handig om de De tabelwaarden gelden voor een • volgende factoren van invloed zijn op de actie- ladingsgraad van de hybride-accu tijdens het nieuwe auto.
Pagina 472
STARTEN EN RIJDEN Voorbereidingen voor een lange rit Charge Motor laadt hybrideaccu Voor aanvang van een autovakantie of een langere autorit is het belangrijk om de func- ties en uitrusting van de auto eens goed te Deze functie laadt de controleren.
Pagina 473
(p. 595) Voor een zo goed mogelijke grip bij gevaar rijden. voor sneeuw of ijs adviseert Volvo u om de Rijden met aanhangwagen (p. 485) • Let voor aanvang van de winter in het bijzon- auto rondom van winterbanden te voorzien.
Pagina 474
Rijd niet sneller dan stapvoets. • een bergingsauto naar een werkplaats. Wij adviseren een erkende Volvo-werkplaats. Breng de auto niet in het water tot stil- • stand. Rijd de auto voorzichtig voor- of achteruit uit het water.
Pagina 475
STARTEN EN RIJDEN Brandstof tanken N.B. De brandstoftank is voorzien van een doploos Na het openen van de tankvulklep moet er tanksysteem. binnen zo'n 15 minuten worden getankt. Daarna sluit namelijk de klep die bij gebruik Tanken bij een tankstation van de knop voor opening van de tankvul- klep werd geopend, zodat het vulpistool afslaat en er niet meer kan worden getankt.
Pagina 476
STARTEN EN RIJDEN Tankinstructies: 4. Giet de tank niet te vol door het vulpistool na de eerste afslag uit de vulopening te Schakel de auto uit en open de tankvul- halen. klep. > De tank is vol. N.B. N.B. Na het openen van de tankvulklep moet er Een overvolle tank kan bij warm weer over- binnen zo'n 15 minuten worden getankt.
Pagina 477
Hanteren van brandstof WAARSCHUWING Gebruik geen brandstof met een kwaliteit die Op de grond gemorste brandstof kan vlam slechter is dan de kwaliteit die door Volvo vatten. wordt aanbevolen, omdat dit een negatief Schakel de verwarming op brandstof uit effect heeft op het motorvermogen en het voordat u gaat tanken.
Pagina 478
(maximaal 10 volumeprocent ethanol) Sticker aan binnenkant tankvulklep. Gebruik geen toevoegingen die niet • is toegestaan. door Volvo zijn aanbevolen. De aanduiding conform de CEN-norm Een ethanolgehalte hoger dan E10 • EN16942 zit aan de binnenkant van de tank- (maximaal 10 volumeprocent ethanol)
Pagina 479
STARTEN EN RIJDEN Oververhitting van motor en Benzineroetfilter stadsverkeer maakt is het belangrijk om ook aandrijving regelmatig ritten op hogere snelheden te Een benzinemodel is uitgerust met een roet- maken om ervoor te zorgen dat de uitlaatgas- In bepaalde omstandigheden, bijv. bij een filter voor een effectievere uitlaatgasreiniging.
Pagina 480
STARTEN EN RIJDEN Overbelasting van de startaccu gaat branden en op het bestuurdersdis- Symbolen op het bestuurdersdisplay play de melding Transmissie warm Ga De elektrische functies van de auto belasten Symbool Betekenis langzamer rijden om temperatuur te de startaccu in verschillende mate. Laat het verlagen Transmissie heet Stop Hoge motortemperatuur.
Pagina 481
Wanneer een zekering kapot is, verschijnt de melding 12V-accu Zekering defect Service vereist op het bestuurdersdisplay. Volvo advi-...
Pagina 482
STARTEN EN RIJDEN Zet het elektrische systeem van de auto in 9. Controleer of de aansluitklemmen van de 11. Houd om het elektrische systeem van de de contactslotstand 0. startkabels goed vastzitten om te voorko- auto te activeren de startknop minstens 5 men dat er tijdens de startpoging vonken seconden ingedrukt zonder het rempedaal 2.
Pagina 483
STARTEN EN RIJDEN 14. Verwijder de startkabels in omgekeerde Contactslotstand kiezen (p. 442) • WAARSCHUWING volgorde – eerst de zwarte kabel en De startaccu kan het zeer explosieve • daarna de rode. knalgas produceren. Eén enkele vonk, Zorg dat geen van de aansluitklemmen veroorzaakt door een onjuiste aanslui- aan de zwarte startkabel contact kan ting van een startkabel, kan volstaan...
Pagina 484
(p. 489) krijgbaar voor de auto – neem voor informatie Specificaties van de trekhaak* (p. 482) • contact op met een Volvo-dealer. BELANGRIJK Als de motor wordt afgezet, kan de con- stante accuspanning voor het aanhange- rcontact automatisch worden uitgescha- keld om de startaccu niet te ontladen.
Pagina 485
STARTEN EN RIJDEN In- en uitklapbare trekhaak* Afmetingen, bevestigingspunten in mm De in- en uitklapbare trekhaak is eenvoudig in (inch) of uit te klappen als dat nodig is. In de inge- 939 (37) klapte stand is de trekhaak volledig onzicht- baar.
Pagina 486
STARTEN EN RIJDEN 2. Druk op de knop en laat hem weer los – N.B. drukt u te lang, dan kan dat betekenen dat De stroomspaarstand wordt na enige tijd het uitklappen niet start. geactiveerd en het controlelampje dooft. Het systeem wordt opnieuw geactiveerd door de achterklep te sluiten en daarna opnieuw te openen.
Pagina 487
STARTEN EN RIJDEN Rijden met aanhangwagen Bij het afdalen op lange en steile hellingen • worden de remmen veel zwaarder belast Bij ritten met een aanhangwagen moet u op dan normaal. Schakel dan terug naar een enkele dingen letten zoals de trekhaak, de lagere versnelling bij handmatig schakelen aanhangwagen en hoe u de aanhangwagen en pas uw snelheid aan.
Pagina 488
De vermelde maximaal toegestane aanhan- 7-polige aansluiting, hebt u een adapter nodig. gergewichten zijn door Volvo toegestaan. Op een helling parkeren Gebruik een door Volvo goedgekeurde adap- Nationale voertuigvoorschriften kunnen het Trap het rempedaal in. ter. Zorg dat de kabel niet over de grond aanhangergewicht en de snelheid verder 2.
Pagina 489
STARTEN EN RIJDEN Aanhangwagenstabilisering* Gerelateerde informatie Werking van de aanhangwagenstabilisering Aanhangwagenstabilisering* (p. 487) • De aanhangwagenstabilisering (TSA ) heeft De aanhangwagenstabilisering houdt continu tot taak een auto met aanhangwagen te sta- Aanhangwagenverlichting controleren • de bewegingen van de auto in de gaten en in biliseren wanneer de combinatie slingernei- (p.
Pagina 490
STARTEN EN RIJDEN Aanhangwagenverlichting de stabilisering dan niet kan bepalen of de Mistachterlicht op de aanhangwagen controleren slingering wordt veroorzaakt door de aan- Bij aansluiting van een aanhangwagen gaat hangwagen of door uzelf. het mistachterlicht van de auto mogelijk niet Controleer na het aankoppelen van een aan- branden, in dat geval neemt het mistachter- hangwagen voor het vertrek of alle lampen op...
Pagina 491
De verlichtingscontrole. Dankzij deze controle 3. Vink Aut. contr. lamp aanhanger uit. fietsdragers van Volvo zijn te verkrijgen bij kunt u voor vertrek nagaan of de aanhangwa- Handmatige controle erkende Volvo-dealers. genverlichting werkt. Als de automatische controle is uitgeschakeld,...
Pagina 492
STARTEN EN RIJDEN Slepen Een fietsdrager die op de trekhaak is gemon- Verwijder eventuele fietshoezen. Ze kun- • teerd is van invloed op de rijeigenschappen nen de rijeigenschappen negatief beïn- Bij het slepen wordt de auto met behulp van van de auto op grond van bijvoorbeeld: vloeden, het zicht naar achteren beperken een sleepkabel voortgetrokken door een en tot een hoger brandstofverbruik leiden.
Pagina 493
STARTEN EN RIJDEN Sleepoog monteren en Bergen (p. 492) • demonteren Starthulp met andere accu (p. 479) • Gebruik het sleepoog als u met uw auto een Contactslotstand kiezen (p. 442) • ander voertuig wilt slepen. Schroef het sleep- Versnellingsbak (p. 453) •...
Pagina 494
STARTEN EN RIJDEN Bergen 3. Schroef het sleepoog tot aan de aanslag Gereedschapsset (p. 576) • naar binnen. Bij het bergen wordt de auto met behulp van een ander voertuig weggesleept. Roep professionele hulp in voor berging. Het is toegestaan het sleepoog te gebruiken om de auto op een bergingsvoertuig met laad- vloer te trekken.
Pagina 495
STARTEN EN RIJDEN ® ® HomeLink Knop 3 HomeLink programmeren ®13 ® HomeLink is een programmeerbare Volg de instructies op om HomeLink te pro- Controlelampje afstandsbediening die in het elektrische sys- grammeren, de fabrieksinstellingen te her- ® HomeLink wordt geleverd in een uitvoering teem van de auto geïntegreerd is en tot drie stellen of een knop te herprogrammeren.
Pagina 496
STARTEN EN RIJDEN Richt de afstandsbediening op de te pro- 3. Laat de knoppen pas los als het led-lampje ® niet meer langzaam (ca. 1 maal per grammeren HomeLink -knop en houd de seconde) maar snel knippert (ca. 10 maal afstandsbediening op zo'n 2–8 cm (1–3 per seconde) of constant brandt.
Pagina 497
STARTEN EN RIJDEN ® Neem bij programmeringsproblemen contact Houd de buitenste knoppen (1 en 3) op HomeLink gebruiken – ® ® op met HomeLink via: www.HomeLink.com HomeLink zo'n 10 seconden ingedrukt. ® Zodra HomeLink geprogrammeerd is, vormt of bel 00 8000 466 354 65 (of het betaal- >...
Pagina 498
STARTEN EN RIJDEN Typegoedkeuring voor Kompas* WAARSCHUWING ® HomeLink In de rechter bovenhoek van de achteruitkijk- ® • Als HomeLink wordt gebruikt om een spiegel zit een display waarop wordt aange- garagedeur of hek te bedienen, moet u Typegoedkeuring voor de EU geven in welke kompasrichting de voorkant controleren of er niemand in de buurt...
Pagina 499
STARTEN EN RIJDEN Kompas* activeren en deactiveren Kompas kalibreren* In de rechter bovenhoek van de achteruitkijk- De aarde is in 15 magnetische zones ver- spiegel zit een display waarop wordt aange- deeld. Het kompas dient te worden gekali- geven in welke kompasrichting de voorkant breerd als u met de auto meerdere magneti- van de auto wijst.
Pagina 500
STARTEN EN RIJDEN 7. Voor auto’s met elektrische voorruitver- warming*: Als bij activering van de elektri- sche voorruitverwarming het teken het display verschijnt, kalibreer dan vol- gens punt 6 hierboven met de elektrische voorruitverwarming ingeschakeld. 8. Herhaal de bovenstaande procedure zo nodig.
Pagina 502
GELUID, MEDIA EN INTERNET Audio, media en internet Audio-instellingen Gerelateerde informatie Mediaspeler (p. 512) • Het audio- en mediasysteem bestaat uit een De geluidsweergave is vooraf ingesteld maar mediaspeler en een radio. Het is ook mogelijk is ook naar wens aan te passen. Radio (p.
Pagina 503
GELUID, MEDIA EN INTERNET Geluidservaring* Premium Sound* (Harman Kardon) Gerelateerde informatie Equalizer – instelling voor equalizer. Geluidservaring* (p. 501) • • Geluidservaring is een app die toegang biedt tot aanvullende geluidsinstellingen. Mediaspeler (p. 512) Balans – onderlinge balans tussen de •...
Pagina 504
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps Start een app door in het appscherm op het middendisplay de desbetreffende app aan te Op het appscherm staan apps die toegang klikken. bieden tot bepaalde autofuncties. Veeg van rechts naar links over het midden- Alle apps die worden gebruikt, moeten geüp- display om vanuit het homescherm het app- datet zijn naar de nieuwste versie.
Pagina 505
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps downloaden 2. Kies Nieuwe apps om een lijst te openen Systeemupdates hanteren via Download • met de apps die beschikbaar zijn voor Center (p. 605) Wanneer de auto een internetverbinding installatie in de auto. heeft, kunt u ook nieuwe apps downloaden. Vrije geheugenruimte op harde schijf •...
Pagina 506
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps bijwerken Apps verwijderen Alle apps bijwerken Download Center Open de app op het Wanneer de auto een internetverbinding Wanneer de auto een internetverbinding appscherm. heeft, is het mogelijk apps bij te werken. heeft, is het mogelijk apps te verwijderen. U kunt een app niet verwijderen, wanneer N.B.
Pagina 507
GELUID, MEDIA EN INTERNET Radio Radio starten Digitale radio* (p. 511) • U kunt naar de radiofrequentiebanden voor De radio is te starten vanuit het appscherm RDS-radio (p. 510) • FM en digitale radio (DAB)* luisteren. Wan- van het middendisplay. Auto met actieve internetverbinding* •...
Pagina 508
GELUID, MEDIA EN INTERNET Van radioband en radiozender Van radioband en radiozender wisselen 2. Kies weergave via Zenders Favorieten • wisselen (p. 506) Genres Ensembles Radiokanalen opslaan in de app Radiofa- Hier volgen instructies voor het wisselen van • 3. Druk op het gewenste kanaal in de lijst. vorieten (p.
Pagina 509
GELUID, MEDIA EN INTERNET Radiokanaal zoeken Handmatig kanalen zoeken Van radioband en radiozender wisselen • (p. 506) De radio maakt automatisch een kanaallijst met de best doorkomende radiokanalen bin- Stembediening radio en media (p. 144) • nen het actuele gebied. Instellingen voor radio (p.
Pagina 510
GELUID, MEDIA EN INTERNET Radiokanalen opslaan in de app Instellingen voor radio Wanneer u een radiokanaal opslaat vanuit een Radiofavorieten kanaallijst, zoekt de radio automatisch naar de Er zijn diverse radiofuncties te activeren en beste frequentie. Maar als u een radiokanaal deactiveren.
Pagina 511
GELUID, MEDIA EN INTERNET – Verkeersinformatie : lopende media- Kies mededelingen : aangeven welk type FM-radio • weergave onderbreken voor informatie berichten moet worden doorgegeven als Radiotekst weergeven : informatie weer- • over verkeersproblemen. De weergave van DAB actief is. Bij de gekozen meldingen geven over de inhoud van programma's, de voorgaande mediabron wordt hervat wordt de lopende mediaweergave onder-...
Pagina 512
GELUID, MEDIA EN INTERNET RDS-radio Gerelateerde informatie ophoudt met uitzenden. Druk om eerder te Radio (p. 505) • onderbreken op op de rechter stuurknop- RDS (Radio Data System) zorgt ervoor dat de penset of druk op Annuleren op het midden- radio automatisch overschakelt naar de sterk- Digitale radio* (p.
Pagina 513
GELUID, MEDIA EN INTERNET Digitale radio* Schakelen tussen de radiobanden DAB-subkanaal FM en digitale radio* Secundaire componenten worden vaak aange- Digitale radio (DAB ) is een systeem voor duid als subkanalen. Dergelijke componenten digitale overdracht van radiosignalen. De Dankzij deze functie kan de digitale radio zijn van tijdelijke aard en kunnen bijvoorbeeld (DAB) overschakelen van een kanaal dat radio ondersteunt DAB, DAB+ en DMB...
Pagina 514
GELUID, MEDIA EN INTERNET Mediaspeler Media afspelen Gerelateerde informatie Media afspelen (p. 512) • De mediaspeler kan geluidsbestanden weer- De mediaspeler wordt bediend via het mid- geven via op externe mediabronnen die zijn dendisplay. Veel functies zijn ook te bedienen Media regelen en van media wisselen •...
Pagina 515
GELUID, MEDIA EN INTERNET Mediabron starten ® Media via een internetverbinding Mp3-speler en iPod Media afspelen via apps met een internetver- binding: N.B. Maak een internetverbinding voor de auto. Om het afspelen te starten vanaf de iPod, moet u de iPod-app gebruiken (en niet 2.
Pagina 516
GELUID, MEDIA EN INTERNET Media regelen en van media Eenheid aansluiten via USB-poort • knop onder het middendisplay of op wisselen (p. 519) de rechter stuurknoppenset. ® De weergave van media is te regelen via • Eenheid aansluiten via Bluetooth Van track/nummer wisselen - op de gewenste stembediening, de stuurknoppenset of het (p.
Pagina 517
GELUID, MEDIA EN INTERNET Media zoeken Vergelijkbaar - op de knop Gerelateerde informatie drukken om aan de hand van Mediaspeler (p. 512) • U kunt artiesten, componisten, tracks, Gracenote naar soortgelijke albums, video’s, luisterboeken, speellijsten en Auto met actieve internetverbinding* •...
Pagina 518
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Video Gracenote Geen - geen treffers. • Videobestanden op apparaten die zijn aange- Gracenote geeft bij het afspelen van muziek Gracenote bijwerken sloten op de USB-poort zijn via de mediaspe- de uitvoerende artiesten, albums, tracks en De inhoud van de Gracenote-database wordt ler weer te geven.
Pagina 519
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Video afspelen Instellingen voor video DivX weergeven Video's zijn af te spelen via de app Bepaalde taalinstellingen voor videoweer- Om Video-on-Demand-films (VOD) in DivX- het appscherm. gave kunnen worden gewijzigd. formaat te kunnen afspelen moet u deze DivX Sluit een mediabron (USB-eenheid) aan.
Pagina 520
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® ® Media AUX/USB-poort Media via Bluetooth Eenheid aansluiten via Bluetooth ® Via de USB-poort is een externe audiobron De mediaspeler in de auto is uitgerust met Verbind een Bluetooth -apparaat met de zoals een iPod® of mp3-speler aan te sluiten Bluetooth en kan draadloos audiobestanden auto om draadloos media af te spelen en een op het audiosysteem.
Pagina 521
GELUID, MEDIA EN INTERNET Eenheid aansluiten via USB-poort Technische specificaties voor USB-eenheden Via een van de USB-poorten in de auto is een ® externe audiobron zoals een iPod of mp3- Om de inhoud van USB-eenheden te kunnen speler aan te sluiten op het audiosysteem. lezen moet de eenheid aan de volgende spe- cificaties voldoen.
Pagina 522
GELUID, MEDIA EN INTERNET Compatibele formaten voor media Technische specificaties voor USB-C- Formaat Bestandsextensie poort Voor het afspelen van media zijn de volgende .avi Aansluiting type C • bestandsformaten vereist. Versie 3.1 • AVI (DivX) .avi, .divx Audiobestanden Voeding 5 V •...
Pagina 523
DivX weergeven (p. 517) verbinding tussen het apparaat en de auto Audiocodec MP3, AC3 wegvalt. Let erop dat Volvo niet verantwoor- delijk is voor de inhoud van CarPlay. Ondertiteling XSUB Bij gebruik van de kaartnavigatie via CarPlay verschijnt de routebegeleiding niet op het bestuurdersdisplay maar alleen op het mid- dendisplay.
Pagina 524
Apple CarPlay is een service van Apple Inc. die valt onder de N.B. voorwaarden van Apple Inc. Volvo Cars is CarPlay is alleen te gebruiken als Bluetooth daarom niet verantwoordelijk voor Apple is uitgeschakeld. Een telefoon of media- CarPlay of de functies/applicaties ervan.
Pagina 525
GELUID, MEDIA EN INTERNET 2. Neem de voorwaarden door en druk ver- 3. Als een andere app in hetzelfde deel- Van iPod naar CarPlay volgens op Accepteren om een verbin- scherm actief is, tik dan op Apple Apple CarPlay Tik op op het appscherm.
Pagina 526
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® ® ® Instellingen voor Apple CarPlay Tips voor het gebruik van Apple 2. Druk op Geluid Systeemvolumes ® CarPlay instellingen te verrichten voor het vol- Instellingen voor een iOS-apparaat aangeslo- gende: ten met CarPlay Hier vindt u handige tips voor het gebruik van ®...
Pagina 527
CarPlay-functie onderdrukken homepage: www.android.com/auto/. Zie onder de telefooninstellingen voor notifi- Google Play voor apps van derden. Let erop caties. dat Volvo niet verantwoordelijk is voor de CarPlay werkt alleen in combinatie met inhoud van Android Auto. • iPhone Android Auto is te starten vanuit het app- scherm.
Pagina 528
Android Auto is een ding te maken. onder de voorwaarden van Google Inc. > Het deelscherm met Android Auto geleverde dienst. Volvo Cars is niet wordt geopend en de compatibele verantwoordelijk voor Android Auto of de apps verschijnen.
Pagina 529
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor Android Auto* Gerelateerde informatie Eerder aangesloten Android Sluit het apparaat aan op de USB-poort Android Auto* (p. 525) • Instellingen voor een Android-apparaat dat met de witte omlijsting. voor het eerst via Android Auto is verbonden. Android Auto* gebruiken (p.
Pagina 530
GELUID, MEDIA EN INTERNET Tips voor het gebruik van Android Telefoon Bij gebruik van Android Auto wordt een • Auto* eventuele Bluetooth-verbinding van het Een telefoon met Bluetooth is draadloos aan apparaat met de auto verbroken. Herstel te sluiten op het geïntegreerde handsfreesys- Hier vindt u handige tips voor het gebruik van de internetverbinding van de auto dan teem van de auto.
Pagina 531
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon eerste keer verbinden Overzicht Telefoon automatisch verbinden met de • met de auto via Bluetooth auto via Bluetooth (p. 531) Telefoon handmatig verbinden met de Verbind een telefoon met geactiveerde • auto via Bluetooth (p. 532) Bluetooth-functie aan de auto, zodat u vervol- gens vanuit de auto kunt bellen, berichten Telefoon met Bluetooth-verbinding los-...
Pagina 532
GELUID, MEDIA EN INTERNET Alternatief 1 – telefoon zoeken vanuit 5. In de auto verschijnt een pop-upvenster N.B. met informatie over de verbinding. Beves- de auto Bij sommige telefoons moet de berich- • tig de verbinding. Maak de telefoon identificeerbaar/zicht- tenfunctie geactiveerd worden.
Pagina 533
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon automatisch verbinden Compatibele telefoons Internetverbinding voor de auto maken via • met de auto via Bluetooth een telefoon met Bluetooth-verbinding Hoewel veel moderne telefoons Bluetooth- (p. 541) technologie bieden, zijn niet alle telefoons vol- Het is mogelijk om een telefoon automatisch ledig compatibel met de auto.
Pagina 534
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon handmatig verbinden met Telefoon met Bluetooth-verbinding Internetverbinding voor de auto maken via • de auto via Bluetooth loskoppelen een telefoon met Bluetooth-verbinding (p. 541) Het is mogelijk om een telefoon handmatig Het is mogelijk een telefoon met Bluetooth- via Bluetooth te verbinden.
Pagina 535
GELUID, MEDIA EN INTERNET Andere telefoon met Bluetooth- Bluetooth-eenheden verwijderen Telefoonfuncties verbinding kiezen Apparaten zoals telefoons zijn te verwijderen Verwerking van gesprekken in de auto voor van de lijst met geregistreerde Bluetooth- een telefoon met Bluetooth-verbinding. U kunt een andere telefoon met Bluetooth- eenheden.
Pagina 536
GELUID, MEDIA EN INTERNET Het is ook mogelijk om te bellen via de Tik op Antwoorden Afwijzen Handmatig tekens, letters of woorden • gesprekkenlijst in het appmenu, dat toeganke- invoeren op middendisplay (p. 127) 2. Druk op om het gesprek te beëindi- lijk is via de rechter stuurknoppenset Telefoonboekfuncties (p.
Pagina 537
(p. 547) zen. te laten voorlezen. Geldt alleen voor bepaalde markten. Neem voor meer informatie contact op met een Volvo-dealer. Alleen bepaalde telefoons kunnen berichten versturen via de auto. De aangesloten telefoon moet het Bluetooth-profiel Message Access Profile(MAP) ondersteunen. * Optie/accessoire.
Pagina 538
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor tekstbericht Telefoonboekfuncties Sorteren De lijst met contacten staat op alfabetische Instellingen voor tekstbericht op aangesloten Wanneer een telefoon via Bluetooth is ver- volgorde en speciale tekens en cijfers staan telefoon. bonden met de auto kunt u rechtstreeks via Druk op Instellingen in het hoofdscherm.
Pagina 539
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor telefoon Instellingen voor Bluetooth- Telefoon eerste keer verbinden met de • apparaten auto via Bluetooth (p. 529) Wanneer de telefoon verbonden is met de auto zijn de volgende instellingen te kiezen. Er zijn instellingen te verrichten voor appara- Tik op Instellingen in het hoofdscherm.
Pagina 540
GELUID, MEDIA EN INTERNET Draadloze telefoonoplader* Draadloze telefoonoplader* Als de telefoon niet wordt opgeladen: Controleer of er geen andere voorwerpen • Onder het middendisplay zit een oplaadplaat Op de met rubber beklede plaat onder het op de oplaadplaat liggen. voor draadloze oplading van telefoons. middendisplay kunt u een telefoon opladen Om de telefoon via de oplaadplaat te zonder het laadsnoer van de telefoon te...
Pagina 541
GELUID, MEDIA EN INTERNET Certificaat voor draadloze oplader Land/regio Mexico: RCPVAPVO 18-1919 Paraguay: 2018-11-1-000541 Oekraïne: : 107 - 115 М ь ь є ь ) ), 63 К є : N / A М : 13,56 М +/- 0,01% М ь...
Pagina 542
N.B. Techniek en veiligheid rond Wi-Fi • Bij gebruik van Android Auto kunt u een (p. 546) internetverbinding voor de auto maken via Volvo ID (p. 28) • Wi-Fi, Bluetooth of de automodem*. Gebruiksvoorwaarden en gegevensuitwis- • seling (p. 547)
Pagina 543
GELUID, MEDIA EN INTERNET Internetverbinding voor de auto 5. Vink het vakje voor Bluetooth- Internetverbinding voor de auto maken via • maken via een telefoon met internetaansluiting een telefoon (Wi-Fi) (p. 542) aan onder de rubriek Bluetooth-verbinding Internetverbinding ® ® •...
Pagina 544
GELUID, MEDIA EN INTERNET Internetverbinding voor de auto 7. Geef het wachtwoord van het netwerk maken via een telefoon (Wi-Fi) aan. > De auto maakt een verbinding tot stand Deel de internetverbinding van een telefoon met het netwerk. via wifi om een internetverbinding te maken en toegang te krijgen tot diverse onlinedien- Let erop dat sommige telefoons de internet- sten voor de auto.
Pagina 545
5. Als u een andere methode voor de inter- lijke simkaart (P-SIM)*. netverbinding gebruikt, bevestigt u de Auto's uitgerust met Volvo On Call gebruiken keuze van een andere verbindingsme- voor de diensten de internetverbinding met de thode.
Pagina 546
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor automodem* Internetverbinding van auto delen Wijzig pincode - maximaal 4 cijfers aan- via Wi-Fi-hotspot geven. De auto is uitgerust met een modem die u kunt gebruiken om de auto met internet te Pincode uitschakelen - aangeven of de Als de auto een internetverbinding heeft, is verbinden.
Pagina 547
GELUID, MEDIA EN INTERNET Geen internetverbinding of een De provider (simkaart) moet ondersteuning N.B. slechte verbinding bieden voor tethering (delen van de internet- Het activeren van Wi-Fi-hotspot kan tot verbinding). Factoren die van invloed zijn op de internet- verdere kosten van uw provider leiden. verbinding Tik op Instellingen...
Pagina 548
GELUID, MEDIA EN INTERNET Wi-Fi-netwerk verwijderen Techniek en veiligheid rond Wi-Fi Telefoon herstarten Problemen met de internetverbinding zijn Niet gebruikte netwerken verwijderen. Mogelijke netwerktypes voor aansluiting. soms te verhelpen door de telefoon opnieuw Druk op Instellingen in het hoofdscherm. Aansluiting is alleen mogelijk op netwerken op te starten.
Pagina 549
De instellingen voor privacy en gegevens- den ingesteld via het instellingenmenu van het gaan met Volvo's voorwaarden voor connec- uitwisseling zijn uniek voor ieder bestuur- middendisplay of op het moment dat de dien- ted diensten. Let er in dat geval op dat u daar- dersprofiel.
Pagina 550
Gegevensuitwisseling activeren N.B. diensten wanneer u een dienst start Na een bezoek aan een Volvo-werkplaats Kies de te activeren functie of dienst. Als u gegevensuitwisseling niet voor een con- moet u de gegevensuitwisseling mogelijk nected dienst of gedownloade apps hebt >...
Pagina 551
GELUID, MEDIA EN INTERNET Vrije geheugenruimte op harde 2. Ga akkoord met gegevensuitwisseling schijf voor de dienst of breek af. Het is mogelijk de vrije geheugenruimte te Als u akkoord gaat, wordt gegevensuitwisse- bekijken die beschikbaar is op de harde schijf ling geactiveerd en kunt u de dienst gebruiken.
Pagina 552
Gracenote ® overeenkomst. Hier volgen de teksten van de overeenkomsten tussen Volvo en producen- ten/ontwikkelaars. Een groot aantal van deze teksten is in het Engels. ® Dirac Unison ®...
Pagina 553
GELUID, MEDIA EN INTERNET op deze beperkingen. Als uw licentie wordt voldoende reden ziet. Er wordt geen garantie Licentieovereenkomst Gracenote ® beëindigd, stemt u ermee in op geen enkele verstrekt dat de Gracenote-software of Grace- Deze toepassing of dit apparaat bevat soft- wijze meer gebruik te maken van de Grace- note-servers geen onjuistheden bevatten of ware van Gracenote, Inc.
Pagina 554
GELUID, MEDIA EN INTERNET (Copyright (c) 1982, 1986, 1991, 1993, 1994), OWNER OR CONTRIBUTORS BE LIABLE limitation the rights to use, copy, modify, and Quercus Robusta (Copyright (c) 1990, FOR ANY DIRECT, INDIRECT, INCIDENTAL, merge, publish, distribute, sublicense, and/or 1993), The Regents of the University of SPECIAL, EXEMPLARY, OR sell copies of the Software, and to permit California.
Pagina 555
GELUID, MEDIA EN INTERNET This software uses parts of SSLeay Library: Redistribution and use in source and binary OF THE USE OF THIS SOFTWARE, EVEN IF Copyright (C) 1995-1998 Eric Young forms, with or without modification, are ADVISED OF THE POSSIBILITY OF SUCH (eay@cryptsoft.com).
Pagina 556
GELUID, MEDIA EN INTERNET OF ANY KIND, EXPRESS OR IMPLIED, Except as contained in this notice, the name of Verklaring van overeenstemming INCLUDING BUT NOT LIMITED TO THE a copyright holder shall not be used in WARRANTIES OF MERCHANTABILITY, advertising or otherwise to promote the sale, FITNESS FOR A PARTICULAR PURPOSE use or other dealings in these Data Files or AND NONINFRINGEMENT OF THIRD PARTY...
Pagina 557
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Brazilië: Este equipamento opera em caráter secundário isto e, náo tem direito a protecão contra interferéncia prejudicial, mesmo tipo, e não pode causar interferéncia a sistemas operando em caráter primário. Para consultas, visite: www.anatel.gov.br Producent: Mitsubishi Electric Corporation Sanda Works 2-3-33, Miwa, Sanda-city.
Pagina 558
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Kazach- stan: Modelnaam: NR-0V Producent: Mitsubishi Electric Corporation Exportland: Japan...
Pagina 559
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio China: ■ 使用频率 2.4 - 2.4835 GHz ■ 等效全向辐射 率(EIRP) 天线增益 10dBi 时 ≤100 mW 或≤20 dBm ① ■ 最大 率谱密度 天线增益 10dBi 时 ≤20 dBm / MHz(EIRP) ① ■ 载频容限 20 ppm ■ 帯外发射 率(在 2.4-2.4835GHz 頻段以外) ≤-80 dBm / Hz (EIRP) ■...
Pagina 560
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio B 급 기기 (가정용 방송통신기자재) Korea: 이 기기는 가정용(B 급) 전자파적합기기로서 주로 가정에서 사용하는 것을 적으로 하며, 든 지역에서 사용할 수 있습니다. 해당 무선설비는 전파혼신 가능성이 있으므로 인명안전과 관련된 서비스는 할 수 습니다. Maleisië: This device has been certified under the Communications &...
Pagina 561
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Mexico: 低 率電波輻射性電機管理辦法 Taiwan: 第十二條 經型式認證合格之低功率射頻電機,非經許可,公司 商號或使用者均不得擅自 變更頻率 加大功率或變更原設計之特性及功能 第十四條 低 率射頻電機之使用不得影響飛航安全及干擾合法通信;經發現有干擾現象時,應 立停用,改善至無干擾時方得繼續使用 前項合法通信,指依電信法規定作業之無線 電通信 低 率射頻電機須忍受合法通信或工業 科學及醫療用電波輻射性電機設備 之干擾 Gerelateerde informatie Certificaat voor draadloze oplader (p. 539) • Audio, media en internet (p. 500) •...
Pagina 564
De auto wordt aangeleverd met originele laatste cijfers van de cijferreeks geven de minder zuinig en verslechteren het rijcom- Volvo-banden met aan de zijkant het opschrift week en het jaar van productie aan. Het is de fort. . Deze banden zijn zorgvuldig afgestemd...
Pagina 565
Gerelateerde informatie 10.000 km (zo'n 6200 miles) opnieuw. Bandenspanning controleren (p. 566) • Volvo adviseert u contact op te nemen met De draairichting van de banden. (p. 565) • een erkende Volvo-werkplaats, als u niet zeker bent van de profieldiepte. Als er al een duide- Slijtage-indicator van banden (p.
Pagina 566
WIELEN EN BANDEN Maataanduiding voor banden Goedgekeurde wiel- en bandenmaten Snelheidsklasse • (p. 679) Elke band is berekend op een bepaalde maxi- Aanduidingen voor de afmetingen, lastindex mumsnelheid. De snelheidsklasse, SS (Speed en snelheidsklasse van de banden. Adviezen voor het vervoer van bagage •...
Pagina 567
WIELEN EN BANDEN Maataanduiding voor wielen De draairichting van de banden. 240 km/h (149 mph) Wiel- en velgmaten worden aangeduid zoals Bij banden met een speciaal profiel dat alleen 270 km/h (168 mph) in de onderstaande tabel. goed werkt wanneer de banden in een De typegoedkeuring van de auto geldt in com- bepaalde richting draaien, staat deze richting 300 km/h (186 mph)
Pagina 568
WIELEN EN BANDEN Slijtage-indicator van banden Bandenspanning controleren N.B. De slijtage-indicator geeft de status aan van Een juiste bandenspanning is een hulpmiddel Let erop dat u hetzelfde type, dezelfde de profieldiepte van de band. voor een betere rijstabiliteit, een lager brand- maat en ook hetzelfde merk voor beide stofverbruik en banden die langer meegaan.
Pagina 569
WIELEN EN BANDEN Bandenspanning aanpassen Koude banden Gerelateerde informatie De bandenspanning moet worden gecontro- Bandenspanning aanpassen (p. 567) • Dat de bandenspanning na verloop van tijd leerd als de banden koud zijn. De banden wor- daalt is normaal. Daarom moet u om de aan- Aanbevolen bandenspanning (p.
Pagina 570
WIELEN EN BANDEN Aanbevolen bandenspanning 3. Plaats de ventieldop terug. N.B. Op de sticker voor op de portierstijl aan de Als u een band te hard hebt opgepompt, N.B. bestuurderszijde (tussen voor- en achterpor- kunt u lucht laten ontsnappen door op de tier) staat de juiste bandenspanning voor uw Plaats na het oppompen van een band •...
Pagina 571
WIELEN EN BANDEN Bandenspanningscontrolesysteem Algemene informatie over N.B. bandenspanningscontrolesystemen De in de gebruikershandleiding afgebeelde In de onderstaande informatie wordt het ban- Het bandenspanningscontrolesysteem stickers hoeven niet per definitie overeen denspanningscontrolesysteem aangeduid met waarschuwt u met een controlesymbool op te komen met de stickers die in of op uw de algemene benaming TPMS.
Pagina 572
WIELEN EN BANDEN vermogen om tot stilstand te komen. Let erop Waar u op moet letten Maatregel bij een waarschuwing voor een • dat TPMS geen vervanging is voor normaal lage bandenspanning (p. 572) Sla de nieuwe bandenspanning altijd in •...
Pagina 573
Zo moet u de bandenspanning afstemmen op 6. Tik op Spanning opslaan de door Volvo geadviseerde bandenspan- 7. Tik op om te bevestigen dat u de ban- ningswaarden bij ritten met een zware bela- Gerelateerde informatie...
Pagina 574
WIELEN EN BANDEN Bandenspanningsstatus op het Maatregel bij een waarschuwing Gerelateerde informatie middendisplay* bekijken voor een lage bandenspanning De nieuwe bandenspanning opslaan in het • controlesysteem* (p. 571) Wanneer het bandenspanningscontrolesys- Het bandenspanningscontrolesysteem biedt u de mogelijkheid om op het middendisplay Maatregel bij een waarschuwing voor een teem waarschuwt voor een te lage banden-...
Pagina 575
Het systeem kan plotselinge banden- • den. Het systeem werkt Service vereist schade onmogelijk voorzien. niet naar behoren, neem contact op met een Gerelateerde informatie werkplaats Aanbevolen bandenspanning (p. 568) • Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Bandenspanning aanpassen (p. 567) • * Optie/accessoire.
Pagina 576
Bij het verwisselen van een wiel langs • wisselen van een lekke band. Hef de Supportsite van Volvo Cars (p. 23) • de kant van de weg dienen eventuele auto alleen met een krik die voor het passagiers op veilige afstand te gaan desbetreffende model bestemd is.
Pagina 577
WIELEN EN BANDEN 2. Schroef het sleepoog tot aan de aanslag in 2. Breng het wiel aan. Haal de wielbouten WAARSCHUWING de wielsleutel vast. stevig aan. Trek de wielbouten enkele dagen na het Gebruik geen smeermiddel op de draad- verwisselen van de wielen nog eens na. windingen van de wielbouten.
Pagina 578
WIELEN EN BANDEN Gereedschapsset Krik* Krik* (p. 576) • In de bagageruimte van de auto ligt gereed- De krik is te gebruiken om de auto op te Noodreparatieset voor banden (p. 581) • schap dat bijvoorbeeld bij slepen of bij het nemen voor bijvoorbeeld het vervangen van Sleepoog monteren en demonteren •...
Pagina 579
BELANGRIJK Gebruik alleen velgen die getest en goedge- bedoelde plaats onder de vloer van de keurd zijn door Volvo en deel uitmaken van de Gebruik geen buigkracht voor het los- bagageruimte. originele accessoires van Volvo.
Pagina 580
Pas op voor auto. hoge trottoirbanden en reinig de auto Als het reservewiel beschadigd raakt, kan er niet in een autowasstraat. een nieuwe worden aangeschaft bij een Volvo- Neem de bandenspanning in acht die • dealer. de fabrikant van het reservewiel advi- seert.
Pagina 581
L voor links, R voor rechts. Neem contact op met een Volvo-dealer voor De afbeelding is van algemene aard, zodat de actuele advies over de meest geschikte velgen en ban- versie kan verschillen.
Pagina 582
Supportsite van Volvo Cars (p. 23) • uwkettingen zijn toegestaan. Als er accessoire- of aftermarket-ban- • Volvo adviseert u om bij twijfel over het den/wielen of anderszins speciale ban- juiste type sneeuwketting contact op te den/wielen zijn gemonteerd met een nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 583
Voor meer informatie over sneeuwkettingen vangen als de uiterste gebruiksdatum van de sten of soortgelijke beschadigingen. kunt u terecht bij een Volvo-dealer. bus is verstreken (zie de sticker op de bus). Behandel de vervangen bus als klein chemisch Gerelateerde informatie afval (kca).
Pagina 584
WIELEN EN BANDEN Noodreparatieset voor banden Sticker, waarschuwing voor op zijkant WAARSCHUWING gebruiken wiel Let bij gebruik van het bandenreparatiesys- Bus met afdichtmiddel De noodreparatieset voor banden (TMK ) is teem op de volgende punten: te gebruiken om een lek in een band tijdelijk Opening van de bus De bus met afdichtmiddel bevat 1,2- •...
Pagina 585
WIELEN EN BANDEN door het onderste en bovenste ooglid 2. Verwijder de sticker met de toegestane 6. Draai de ventieldop van de band los en op. Neem bij eventuele symptomen maximumsnelheid die aan de ene kant van schroef de ventielaansluiting van de lucht- contact op met een arts.
Pagina 586
• ventiel. werkplaats te slepen. Geadviseerd wordt len ventieldopjes kunnen roesten en zijn een erkende Volvo-bandenwerkplaats. 2. Koppel de luchtslang los van de bus. moeilijk los te draaien. 3. Verwijder de bus uit de compressor. 9. Vul de band 7 minuten lang met afdicht- 4.
Pagina 587
Sluit de luchtslang aan op het bandventiel Controleer de bandenspanning regelmatig. en schroef de ventielaansluiting tot aan de aanslag vast over de draadwindingen van Volvo adviseert u de auto naar de dichtstbij- het bandventiel. De compressor moet zijn zijnde erkende Volvo-werkplaats te rijden om uitgeschakeld.
Pagina 588
WIELEN EN BANDEN Band oppompen met compressor 4. Sluit de voedingskabel aan op de dichtst- 8. Plaats de ventieldop terug op de band. uit reparatieset voor banden bijzijnde 12V-aansluiting en start de auto. N.B. De originele banden van de auto zijn op te WAARSCHUWING pompen met de compressor uit de noodrepa- Plaats na het oppompen van een band...
Pagina 589
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR...
Pagina 590
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Auto-interieur op de rugleuning van de voorstoel alsmede USB- poort* in de tunnelconsole. Overzicht van het auto-interieur en de opbergmogelijkheden. WAARSCHUWING Voorstoel Bewaar losse voorwerpen, zoals een mobi- ele telefoon, camera, afstandsbediening voor extra uitrusting e.d., in het dashboard- kastje of andere opbergruimten.
Pagina 591
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Tunnelconsole Klimaatregelingsbediening (p. 207) • BELANGRIJK De tunnelconsole zit tussen de voorstoelen. Let er bijvoorbeeld op dat metalen voor- werpen als snel krassen maken op glan- zende oppervlakken. Leg geen sleutels, telefoons of andere dingen op krasgevoe- lige oppervlakken.
Pagina 592
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Aansteker* gebruiken Asbak* legen Gerelateerde informatie Auto-interieur (p. 588) • De aansteker kan een aanvulling vormen op Als de auto een aansteker heeft zit er een uit- de 12V-aansluiting vóór in de tunnelconsole. neembare asbak in de tunnelconsole. Asbak* legen (p.
Pagina 593
Neem bij problemen met een stroomaanslui- boxen of mobiele telefoons. ting contact op met een werkplaats – geadvi- Het elektrische systeem van de auto moet seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. minimaal in contactslotstand I staan, anders geven de aansluitingen geen stroom. Vervol- Elektrische 12V-aansluiting gens blijven de aansluitingen actief zolang de ladingsgraad van de startaccu niet te laag is.
Pagina 594
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR N.B. WAARSCHUWING BELANGRIJK Let erop dat het gebruik van de elektrische Gebruik geen accessoires met grote of Het maximale vermogen is 120 W (10 A) • aansluitingen bij een uitgeschakelde motor zware stekkers; ze kunnen de aanslui- per aansluiting.
Pagina 595
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Dashboardkastje gebruiken Dashboardkastje vergrendelen en ontgrendelen* Het dashboardkastje zit aan de passagiers- Het dashboardkastje is te vergrendelen, wan- zijde. In het dashboardkastje kunt u bijvoor- neer u de auto bijvoorbeeld bij een werkplaats beeld de gedrukte versie van de gebruikers- of een hotel afgeeft.
Pagina 596
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Zonnekleppen Bagageruimte Aan het plafond voor de bestuurderstoel en De auto heeft een flexibele bagageruimte de passagiersstoel voorin zitten zonneklep- waarin u grote spullen kunt vervoeren en pen die omlaag en indien nodig ook opzij te vastzetten.
Pagina 597
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Adviezen voor het vervoer van Bagageruimte/kofferbak vergroten WAARSCHUWING bagage Om de bagageruimte/kofferbak groter te Een los voorwerp van 20 kg (44 pound) maken en het vervoer van bagage te vereen- Er zijn enkele dingen waar u rekening mee kan zich bij een frontale botsing op een voudigen zijn de rugleuningen van de achter- moet houden bij het inladen van de auto.
Pagina 598
Maak voor het vervoer van lading op het dak schuift het zwaartepunt en treden er wijzi- en hun inhoud over de vloer van de bagage- gebruik van de lastdragers die Volvo ontwik- gingen op in de rijeigenschappen van de keld heeft.
Pagina 599
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Verankeringsogen Doorsteekluik in achterbank* Gerelateerde informatie Adviezen voor het vervoer van bagage • Gebruik de verankeringsogen in de bagage- U kunt het luik in de rugleuning van de ach- (p. 595) ruimte om spanbanden aan te bevestigen. terbank openen om lange en smalle voorwer- pen te vervoeren, zoals ski's.
Pagina 600
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Laadvloer omhoogklappen Bagagenet monteren en Gerelateerde informatie demonteren* Adviezen voor het vervoer van bagage • De laadvloer is in omhooggeklapte stand vast (p. 595) te zetten met behulp van de steunarm. Het bagagenet voorkomt dat bagage in de Pak de handgreep van de laadvloer beet bagageruimte bij krachtig afremmen de pas- Privacy locking (p.
Pagina 601
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR 2. Haak de ene bevestigingshaak van het net WAARSCHUWING vast aan de voorste of achterste plafond- Lading in de bagageruimte moet goed wor- bevestiging, met de sluiting van de span- den vastgezet, ook met een correct banden naar u toe.
Pagina 602
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Hoedenplank demonteren en 5. Span het bagagenet met de spanbanden. opbergen Bagagenet demonteren De hoedenplank is te demonteren om meer Het bagagenet is eenvoudig te demonteren en ruimte in de bagageruimte te creëren. op te vouwen. Hoedenplank demonteren Verminder de spanning in het bagagenet door de knop in de sluiting van de span-...
Pagina 603
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR EHBO-set* Gevarendriehoek De EHBO-set bevat materiaal voor het verle- Gebruik de gevarendriehoek om medeweg- nen van eerste hulp. gebruikers te waarschuwen, als u onderweg Bewaar de EHBO-set achter de elastische met pech stil komt te staan. band voor zover aanwezig.
Pagina 604
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Gerelateerde informatie Bagageruimte (p. 594) • Alarmlichten (p. 157) •...
Pagina 606
BELANGRIJK Autostatus (p. 606) • catie. De auto is niet met andere wifi-netwer- Om de garantie van Volvo te laten gelden, Afspraak maken voor servicebeurt en • ken te verbinden zoals het netwerk thuis. moet u het Service- en garantieboekje con- reparatie (p.
Pagina 607
ONDERHOUD EN SERVICE Download Center Systeemupdates hanteren via WAARSCHUWING Download Center Meerdere systemen in de auto zijn bij te wer- Het is niet toegestaan om in de auto te rij- ken vanaf het middendisplay bij een auto met Via Download Center zijn updates te down- den, wanneer deze aangesloten is op het internetverbinding loaden voor connectiviteits- en infotainment-...
Pagina 608
ONDERHOUD EN SERVICE Autostatus Softwaredownloads annuleren N.B. Druk op het kruisje in de activiteitsindica- – De algemene status van de auto kan worden Het downloaden van data kan van invloed tor die bij aanvang van het downloaden weergegeven op het middendisplay. zijn op andere diensten die gebruik maken Installeren verving.
Pagina 609
De afspraakaanvraag die vanuit de auto wordt 6. Vul het veld Informatie voor de garage verstuurd bevat autogegevens voor de werk- Registreer een Volvo ID en koppel deze • in als er iets is dat u tijdens het bezoek planning van de werkplaats.
Pagina 610
• play (p. 112) den verzonden. U kunt de gegevens- Gerelateerde informatie overdracht annuleren door op het Volvo ID (p. 28) • kruisje in de activiteitsindicator te druk- Afspraak maken voor servicebeurt en • Auto met actieve internetverbinding* •...
Pagina 611
ONDERHOUD EN SERVICE Auto opnemen Bij het opnemen van de auto is het belangrijk dat u de krik onder de voorziene steunpunten in het onderstel van de auto plaatst. De driehoeken op de kunststof afdekking geven aan waar de kriksteunpunten/hefpunten (rood gemarkeerd) zitten.
Pagina 612
Kruip of reik nooit onder een auto die • N.B. WAARSCHUWING op een krik staat. Volvo adviseert u alleen de krik te gebrui- Activeer de parkeerrem en zet de keu- • ken die bij de auto hoort. Volg bij gebruik zehendel in de parkeerstand (P).
Pagina 613
ONDERHOUD EN SERVICE 3. Plaats wielblokken voor en achter de wie- 6. Breng de krik omhoog totdat deze goed len die op de grond blijven staan. Gebruik zit en contact maakt met het kriksteun- daarvoor bijvoorbeeld grote blokken hout punt van de auto. Controleer of de kop van of grote stenen.
Pagina 614
Storingen opsporen en verhelpen Motorkap openen De airconditioning bevat een fluorescerend traceermiddel. Bij zoeken naar lekken moet ultraviolet licht worden gebruikt. Volvo adviseert u contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. Auto's met koudemiddel R134a WAARSCHUWING In het aircosysteem zit koudemiddel R134a onder druk.
Pagina 615
Als het waarschuwingssymbool brandt of het waarschuwingssymbool klinkt, ook al is de kap goed dicht, ga dan naar een werkplaats - geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Motorkap sluiten Druk de motorkap omlaag totdat deze uit zichzelf verder zakt. 2. Wanneer de motorkap tegen de motor- Motorkap niet volledig gesloten.
Pagina 616
ONDERHOUD EN SERVICE Overzicht motorruimte WAARSCHUWING Het overzicht laat een aantal servicespeci- Rijd nooit met geopende fieke componenten zien. motorkap! In de motorruimte zitten enkele componenten Als dit symbool verschijnt van de elektrische aandrijving van de auto. (of als er tijdens het rijden Wees voorzichtig bij werkzaamheden in deze andere tekenen zijn dat de ruimte en raak alleen de onderdelen aan die bij...
Pagina 617
6 minuten na uitschakeling van de motor kan aanslaan of blijven draaien. Laat de motorreiniging altijd uitvoeren door een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Als de motor warm is, bestaat er brandgevaar. WAARSCHUWING Plaatsing van waarschuwingssticker voor de motor- Het ontstekingssysteem werkt met een ruimte.
Pagina 618
(p. 672) tieaanspraken voor dit type schade af. Supportsite van Volvo Cars (p. 23) • Volvo adviseert de olie in een erkende Volvo-werkplaats te laten verversen. Symbolen voor laag oliepeil Volvo gebruikt verschillende systemen om te waarschuwen voor een te laag/hoog oliepeil of...
Pagina 619
Aanbevolen wordt een in het oliepeil kan waarnemen. De auto erkende Volvo-werkplaats. moet zo'n ca. 30 km (20 miles) hebben gereden en vervolgens 5 minuten op een Motorolie bijvullen vlakke ondergrond hebben stilgestaan met de motor afgezet, voordat het weergege- ven oliepeil correct is.
Pagina 620
Ga naar een werkplaats als de melding af tot de juiste bedrijfstemperatuur. De Motoroliepeil Service vereist verschijnt. warmte die de motor overdraagt op de koel- Aanbevolen wordt een erkende Volvo- vloeistof is te benutten voor verwarming van werkplaats. Het oliepeil is mogelijk te hoog. de passagiersruimte.
Pagina 621
Schadelijk bij inname. Kan schade ver- • oorzaken aan organen (nieren). Gebruik kant-en-klare koelvloeistof vol- • gens de aanbevelingen van Volvo. Zorg er bij gebruik van geconcentreerde koelvloeistof voor dat het mengsel voor 50 % uit koelvloeistof en 50 % water van goedgekeurde kwaliteit bestaat.
Pagina 622
ONDERHOUD EN SERVICE Startaccu langere tijd niet wordt gebruikt of als er alleen WAARSCHUWING korte ritten mee worden gemaakt. Ook zeer De startaccu dient voor inschakeling van het De startaccu kan het zeer explosieve • lage temperaturen beperken de startcapaci- elektrische systeem en andere uitrusting in knalgas produceren.
Pagina 623
– CCA Afmetingen, l×b×h 315×175×190 mm (12,4×6,9×7,5 inch) Capaciteit (Ah) Volgens EN-norm. Cold Cranking Amperes. Volvo adviseert om accu's altijd te laten ver- Gerelateerde informatie vangen door een erkende Volvo-werkplaats. Symbolen op de accu's (p. 623) • Hybride-accu (p. 622) •...
Pagina 624
Het bijvullen van een hybride-accu met Een hybride-accu mag alleen worden ver- koelvloeistof mag alleen worden uitge- vangen door de werkplaats. Een erkende voerd door de werkplaats. Een erkende Volvo-werkplaats wordt aanbevolen. Volvo-werkplaats wordt aanbevolen. Levensduur en capaciteit van de Specificaties van de hybride-accu hybride-accu...
Pagina 625
Neem contact op met een werkplaats bij twij- fel over de juiste manier van verwerken van dergelijk afval - geadviseerd wordt een Draag een veiligheidsbril. erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Startaccu (p. 620) Explosiegevaar. • Hybride-accu (p. 622) •...
Pagina 626
Zekering vervangen lijk doorbrandt, betekent dit dat het bijbeho- zekeringenhouders rende onderdeel een storing vertoont. Volvo Om te voorkomen dat de elektrische syste- adviseert u om dan voor controle contact op te men van de auto beschadigd raken door kort- Om te voorkomen dat de elektrische syste- nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 627
ONDERHOUD EN SERVICE WAARSCHUWING Neem contact op met een erkende Volvo- werkplaats voor de zekeringen die niet in de gebruikershandleiding worden genoemd. Als u op een verkeerde manier een zekering vervangt, kan dat ernstige schade aan de elektrische systemen ver- oorzaken.
Pagina 628
ONDERHOUD EN SERVICE Zekeringen in motorruimte De zekeringen in de motorruimte bescher- men onder meer de motor- en remfuncties.
Pagina 629
ONDERHOUD EN SERVICE Aan de binnenkant van het deksel zit een spe- Posities ciale trekker waarmee u de zekeringen gemak- Aan de binnenkant van het deksel zit een stic- kelijker kunt verwijderen en aanbrengen. ker met de positie van de verschillende zeke- ringen.
Pagina 630
ONDERHOUD EN SERVICE Functie Ampère Type Linker koplamp Micro Airbags Micro Gaspedaalsensor Micro Voeding bij ingeschakeld contact: Motorregeleenheid; transmissiecomponenten; elektrische stuurbekrachtiging; cen- Micro trale elektronicamodule; regeleenheid remsysteem Elektrische hulpverwarming*; OBD-II schutbord Micro Geluidsgenerator exterieur Alcoholslot* Micro Micro Interne relaisspoelen Micro Micro Rempedaalsensor Micro...
Pagina 631
ONDERHOUD EN SERVICE Functie Ampère Type Regeleenheid acculader (OBC) Micro Hoogvoltaccu; hoogvoltomvormer Micro Claxon Micro Sirene alarmsysteem* Micro Voorruitwissers MCase Regeleenheid voor remsysteem (kleppen, parkeerrem) MCase Remregeling met hulpaccu van 48 V MCase Regeleenheid voor remsysteem (ABS-pomp) MCase Rembekrachtiger MCase Actuator voor transmissie MCase Actuator voor transmissie...
Pagina 632
Micro Brandstoffilterverwarming (diesel) MCase Elektrische voorruitverwarming* rechts MCase Elektrische voorruitverwarming* links MCase Regelfunctie voor hulpaccu Micro Linker koplamp Micro Rechter koplamp Micro Laat het vervangen van dit type zekering over aan een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 633
ONDERHOUD EN SERVICE Gerelateerde informatie Zekeringen en relais- en zekeringenhou- • ders (p. 624) Zekering vervangen (p. 624) •...
Pagina 634
ONDERHOUD EN SERVICE Zekeringen onder linker voorstoel De zekeringen onder de linker voorstoel beschermen onder meer de elektrische aan- sluitingen, displays en portiermodules.
Pagina 635
ONDERHOUD EN SERVICE De relais- en zekeringenhouder in de motor- gemakkelijker kunt verwijderen en aanbren- Posities ruimte biedt plaats aan enkele reservezekerin- gen. Aan de binnenkant van het deksel zit een stic- gen. Aan de binnenkant van het deksel zit een ker met de positie van de verschillende zeke- speciale trekker waarmee u de zekeringen ringen.
Pagina 636
Knoppenset op middenconsole Micro Stuurwieleenheid Micro Module voor startknop; elektronische schakelmodule; elektronische parkeerrem Micro Middendisplay Micro Regeleenheid voor Connected Car; regeleenheid voor Volvo On Call Micro Module voor multiband-antenne Micro Relaisspoelen Micro Detectiemodule schopbeweging* (om de elektrisch bedienbare achterklep te openen) Micro...
Pagina 637
ONDERHOUD EN SERVICE Functie Ampère Type Diagnoseaansluiting OBDII Micro Alcoholslot* Micro Module voor extra accessoires Vergrendelmotor voor hoofdsteun linksachter Micro Vergrendelmotor voor hoofdsteun rechtsachter Micro Elektrische achterruitverwarming MCase Module voor gordelspanners links MCase Module voor gordelspanners rechts MCase Vochtsensor Micro Regeleenheid voor brandstofpomp Micro Koelvloeistofpomp...
Pagina 638
ONDERHOUD EN SERVICE Functie Ampère Type Micro Micro Micro Micro Module voor gordelspanners Micro Blind Spot Information (BLIS)*; regeleenheid exterieur achteruitrijgeluid Micro Micro Micro Regeleenheid All Wheel Drive (AWD)* Micro Micro Parkeerhulpcamera* Micro Micro Regeleenheid voor airbags en gordelspanners Micro Achterruitwisser Micro Plafondconsole voor panoramadak*...
Pagina 639
Draadloze telefoonoplader*; USB-poort Micro Micro Micro Geldt voor bepaalde varianten. Laat het vervangen van dit type zekering over aan een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Geldt voor bepaalde markten. Gerelateerde informatie Zekeringen en relais- en zekeringenhou- • ders (p. 624) Zekering vervangen (p.
Pagina 640
Dit is een natuurlijk verschijnsel en worden contact op met een erkende Volvo- alle externe verlichting is erop gebouwd dealer of een erkende Volvo-werkplaats. om dit zoveel mogelijk te voorkomen. Con- dens verdwijnt normaal uit het lamphuis, wanneer de lamp enige tijd brandt.
Pagina 641
ONDERHOUD EN SERVICE Richtingaanwijzerlamp achter Lampen achterzijde vervangen De lampen voor richtingaanwijzers zitten achter een paneel aan de zijkant van de baga- geruimte. 3. Draai het verende boutje linksom los, duw de clips aan de zijkanten naar binnen en Remlicht – derde (led) demonteer de steunbrug.
Pagina 642
ONDERHOUD EN SERVICE Remlichtlamp vervangen BELANGRIJK De remlichtlampen zitten achter een paneel Raak het glas van de gloeilampen nooit aan de zijkant van de bagageruimte. rechtstreeks met uw vingers aan. Vet van uw vingers wordt door de warmte ver- dampt en zorgt voor een laagje op de reflector die dan kapot kan gaan.
Pagina 643
ONDERHOUD EN SERVICE Gloeilamp mistachterlicht BELANGRIJK vervangen Raak het glas van de gloeilampen nooit Het mistachterlicht zit in de achterbumper rechtstreeks met uw vingers aan. Vet van aan de bestuurderszijde. uw vingers wordt door de warmte ver- dampt en zorgt voor een laagje op de reflector die dan kapot kan gaan.
Pagina 645
ONDERHOUD EN SERVICE Middendisplay reinigen Veiligheidsgordels reinigen (p. 645) • BELANGRIJK Vuil, vlekken en vettige vingerafdrukken kun- Vloermatten en inlegmatten reinigen • Sommige geverfde kledingstukken • nen ertoe leiden dat het middendisplay min- (p. 646) (zoals spijkerbroeken en suède kleding) der goed werkt en minder goed af te lezen is.
Pagina 646
ONDERHOUD EN SERVICE Textielbekleding en Vloermatten en inlegmatten reinigen • BELANGRIJK hemelbekleding reinigen (p. 646) De microvezeldoek moet bij het schoon- Leren bekleding reinigen* (p. 646) Bij reiniging van textielmaterialen wordt aan- • maken van het middendisplay vrij van zand bevolen om gebruik te maken van een reini- Leren stuurwiel reinigen (p.
Pagina 647
Leren stuurwiel reinigen (p. 647) • Maak altijd de hele bekleding schoon, ook dat bij erkende Volvo-dealers verkrijgbaar is. als die alleen hier en daar wat vlekken Interieuronderdelen van kunststof, metaal • Zorg dat de gordel droog is, voordat deze heeft.
Pagina 648
à viermaal per jaar • nen breken. en hout reinigen (p. 647) (zo nodig vaker) op te brengen. U kunt Volvo Leather Care Kit/Wipes verkrijgen bij de Volvo-dealer. 3. Voor vlekken op de vloermat wordt gead- viseerd het speciale reinigingsmiddel voor...
Pagina 649
Reinig het leren stuurwiel bij voorkeur met geadviseerd, die verkrijgbaar zijn bij een Breng een leerverzorgingsmiddel aan op Volvo Leather Care Kit/Wipes. Verwijder eerst erkende Volvo-werkplaats. een doek en breng het middel aan op het vuil, stof en dergelijk met een vochtige spons leer met een lichte cirkelvormige bewe- Krab of wrijf nooit over een vlek.
Pagina 650
Veiligheidsgordels reinigen (p. 645) • spoelvloer met olieafscheider. Gebruik auto- en zet hem niet in de was in direct zonlicht. shampoo die door Volvo wordt aanbevolen. Het te poetsen oppervlak mag niet warmer Vloermatten en inlegmatten reinigen • zijn dan 45 °C (113 °F).
Pagina 651
• schoonmaakmiddel of de was kunnen dan indrogen, wat een schurende werking BELANGRIJK heeft. Gebruik door Volvo aanbevolen reinigings- Verwijder vogelpoep zo spoedig mogelijk • middelen. Andere behandelingen zoals lak- van de lak. Vogelpoep bevat stoffen die de conservering, verzegeling, bescherming, lak aantasten en deze zeer snel doen ver- glansverzegeling e.d.
Pagina 652
Na het wassen van de auto kan er nog • neklep gesloten zijn. teer uit het asfalt zijn achtergebleven. Gebruik een door Volvo aanbevolen teer- Gebruik voor het panoramadak nooit • verwijderaar om de laatste vlekken te ver- een schurend poetsmiddel.
Pagina 653
Let op: als de auto voorzien is van de func- even goed bij. Volvo adviseert u om de auto 2. Zorg ervoor dat de zijspiegels zijn inge- tie voor passieve vergrendeling en ontgren-...
Pagina 654
Zorg dat de auto op een spoelvloer met olieafscheider staat. Gebruik autosham- met olieafscheider staat. Gebruik autosham- poo die door Volvo wordt aanbevolen. poo die door Volvo wordt aanbevolen. Let er bij gebruik van een hogedrukreiniger op Door teer-, stof- en zoutresten op de wisser-...
Pagina 655
Onderdelen die moeten worden schoongemaakt met gebruiken dat bij de Volvo-werkplaats verkrijg- een reinigingsmiddel met een pH tussen 3,5 en 11,5. baar is. Volg bij het gebruik van dit reinigings- Gerelateerde informatie middel de gebruiksvoorschriften nauwkeurig Exterieur reinigen (p.
Pagina 656
Voer de reiniging uit op een spoel- corrosie beschermde en minimale plaatover- vloer met olieafscheider. Gebruik autosham- lappingen, evenals afschermende kunststof poo die door Volvo wordt aanbevolen. componenten, slijtagebescherming en aanvul- lende roestwerende vloeistof op kwetsbare Gebruik door Volvo aanbevolen velgreinigings- plaatsen.
Pagina 657
ONDERHOUD EN SERVICE Autolak Geringe lakschade herstellen Reparatielak aanbrengen op het beschadigde oppervlak De lak die uit meerdere lagen bestaat vormt De lak vormt een belangrijk onderdeel van de een belangrijk onderdeel van de roestwering roestwering van de auto en moet daarom van de auto en moet daarom regelmatig wor- regelmatig worden gecontroleerd.
Pagina 658
Bijwerkpennen/-stiften en spuitbussen voor het herstellen van geringe lakschade zijn te verkrijgen bij de Volvo-dealer. N.B. Als de steenslag niet tot het metalen Kleurcode exterieur oppervlak (blanke plaat) is doorgedrongen...
Pagina 659
ONDERHOUD EN SERVICE Wisserblad voorruit vervangen Wisserbladen achterruit vervangen 3. Druk het nieuwe wisserblad vast, u moet een klik horen. Controleer of het goed De wisserbladen vegen neerslag van de voor- vastzit. en achterruit. In combinatie met sproeier- vloeistof hebben ze tot taak om de voor- en 4.
Pagina 660
ONDERHOUD EN SERVICE Wisserbladen in de servicestand Klap de wisserarm omhoog als deze in de N.B. zetten servicestand staat. De servicestand is te Let er bij het vervangen van wisserbladen activeren/deactiveren via het functie- U moet de wisserbladen op de voorruit in op dat ze een verschillende lengte hebben.
Pagina 661
ONDERHOUD EN SERVICE Vulopening voor sproeiervloeistof twissers niet zijn ingeschakeld. De service- Gerelateerde informatie stand is te activeren/deactiveren via het func- Regensensor gebruiken (p. 177) • Om de koplampen en de voor- en achterruit tiescherm op het middendisplay: schoon te houden wordt sproeiervloeistof Voorruit- en koplampsproeiers gebruiken •...
Pagina 662
BELANGRIJK Wisserblad voorruit vervangen (p. 657) • Gebruik originele sproeiervloeistof van Wisserbladen achterruit vervangen • Volvo of een vergelijkbaar product met de (p. 656) aanbevolen pH-waarde tussen 6 en 8 Voorruitwissers gebruiken (p. 176) (gebruiksklaar mengsel, d.w.z. gelijke • delen/1:1 bij neutraal water).
Pagina 664
Positie van stickers en plaatjes De afbeelding is schematisch – afhankelijk van de markt en het model zijn afwijkingen mogelijk. Wanneer u contact opneemt met uw erkende Volvo-werkplaats of vervangende onderdelen of accessoires wilt bestellen, kan het handig zijn om de typeaanduiding, het chassisnum- mer en het motornummer bij de hand te heb- ben.
Pagina 665
SPECIFICATIES Sticker voor typeaanduiding, chassisnum- Sticker A/C-systeem voor auto's met het Sticker voor motorcode en serienummer mer, maximaal toelaatbaar gewicht, kleurcode koudemiddel R134a. van de motor. voor lakwerk en typegoedkeuringsnummer. De sticker zit op de portierstijl en wordt bij het openen van het rechter achterportier zicht- baar.
Pagina 666
SPECIFICATIES N.B. De in de gebruikershandleiding afgebeelde stickers hoeven niet per definitie overeen te komen met de stickers die in of op uw auto aanwezig zijn. De afbeeldingen zijn alleen bedoeld om aan te geven hoe de stickers er in grote lijnen uitzien en waar ze ongeveer zitten.
Pagina 667
SPECIFICATIES Maten In de tabel ziet u de maten van de auto wat de lengte, hoogte en dergelijke betreft. Maten inch Maten inch Maten inch Bodemspe- Laadlengte, 34,9 Laadbreedte, 1059 41,7 vloer vloer ling 1658 65,3 Breedte 1873 73,7 Wielbasis 2702 106,4 Hoogte...
Pagina 668
SPECIFICATIES Maten inch Breedte incl. 2034 80,1 buitenspiegels Breedte incl. 1910 75,2 ingeklapte bui- tenspiegels Bij rijklaar gewicht + 1 inzittende. /Varieert enigszins afhan- kelijk van de bandenmaat, chassisopties et cetera.) Inclusief antenne op het dak, bij rijklaar gewicht. Carrosseriebreedte Gerelateerde informatie Gewichten (p.
Pagina 669
SPECIFICATIES Gewichten N.B. Het maximale totaalgewicht staat aangege- Het gedocumenteerde rijklare gewicht ven op een sticker in de auto. geldt voor een auto in de basisuitvoering, Inbegrepen bij het rijklaar gewicht zijn het dus een auto zonder extra uitrusting of gewicht van de bestuurder, dat van de brand- opties.
Pagina 670
SPECIFICATIES Trekgewichten en kogeldruk Max. gewicht geremde aanhangwagen De trekgewichten en de kogeldruk voor ritten met een aanhangwagen staan in de tabellen. N.B. Voor een aanhangwagen zwaarder dan 1800 kg wordt geadviseerd een trillings- demper op de trekhaak te gebruiken. Motor Versnellingsbak Max.
Pagina 672
SPECIFICATIES Motorspecificaties een deel door een elektromotor (ERAD – Electric Rear Axle Drive). N.B. De motorspecificaties (vermogen et cetera) voor de verschillende motoralternatieven N.B. Ontbrekende gegevens over de motor staan in de onderstaande tabel. staan in het bijgeleverde supplement. Niet alle motoren zijn verkrijgbaar op alle De Twin Engine-variant wordt voor een deel markten.
Pagina 673
SPECIFICATIES Specificaties van de motorolie De motoroliekwaliteit en de te hanteren hoe- veelheden voor de verschillende motoralter- natieven staan in de tabel. Volvo adviseert: Motor Oliekwaliteit Hoeveelheid, incl. oliefilter Motorcode (liter, ca.) T4 Twin Engine B3154T10 Castrol Edge Professional V 0W-20 of VCC RBS0-2AE 0W-20...
Pagina 674
Volvo wijst garan- tieaanspraken voor dit type schade af. Volvo adviseert de olie in een erkende Volvo-werkplaats te laten verversen. Gerelateerde informatie Specificaties van de motorolie (p. 671) •...
Pagina 675
Automatische versnellingsbak teit, dus geen zout water etc.). Neem bij twij- linder die op zijn beurt inwerkt op de rem- fel contact op met een Volvo-dealer. klauw. Voorgeschreven ver- Dubbele-koppe- Om slechtere koelprestaties, motorstoringen...
Pagina 676
SPECIFICATIES Brandstoftank – inhoud Specificaties van de Sticker voor R1234yf airconditioning De inhoud van de brandstoftank staat aange- geven in de onderstaande tabel. De klimaatregeling van de auto maakt afhan- kelijk van de markt gebruik van het freonvrije Alle modellen koudemiddel R1234yf of R134a.
Pagina 677
SPECIFICATIES Toelichting symbolen R1234yf Auto's met koudemiddel R134a WAARSCHUWING Symbool Betekenis In de airco-installatie zit koudemiddel R1234yf onder druk. Conform de SAE- Voorzichtigheid betrachten norm J2845 (“Technician Training for Safe Service and Containment of Refrigerants Used in Mobile A/C System”) mogen ser- vice en reparatie aan het koudemiddelsys- teem alleen worden uitgevoerd door een Mobiele airco (MAC)
Pagina 678
SPECIFICATIES Brandstofverbruik en CO -uitstoot liter/100 km Lage waarde De informatie in de onderstaande tabellen is Gecertificeerde waarde voor Hoge waarde conform WLTP (Worldwide Harmonized ("theoretisch") mogelijke actiera- Light-Duty Vehicles Test Procedure), een dius op de accu, uitgedrukt in internationale testmethode voor voertuigen km.
Pagina 679
SPECIFICATIES T5 Twin Engine (B3154T5) Rijmodus PURE De waarden in de tabel hierboven voor brand- den die verkregen zijn tijdens specifieke rijcycli Een combinatie van de hier genoemde voor- stofverbruik, CO -uitstoot en actieradius bij (zie onder). beelden kan een aanzienlijk hoger verbruik opleveren.
Pagina 680
SPECIFICATIES WLTP-norm Rijden op snelweg – zeer snel rijden. • Met ingang van 1 september 2018 is een Iedere rijcyclus wordt bepaald door verschil- nieuwe norm ingevoerd voor de berekening lende omstandigheden, zoals bijv. snelheid, van de verbruikswaarden voor de auto. De tijd en afgelegde afstand.
Pagina 681
✓ ✓ Alle motoren autom. 235/55 R18 bij auto's met 18 inch remmen is alleen mogelijk in combinatie met goedgekeurde velgen. Informeer bij de Volvo-dealer naar de uitrusting van uw auto. Gerelateerde informatie Minimaal toelaatbare lastindex en snel- • heidsklassen voor banden (p. 680) Typeaanduidingen (p.
Pagina 682
SPECIFICATIES Minimaal toelaatbare lastindex en snelheidsklassen voor banden In de onderstaande tabel staan de minimaal toelaatbare lastindex (LI) en snelheidsklasse (SS). Motor handb./ Minimaal toelaatbare lastindex (LI) Minimaal toelaatbare snelheidsklasse (SS) autom. Alle motoren autom. De lastindex van de band dient groter dan of minimaal gelijk te zijn aan de tabelwaarde. De snelheidsklasse van de band dient groter dan of minimaal gelijk te zijn aan de tabelwaarde.
Pagina 683
SPECIFICATIES Goedgekeurde N.B. bandenspanningswaarden Alle motoren, banden of combinaties daar- De goedgekeurde bandenspanningen voor de van zijn niet altijd beschikbaar op alle verschillende motoralternatieven staan in de markten. tabel. Motor Bandenmaat Snelheid Belading, 1–3 inzittenden Max. belading ECO-bandenspan- ning Voor Achter Voor Achter...
Pagina 685
ALFABETISCH REGISTER ALFABETISCH REGISTER Achterklep Automatische rem elektrisch bediend Bedieningselementen Aandrijflijn openen/sluiten met schopbewe- Beperkingen Versnellingsbak ging deactiveren van binnenuit ontgrendelen displayweergave Aandrijving vergrendelen/ontgrendelen 239, 265 inhalen Aanhanger opgeslagen snelheid Achterruit kabel stand-bystand elektrische verwarming Lampen Storingzoeken Sproeier 179, 180 rijden met een aanhanger symbolen en meldingen Wisser...
Pagina 686
ALFABETISCH REGISTER alarm Automatische rem Autovakantie beperkt alarmniveau activeren/deactiveren Autoverzorging 648, 649, 651, 652, bewegings- en hellingsensoren na een aanrijding 653, 654 deactiveren rijhulp Leren bekleding Alarmlichten Automatische snelheidsbegrenzer activeren/deactiveren Alcoholslot 442, 443 Beperkingen Android Auto 525, 526, 528 tolerantie Antenne bagagenet Automatische vergrendeling...
Pagina 687
ALFABETISCH REGISTER specificaties 679, 680, 681 Bestuurdersdisplay Brandstof 475, 476 Winterbanden appmenu 101, 102 aanduiding zuinigheid en slijtage hybride-gerelateerde symbolen en brandstofverbruik meldingen Banden oppompen Brandstofdampen instellingen Bandenspanning Brandstofmeter Meldingen Controleren Brandstoftank Bestuurdersprestatie Instellen inhoud instellingen sticker met de aanbevolen banden- Brandstof tanken spanning Bestuurdersprofiel...
Pagina 688
ALFABETISCH REGISTER Certificaat Connected Car Dashboardkastje autogegevens sturen Charge Data systeemupdates autofunctie opnemen Connected Safety overdracht tussen auto en werk- City Safety activeren/deactiveren plaats Beperkingen Beperkingen beperkingen bij kruisend verkeer Diagnose deelfuncties Contactslotstand 440, 442 via Wi-Fi van werkplaats kruisend verkeer Controlesymbolen Diagnoseaansluiting obstakeldetectie...
Pagina 689
ALFABETISCH REGISTER Driver Alert Control Elektrische verwarming activeren/deactiveren Ruiten 214, 216 begeleiding naar parkeerplaats Stoelen en achterbank 208, 210 Gebruikershandleiding Beperkingen stuurwiel 210, 211 in mobiel milieulabel Elektrisch inklapbare buitenspiegels op middendisplay 19, 21 Elektrisch systeem Gebruikersinformatie Elektromotor Gegevensuitwisseling ECO-bandenspanning 568, 681 Elektronische startblokkering Geheugenfunctie regensensor...
Pagina 690
78, 79 Hoge motortemperatuur Instrumentenoverzicht IAQS (Interior Air Quality System) Hold auto met stuur links autofunctie IC (Inflatable Curtain) auto met stuur rechts HomeLink® ID, Volvo Instrumentenpaneel gebruiken instellingen Identificatienummer programmeren IntelliSafe Immobilizer, startblokkering Typegoedkeuring rijhulp Elektronische startblokkering Hoofdcode...
Pagina 691
ALFABETISCH REGISTER tunnelconsole Klimaat Zonneklep automatische regeling Kachel gevoelstemperatuur Interieurluchtfilter hulpverwarming parkeerplaats Interieurverlichting Standverwarming sensoren aanpassen spraakherkenning Katalysator automatische functie temperatuurregeling 217, 218 Bergen Interieurverwarming (Standverwar- ventilatieregeling Keuzehendelblokkering ming) zones Key tag Interior Air Quality System Klimaatregeling 196, 207 Kilometerstand Achterbank Internet, zie Auto met internetverbin- Elektrische aandrijving...
Pagina 692
ALFABETISCH REGISTER Lastindex Meldingen en symbolen Actieve parkeerhulp Leren bekleding, reinigingsvoorschrif- Laadkabel adaptieve cruisecontrol BLIS Laadstroom Licentieovereenkomst 97, 550 camera- en radareenheid Laadvloer Limp Home City Safety Ladingsgraad Loopvlak Cross Traffic Alert autofunctie Hulp bij een dreigende botsing Luchtkwaliteit 198, 200 Park Assist Lading vervoeren allergie en astma...
Pagina 693
ALFABETISCH REGISTER Milieu Motortemperatuur Onderhoud hoog roestwering Mistverlichting achter Motor uitzetten Ontdooien Voor Ontgrendelen Mobiele telefoon, zie Telefoon instellingen met sleutelblad Motor automatisch starten en stoppen van Op afstand bediende startblokkering de verbrandingsmotor Opbergmogelijkheden bagageruimte oververhitting dashboardkastje Noodremlichten starten tunnelconsole uitschakelen Noodreparatieset voor banden Zonneklep...
Pagina 694
ALFABETISCH REGISTER automatische activering Preconditioning lage accuspanning start/uitschakelen PACOS (Passenger Airbag Cut Off timer Parkeren Switch) op heuvel Privacybeleid (Privacybeleid voor klan- Panoramadak ten) Passenger Airbag Cut Off Switch beveiliging tegen overbelasting Privacybeleid voor klanten Peilstok, elektronisch openen en sluiten Private locking Persoonlijke rijmodus Ventilatiestand...
Pagina 695
ALFABETISCH REGISTER Rear Collision Warning op natte wegen Rijden tijdens de winter Beperkingen Parkeerrem Sneeuwkettingen remkrachtverhoging, BAS Winterbanden Regeleenheid Remlichten laadstatus Rijeigenschappen aanpassen remsysteem Regeneratie Rijhulpsystemen Remstand Rijmodus Regensensor 177, 178 Remsysteem Rijklaar gewicht Reinigen 646, 647 vloeistof Automatische wasstraat Rijmodus Remvloeistof bekleding...