Download Print deze pagina

Volvo XC40 TWIN ENGINE 2019 Gebruikershandleiding pagina 239

Advertenties

Achterklep – Ontgrendelt alleen de ach-
terklep en deactiveert de alarmfunctie
voor de achterklep. Bij auto's met elektri-
sche achterklepbediening* is de achter-
klep automatisch te openen bij lang
indrukken. De achterklep is in het gegeven
geval ook te sluiten door lang indrukken –
er klinken waarschuwingssignalen.
Paniekfunctie – bestemd om in noodge-
vallen de aandacht van anderen te trekken.
Als u de knop ten minste 3 seconden lang
ingedrukt houdt of tweemaal achtereen
binnen 3 seconden indrukt, worden de
richtingaanwijzers, de interieurverlichting
en de claxon geactiveerd. U kunt deze
functie met dezelfde toets weer uitscha-
kelen, als de functie minimaal 5 seconden
actief geweest is. Anders wordt deze
functie na zo'n 3 minuten automatisch uit-
geschakeld.
WAARSCHUWING
Als iemand in de auto achterblijft, moet u
bij het verlaten van de auto altijd de elek-
trisch bedienbare ruiten en het panorama-
dak* stroomloos maken door de transpon-
dersleutel mee te nemen.
N.B.
Let op het gevaar voor buitensluiten met
de transpondersleutel nog in de auto.
Wanneer u de auto vergrendelt en het
alarm inschakelt met een geldige
transpondersleutel, wordt een eventu-
ele andere transpondersleutel of een
transpondersleutel zonder knoppen in
de auto gedeactiveerd. Ook de "Safe-
lock-functie" wordt gedeactiveerd. De
gedeactiveerde sleutel wordt opnieuw
geactiveerd bij ontgrendeling van de
auto.
Transpondersleutel zonder knoppen
(Key Tag)*
De transpondersleutel zonder knoppen die bij
een auto met passieve vergrendeling en ont-
grendeling wordt geleverd, werkt op dezelfde
manier als de reguliere transpondersleutel wat
de passieve vergrendeling en ontgrendeling
betreft. De sleutel is waterdicht tot een diepte
van zo'n 10 meter (30 feet) gedurende 60
minuten. De sleutel heeft echter geen uit-
neembare sleutelblad en de batterij is niet te
vervangen.
Storingen
De passieve startfunctie van de transponder-
sleutel en de optie passief vergrendelen en
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM
ontgrendelen* ondervinden mogelijk storingen
door elektromagnetische velden en afscher-
mingen.
N.B.
Bewaar de transpondersleutel niet te dicht
in de buurt van metalen voorwerpen of
elektronische apparaten zoals mobiele
telefoons, tablets, laptops of laders – op
een afstand kleiner dan 10-15 cm
(4-6 inch).
Als er toch storingen mochten optreden,
gebruikt u het afneembare sleutelblad van de
transpondersleutel om de auto te ontgrende-
len en u plaatst de sleutel vervolgens in de
back-uplezer in het opbergvak om het alarm-
systeem van de auto te deactiveren en de auto
te kunnen starten.
N.B.
Zorg ervoor dat er geen andere autosleu-
tels, metalen voorwerpen of elektronische
apparaten (zoals mobiele telefoons,
tablets, laptops of laders) op de back-uple-
zer in het opbergvak liggen, wanneer u de
transpondersleutel erin plaatst. Als er
meerdere sleutels in het opbergvak liggen,
kunnen deze elkaar storen.
}}
237
* Optie/accessoire.

Advertenties

loading