Pagina 3
Rijd niet wanneer u onder de invloed bent Om nog meer plezier van uw Volvo te hebben, adviseren we u om de van alcohol of medicijnen – of als u rijvermogen om wat voor reden dan instructies en de onderhoudsinformatie in deze gebruikershandleiding ook beperkt is.
INFORMATIE VOOR DE UW VOLVO VEILIGHEID EIGENAAR Volvo ID Veiligheid Bedieningsinformatie Volvo ID aanmaken en registreren Veiligheid tijdens de zwangerschap Gebruikershandleiding op middendisplay Drive-E - schoner rijplezier Whiplash Protection System Navigeren in de gebruikershandlei- IntelliSafe – rijhulp en veiligheid Veiligheidsgordels ding op het middendisplay Sensus –...
Pagina 5
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Positie van kinderzitje Instrumenten en bediening bij een Opgeslagen bestuurdersdisplaymel- auto met het stuur links dingen hanteren Kinderzitje monteren Instrumenten en bediening bij een Overzicht van het middendisplay Overzichtstabel voor de plaatsing van auto met het stuur rechts kinderzitjes Middendisplay hanteren Bestuurdersdisplay...
Pagina 6
VERLICHTING RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Gebruikersgegevens resetten bij Verlichtingsbediening doorverkoop Ruiten, lampglazen en spiegels Verlichtingsfuncties aanpassen via Instellingen resetten op middendisplay het middendisplay Inklembeveiliging op ruiten en zon- neschermen Tabel met instellingen op middendisplay Stadslichten voor/achterlichten Resetprocedure voor de inklembe- Bestuurdersprofielen Dagrijlicht veiliging...
Pagina 7
STOELEN EN STUURWIEL KLIMAAT Handmatig bediende voorstoel Klimaatregeling Automatische inschakeling van elek- trische stuurverwarming* activeren Elektrisch bedienbare* voorstoel Klimaatzones en deactiveren Klimaatsensoren Elektrisch bedienbare* voorstoel ver- Automatische klimaatregeling activeren stellen Gevoelstemperatuur Luchtrecirculatie activeren en deacti- Stand opslaan voor stoel en buiten- veren Stembediening klimaat spiegels...
Pagina 8
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen van Timerinstelling voor preconditioning* toevoegen en bewerken de binnenzijde van de auto Vergrendelingsindicatie Achterklep ontgrendelen vanaf de Timerinstelling voor preconditioning* Instelling voor vergrendelingsbevestiging binnenzijde activeren en deactiveren een transpondersleutel Kinderslot activeren en deactiveren Timerinstelling voor preconditioning* Vergrendelen en ontgrendelen met verwijderen...
Pagina 9
BESTUURDERSONDERSTEUNIN Cruisecontrol activeren en starten Van doelvoertuig veranderen met rij- hulpsystemen Rijhulpsystemen Snelheidsbegrenzer deactiveren en stand-by zetten Tijdsverschil instellen voor rijhulpsys- Snelheidsafhankelijke stuurkracht temen Cruisecontrol heractiveren vanuit de Elektronische stabiliteitsregeling stand-bystand Rijmodus voor rijhulp Elektronische stabiliteitsregeling in Cruisecontrol uitschakelen Aan te houden snelheid instellen de Sportstand voor rijhulpsystemen Adaptieve cruisecontrol*...
Pagina 10
City Safety bij ontoereikende uitwijk- Verkeersbordinformatie met flitspaal- Beperkingen van de stuurhulp bij manoeuvre informatie* een dreigende botsing City Safety remt voor tegenliggers Symbolen en meldingen voor de Beperkingen van Verkeersbordinfor- stuurhulp bij botsgevaar matie* Beperkingen van City Safety Parkeerhulp* Driver Alert Control Meldingen voor City Safety Parkeerhulp aan voorzijde, achter-...
Pagina 11
STARTEN EN RIJDEN Motor starten Versnellingsbak Zuinig rijden Auto afzetten Handgeschakelde versnellingsbak Voorbereidingen voor een lange rit Contactslotstanden Schakelstanden van een automati- Rijden tijdens de winter sche versnellingsbak Contactslotstand kiezen Doorwaaddiepte Schakelen met stuurpaddles* Alcoholslot* Tankvulklep openen en sluiten Keuzehendelblokkering Brandstof tanken Alcoholslot* omzeilen Kickdownfunctie...
Pagina 12
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Audio, media en internet Aanhangwagenstabilisering* DivX weergeven Aanhangwagenverlichting controleren Audio-instellingen Instellingen voor video Op trekhaak gemonteerde fietsdrager* Geluidservaring* ® Media via Bluetooth Apps Slepen ® Eenheid aansluiten via Bluetooth Apps downloaden Sleepoog monteren en demonteren Media AUX/USB-poort Bergen Apps bijwerken...
Pagina 13
WIELEN EN BANDEN Telefoon met Bluetooth-verbinding Techniek en veiligheid rond Wi-Fi Banden loskoppelen Gebruiksvoorwaarden en gegevens- Maataanduiding voor banden Andere telefoon met Bluetooth-ver- uitwisseling Maataanduiding voor wielen binding kiezen Gegevensuitwisseling activeren en De draairichting van de banden. Bluetooth-eenheden verwijderen deactiveren Slijtage-indicator van banden Telefoonfuncties Vrije geheugenruimte op harde schijf...
Pagina 14
LAADMOGELIJKHEDEN, ONDERHOUD EN SERVICE OPBERGMOGELIJKHEDEN EN Noodreparatieset voor banden Serviceprogramma van Volvo INTERIEUR Noodreparatieset voor banden gebruiken Gegevensoverdracht tussen auto en werkplaats via wifi Auto-interieur Band oppompen met compressor uit reparatieset voor banden Download Center Tunnelconsole Systeemupdates hanteren via Down-...
Pagina 15
SPECIFICATIES Symbolen op de accu's Roestwering Typeaanduidingen Accu's recyclen Autolak Maten Zekeringen en relais- en zekeringen- Geringe lakschade herstellen Gewichten houders Kleurcodes Trekgewichten en kogeldruk Zekering vervangen Wisserbladen achterruit vervangen Motorspecificaties Zekeringen in motorruimte Wisserblad voorruit vervangen Specificaties van de motorolie Zekeringen onder linker voorstoel Wisserbladen in servicestand Ongunstige rijomstandigheden voor...
Pagina 16
ALFABETISCH REGISTER Alfabetisch register...
De informatie is door- Guide en een supplement bij de gebruikers- gebruik en het bezit van uw Volvo. De site is zoekbaar en ook beschikbaar in een indeling in handleiding met onder meer informatie over beschikbaar voor de meeste markten.
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Gebruikershandleiding op Het is mogelijk een gedrukt exemplaar van de Supportsite van Volvo Cars (p. 21) • middendisplay gebruikershandleiding en het bijbehorende sup- Gebruikershandleiding doornemen (p. 22) • plement te bestellen. Neem voor bestelling con- Via het middendisplay van de auto kunt u de tact op met een Volvo-dealer.
Pagina 20
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Dit geldt alleen voor bepaalde apps in de auto. Gebruikershandleiding Contextuele gebruikershandleiding Voor gedownloade boordapps van derden zijn bijv. geen appspecifieke artikelen beschikbaar. Gerelateerde informatie Navigeren in de gebruikershandleiding op • het middendisplay (p. 19) Navigeren in schermen op het middendisplay •...
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Navigeren in de Menu openen op het hoofdmenu Quick Guide gebruikershandleiding op het Tik op het symbool om een Tik op in de bovenste lijst in de gebrui- – middendisplay pagina te openen met koppe- kershandleiding. lingen naar enkele artikelen die De digitale gebruikershandleiding is te bereiken >...
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR Zoekfunctie gebruiken op het Hotspots voor exterieur en interieur Favorieten Overzichtsbeelden (exterieur en Tik op het symbool om de arti- hoofdmenu interieur) van de auto. Diverse kelen te openen die als favorie- 1. Druk op op het hoofdmenu van de delen zijn voorzien van hotspots ten zijn opgeslagen.
Supportsite van Volvo Cars desbetreffende gebieden. De navigatie tussen de apparaten verschillende artikelen van de gebruikershandlei- Op de web- en supportsite van Volvo Cars staat ding verloopt eenvoudig en de inhoud is door- De gebruikershandleiding is beschikbaar als meer informatie over uw auto.
Cars Een goede manier om vertrouwd te raken met lijke informatie over hoe en waar u professionele Registreert uw eigen Volvo ID en meld u aan op uw nieuwe auto is om de gebruikershandleiding hulp kunt krijgen. www.volvocars.com. Zodra u bent aangemeld,...
INFORMATIE VOOR DE EIGENAAR tekstveld. Worden gebruikt om te attenderen op Informatie BELANGRIJK een risico dat, bij het negeren van de waarschu- Belangrijk-teksten geven informatie over kans wing, kan resulteren in ernstig letsel met mogelijk op materiële schade. dodelijke afloop. Gevaar voor materiële schade N.B.
• (p. 21) gebruikershandleiding in drukvorm gemaakt is ® afkomstig zijn uit FSC -gecertificeerde bossen of Supportsite van Volvo Cars (p. 21) • andere gecontroleerde bronnen. Gerelateerde informatie Drive-E - schoner rijplezier (p. 28) •...
Volvo ID aanmaken en registreren N.B. Volvo ID is een persoonlijke ID waarmee u Een Volvo ID is op verschillende manieren aan te Bij wijziging van een gebruikersnaam/wacht- gebruikmakend van één gebruikersnaam en maken. Als u een Volvo ID registreert op woord voor een bepaalde dienst (zoals Volvo wachtwoord toegang krijgt tot diverse diensten.
Pagina 29
Lees hieronder over hoe u het ID regis- treert voor de auto. 2. Start de app en vul uw Volvo ID/mailadres in. Volvo ID registreren via de Volvo On Call- 3. Volg de instructies op, die automatisch naar 1.
Volvo Car Corporation werkt voortdurend aan de ontwikkeling van veiliger en effectievere produc- Milieuzorg is een van de kernwaarden van Volvo milieu heeft de volle aandacht van Volvo - de Brandstofverbruik Cars die van invloed is op alle activiteiten. De...
Een zuinige auto levert niet alleen een beperking De gebruikte materialen voor het interieur van van de milieu-effecten op, maar betekent ook een Volvo zijn zorgvuldig geselecteerd en uitvoe- Efficiënte uitlaatgasreiniging lagere kosten voor de eigenaar van de auto. Als rig getest op comfort en hypoallergeniteit.
Pagina 32
UW VOLVO tact op te nemen met een dealer voor de locatie van een gecertificeerd/erkend recyclingbedrijf. Gerelateerde informatie Brandstofverbruik en CO -uitstoot (p. 643) • Zuinig rijden (p. 434) • Preconditioning* in- en uitschakelen • (p. 213) Milieu-aspecten van de gebruikershandlei- •...
UW VOLVO IntelliSafe – rijhulp en veiligheid Verkeersbordinformatie* • N.B. Elektronische stabiliteitsregeling IntelliSafe is het rijveiligheidsconcept van Volvo • Lees de artikelen over de afzonderlijke syste- Cars. IntelliSafe omvat enkele systemen die de Roll Stability Control • men door voor een goed inzicht in de werking...
UW VOLVO Sensus – connectiviteit en Sensus biedt een intelligente bedieningsinterface schijnt, hangt af van hoe belangrijk de informatie entertainment en contact met de digitale wereld. Dankzij de is voor u als bestuurder. intuïtieve navigatiestructuur kunt u altijd toegang Sensus biedt u de mogelijkheid om diverse apps...
Pagina 35
UW VOLVO Waar welke informatie verschijnt, hangt af van hoe belangrijk de informatie is. Bestuurdersdisplay Het bestuurdersdisplay geeft informatie over Middendisplay onder meer snelheid en bijv. telefoonoproepen of informatie over het afgespeelde nummer. Het is te bedienen met de twee knoppensets op het stuurwiel.
Pagina 36
UW VOLVO Een groot aantal van de primaire functies van de Internetverbinding van auto delen via Wi-Fi- • auto wordt aangestuurd vanaf het middendisplay, hotspot (p. 514) een touchscreen dat reageert bij aanraking. Dit houdt een beperking in van het aantal fysieke knoppen en bedieningselementen in de auto.
Vastlegging van gegevens Dit kan een bijdrage leveren aan een beter inzicht in de omstandigheden waarin bepaalde Om ervoor te zorgen dat u als Volvo-bezitter uw In het kader van de veiligheids- en kwaliteitsin- verkeersongevallen en schades ontstaan. De auto ten volle kunt benutten blijven we de auto-...
Volvo en de werkplaatsen die een contract hebben met Gerelateerde informatie Volvo. Volvo ziet erop toe dat de gegevens, die in Gebruiksvoorwaarden en gegevensuitwisse- • verband met reparatie en onderhoud worden ling (p. 516) doorgegeven aan Volvo, zorgvuldig worden opge- Servicevoorwaarden (p.
Volvo waar acces- De uitrusting die in de gebruikershandleiding Installatie van accessoires (p. 37) • soires al dan niet veilig in uw Volvo mogen wordt beschreven is niet op alle auto's aanwezig worden geïnstalleerd. Vraag altijd een Uitrusting aansluiten op de diagnoseaanslui- •...
Meer informatie over de garantie vindt u Een verkeerde aansluiting en montage van soft- voor de gevolgen indien niet-goedgekeurde in het service- en garantieboekje. Volvo wijst ware kan een nadelige invloed hebben op de apparatuur wordt aangesloten op de On-...
Systeeminformatie Vehicle Identification Number. Uw nieuwe Volvo is, of kan zijn uitgerust met een inhoudelijk rijke entertainment- en communicatie- > Het voertuigidentificatienummer van de Het VIN staat bij alle modellen op dezelfde plek. systemen. Dat kan een mobiele telefoon met auto verschijnt.
Pagina 42
UW VOLVO adviezen geven voor enkele nieuwe functies waarmee de auto kan zijn uitgerust: WAARSCHUWING Gebruik tijdens het rijden nooit een hand- • held mobiele telefoon. In bepaalde gebie- den is het voor de bestuurder verboden om een mobiele telefoon te gebruiken wanneer de auto rijdt.
Volvo adviseert u om zo spoedig moge- groot deel van de kracht bij een aanrijding wordt lijk contact op te nemen met een erkende verdeeld over de balken, de stijlen, de vloer, het Volvo-werkplaats.
VEILIGHEID Veiligheid tijdens de zwangerschap Whiplash Protection System Zithouding Naarmate de zwangerschap vordert moeten Het is belangrijk dat zwangere passagiers hun Het Whiplash Protection System (WHIPS) is zwangere bestuurders de stoel en het stuurwiel veiligheidsgordel op de juiste manier dragen en een beveiliging die het risico van letsel door whi- dusdanig verstellen dat ze de auto volledig onder dat een zwangere bestuurder haar zithouding...
WHIPS aan en probeer deze nooit zelf te geklemd zitten tussen het zitgedeelte van de repareren. Volvo adviseert u om contact op te achterbank en de rugleuning van de voorstoe- Gerelateerde informatie nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
Let erop dat alle passagiers hun veiligheidsgor- gordels aan en probeer ze nooit zelf te repa- del om hebben voordat u gaat rijden. reren. Volvo adviseert u om contact op te Voor optimale bescherming van de veiligheids- nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 48
VEILIGHEID 2. Zet de gordel vast door de borglip in de bij- 3. Voorin kunt u de gordel hoger of lager zetten. behorende gordelsluiting te steken. > Een duidelijke "klik" geeft aan dat de gor- del vastzit. WAARSCHUWING De gesp van de veiligheidsgordel altijd aan- brengen in de gordelsluiting aan de juiste zijde.
Elektrische gordelspanners* reren. Volvo adviseert u om contact op te gordelsluiting. De veiligheidsgordels en de De gordelspanners voor bestuurder en passagier nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
WAARSCHUWING Breng nooit zelf wijzigingen in de veiligheids- gordels aan en probeer ze nooit zelf te repa- reren. Volvo adviseert u om contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. Als een veiligheidsgordel aan grote krachten heeft blootgestaan zoals tijdens een aanrij-...
VEILIGHEID U kunt de grafische voorstelling resetten door Bij een rijsnelheid hoger dan zo'n 10 Voorstoel een druk op de O-knop van de rechter knoppen- km/h (6 mph) gaat het waarschu- Er worden visuele en akoestische signalen afge- groep op het stuurwiel. wingssymbool op het bestuurdersdis- geven, wanneer u en een eventuele voorpassa- play branden.
Laat de auto wegsle- Bestuurdersairbags (p. 50) • Bij een voldoende krachtige aanrijding reageren pen. Volvo adviseert u de auto te laten weg- de sensoren, die op hun beurt de gasgeneratoren Passagiersairbag (p. 51) • slepen naar een erkende Volvo-werkplaats.
WAARSCHUWING Volvo adviseert u om voor reparatie contact op te nemen met een erkende Volvo-werk- plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag- Airbag voor de voorstoel aan passagierszijde.
Sticker op zonneklep aan passagierszijde. gevaarlijke situaties of ernstig letsel. WAARSCHUWING De waarschuwingssticker voor passagiersairbag Volvo adviseert u om voor reparatie contact is aangebracht als hierboven. Gerelateerde informatie op te nemen met een erkende Volvo-werk- plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag- Airbags (p.
VEILIGHEID Passagiersairbag* activeren en kinderzitje kunnen veilig op de passagiers- Passagiersairbag activeren deactiveren stoel zitten. De passagiersairbag is te deactiveren als de WAARSCHUWING auto is voorzien van een speciale schakelaar, Passenger Airbag Cut Off Switch (PACOS). Als de auto niet is uitgerust met een schake- laar voor activering/deactivering van de pas- De PACOS-schakelaar voor activering/deactive- sagiersairbag (PACOS), is de passagiersair-...
Pagina 56
VEILIGHEID 2. Bevestig de melding door de O-knop van de Passagiersairbag deactiveren 2. Bevestig de melding door de O-knop van de rechter stuurknoppenset in te drukken. rechter stuurknoppenset in te drukken. Trek de schakelaar naar buiten en draai deze vanuit ON naar OFF. >...
Gerelateerde informatie WAARSCHUWING Gordelspanners (p. 47) • De zijairbags aan bestuurders- en passagiers- Volvo adviseert u om voor reparatie contact Kinderzitje (p. 59) zijde dienen ter bescherming van borstkas en • op te nemen met een erkende Volvo-werk- heupen bij een aanrijding.
Opblaasgordijnen WAARSCHUWING WAARSCHUWING De gordijnairbags, Inflatable Curtain (IC) helpen Volvo adviseert u om voor reparatie contact Het opblaasgordijn vormt een aanvulling op voorkomen dat bestuurder en eventuele passa- op te nemen met een erkende Volvo-werk- de veiligheidsgordel. Gebruik de veiligheids- giers bij een botsing met hun hoofd tegen de plaats.
Volvo adviseert u de auto de veiligheidssystemen of het remsysteem. de auto op een plaats staat waar de verkeersvei- altijd in een erkende Volvo-werkplaats te laten ligheid in gevaar komt.
VEILIGHEID Kinderzitje Onderste bevestigingspunten voor kinderzi- • N.B. tjes (p. 60) Als u kinderen in de auto vervoert, moet u altijd Bij gebruik van kinderveiligheidsproducten is i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten voor kin- een adequate kinderbescherming gebruiken. • het belangrijk om de bijgeleverde montage- derzitjes (p.
VEILIGHEID Bovenste bevestigingspunten voor Onderste bevestigingspunten voor WAARSCHUWING kinderzitjes kinderzitjes Haal de bovenste bevestigingsband van het De auto is voorzien van bovenste bevestigings- De auto is voorzien van onderste bevestigings- kinderzitje door de opening in de ene poot punten voor kinderzitjes op de buitenste zitplaat- punten voor kinderzitjes voorin* en achterin.
VEILIGHEID i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten voor het activeren/deactiveren van de passa- rugleuningen van de achterbank, op de beide voor kinderzitjes giersairbag *. buitenste zitplaatsen. De auto is voorzien van i-Size/ISOFIX-bevesti- Klap de afdekkingen omhoog om bij de bevesti- gingspunten voor kinderzitjes op de achterbank. gingspunten te komen.
VEILIGHEID Positie van kinderzitje Sticker voor passagiersairbag N.B. Het is belangrijk om het kinderzitje op de juiste De wettelijke bepalingen voor hoe een kind in stoel in de auto te plaatsen. De positie hangt de auto moet worden geplaatst, verschillen onder meer af van het type kinderzitje en van de per land.
Op achterbank monteren randen kunnen de bevestigingsbanden beschadigen. Controleer bij montage van tegen de rijrich- • Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kin- • ting in geplaatste kinderzitjes of de passa- derzitjes met een universele of semi-univer- Laat het bovengedeelte van het kinderzitje giersairbag gedeactiveerd is.
Pagina 66
VEILIGHEID seert u om de bovenste bevestigingsbanden door de hoofdsteunopening te halen alvo- rens ze vast te zetten aan de bevestigings- punten. Volg de adviezen van de producent van het kinderzitje op, als dit niet mogelijk is. Verstel na het vastzetten van eventuele •...
VEILIGHEID Overzichtstabel voor de plaatsing van kinderzitjes De tabel geeft een overzicht van het type kinder- zitje dat zich leent voor de verschillende zitplaat- sen in de auto. Zitplaatsen bij een auto met het stuur rechts. Zitplaatsen bij een auto met het stuur links. i-Size-kinderzitje Kinderzitjes met universele goedkeuring die zijn vastgezet met de veiligheidsgordel van de Andere typen kinderzitjes...
VEILIGHEID Plaatsingstabel voor kinderzitjes die N.B. de veiligheidsgordel in de auto Neem alvorens een kinderzitje in de auto te gebruiken monteren altijd het hoofdstuk over de mon- De tabel geeft aanbevelingen voor de te gebrui- tage van kinderzitjes in de gebruikershandlei- ken kinderzitjes op de verschillende zitplaatsen ding door.
Pagina 69
Volvo adviseert: Volvo-babyzitje (typegoedkeuring E1 04301146). Volvo adviseert: Tegen de rijrichting in geplaatst Volvo-kinderzitje (typegoedkeuring E5 04212). Voor kinderen in deze gewichtsgroep adviseert Volvo een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje. Volvo adviseert: Verhogingskussen met of zonder rugleuning (typegoedkeuring E5 04216); Volvo-kinderzitje (typegoedkeuring E1 04301312).
Geschikt voor i-Size-kinderzitje met "universele" goedkeuring dat in of tegen de rijrichting in geplaatst is. X: Niet geschikt voor kinderzitjes met universele goedkeuring. Volvo adviseert een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje voor deze categorie. Volvo adviseert: BeSafe iZi Kid X2 i-Size (typegoedkeuring E4-129R-000002).
VEILIGHEID Plaatsingstabel voor ISOFIX- plaatsen en voor de desbetreffende gewichts- N.B. kinderzitjes groepen. Neem alvorens een kinderzitje in de auto te De tabel geeft aanbevelingen voor de te gebrui- Het kinderzitje moet zijn goedgekeurd conform monteren altijd het hoofdstuk over de mon- ken ISOFIX-kinderzitjes op de verschillende zit- UN Reg R44 en de producent van het zitje moet tage van kinderzitjes in de gebruikershandlei-...
Pagina 72
Volvo adviseert: Volvo-babyzitje bevestigd met ISOFIX-systeem (typegoedkeuring E1 04301146). Geldt bij een auto zonder ISOFIX-console. Stel de rugleuning zo in dat de hoofdsteun het kinderzitje niet raakt. Voor kinderen in deze gewichtsgroep adviseert Volvo een tegen de rijrichting in geplaatst kinderzitje.
Pagina 73
Als een i-Size/ISOFIX-kinderzitje geen afme- tingscategorie heeft, moet het automodel op de voertuiglijst van het kinderzitje staan. N.B. Volvo raadt u aan om contact op te nemen met een erkende Volvo-dealer voor de i-Size/ ISOFIX-kinderzitjes die Volvo adviseert. Gerelateerde informatie Positie van kinderzitje (p.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instrumenten en bediening bij een Claxon Midden- en tunnelconsole auto met het stuur links Linker knoppenset op het stuur In de overzichten wordt aangegeven waar dis- plays en bedieningselementen dicht bij de Displayverlichting, achterklep ontgrendelen/ bestuurder zitten. openen*/sluiten* Stuurwiel en instrumentenpaneel Plafondconsole...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instrumenten en bediening bij een Bestuurdersportier Overzicht van het middendisplay (p. 100) • auto met het stuur rechts Versnellingsbak (p. 413) • In de overzichten wordt aangegeven waar dis- plays en bedieningselementen dicht bij de bestuurder zitten. Geheugens voor instellingen van elektrisch bedienbare voorstoel*, buitenspiegels Centrale vergrendeling, elektrisch bedienbare...
Pagina 78
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Stuurwiel en instrumentenpaneel Midden- en tunnelconsole Plafondconsole Stadslicht, dagrijlicht, dimlicht, groot licht, Middendisplay Leeslampjes en interieurverlichting voorin richtingaanwijzers, mistlampen vóór/bocht- Startknop verlichting*, mistachterlicht, op nul zetten van Panoramadak* dagtellers Alarmlichten, ontwaseming, media, rijmodus- Stuurpaddles* om handmatig te schakelen Display in plafondconsole, ON CALL-knop* knop* met een automatische versnellingsbak...
Pagina 79
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersportier Versnellingsbak (p. 413) • Geheugens voor instellingen van elektrisch bedienbare voorstoel*, buitenspiegels Centrale vergrendeling, elektrisch bedienbare ruiten, buitenspiegels, elektrisch kinderslot* Motorkap openen Instelling van voorstoel Gerelateerde informatie Handmatig bediende voorstoel (p. 174) • • Elektrisch bedienbare* voorstoel verstellen (p.
Wat er op het bestuurdersdisplay play of delen ervan onleesbaar zijn. Bezoek wordt weergegeven, hangt af van de uitrusting, onmiddellijk een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. instellingen en de op dat moment actieve func- ties van de auto. WAARSCHUWING Het bestuurdersdisplay wordt geactiveerd zodra er een portier wordt geopend, d.w.z.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Links In het midden Rechts Mediaspeler Actieradius op tank Momentaan brandstofverbruik Navigatiekaart* Telefoon Appmenu (te activeren met de stuurknoppenset) Stembediening Kompas Afhankelijk van de gekozen rijmodus. Gecumuleerde afstand. Dynamisch symbool Gerelateerde informatie Het dynamische symbool in zijn Instellingen voor bestuurdersdisplay (p.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen voor bestuurdersdisplay Instellingen via middendisplay 2. Tik op Systeem Systeemtalen en - Instellingen voor de weergave-opties van het eenheden Systeemtaal om een taal te Informatietype kiezen bestuurdersdisplay zijn te verrichten via het kiezen. 1. Tik op Instellingen op het hoofdscherm van applicatiemenu van het bestuurdersdisplay en...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Brandstofmeter Boordcomputer Toerist (alternatieve snelheidsmeter) • Eenheden voor afstand, snelheid en dergelijk zijn De brandstofmeter op het bestuurdersdisplay De boordcomputer van de auto registreert waar- te wijzigen via de systeeminstellingen op het mid- geeft het brandstofpeil in de tank aan. den zoals afgelegde afstand, brandstofverbruik dendisplay.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Ritstatistieken tonen op het Actieradius op tank boordcomputermeter weergegeven in km/h en bestuurdersdisplay omgekeerd. De boordcomputer berekent de actie- radius op basis van de resterende hoe- De door de boordcomputer geregistreerde en Gerelateerde informatie veelheid brandstof in de tank. berekende waarden kunnen worden weergege- Ritstatistieken tonen op het bestuurdersdis- •...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Dagteller resetten 1. Open het appmenu op het bestuurdersdis- Gerelateerde informatie play door op (1) te drukken. Boordcomputer (p. 81) • Reset de dagteller met de linker stuurhendel. Dagteller resetten (p. 83) (Het appmenu is niet te openen als er nog •...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Verbruiksinfo weergeven op het Instellingen voor verbruiksinfo middendisplay De instellingen voor verbruiksinfo zijn op nul te De verbruiksinfo van de boordcomputer ver- stellen of aan te passen. schijnt in grafische vorm op het middendisplay 1. Open de app Bestuurder prestaties op het en biedt u het overzicht waarmee u eenvoudig...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Datum en tijd Gerelateerde informatie Automatische tijd voor auto's met gps Verbruiksinfo weergeven op het middendis- Bij een auto met navigatiesysteem kunt u • De klok is zichtbaar op zowel bestuurders- als play (p. 84) Automatische tijd kiezen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Buitentemperatuurmeter Controlesymbolen op Gerelateerde informatie bestuurdersdisplay Bestuurdersdisplay (p. 78) • De buitentemperatuurmeter staat aangegeven op het bestuurdersdisplay. Systeemeenheden wijzigen (p. 124) De controlesymbolen attenderen u erop dat de • bijbehorende functies ingeschakeld zijn, de des- Een sensor registreert de temperatuur buiten de betreffende systemen actief zijn of dat er storin- auto.
Automatisch groot licht uit Mistachterlicht aan Rijd voor een controle naar een werkplaats. Volvo adviseert u con- Het symbool brandt met wit licht Het symbool brandt, wanneer het tact op te nemen met een erkende als het automatisch groot licht uit mistachterlicht is ingeschakeld.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Waarschuwingssymbolen op Symbool Betekenis Symbool Betekenis bestuurdersdisplay Regensensor aan Rijbaanassistent De waarschuwingssymbolen attenderen u erop Dit symbool brandt, wanneer de Wit symbool: Rijbaanassistent aan dat belangrijke functies zijn ingeschakeld of dat regensensor aanstaat. en wegbelijning is waargenomen. er ernstige storingen of gebreken zijn opgetre- den.
Engelse versie van de overeenkomst tact op te nemen met een erkende moet u contact opnemen met een tussen Volvo en producenten of ontwikkelaars. Volvo-werkplaats. werkplaats. Volvo adviseert u con- Freetype Project License...
Pagina 94
DISPLAYS EN STEMBEDIENING misrepresented as being the original files and any associated documentation (the Libunibreak License software. "Data Files") or Unicode software and any This library is released under an open-source associated documentation (the "Software") to licence, the zlib/libpng licence. Please check the 3.
Pagina 95
DISPLAYS EN STEMBEDIENING OF OR IN CONNECTION WITH THE USE OR Jean-loup Gailly Mark Adler jloup@gzip.org name of the author may be used to endorse or PERFORMANCE OF THE DATA FILES OR madler@alumni.caltech.edu If you use the zlib promote products derived from this software SOFTWARE.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Applicatiemenu op Appmenu op bestuurdersdisplay Functies bestuurdersdisplay hanteren Boordcom- Dagteller kiezen, kiezen wat op Via het applicatiemenu (appmenu) van het Het applicatiemenu (appmenu) op het bestuur- puter het bestuurdersdisplay moet bestuurdersdisplay krijgt u snel toegang tot de dersdisplay is te gebruiken via de rechter stuur- worden weergegeven en derge- meest gebruikte functies voor bepaalde apps.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Melding op bestuurdersdisplay Appmenu openen/sluiten Gerelateerde informatie Druk op Openen/sluiten (1). Applicatiemenu op bestuurdersdisplay (p. 94) • – Op het bestuurdersdisplay kunnen in uiteenlo- > Het appmenu wordt geopend/gesloten. Melding op bestuurdersdisplay (p. 95) pende situaties meldingen verschijnen om u te •...
Pagina 98
Auto status , die opent vanuit het appscherm op Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Normaal Het is tijd voor een service- het middendisplay. beurt – bezoek een werk-...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Melding op bestuurdersdisplay 2. Bevestig uw keuze door te drukken op hanteren bevestigen (2). > De melding verdwijnt van het bestuurders- Meldingen op het bestuurdersdisplay zijn te han- display. teren via de rechter stuurknoppenset. Voor meldingen zonder knoppen: Sluit de melding door op bevestigen (2) te –...
Autobericht opgesl. in app Autostatus op het middendisplay. Afhankelijk van de markt. Er moet ook een Volvo ID zijn geregistreerd en een voorkeurswerkplaats zijn gekozen.
Pagina 101
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Gerelateerde informatie Melding op bestuurdersdisplay (p. 95) • Melding op bestuurdersdisplay hanteren • (p. 97) Melding op het middendisplay (p. 133) •...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Overzicht van het middendisplay Vanaf het middendisplay zijn tal van autofuncties te regelen. Hier volgt een beschrijving van het middendisplay en de mogelijkheden ervan.
Pagina 103
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Drie van de basisschermen van het middendisplay. Veeg naar rechts of naar links om het functie- of appscherm te openen Functiescherm – autofuncties die met één druk te activeren of deactiveren zijn. Som- Bij een auto met het stuur rechts zijn de schermen onderling van plaats gewisseld.
Pagina 104
DISPLAYS EN STEMBEDIENING mige functies zijn ook zogenoemde trigger- Media – laatst gebruikte apps die verband Gebruikershandleiding op middendisplay • functies, die vensters met instelmogelijkhe- houden met media. Druk op het scherm om (p. 17) den openen. Bijvoorbeeld Camera. het uit te vouwen. Mediaspeler (p.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Middendisplay hanteren een lijst en apps verplaatsen door het scherm op BELANGRIJK verschillende manieren aan te raken. Veel autofuncties zijn te bedienen en regelen Raak het scherm niet met scherpe voorwer- vanaf het middendisplay. Het middendisplay is Dankzij IR-stralen vlak boven het schermopper- pen aan om krassen te voorkomen.
Pagina 106
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Methode Uitvoering Resultaat Vegen Wisselen tussen schermen, bladeren in een lijst, tekst of scherm. Ingedrukt houden en verslepen om apps of kaartpunten op de kaart te verplaatsen. Horizontaal of verticaal over het scherm slepen. Snel vegen/slepen Wisselen tussen schermen, bladeren in een lijst, tekst of scherm. Horizontaal of verticaal over het scherm slepen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Terugkeren naar homescherm vanuit het bedieningselement naar de gewenste • temperatuur te slepen, een ander scherm 1. Druk kort op de homeknop onder het mid- − te drukken om de temperatuur in • dendisplay. stapjes te verhogen of te verlagen, of >...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Middendisplay activeren en Navigeren in schermen op het 1. Houd de fysieke homeknop onder het display deactiveren middendisplay langere tijd ingedrukt. > Het display dooft, met uitzondering van Het middendisplay is te dimmen en te activeren Het middendisplay heeft vijf verschillende basis- het klimaatveld dat nog steeds zichtbaar met de homeknop onder het display.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING het tabblad te klikken of door van boven naar N.B. N.B. beneden over het scherm te slepen/vegen. In het homescherm van de standaardstand – Het hoofdscherm is niet beschikbaar tijdens Het hoofdscherm biedt altijd toegang tot: druk kort op de homeknop. Op het scherm het starten/uitschakelen of als er een display- verschijnt een animatie die uitlegt hoe u de tekst op het scherm staat.
Pagina 110
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Applicatiescherm rechtstreeks op het appscherm, zoals het aantal Functiescherm ongelezen sms-berichten voor Berichten Tik op een app om deze te openen. De app wordt vervolgens in het desbetreffende deelscherm geopend, bijvoorbeeld Media Afhankelijk van het aantal apps kunt u omlaag- bladeren in het appscherm.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Afhankelijk van het aantal functies kunt u ook Functiescherm op het middendisplay • omlaagbladeren in het scherm. U doet dat door (p. 113) van onder naar boven te vegen/slepen. Overzicht van het middendisplay (p. 100) • In tegenstelling tot het appscherm waar bij een tik op een app de bijbehorende app wordt geopend, wordt bij een tik op een functieknop in het functiescherm alleen de desbetreffende...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Deelschermen op middendisplay hanteren Het homescherm bestaat uit vier deelschermen: Navigatie Media Telefoon en een extra deel- scherm. Deze schermen zijn uit te vouwen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Deelscherm uitvouwen: scherm voor nog meer informatie en aanvullende instelmogelijkheden. Voor de deelschermen Navigatie Media – Telefoon Als er een deelscherm is geopend als volledig : Tik op een willekeurige plaats op scherm, verschijnt er geen informatie van de ove- het deelscherm.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Functiescherm op het Verschillende soorten knoppen autofuncties. Navigeer vanuit het homescherm middendisplay Er zijn drie verschillende soorten knoppen voor naar het functiescherm door van links naar autofuncties, zie hieronder: rechts over het display te vegen. In het functiescherm, een van de basisschermen van het middendisplay, liggen alle knoppen voor Soort knop Eigenschap...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Verschillende standen van de knoppen Het systeem is gedeactiveerd, wanneer het led- lampje is gedoofd. Wanneer het groene led-lampje brandt van een functie- of parkeerknop, is de desbetreffende functie geactiveerd. Bij het activeren van functies verschijnt voor sommige functies een extra tekst over wat deze inhouden.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Apps en knoppen op middendisplay Symbolen op de statusbalk van het N.B. verplaatsen middendisplay Verberg de apps die u zelden of nooit De apps en de knoppen voor autofuncties op Overzicht van de symbolen die mogelijk op de gebruikt door ze helemaal onderaan te plaat- het app- en functiescherm zijn te verplaatsen en statusbalk van het middendisplay verschijnen.
Pagina 118
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Auto met actieve internetverbinding* • Symbool Betekenis (p. 509) Automodem geactiveerd. Eenheid aansluiten via USB-poort (p. 490) • Draadloze telefoonoplader* (p. 508) • Internet delen via USB actief. Telefoon (p. 499) • De telefoon wordt draadloos opge- Datum en tijd (p.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Toetsenbord op middendisplay Met het toetsenbord van het middendisplay kunt u met toetsen tekst invoeren op het scherm, maar ook handmatig door letters en tekens "in te tekenen" op het scherm. Met het toetsenbord kunnen tekens, letters en cijfers worden ingevoerd, bijv.
Pagina 120
DISPLAYS EN STEMBEDIENING De afbeelding laat een overzicht zien van een aantal van de knoppen die op het toetsenbord kunnen verschijnen. De opzet wisselt, al naar gelang de taalinstellingen en in welk verband het toetsenbord wordt gebruikt.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Regel met suggesties voor woorden of voor de eerste letter in het tekstveld. In tekst- Bij eenmaal indrukken van de bevestigingsknop velden die bestemd zijn voor namen of boven het toetsenbord (niet zichtbaar op de tekens . De voorgestelde woorden worden adressen begint automatisch elk woord met afbeelding) bevestigt u de ingevoerde tekst.
Pagina 122
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Gerelateerde informatie Taal wijzigen voor toetsenbord van midden- • display (p. 121) Handmatig tekens, letters of woorden invoe- • ren op middendisplay (p. 121) Middendisplay hanteren (p. 103) • Berichtfuncties (p. 505) •...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Taal wijzigen voor toetsenbord van Handmatig tekens, letters of Op het toetsenbord wisselen tussen middendisplay woorden invoeren op middendisplay verschillende talen Om op het toetsenbord tussen de verschillende Het toetsenbord van het middendisplay biedt u Wanneer u in Instellingen ver- talen te kunnen wisselen, moeten de talen eerst...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Suggesties voor tekens/letters/woorden/ Tekens/letters/woorden handmatig invoeren Tekens/letters verwijderen/wijzigen die woorddelen. U kunt bladeren in de lijst. 1. Schrijf een teken, een letter, een woord of handmatig zijn ingevoerd delen van een woord in de ruimte voor hand- Spatie.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Opzet van middendisplay Volume van systeemgeluid Van regel wisselen in het vrije veld met aanpassen uitschakelen of aanpassen op handgeschreven tekst middendisplay U kunt de opzet van het middendisplay aanpas- sen door een thema te kiezen. Het volume van het systeemgeluid is op het mid- dendisplay te wijzigen of uit te schakelen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Systeemeenheden wijzigen Systeemtaal wijzigen Instellingen wijzigingen op het hoofdscherm van het Instellingen voor de eenheden verricht u in het Instellingen voor de taal verricht u in het menu middendisplay Instellingen Instellingen menu van het middendisplay. van het middendisplay. Via het middendisplay kunt u instellingen en 1.
Gerelateerde informatie Apps van derden Overzicht van het middendisplay (p. 100) • Apps van derden zoals Volvo-id zijn bij aflevering Instellingen resetten op middendisplay van de auto niet voorgeïnstalleerd en moeten • (p. 126) naderhand worden gedownload. Bij dergelijke Hoofdscherm met de knop voor contextuele instellingen.
Bij verkoop van de auto is het ook belangrijk om bestanden en herstelt de standaardwaarden Instellingen wijzigingen op het hoofdscherm • de doorverkoop te registreren in Volvo On Call* voor alle instellingen. van het middendisplay (p. 124) te wijzigen. Persoonlijke instellingen resetten - wist •...
Pagina 129
Subcategorie dat ze opgeslagen kunnen worden voor een Bestuurdersprofielen . Andere zijn algemeen Internet via automodem Kaart zijn, wat betekent dat ze niet zijn gekoppeld aan Volvo On Call een bestuurdersprofiel. Route en begeleiding Volvo-servicenetwerken Verkeer My Car Subcategorie Klimaatregeling...
Pagina 130
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersprofielen Systeem Algemene instellingen De algemene instellingen en de parameters wijzi- Tal van auto-instellingen zijn naar wens aan te Subcategorie gen niet als het ene bestuurdersprofiel wordt ver- passen en op te slaan in een of meer bestuur- Bestuurdersprofiel ruild voor een ander.
Pagina 131
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Bestuurdersprofiel kiezen Instellingen resetten in bestuurdersprofielen 2. Tik op Profiel • (p. 132) > Dezelfde lijst als die voor alternatief 1 ver- Bij het inschakelen van het middendisplay ver- schijnt. Tabel met instellingen op middendisplay • schijnt boven aan het display het gekozen (p.
Pagina 132
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Naam van bestuurdersprofiel Bestuurdersprofiel beveiligen Naam van bestuurdersprofiel wijzigen • wijzigen (p. 130) In sommige gevallen wilt u liever niet dat de ver- Transpondersleutel koppelen aan bestuur- • U kunt de verschillende bestuurdersprofielen die schillende auto-instellingen worden opgeslagen dersprofiel (p.
Pagina 133
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Transpondersleutel koppelen aan 5. Sla de optie om het profiel te beveiligen op Kies eerst het profiel dat u aan de sleutel wilt bestuurdersprofiel door te tikken op Terug Sluiten koppelen, voor zover het te koppelen profiel niet al actief is.
Pagina 134
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Instellingen resetten in 5. Kies Sleutel koppelen om het profiel aan Gerelateerde informatie bestuurdersprofielen de sleutel te koppelen. Het is niet mogelijk Bestuurdersprofielen (p. 128) • om een bestuurdersprofiel te koppelen aan Naam van bestuurdersprofiel wijzigen Instellingen die zijn opgeslagen onder een of •...
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Melding op het middendisplay Meldingen op middendisplay Pop-upmeldingen hanteren In bepaalde gevallen verschijnen pop-upmeldin- Op het middendisplay kunnen in uiteenlopende gen. Pop-upmeldingen zijn belangrijker dan mel- situaties meldingen verschijnen om u te informe- Meldingen op het middendisplay zijn te hanteren dingen op de statusbalk en verdwijnen alleen na ren of helpen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Opgeslagen 2. Tik op een melding om deze uit te vouwen/ Nieuwe melding hanteren middendisplaymeldingen hanteren minimaliseren. Voor meldingen met knoppen: > Er verschijnt meer informatie over de mel- Meldingen die zijn opgeslagen vanuit het Druk op de knop om de maatregel uit te voe- –...
Bluetooth aangesloten telefoon, de kli- stembediening maakt gebruik van dezelfde stembediening om de maatregeling en Volvo’s navigatiesysteem* met microfoon als apparaten die via Bluetooth zijn werking te activeren en een stemcommando’s te bedienen. verbonden en geeft antwoord via de luidsprekers dialoog met stemcommando's in de auto.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING het systeem spreekt de stuurknop voor stembe- Commando's voor specifieke functies, zoals de 1. Druk op Instellingen in het hoofdscherm. telefoon en de radio, staan beschreven in de des- diening indrukken. 2. Tik op Systeem Stembediening en kies betreffende artikelen.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING Stembediening telefoon voorgelezen en kan de bestuurder ervoor kie- Stembediening radio en media zen om het bericht te versturen of het Bel naar een contact, laat berichten voorlezen of Hier volgen commando's voor stembediening bericht opnieuw aan te maken. Voor deze dicteer korte berichten met de stemcommando's van radio en mediaspeler.
DISPLAYS EN STEMBEDIENING " FM Radio " – FM-radio starten. Instellingen voor stembediening Gerelateerde informatie • Stembediening (p. 135) • " AM Radio " – AM-radio starten. • Hier kiest u de instellingen voor de stembedie- Stembediening gebruiken (p. 135) ning.
Draairing op linker stuurhendel. Volvo adviseert om stand te gebruiken als Wanneer het elektrische systeem van de auto in er met de auto wordt gereden.
VERLICHTING Verlichtingsfuncties aanpassen via Groot licht gebruiken (p. 144) • WAARSCHUWING het middendisplay Dimlicht (p. 143) • Het verlichtingssysteem van de auto kan niet Via het middendisplay zijn meerdere verlichtings- in elke situatie bepalen of het daglicht te Mistlampen voor/bochtverlichting* (p. 147) •...
VERLICHTING Stadslichten voor/achterlichten Dagrijlicht Als u bij een ingeschakelde en stilstaande auto de draairing vanuit een willekeurige andere stand De stadslichten voor/achterlichten zijn te gebrui- De auto heeft sensoren die de lichtomstandighe- naar de stand voor de stadslichten voor/achter- ken om zichtbaar te blijven voor medewegge- den rondom registreren.
VERLICHTING Dimlicht Wanneer de draairing van de stuurhendel in elektrische systeem van de auto in contactslot- stand II staat. stand staat, brandt het dagrijlicht (DRL Tijdens ritten met de draairing van de stuurhen- wanneer de auto overdag rijdt. De auto schakelt Tunneldetectie del in stand wordt het dimlicht automa-...
VERLICHTING Groot licht gebruiken Automatisch groot licht tie deactiveren door de stuurhendel naar achteren te halen. Het groot licht is te bedienen met de linker Automatisch groot licht is een systeem dat met stuurhendel. Het groot licht is de felste verlich- een camerasensor boven aan de voorruit de Wanneer het groot licht ontstoken is, brandt het tingsfunctie op de auto en dient tijdens ritten in...
VERLICHTING Richtingaanwijzers gebruiken Automatisch groot licht activeren regenval. Wanneer automatisch groot licht weer beschikbaar is of als de voorruitsensoren niet Het automatisch groot licht is te activeren en De richtingaanwijzers van de auto zijn te bedie- langer geblokkeerd zijn, verdwijnt de melding en deactiveren door de draairing op de rechter nen met de linker stuurhendel.
Pagina 148
VERLICHTING Actieve bochtverlichting* De functie is alleen actief bij een zwakke verlich- N.B. ting overdag of in het donker en alleen, wanneer Actieve bochtverlichting is ontworpen om in Deze reeks automatische knipperingen is • de auto rijdt of het dimlicht is ontstoken. bochten en op kruisingen voor maximale verlich- te onderbreken door de stuurhendel ting te zorgen.
VERLICHTING Mistachterlicht Mistlampen voor/bochtverlichting* N.B. De mistlampen voor branden feller dan de dim- Omdat het mistachterlicht veel feller brandt dan De voorschriften voor het gebruik van een lichten, zodat ze extra effectief zijn bij mist. de standaardachterlichten, moet u de verlich- mistlicht verschillen per land.
VERLICHTING Remlichten Noodremlichten Druk op de knop om het mistachterlicht in/uit te schakelen. Het symbool brandt op het De remlichten gaan automatisch branden, wan- De noodremlichten worden geactiveerd om ach- bestuurdersdisplay, wanneer het mistachterlicht neer u remt. terliggers erop te attenderen dat u krachtig remt. brandt.
VERLICHTING Alarmlichten Follow Me Home-verlichting N.B. gebruiken De alarmlichten waarschuwen medeweggebrui- De regels voor het gebruik van alarmlichten kers doordat alle richtingaanwijzers gelijktijdig Het is mogelijk om een deel van de buitenver- kunnen per land variëren. knipperen. De functie is te gebruiken om te lichting enige tijd ingeschakeld te houden en als waarschuwen voor gevaarlijke verkeerssituaties.
VERLICHTING Approach-verlichting Interieurverlichting Automatische bediening voor interieurverlich- ting De Approach-verlichting wordt geactiveerd als Het interieur is uitgerust met diverse soorten ver- Leeslampje rechterzijde de auto wordt ontgrendeld en wordt gebruikt om lichtingsfuncties voor een betere rijbeleving. Zo de verlichting van de auto op afstand in te scha- is voorzien in leeslampjes, dashboardkastverlich- Leeslampjes kelen.
Pagina 153
VERLICHTING Verlichting dashboardkastje Automatische bediening voor De verlichting in het dashboardkastje wordt in- interieurverlichting en uitgeschakeld bij het openen en sluiten van De automatische verlichting is te activeren door de klep van het kastje. de AUTO-knop op de plafondconsole kort in te drukken.
VERLICHTING Interieurverlichting aanpassen dendisplay en tevens fijn af te stellen met het Deze verlichting brandt, wanneer de auto is inge- duimwiel op het dashboard. schakeld. Afhankelijk van de contactslotstand gaat de inte- rieurverlichting op een bepaalde manier bran- Verlichtingssterkte wijzigen Verlichting in portiervakken den.
Pagina 155
VERLICHTING Gerelateerde informatie Interieurverlichting (p. 150) • Verlichtingsfuncties aanpassen via het mid- • dendisplay (p. 141) Contactslotstanden (p. 400) •...
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Ruiten, lampglazen en spiegels Inklembeveiliging op ruiten en Elektrische voorruitverwarming* activeren en • zonneschermen deactiveren (p. 207) In de auto zitten bedieningselementen voor rui- Elektrische achterruit- en buitenspiegelver- ten, lampglazen en spiegels. Enkele ruiten van Alle elektrisch bedienbare ruiten en zonnescher- •...
Bedieningsknoppen voor achterste zijruiten. Inklembeveiliging op ruiten en zonnescher- • Bedieningsknoppen voor voorste zijruiten. men (p. 156) Elektrisch bedienbare ruiten (p. 158) • De elektrisch bedienbare ruiten zijn voorzien van een inklembeveiliging. Bij problemen met de Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 160
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Elektrisch bedienbare ruiten inklembeveiliging kunt u een resetprocedure pro- beren. Via het bedieningspaneel op het bestuurders- portier zijn alle ruiten te bedienen – via het WAARSCHUWING bedieningspaneel op de overige portieren is alleen de ruit in het desbetreffende portier te Kinderen, andere passagiers of voorwerpen bedienen.
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Achteruitkijkspiegel en Bediening is tevens mogelijk met behulp van de Gerelateerde informatie buitenspiegels transpondersleutel of passieve opening* via de Elektrisch bedienbare ruiten (p. 157) • portiergreep. Inklembeveiliging op ruiten en zonnescher- De achteruitkijkspiegel en de buitenspiegels die- •...
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Dimfunctie van spiegels aanpassen Stand opslaan voor stoel en buitenspiegels Autodimfunctie* • (p. 176) Als het licht dat van achteren in de spiegel valt te Fel licht van achteren kan hinderlijke reflecties in fel is, worden de achteruitkijkspiegel en buiten- Elektrische achterruit- en buitenspiegelver- •...
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Buitenspiegels kantelen De buitenspiegels zijn alleen uitgerust met auto- 2. U kunt de stand afstellen met het hendeltje dimfunctie als ook de achteruitkijkspiegel is voor- in het midden. Voor optimaal zicht naar achteren moet u de bui- zien van iets dergelijks.
Pagina 164
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Panoramadak* De spiegels staan daarmee weer in de neutrale 3. Kies onder Buitenspiegel kantelen bij stand. achteruit Bestuurder Passagier voor Het panoramadak is verdeeld in twee glasseg- Beide om te activeren/deactiveren en om menten. Het voorste kan aan de achterkant verti- Kantelen bij parkeren te kiezen welke buitenspiegel moet worden caal (ventilatiestand) of horizontaal (open stand)
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Om het panoramadak en het zonnescherm te Passief vergrendelen en ontgrendelen* • BELANGRIJK kunnen bedienen moet het elektrische systeem (p. 251) Verwijder sneeuw en ijs van het panora- • van de auto in contactslotstand I of II staan. Vergrendelen en ontgrendelen met trans- •...
Pagina 166
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Panoramadak* bedienen BELANGRIJK BELANGRIJK Het panoramadak en het zonnescherm zijn te Open het panoramadak niet, wanneer Controleer of het panoramadak bij sluiten • bedienen met een bedieningsknop aan het pla- lastdragers zijn gemonteerd. goed vergrendelt. fond en zijn allebei voorzien van een inklembe- Leg geen zware voorwerpen boven op •...
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Openen en sluiten, ventilatiestand Panoramadak volledig openen en bedieningsknop nu echter vooruit/omlaag naar de stand voor handmatig sluiten. sluiten via bediening aan plafond Volautomatische bediening 1. Zonnescherm helemaal openen – duw de bedieningsknop naar achteren naar de stand voor automatisch openen en laat de knop weer los.
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Automatische sluiting van Gerelateerde informatie Passief vergrendelen en ontgrendelen* • zonnescherm van panoramadak* (p. 251) Panoramadak* (p. 162) • Vergrendelen en ontgrendelen met trans- Automatische sluiting van zonnescherm van Dankzij deze functie sluit het zonnescherm als •...
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Wisserbladen en sproeiervloeistof Voorruitwissers gebruiken Intervalstand Met het duimwiel kunt u het aantal wis- De wissers en de sproeiervloeistof dienen om De voorruitwissers reinigen de voorruit. Met de slagen per eenheid van tijd instellen wan- het zicht en de reikwijdte van de koplampen te rechter stuurhendel zijn verschillende instellin- neer u de intervalstand hebt geselecteerd.
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Regensensor gebruiken Geheugenfunctie van regensensor gebruiken staan en de ruitenwisserhendel in stand 0 of die • (p. 169) voor een enkele wisslag. De regensensor registreert de hoeveelheid Achterruitwisser en -sproeier (p. 170) • regen op de voorruit en schakelt automatisch de Activeer de regensensor door op de regensen- voorruitwissers in.
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Geheugenfunctie van regensensor Voorruit- en koplampsproeiers BELANGRIJK gebruiken gebruiken In de wasstraat kunnen de ruitenwissers van De regensensor registreert de hoeveelheid De ruiten- en koplampsproeiers reinigen de de voorruit starten en beschadigd raken. regen op de voorruit en schakelt automatisch de voorruit en de koplampen.
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Achterruitwisser en -sproeier Koplampsproeiers* Duw de rechter stuurhendel naar voren om – de achterruit schoon te sproeien en te wis- Om vloeistof te besparen worden ingeschakelde De achterruitwisser en -sproeiers reinigen de sen. koplampen automatisch volgens bepaalde patro- achterruit.
Pagina 173
RUITEN, GLASWERK EN SPIEGELS Automatische activering Wisserbladen achterruit vervangen (p. 622) • achterruitwisser bij achteruitrijden Voorruitwissers gebruiken (p. 167) • Als u de achteruitversnelling inschakelt terwijl de voorruitwissers actief zijn, zal de achterruitwisser starten. Bij het inschakelen van een andere ver- snelling valt de ruitenwisser op de achterklep stil.
STOELEN EN STUURWIEL Handmatig bediende voorstoel Zet de hele stoel hoger/lager door deze Gerelateerde informatie omhoog/omlaag te pompen met de hendel. Elektrisch bedienbare* voorstoel (p. 175) • Voor optimaal zitcomfort hebben de voorstoelen Pas de hellingshoek van de rugleuning aan verschillende instelmogelijkheden.
Pagina 177
STOELEN EN STUURWIEL Elektrisch bedienbare* voorstoel Elektrisch bedienbare* voorstoel Opgeslagen stand voor stoel en buitenspie- • verstellen gels gebruiken (p. 177) Voor optimaal zitcomfort hebben de voorstoelen Verlengbaar zitkussen* voorstoel verstellen verschillende instelmogelijkheden. De elektrisch • Stel de gewenste zitstand in met behulp van de (p.
STOELEN EN STUURWIEL Stand opslaan voor stoel en Zet de hele stoel naar voren/achteren door Stand opslaan voor stoel en buitenspiegels • buitenspiegels de handgreep naar voren/achteren te bewe- (p. 176) gen. Opgeslagen stand voor stoel en buitenspie- • De standen van de elektrisch bedienbare* stoel Pas de hellingshoek van de rugleuning aan gels gebruiken (p.
STOELEN EN STUURWIEL Opgeslagen stand voor stoel en Stand opslaan Buitenspiegels kantelen (p. 161) • buitenspiegels gebruiken 1. Zet de stoel en buitenspiegels in de gewen- ste stand. Als de standen voor de elektrisch bedienbare* stoel en de buitenspiegels zijn opgeslagen, zijn 2.
STOELEN EN STUURWIEL Verlengbaar zitkussen* voorstoel Verlengbaar zitkussen* voorstoel verstellen Gesloten voorportier • verstellen (p. 178) Houd een van de geheugenknoppen 1 ( – Lendensteun* voorstoel verstellen (p. 179) • Ter verhoging van het comfort is de lengte van of 2 ( ) ingedrukt, totdat de stoel en de het zitkussen te verstellen.
Pagina 181
STOELEN EN STUURWIEL Lendensteun* voorstoel verstellen Stand opslaan voor stoel en buitenspiegels Lendensteun verstellen • (p. 176) De lendensteun is te verstellen met behulp van Opgeslagen stand voor stoel en buitenspie- • de bediening aan de zijkant van de zitting. gels gebruiken (p.
STOELEN EN STUURWIEL Rugleuning achterbank omklappen Opgeslagen stand voor stoel en buitenspie- • BELANGRIJK gels gebruiken (p. 177) De rugleuning van de achterbank is in twee Klap de middenarmsteun* op alvorens de rug- Verlengbaar zitkussen* voorstoel verstellen • ongelijke delen verdeeld. De twee delen zijn leuning van de achterbank neer te klappen.
STOELEN EN STUURWIEL rugleuning omlaag met de handgreep op de ach- Rugleuningen omklappen met knoppen in Rugleuning omklappen met handgreep op terbank. bagageruimte achterbank De achterbank is alleen om te klappen, wanneer Zorg dat er zich geen mensen of voorwerpen op Zorg dat er zich geen mensen of voorwerpen op de auto stilstaat en de achterklep openstaat.
STOELEN EN STUURWIEL Hoofdsteunen achterbank 2. Druk de rugleuning verder totdat deze ver- verstellen grendelt. Stel de hoofdsteun van de middelste zitplaats af 3. Zet de hoofdsteunen handmatig rechtop. aan de hand van de lengte van de passagier. 4. Pas de stand van de hoofdsteun op de mid- Klap de hoofdsteun* van de buitenste zitplaatsen delste zitplaats zo nodig aan.
Pagina 185
STOELEN EN STUURWIEL Bedieningselementen op stuurwiel Gerelateerde informatie en claxon Rugleuning achterbank omklappen (p. 180) • Op het stuurwiel zitten de claxon en bedienings- elementen voor o.m. rijhulpsystemen en stembe- diening. Hfdsteun Druk op de knop omlaag om omklappen te acti- veren/deactiveren.
STOELEN EN STUURWIEL Stuurslot Stuurwiel verstellen Claxon Het stuurslot bemoeilijkt de besturing zoals bij Het stuurwiel is in verschillende standen te zet- gebruik van de auto door onbevoegden. Er is ten. mogelijk een mechanisch geluid waarneembaar, wanneer u het stuurslot inschakelt of opheft. Stuurslot activeren Wanneer u de auto van de buitenzijde vergren- delt en de motor is uitgeschakeld, wordt het...
Pagina 187
STOELEN EN STUURWIEL Hendel voor verstelling van het stuurwiel. 1. Beweeg de hendel naar voren om het stuur- wiel te ontkoppelen. 2. Zet het stuurwiel vervolgens in de gewenste stand. 3. Trek de hendel naar achteren om het stuur- wiel in de nieuwe stand te blokkeren. Als dit moeite kost, kunt u lichtjes op het stuurwiel drukken en tegelijkertijd de hendel terugdu- wen.
KLIMAAT Klimaatregeling Klimaatzones Klimaatregeling met 2 zones* De auto is voorzien van handbediende of elek- Afhankelijk van het aantal klimaatzones van de tronische* klimaatregeling. De klimaatregeling auto kunt u verschillende temperaturen instellen zorgt ervoor dat de lucht in het interieur gekoeld, voor verschillende delen van het interieur.
Pagina 191
KLIMAAT Klimaatsensoren Gevoelstemperatuur Bij het Interior Air Quality System* is er ook een luchtkwaliteitssensor, die in de luchtinlaat van de De klimaatregeling beschikt over enkele senso- De klimaatregeling regelt het autoklimaat op klimaatregeling zit. ren voor de regeling van het autoklimaat. basis van de gevoelstemperatuur en niet de wer- kelijke temperatuur.
Pagina 192
KLIMAAT Stembediening klimaat " Verhoog ventilatorsnelheid " / " Verlaag " Verhoog stuurwielverwarming " / • • ventilatorsnelheid Verlaag stuurwielverwarming " – verhoogt/verlaagt de " " – ver- Opdrachten voor klimaatregeling met stembe- ingestelde ventilatorstand met één stap. hoogt/verlaagt ingesteld niveau voor de diening om bijvoorbeeld de temperatuur te wijzi- elektrische stuurverwarming* met één stap.
De vloerbekleding in zowel de passagiersruimte als de bagageruimte is eenvoudig te verwijderen en schoon te maken. Gebruik de door Volvo geadviseerde schoon- De indicator staat in het klimaatveld op het maakmiddelen en autoverzorgingsproducten voor middendisplay.
Pagina 194
KLIMAAT Clean Zone Interior Package* Interior Air Quality System* De interieurventilator is geactiveerd. • De luchtrecirculatie is gedeactiveerd. • Clean Zone Interior Package (CZIP) omvat een Het Interior Air Quality System (IAQS) ontdoet aantal aanpassingen om stoffen die aanleiding de binnenkomende lucht van gassen en stof- kunnen geven tot allergieën en/of astma uit het deeltjes om zo hinderlijke geurtjes en verontreini- N.B.
Pagina 195
Om een goed interieurklimaat te kunnen handha- U kunt de luchtkwaliteitssensor desgewenst acti- ven moet u het filter op gezette tijden vervangen. veren/deactiveren. Raadpleeg het Serviceprogramma van Volvo voor het aanbevolen vervangingsinterval. In zeer sterk 1. Druk op Instellingen in het hoofdscherm op verontreinigde gebieden moet u het filter moge- het middendisplay.
KLIMAAT Luchtverdeling Luchtverdeling aanpassen De klimaatregeling verdeelt de binnenkomende De luchtverdeling is desgewenst handmatig te lucht over uiteenlopende blaasmonden verspreid wijzigen. over het interieur. Automatische en handmatige luchtverdeling Wanneer u de automatische klimaatregeling 1. Open het klimaatscherm op het middendis- hebt geactiveerd, verloopt de luchtverdeling auto- play door op het symbool in het midden van matisch.
KLIMAAT Blaasmonden openen, sluiten en richten Sommige blaasmonden in het interieur zijn apart te openen, sluiten en richten. Als u de buitenste blaasmonden op de zijruiten richt kunt u condens voorkomen. Als u de buitenste blaasmonden in de auto naar binnen richt, creëert u een warm en comfortabel autoklimaat.
Pagina 198
KLIMAAT Tabel met luchtverdelingsstanden De luchtverdeling is desgewenst handmatig te wijzigen. De volgende standen zijn in te stellen. Luchtverdeling Doel Bij deactivering van alle luchtverdelingsknoppen in de handmatige stand schakelt de klimaatregeling weer over op automatische klimaat- regeling. Bij handmatige klimaatregeling is het niet mogelijk om de markering van alle luchtverdeelknoppen te deactiveren. De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen.
Pagina 199
KLIMAAT Luchtverdeling Doel De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen en blaasmonden in het dash- Voor voldoende comfort bij warm en droog weer. board. Er komt een bepaalde hoeveelheid lucht uit de overige blaasmonden. De meeste lucht komt uit de ontwasemingsopeningen en de blaasmonden bij de Voor voldoende comfort en ontwaseming bij koud vloer.
KLIMAAT Klimaatregelingsbediening Afhankelijk van het uitrustingsniveau is het kli- maatscherm opgesplitst in meerdere tabbladen. De klimaatregelingsfuncties zijn te bedienen via U kunt van tabblad wisselen door naar links/ de fysieke knoppen op de middenconsole, het rechts te vegen of op de desbetreffende rubriek middendisplay en de klimaatregelingsbediening te drukken.
Pagina 202
KLIMAAT Bediening voor luchtverdeling. Maximale ontwaseming activeren en deacti- Hoofdklimaat • veren (p. 205) Klimaat hoofdinstelling Op het tabblad kunt u Ventilatorbediening. behalve de klimaatfuncties in het klimaatveld ook Elektrische voorruitverwarming* activeren en • de hoofdklimaatfuncties regelen. deactiveren (p. 207) AUTO –...
Pagina 203
KLIMAAT Automatische inschakeling van Elektrische voorstoelverwarming* WAARSCHUWING activeren en deactiveren elektrische stoelverwarming voorin* Een elektrisch verwarmde stoel mag niet wor- activeren en deactiveren De stoelverwarming is te activeren om het com- den gebruikt door personen die niet goed fort voor bestuurder en inzittenden te verhogen, De stoelverwarming is te activeren om het com- kunnen voelen dat de temperatuur toeneemt of die om een andere reden moeilijkheden...
KLIMAAT Elektrische stoelverwarming achter* Gerelateerde informatie WAARSCHUWING activeren en deactiveren Klimaatregelingsbediening (p. 199) • Een elektrisch verwarmde stoel mag niet wor- Elektrische voorstoelverwarming* activeren De stoelverwarming is te activeren om het com- • den gebruikt door personen die niet goed en deactiveren (p.
Pagina 205
KLIMAAT Automatische inschakeling van Elektrische stuurverwarming* Gerelateerde informatie activeren en deactiveren elektrische stuurverwarming* Klimaatregelingsbediening (p. 199) • activeren en deactiveren Automatische inschakeling van elektrische De stuurverwarming is te activeren om het stuur- • comfort te verhogen, wanneer het koud is. stuurverwarming* activeren en deactiveren De stuurverwarming is te activeren om het stuur- (p.
KLIMAAT Automatische klimaatregeling Luchtrecirculatie activeren en N.B. deactiveren activeren Het is mogelijk om de temperatuur en de De luchtrecirculatie houdt vieze lucht, uitlaatgas- Bij automatische klimaatregeling worden meer- ventilatorstand te wijzigen zonder deactivering sen en dergelijke buiten door recirculatie van de dere klimaatfuncties automatisch geregeld.
KLIMAAT Timerinstelling voor luchtrecirculatie Maximale ontwaseming activeren en N.B. activeren en deactiveren deactiveren De luchtrecirculatie is niet te activeren, wan- De luchtrecirculatie houdt vieze lucht, uitlaatgas- U kunt de maximale ontwaseming gebruiken om neer u de maximale ontwaseming hebt inge- sen en dergelijke buiten door recirculatie van de de ruiten snel te ontwasemen en ontdooien.
KLIMAAT Auto's met elektrische voorruitverwarming: Druk meerdere keren op de knop om de drie – standen te doorlopen: elektrische voorruitverwarming geacti- 2. Druk op • veerd > De maximale ontwaseming wordt geacti- veerd/gedeactiveerd en de knop gaat Elektrische voorruitverwarming en maxi- •...
KLIMAAT Elektrische voorruitverwarming* Druk meerdere keren op de knop om de drie – N.B. activeren en deactiveren standen te doorlopen: Aan de beide uiteinden van de voorruit zitten De elektrische voorruitverwarming dient om de elektrische voorruitverwarming geacti- • driehoekige gebieden zonder elektrische ver- voorruit snel van condens en ijs te ontdoen.
KLIMAAT Automatische inschakeling van Elektrische achterruit- en Elektrische achterruit- en elektrische voorruitverwarming* buitenspiegelverwarming activeren buitenspiegelverwarming activeren en en deactiveren activeren en deactiveren deactiveren vanaf middendisplay De elektrische voorruitverwarming dient om de De elektrische achterruit- en buitenspiegelver- voorruit snel van condens en ijs te ontdoen. warming dient om de ruiten en buitenspiegels snel van condens en ijs te ontdoen.
KLIMAAT Automatische inschakeling van Ventilatorstand voorin regelen elektrische achterruit- en De ventilator is in te stellen op diverse automa- buitenspiegelverwarming activeren tisch geregelde ventilatorstanden voor de voor- en deactiveren stoelen. De elektrische achterruit- en buitenspiegelver- warming dient om de ruiten en buitenspiegels snel van condens en ijs te ontdoen.
Pagina 212
KLIMAAT Temperatuur voorin regelen N.B. De temperatuur voor de klimaatzones voorin is in De klimaatregeling past de luchtstroom zo te stellen op het gewenste aantal graden nodig automatisch aan, wat betekent dat de ventilatorsnelheid kan veranderen ondanks dat de ventilatorstand ongewijzigd is. Gerelateerde informatie Klimaatregelingsbediening (p.
Pagina 213
KLIMAAT Temperatuur synchroniseren neer u de temperatuurinstelling in een andere kli- N.B. maatzone dan de bestuurderszone wijzigt. De temperatuur in de verschillende klimaatzones Het is niet mogelijk om het opwarmen/afkoe- van de auto is te synchroniseren met de inge- Gerelateerde informatie len te versnellen door een hogere/lagere stelde temperatuur voor de bestuurderszijde.
KLIMAAT Airconditioning activeren en Parkeerklimaat* N.B. deactiveren Parkeerklimaat is een verzamelnaam voor ver- Het is niet mogelijk de airconditioning te acti- De airconditioning koelt en droogt zo nodig de schillende functies die het klimaat in de passa- veren, wanneer de ventilatorknop in stand binnenkomende lucht.
Via de app starten* klimaatregeling ingestelde temperatuur. N.B. Via een apparaat met de Volvo On Call-app* is het mogelijk de preconditioning in te schakelen Houd de portieren en ruiten van de auto dicht Gerelateerde informatie én informatie te krijgen over de gekozen instellin-...
Pagina 216
KLIMAAT Timerinstelling voor Timerinstelling voor Gerelateerde informatie preconditioning* preconditioning* toevoegen en Parkeerklimaat* (p. 212) • bewerken Preconditioning* (p. 213) U kunt de timer dusdanig instellen dat de pre- • conditioning gereed is op een bepaald tijdstip. De timer voor preconditioning kan tot 8 verschil- Timerinstelling voor preconditioning* •...
KLIMAAT 3. Tik op Timer toevoegen 7. Tik op Bevestig om het ingestelde tijdstip 3. Tik op het tijdstip dat u wilt wijzigen. toe te voegen. > Er verschijnt een pop-upvenster. > Er verschijnt een pop-upvenster. > Het ingestelde tijdstip wordt toegevoegd 4.
Pagina 218
KLIMAAT Timerinstelling voor Timerinstelling voor WAARSCHUWING preconditioning* activeren en preconditioning* verwijderen Gebruik preconditioning niet als de auto is deactiveren Een timerinstelling voor de preconditioning die u uitgerust met verwarming*: Zo nodig kunt u een timertijdstip voor de pre- niet langer nodig hebt kunt u verwijderen. Binnen in ongeventileerde ruimten.
Pagina 219
KLIMAAT Klimaatcomfort tijdens het Klimaatcomfort bij parkeren* Gerelateerde informatie parkeren* inschakelen en Preconditioning* (p. 213) • Het interieurklimaat van de auto is tijdens het uitschakelen parkeren nog enige tijd te handhaven, bijvoor- Timerinstelling voor preconditioning* (p. 214) • beeld als u of een of meer inzittenden na uit- Bij handhaving van het klimaatcomfort wordt na Timerinstelling voor preconditioning* toevoe- •...
Pagina 220
KLIMAAT N.B. Handhaving klimaatcomfort wordt uitgescha- keld als de auto van buitenaf wordt vergren- deld om niet onnodig restwarmte te gebrui- ken. De functie dient om het klimaatcomfort te behouden, wanneer u en/of passagiers in de auto achterblijven. Gerelateerde informatie •...
Pagina 221
Niet beschikbaar Laadniveau te laag Parkeerklimaat De inschakelduur van het parkeerklimaat is beperkt, omdat de ladingsgraad van de startaccu te laag is. Start de motor. Beperkt beschikbaar. Laadniveau te laag Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Parkeerklimaat* (p. 212) • * Optie/accessoire.
KLIMAAT Verwarming* N.B. N.B. De verwarming heeft twee deelfuncties die in Zorg ervoor dat het laadpercentage van de Zorg dat er voldoende brandstof in de tank verschillende situaties helpen om het interieur of accu hoog genoeg is als de verwarming moet van de auto zit voor het geval dat u de verwar- de motor te verwarmen.
Pagina 223
Volvo adviseert u om voor reparatie con- bereikt. tact op te nemen met een erkende Volvo- werkplaats.
Pagina 224
KLIMAAT Extra verwarming* Gerelateerde informatie Gerelateerde informatie Verwarming* (p. 220) Verwarming* (p. 220) • • De extra verwarming helpt bij het verwarmen van de passagiersruimte en de motor tijdens het rij- Extra verwarming* (p. 222) Standverwarming* (p. 221) • • den.
Pagina 225
3. Kies Extra verwarming voor activeren/ deactiveren automatische inschakeling van extra verwarming. N.B. Volvo adviseert u om de automatische start van de extra verwarming uit te schakelen tij- dens korte ritten. Gerelateerde informatie Extra verwarming* (p. 222) • * Optie/accessoire.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelingsindicatie Vergrendelings- en alarmindicatie op Led in vergrendelingsknoppen het dashboard De alarmlichten knipperen bij vergrendeling of Voorportier ontgrendeling van de auto. Indicatie exterieur Vergrendeling Bij vergrendeling knipperen de alarmlichten • van de auto eenmaal en daarnaast worden de buitenspiegels ingeklapt Ontgrendelen Bij ontgrendeling knipperen de alarmlichten...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instelling voor Gerelateerde informatie Achterportier* vergrendelingsbevestiging Vergrendelingsindicatie (p. 226) • In het instellingsmenu van het middendisplay kunt u verschillende alternatieven kiezen voor de wijze waarop de auto bevestigt dat er is vergren- deld en ontgrendeld. Om de instelling voor vergrendelingsbevestiging te wijzigen: 1.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM een transpondersleutel en lichtere transpondersleutel zonder knoppen tankvulklep ontgrendeld en wordt het alarm (Key Tag) geleverd. gedeactiveerd. Met de transpondersleutel zijn de portieren, de Bij lang indrukken worden alle ruiten tegelij- achterklep en de tankvulklep te vergrendelen en De transpondersleutels zijn te koppelen aan ver- kertijd gesloten.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM tel heeft echter geen uitneembare sleutelblad en Gerelateerde informatie WAARSCHUWING de batterij is niet te vervangen. Vergrendelen en ontgrendelen met trans- • Als iemand in de auto achterblijft, moet u bij pondersleutel (p. 230) het verlaten van de auto altijd de elektrisch Storingen Bereik transpondersleutel (p.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen met Wanneer de transpondersleutel niet N.B. transpondersleutel werkt Let op het gevaar voor buitensluiten met de Met de knoppen op de transpondersleutel kunt transpondersleutel nog in de auto. u alle portieren, de achterklep en de tankvulklep N.B.
Pagina 233
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instellingen voor ontgrendeling op Achterklep ontgrendelen met 1. Druk op de knop op de transponder- afstand en van de binnenzijde transpondersleutel sleutel. U kunt verschillende procedures voor externe Met een knop op de transpondersleutel is het >...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Bereik transpondersleutel van zo'n 1,5 meter (5 voet) rond de zijkanten of Keyless vergrendeling/ontgrendeling en aan- • zo'n 1 meter (3 voet) rond de achterklep van de raakgevoelige zones* (p. 250) Voor een goede werking van de transponder- auto bevinden.
Houd de transpondersleutel met de voor- Lever een uitgediende Key Tag in bij een zijde zichtbaar en het logo van Volvo naar de erkende Volvo-werkplaats. De sleutel moet uit juiste kant. Schuif de knop bij de sleutelring de auto worden gewist, omdat die nog steeds aan de onderkant naar rechts.
Pagina 236
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Gebruik bijvoorbeeld een schroevendraaier De +-kant van de batterij wijst naar boven. Keer de sleutel om, beweeg de knop om het batterijklepje linksom te kunnen Wrik vervolgens de batterij voorzichtig los opzij en schuif de behuizing van de achter- draaien, zodat deze markering uitkomt bij de zoals op de afbeelding.
Pagina 237
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM N.B. Volvo adviseert u om batterijen voor de trans- pondersleutel te gebruiken die voldoen aan UN Manual of Test and Criteria, Part III, sub- section 38.3. Voor batterijen die in de fabriek zijn geplaatst of in een erkende Volvo-werk- plaats zijn vervangen is dit het geval.
Er zijn meer sleu- De unieke code van de sleutelbladen is bekend tels bij te stellen. bij de erkende Volvo-werkplaatsen, waar ook nieuwe sleutelbladen kunnen worden besteld. Voor dezelfde auto kunnen maximaal twaalf sleu- tels worden geprogrammeerd en gebruikt. Bij...
Houd de transpondersleutel met de voor- dersleutel. zijde zichtbaar en het logo van Volvo naar de juiste kant. Schuif de knop bij de sleutelring Plaats de behuizing terug door deze aan de onderkant naar rechts. Schuif de omlaag te drukken totdat u een klik hoort.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Ontgrendelen Vergrendelen Alarm uitschakelen* U kunt de auto ook vergrendelen met het afneembare sleutelblad van de transpondersleu- N.B. tel: bij stroomuitval bijvoorbeeld of als de batterij Wanneer u het portier met het sleutelblad in de transpondersleutel leeg is. ontgrendelt en vervolgens opent, gaat het Het linker voorportier is te vergrendelen met de alarm af.
Neem contact op met de dichtstbij- zijnde Volvo-dealer voor meer informatie over het systeem en hulp bij de activering ervan. Alleen bepaalde markten en uitsluitend in combinatie met Volvo On Call. * Optie/accessoire.
Pagina 242
Auto kan geactiveerd. De niet wor- auto is niet te star- ten. Neem contact gestart op met de Volvo On Call-helpdesk. Gerelateerde informatie een transpondersleutel (p. 228) • Meer transpondersleutels nabestellen • (p. 236)
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Typegoedkeuring voor Passief starten (Passive Start) en transpondersleutels passieve vergrendeling/ontgrendeling (Passive Entry*) De typegoedkeuring voor de transpondersleutels van de auto staan in de volgende tabellen. Voor meer informatie over de typegoedkeuring, zie support.volvocars.com. CEM-markering voor transpondersleutels. Zie de vol- gende tabellen voor aanvullende typegoedkeuringsnum- mers.
Pagina 244
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Brazilië MT-3245/2015 Indonesië Nomor: 38301/SDPPI/2015 Maleisië RAAT/37A/1215/S(15-5198) Mexico IFETEL: RLVDEVO15-0396 Rusland Verenigde Arabische ER37847/15 Emiraten DA0062437/11...
Pagina 245
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Namibië TA-2016-02 Zuid-Afrika TA-2014-1868 een transpondersleutel Land/regio Typegoedkeuring Europa Huf Hülsbeck & Fürst GmbH & Co. KG verklaart bij dezen dat de radioapparatuur van het type HUF8423 in overeenstemming is met de Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is te vinden op support.volvocars.com.
Pagina 246
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Numéro d’agrément: MR 10668 ANRT 2015 Date d’agrément: 24/07/2015 Mexico IFETEL Marca: HUF Modelo (s): HUF8423 NOM-121-SCT1-2009 La operación de este equipo está sujeta a las siguientes dos condiciones: (1) es posible que este equipo o dispositivo no cause interferencia perjudicial y (2) este equipo o dispositivo debe aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.
Pagina 247
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Oman Servië...
Pagina 248
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Zuid-Afrika TA-2015-432 Verenigde Ara- bische Emiraten Key Tag Land/regio Typegoedkeuring Europa Huf Hülsbeck & Fürst GmbH & Co. KG verklaart bij dezen dat de radioapparatuur van het type HUF8432 in overeenstemming is met de Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is te vinden op support.volvocars.com.
Pagina 249
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Marokko AGREE PAR L'ANRT MAROC Numéro d’agrément: MR 10667 ANRT 2015 Date d’agrément: 24/07/2015 Mexico IFETEL Marca: HUF Modelo (s): HUF8432 NOM-121-SCT1-2009 La operación de este equipo está sujeta a las siguientes dos condiciones: (1) es posible que este equipo o dispositivo no cause interferencia perjudicial y (2) este equipo o dispositivo debe aceptar cualquier interferencia, incluyendo la que pueda causar su operación no deseada.
Pagina 250
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Oman Servië...
Pagina 251
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Land/regio Typegoedkeuring Zuid-Afrika TA-2015-414 Verenigde Ara- bische Emiraten Gerelateerde informatie een transpondersleutel (p. 228) •...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Keyless vergrendeling/ Gerelateerde informatie N.B. ontgrendeling en aanraakgevoelige Passief vergrendelen en ontgrendelen* • Het is belangrijk dat u slechts één aanraak- zones* (p. 251) gevoelig vlak tegelijk aanraakt. Als u de hand- Dankzij de passieve vergrendeling en ontgrende- Achterklep passief ontgrendelen* (p.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Passief vergrendelen en Passief ontgrendelen N.B. ontgrendelen* Pak een portiergreep beet of druk voor ont- – Let erop dat het systeem kan worden geacti- grendeling lichtjes op het met rubber Bij een auto met passieve vergrendeling en ont- veerd bij het wassen van de auto als de trans- beklede drukplaatje aan de onderzijde van de grendeling hoeft u voor het ontgrendelen van de...
Pagina 254
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Instellingen voor passieve Achterklep passief ontgrendelen* Gerelateerde informatie ontgrendeling* Instellingen voor passieve ontgrendeling* • Bij een auto met passieve vergrendeling en ont- (p. 252) grendeling hoeft u voor het ontgrendelen van de U kunt verschillende procedures voor passieve achterklep alleen op de aanraakgevoelige zone Achterklep passief ontgrendelen* (p.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Locatie antennes voor start- en Om te openen: Gerelateerde informatie vergrendelingssysteem Passief vergrendelen en ontgrendelen* • 1. Druk lichtjes op het met rubber beklede (p. 251) In de auto zijn een antenne voor het startsysteem drukplaatje onder op de handgreep van de achterklep.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Vergrendelen en ontgrendelen van Alternatieve ontgrendelingsmethode WAARSCHUWING de binnenzijde van de auto Personen met een pacemaker mogen niet De portieren en de achterklep zijn te vergrende- dichter dan 22 cm (9 inch) bij de antennes len en ontgrendelen met de knop voor centrale van het Keyless-systeem komen.
Pagina 257
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Achterklep ontgrendelen vanaf de Vergrendelen met de knop op het Gerelateerde informatie binnenzijde voorportier Instellingen voor ontgrendeling op afstand en • van de binnenzijde (p. 231) Druk op de knop – beide voorportieren De achterklep is van de binnenzijde te ontgren- –...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Kinderslot activeren en deactiveren Gerelateerde informatie N.B. Vergrendelen en ontgrendelen van de bin- • Het kinderslot voorkomt dat de achterportieren De vergrendelbus van een portier dient • nenzijde van de auto (p. 254) vanaf de binnenzijde kunnen worden geopend. alleen om het desbetreffende portier te Elektrisch bedienbare achterklep* openen en •...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Automatische vergrendeling bij het 2. Druk op de bijbehorende knop van het Symbool Melding Betekenis wegrijden bedieningspaneel op het bestuurdersportier. Kinderslot ach- Het kinderslot > Op het bestuurdersdisplay staat de mel- Bij het wegrijden worden de portieren en de is geactiveerd.
Pagina 260
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Elektrisch bedienbare achterklep* openen en sluiten Functie die het mogelijk maakt om de achterklep met één druk op een knop te openen en te slui- ten. Openen Open de elektrisch bediende achterklep op een van de volgende manieren: Schopbeweging* onder de achterbumper.
Pagina 261
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Sluiten en vergrendelen Druk lang op de knop op de transpon- – dersleutel. > De achterklep sluit automatisch en er klinkt een signaal – de achterklep blijft onvergrendeld staan. Druk lang op de knop op het dashboard. –...
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM dersleutels van de auto zich binnen bereik Als de achterklep stopt in de buurt van de geslo- Voorgespannen veren bevindt. ten stand, zal de achterklep bij een volgende handsfree activering worden geopend. Bij passief* vergrendelen of sluiten klinken •...
Pagina 263
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Maximale openingshoek voor Achterklep openen en sluiten met N.B. elektrische achterklepbediening* een schopbeweging* Om oververhitting tegen te gaan wordt • programmeren Een handige functie wanneer u de handen vol het systeem na langdurig en continu Stem de openingshoek van de achterklep af op hebt, omdat u de achterklep kunt openen en gebruik automatisch even uitgeschakeld.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Openen en sluiten met een Houd uw voet tijdens de schopbeweging niet onder de auto, aangezien de activering hierdoor schopbeweging kan mislukken. Handsfree openen of sluiten onderbreken Maak tijdens het openen of sluiten van de – achterklep een langzame voorwaartse schopbeweging om de beweging van de achterklep te onderbreken.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Privacy locking Privacy locking activeren en Gerelateerde informatie deactiveren Keyless vergrendeling/ontgrendeling en aan- • De achterklep is te vergrendelen via de functie raakgevoelige zones* (p. 250) Privacy locking die voorkomt dat het genoemde Privacy locking is te activeren met de functiek- onderdeel kan worden geopend, bijvoorbeeld nop op het middendisplay en de gekozen pin- Elektrisch bedienbare achterklep* openen en...
Pagina 266
Om een hoofdcode in te stellen: 2. Voer de code in die na vergrendeling moet Als u de auto ontgrendelt via Volvo On Call* of de worden gebruikt om de achterklep te ont- Volvo On Call-appen, wordt de Privacy locking 1.
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Alarm* Alarmindicatie beert te stelen of de auto probeert weg te sle- pen. Het alarm waarschuwt met akoestische en visu- ele signalen als iemand zonder een geldige De bewegingsmelder laat het alarm afgaan bij transpondersleutel inbreekt in de auto of de star- bewegingen in de passagiersruimte –...
Pagina 268
Service vereist Vergrendel de auto en activeer het alarmsysteem het bestuurdersdisplay. Neem dan contact op van de auto door met een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. op de vergrendelingsknop op de transpon- • dersleutel te drukken N.B.
Pagina 269
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Verlaagde guard* Geactiveerd alarm uitschakelen Alarm deactiveren zonder een werkende Druk op de ontgrendelingsknop van de transpondersleutel – Een verlaagde guard houdt in dat de bewe- transpondersleutel of zet de auto in contact- Ook als de transpondersleutel niet werkt, bijvoor- gingsmelder en hellingssensor tijdelijk worden slotstand I door op de startknop te drukken.
Pagina 270
De auto is alleen te ontgrendelen via de trans- bescherming op het functie- pondersleutel, passieve ontgrendeling* of met de scherm van het middendisplay Volvo On Call*-app , wanneer de Safelock-functie om de Safelock-functie tijdelijk geactiveerd is. uit te schakelen. Het linker voorportier is ook te ontgrendelen met het afneembare sleutelblad.
Pagina 271
SLEUTELS, VERGRENDELINGEN EN ALARM Als de auto wordt ontgrendeld en weer wordt ver- grendeld, moet de Safelock-functie weer worden gedeactiveerd. De volgende keer dat u de motor start, wordt het systeem gereset. Gerelateerde informatie • Safelock-functie* (p. 268) Alarm* (p. 265) •...
Pagina 274
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijhulpsystemen Snelheidsafhankelijke stuurkracht City Safety™ (p. 328) • Rear Collision Warning (p. 342) De auto is voorzien van verschillende rijhulpsys- De snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging • temen die u in verschillende situaties actief of zorgt ervoor dat de stuurbekrachtiging afneemt BLIS* (p. 343) •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Elektronische stabiliteitsregeling WAARSCHUWING WAARSCHUWING De elektronische stabiliteitsregeling (ESC Als de temperatuur te hoog oploopt, moet de De functie is een systeem voor aanvul- • helpt u voorkomen dat de wielen doorslippen en bekrachtiging mogelijk helemaal worden uit- lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- verbetert de tractie van de auto.
(zoals zand of een tiveerd als u ESC-sportmodus activeert. dikke laag sneeuw) rijdt. Engine Drag Control Aanhangwagenstabilisering is inbegrepen bij installatie van een originele trekhaak van Volvo. Trailer Stability Assist Electronic Stability Control Trailer Stability Assist * Optie/accessoire.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Sportstand van elektronische De deelfunctie ESC-sportmodus is niet te kie- stabiliteitsregeling activeren/ zen wanneer een van de volgende functies is deactiveren geactiveerd: Snelheidsbegrenzer • De stabiliteitsregeling (ESC ) is altijd geacti- veerd – uitschakelen is niet mogelijk. U kunt ech- Cruisecontrol •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Symbolen en meldingen voor In de volgende tabel staan enkele voorbeelden. elektronische stabiliteitsregeling Op het bestuurdersdisplay kunnen enkele sym- bolen en meldingen verschijnen voor de elektro- nische stabiliteitsregeling (ESC Symbool Melding Betekenis Brandt zo'n 2 seconden lang con- Systeemtest bij het starten van de motor. tinu.
Pagina 279
U kunt meldingen verwijderen door kort te druk- ken op de -knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Elektronische stabiliteitsregeling (p. 273) •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stabiliteitsregeling Snelheidsbegrenzer : Vanuit de actieve stand – deactiveert de snelheidsbegrenzer/zet deze stand-by De stabiliteitsregeling (RSC ) minimaliseert het Een snelheidsbegrenzer (SL ) is te vergelijken risico dat de auto kantelt en over de kop slaat bij met een omgedraaide cruisecontrol – u regelt de : Verlaagt de opgeslagen maximumsnel- plotselinge uitwijkmanoeuvres of slippartijen.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer activeren en Snelheidsbegrenzer heractiveren vanuit de • WAARSCHUWING starten stand-bystand (p. 281) De functie is een systeem voor aanvul- • Aan te houden snelheid instellen voor rijhulp- • Om de snelheid te kunnen regelen moet u eerst lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- systemen (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer deactiveren en Druk, wanneer de snelheidsbegrenzer stand- Tijdelijk deactiveren met het gaspedaal – stand-by zetten De ingestelde maximumsnelheid is tijdelijk te by staat en het symbool is versche- deactiveren en te overschrijden met het gaspe- De snelheidsbegrenzer (SL ) is tijdelijk te deac- nen, op de stuurknop (2).
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer heractiveren Snelheidsbegrenzer uitschakelen Druk op de stuurknop (2). – vanuit de stand-bystand > De snelheidsbegrenzermarkeringen en - De snelheidsbegrenzer (SL ) is uit te schake- symbolen op het bestuurdersdisplay ver- len. De snelheidsbegrenzer (SL ) is te heractiveren kleuren van GRIJS naar WIT en de auto nadat deze tijdelijk gedeactiveerd en stand-by is gebruikt daarna de actuele snelheid als...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de Automatische snelheidsbegrenzer Gerelateerde informatie snelheidsbegrenzer Snelheidsbegrenzer (p. 278) • De automatische snelheidsbegrenzer (ASL Snelheidsbegrenzer activeren en starten helpt u om de maximumsnelheid van de auto af • Op steile aflopende hellingen volstaat de rem- (p. 279) te stemmen op de op verkeersborden aangege- werking van de snelheidsbegrenzer (SL ) moge-...
Pagina 285
BESTUURDERSONDERSTEUNING Is SL of ASL actief? Gerelateerde informatie WAARSCHUWING Symbolen op het bestuurdersdisplay geven aan Rijhulpsystemen (p. 272) • De functie is een systeem voor aanvul- • welke snelheidsbegrenzer actief is: Automatische snelheidsbegrenzer activeren/ • lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- deactiveren (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Automatische snelheidsbegrenzer ASL deactiveren N.B. activeren/deactiveren Om de automatische snelheidsbegrenzer te Als de automatische snelheidsbegrenzer • deactiveren: Als aanvulling op de snelheidsbegrenzer (SL geactiveerd is, verschijnt verkeersbordin- Hulp maximum snelheid is de automatische snelheidsbegrenzer (ASL Druk op de knop –...
Pagina 287
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tolerantie voor de automatische Gerelateerde informatie Druk op de stuurknop (1) totdat – snelheidsbegrenzer wijzigen Automatische snelheidsbegrenzer (p. 282) 70 km/h (43 mph) in het midden van de • snelheidsmeter (4) is gewijzigd in 75 km/h Beperkingen van de automatische snelheids- De automatische snelheidsbegrenzer (ASL ) is •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de automatische Cruisecontrol : Vanuit de stand-bystand – activeert snelheidsbegrenzer de cruisecontrol en slaat de actuele snelheid De cruisecontrol (CC ) helpt u een gelijkmatige snelheid aan te houden, wat voor een comforta- De automatische snelheidsbegrenzing (ASL beler rijervaring kan zorgen tijdens lange ritten vindt plaats op basis van snelheidsinformatie : Vanuit de actieve stand –...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cruisecontrol activeren en starten Doe in dat geval het volgende: WAARSCHUWING Om de snelheid te kunnen regelen moet u eerst Druk het gaspedaal tot ongeveer halverwege – De functie is een systeem voor aanvul- • in en laat het pedaal weer los. de cruisecontrol (CC ) kiezen en activeren.
Pagina 290
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidsbegrenzer deactiveren en Om de cruisecontrol te starten: Stand-by vanwege ingreep van bestuurder stand-by zetten De cruisecontrol wordt in de volgende gevallen – Als het symbool/de functie wordt tijdelijk gedeactiveerd en stand-by gezet: De cruisecontrol (CC ) is tijdelijk te deactiveren weergegeven - druk op de stuurknop en stand-by te zetten en vervolgens weer te acti- u bedient het rempedaal...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cruisecontrol heractiveren vanuit de Gerelateerde informatie Om de cruisecontrol vanuit de stand-bystand te stand-bystand starten: Cruisecontrol (p. 286) • Cruisecontrol heractiveren vanuit de stand- • De cruisecontrol (CC ) is tijdelijk te deactiveren Druk op de stuurknop (2). – bystand (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cruisecontrol uitschakelen Gerelateerde informatie Adaptieve cruisecontrol* Cruisecontrol (p. 286) • De cruisecontrol (CC ) is uit te schakelen. De adaptieve cruisecontrol (ACC ) helpt u om Wisselen tussen cruisecontrol en adaptieve • een gelijkmatige snelheid en een bepaald tijds- cruisecontrol* (p.
Rijhulpsystemen (p. 272) • zo nodig af te remmen. Het is normaal dat de Bediening en displayweergave van de adap- • remmen zwakke geluiden produceren, wanneer tieve cruisecontrol* (p. 292) Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 294
BESTUURDERSONDERSTEUNING Bediening en displayweergave van Adaptieve cruisecontrol activeren en starten* Verkleint het tijdsverschil ten opzichte van de • de adaptieve cruisecontrol* (p. 293) voorligger Doelvoertuigindicatie: de functie heeft een Beperkingen van adaptieve cruisecontrol* • Een overzicht van de bediening van de adaptieve doelvoertuig ontdekt en volgt deze met een (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Adaptieve cruisecontrol activeren Adaptieve cruisecontrol starten/ Als het symbool/de functie (4) wordt – en starten* activeren weergegeven - druk op de stuurknop Om ACC te kunnen starten, is het volgende ver- (1). De adaptieve cruisecontrol (ACC ) moet, om eist: de snelheid en het tijdsverschil te kunnen rege- >...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Adaptieve cruisecontrol Om de adaptieve cruisecontrol tijdelijk uit te u houdt meer dan 1 minuut lang een hogere • deactiveren/heractiveren* schakelen en stand-by te zetten: snelheid aan dan ingesteld. u bedient het koppelingspedaal langer dan • De adaptieve cruisecontrol (ACC ) is tijdelijk te Druk op de stuurknop (2).
BESTUURDERSONDERSTEUNING u doet de veiligheidsgordel af. Automatische stand-bystand • WAARSCHUWING De adaptieve cruisecontrol is afhankelijk van het motortoerental is te laag/hoog. • Wanneer u de snelheid weer hervat met de andere systemen, zoals de stabiliteitsregeling/ een of meer wielen verliezen hun grip op het •...
Pagina 298
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van adaptieve Wisselen tussen cruisecontrol en Gerelateerde informatie cruisecontrol* adaptieve cruisecontrol* Adaptieve cruisecontrol* (p. 290) • Beperkingen van de gecombineerde camera Bij een auto met adaptieve cruisecontrol De adaptieve cruisecontrol (ACC ) kent moge- • en radarsensor (p. 323) lijk beperkingen in bepaalde situaties.
BESTUURDERSONDERSTEUNING 2. Druk op de knop Cruise control op het Overschakelen van CC op ACC functiescherm van het middendisplay – de U doet dat als volgt: kleur van het controlelampje in de knop ver- 1. Zet de cruisecontrol stand-by met de stuur- andert van GRIJS in GROEN.
Pagina 300
BESTUURDERSONDERSTEUNING Symbolen en meldingen voor Op de voorgaande afbeelding ziet u dat de adap- adaptieve cruisecontrol* tieve cruisecontrol is ingesteld op het aanhouden van een snelheid van 110 km/h (68 mph) en dat Op het bestuurdersdisplay kunnen enkele sym- er geen voorliggers zijn die het systeem kan vol- bolen en meldingen verschijnen voor de adap- gen.
Pagina 301
-knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Adaptieve cruisecontrol* (p. 290) • * Optie/accessoire.
Pagina 302
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist U kiest de gewenste snelheid en het aan te hou- De kleur van het stuursymbool den tijdsverschil ten opzichte van voorliggers. geeft de actuele status van de Pilot Assist helpt u om tussen de zijmarkeringen Pilot Assist registreert de afstand tot de voorlig- stuurhulp aan: van de rijbaan te blijven rijden dankzij stuurhulp, ger en de zijmarkeringen van de rijstrook op de...
In situaties waarin krachtig afwachten maar altijd klaar moet staan om de moet worden geremd moet u dan ook zelf te besturing over te nemen, vooral in bochten. remmen. Dit is bijvoorbeeld het geval bij grote Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Bediening en displayweergave van Als de auto een afslag of splitsing van de Symbolen en meldingen voor Pilot Assist* • • Pilot Assist rijstrook nadert, dient u in de richting van de (p. 308) gewenste rijstrook te sturen om de gewenste Waarschuwing rijhulpsystemen bij een drei- Een overzicht van de bediening van de Pilot •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist activeren en starten Bestuurdersdisplay : Verlaagt de opgeslagen snelheid Pilot Assist moet, om de snelheid en het tijdsver- Vergroot het tijdsverschil ten opzichte van de schil te kunnen regelen en stuurhulp te kunnen voorligger bieden, eerst worden geactiveerd en vervolgens Verkleint het tijdsverschil ten opzichte van de worden gestart.
Pagina 306
BESTUURDERSONDERSTEUNING Met de adaptieve cruisecontrol stand-by: De hogere snelheid is de opgeslagen/gekozen Gerelateerde informatie snelheid en de lagere snelheid is de snelheid van Pilot Assist (p. 300) • 1. Druk op de stuurknop ▶ (6). de voorligger (het doelvoertuig). Pilot Assist deactiveren/heractiveren •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Pilot Assist deactiveren/ ...of... u bedient het koppelingspedaal langer dan • heractiveren ca. 1 minuut – geldt voor auto's met handge- Druk op de stuurknop ◀ (3). – schakelde versnellingsbak. Pilot Assist is tijdelijk te deactiveren en stand-by > Pilot Assist wordt uitgeschakeld en scha- Wanneer u gas bijgeeft met het gaspedaal zoals te zetten en vervolgens weer te activeren.
BESTUURDERSONDERSTEUNING de gecombineerde camera en radarsensor Om Pilot Assist opnieuw te activeren: Automatische stand-bystand • wordt afgedekt door sneeuw of zware regen- Pilot Assist is afhankelijk van andere systemen Druk op de stuurknop (1). – val (blokkering cameralens/radarsignalen). zoals de stabiliteitsregeling/antislipregeling >...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Pilot Assist slechte lichtomstandigheden, tegenlicht, WAARSCHUWING een natte rijbaan et cetera. In bepaalde situaties gelden mogelijk beperkin- In bepaalde situaties heeft de stuurassistentie Let er ook op dat Pilot Assist de volgende gen voor de werking van Pilot Assist. van Pilot Assist moeite om u op de juiste beperkingen heeft: manier te helpen of wordt de stuurassistentie...
Pagina 310
BESTUURDERSONDERSTEUNING Symbolen en meldingen voor gebruiken, wat wisselende prestaties kan Overig Pilot Assist* betekenen. Off Road U kunt niet kiezen, wanneer Pilot • Assist is geactiveerd. Pilot Assist wordt uitgeschakeld, als de • Op het bestuurdersdisplay kunnen enkele sym- snelheidsafhankelijke stuurbekrachtiging bolen en meldingen verschijnen ten aanzien van N.B.
Pagina 311
BESTUURDERSONDERSTEUNING Op de voorgaande afbeelding ziet u dat Pilot Op de voorgaande afbeelding ziet u dat Pilot Op de voorgaande afbeelding ziet u dat Pilot Assist is ingesteld op het aanhouden van een Assist is ingesteld op het aanhouden van een Assist is ingesteld op het aanhouden van een snelheid van 110 km/h (68 mph) en dat het sys- snelheid van 110 km/h (68 mph) en dat het sys-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Waarschuwing rijhulpsystemen bij Van doelvoertuig veranderen met met het waarschuwingslampje en een waarschu- een dreigende botsing rijhulpsystemen wingssignaal op attent gemaakt dat u onmiddel- lijk moet ingrijpen. De rijhulpsystemen Pilot Assist en adaptieve De rijhulpsystemen adaptieve cruisecontrol* cruisecontrol* kunnen u waarschuwen, als de en Pilot Assist kunnen bij auto's met een auto- WAARSCHUWING afstand tot voorliggers plotseling te klein wordt.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Tijdsverschil instellen voor WAARSCHUWING N.B. rijhulpsystemen Wanneer de rijhulpsystemen een rijdende Als het symbool op het bestuurdersdisplay Het is mogelijk om het tijdsverschil ten opzichte voorligger volgen bij snelheden boven twee voertuigen toont, volgt ACC de voorlig- van voorliggers in stellen die de functies adap- 30 km/h (20 mph) en het doelvoertuig verrui- ger met een vooraf gekozen tijdsverschil.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijmodus voor rijhulp N.B. U kunt aangeven op welke manier de rijhulpsys- Hoe hoger de snelheid, hoe langer de • temen een bepaalde afstand tot voorliggers volgafstand in meters voor een bepaald moeten aanhouden. tijdsverschil. U maakt een keuze via de rijmodusknop DRIVE Houd alleen een tijdsverschil aan dat niet •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Aan te houden snelheid instellen Wijzig de opgeslagen snelheid door kort op een voorligger volgen tot aan stilstand, is het kie- – voor rijhulpsystemen zen/opslaan van een lagere snelheid dan de de stuurknoppen (1) of (2) te druk- genoemde 30 km/h (20 mph) niet mogelijk. ken of door ze ingedrukt te houden.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Automatische remfunctie van Dit gebeurt als de functie de auto staande houdt N.B. rijhulpsystemen met behulp van de bedrijfsrem en: De rijhulpsystemen kunnen de auto maximaal De Pilot Assist en adaptieve cruisecontrol* u het bestuurdersportier opent of de veilig- •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Inhaalassistent Inhaalassistent gebruiken Adaptieve cruisecontrol* (p. 290) • Pilot Assist (p. 300) De inhaalassistent kan u helpen bij het inhalen Er gelden enkele voorwaarden voor het gebruik • van andere voertuigen. De functie is te gebrui- van de inhaalassistent. ken in combinatie met Pilot Assist of de adap- Om de inhaalassistent te kunnen activeren, is het tieve cruisecontrol* (ACC...
Pagina 318
BESTUURDERSONDERSTEUNING Radarsensor Gerelateerde informatie WAARSCHUWING Rijhulpsystemen (p. 272) • De radarsensor wordt door meerdere rijhulpsys- Let erop dat de inhaalassistent bij plotselinge temen gebruikt en heeft tot taak om andere voer- Beperkingen van de gecombineerde camera • wijzigingen tijdens het gebruik ervan soms tuigen te detecteren.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Typegoedkeuring voor radarsensor Hier staan de typegoedkeuringen voor de radar- sensoren van de ACC -, PA - en BLIS -func- ties. ACC & Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring ✓ Botswana Este equipamento opera em caráter secundário, isto é, não tem direito à proteção contra interferência prejudicial, mesmo de estações do mesmo tipo, e não pode causar interferência a sistemas operando em caráter primário.
Pagina 320
BESTUURDERSONDERSTEUNING ACC & Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring Hereby, Delphi Electronics and Safety declares that L2C0054TR is in compliance with the essential requirements and other relevant provisions of Directive 2014/53/EU (RED). The original declaration of conformity can be accessed at the following link www.delphi.com/ automotive-homologation.
Pagina 321
BESTUURDERSONDERSTEUNING ACC & Markt BLIS Symbool Typegoedkeuring Type Approval No.: TRC/LPD/2014/255 ✓ Equipment Type: Low Power Device (LPD) Jordanië ✓ TRC/LPD/2017/63 Certification No. ✓ MSIP-CMI- DPH-L2C0054TR Korea ✓ MSIP-CMM-HLA-RS4 AGREE PAR L’ANRT MAROC ✓ Marokko NUMÉRO D’AGRÉMENT: MR 9929 ANRT 2014 DATE D’AGRÉMENT: 26/12/2014 ✓...
Pagina 323
і ь і Delphi : Delphi. ✓ Typegoedkeuring voor radioapparatuur Markt Symbool Typegoedkeuring Volvo Cars verklaart hier- bij dat alle radioappara- tuur conform de essenti- Europa ele eisen en andere rele- vante bepalingen is van de Richtlijn 2014/53/EU. Gerelateerde informatie Radarsensor (p.
Pagina 324
BESTUURDERSONDERSTEUNING Camera Gerelateerde informatie Rijhulpsystemen (p. 272) • De camera wordt gebruikt door meerdere rij- hulpsystemen en heeft tot taak om bijvoorbeeld Beperkingen van de gecombineerde camera • de zijlijnen van de weg of verkeersborden te en radarsensor (p. 323) detecteren.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de gecombineerde De camera zit aan de binnenkant op het boven- In de volgende tabel staan voorbeelden van camera en radarsensor ste deel van de voorruit, samen met de radarsen- mogelijke oorzaken van het verschijnen van de sor van de auto.
Bezoek een werkplaats om de binnenkant van de voorruit achter de behuizing van camera en radarsensor gekomen. de eenheid te laten reinigen. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Fel tegenlicht Valt niets aan te doen. In betere lichtomstandigheden wordt de camera automa- tisch opnieuw geactiveerd.
BESTUURDERSONDERSTEUNING beeld als een inhalend voertuig invoegt tus- val, in dichte mist of in dikke stofwolken of stuif- Beperkt blikveld sen u en uw voorligger. sneeuw. In dergelijke omstandigheden kunnen De radarsensor heeft een beperkt blikveld. In functies die gebruikmaken van de camera grote bepaalde gevallen wordt een voorligger niet ont- Ook kleine voertuigen, zoals motorfietsen of beperkingen ondervinden of tijdelijk gedeacti-...
Pagina 328
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulpcamera* kan variëren wat lichtsterkte en kwaliteit betreft. Defecte camera Slechte lichtomstandigheden leveren mogelijk Als een camerasector zwart Dode hoeken een slechtere beeldkwaliteit op. blijft en het nevenstaande sym- bool bevat, betekent dit dat de Parkeerhulpcamera achter desbetreffende camera defect WAARSCHUWING Hieronder een voorbeeld.
Maak cameralenzen regelmatig schoon met • lauw water en autoshampoo. Wees voorzich- tig zodat er geen krassen op de lens komen. BELANGRIJK Laat het onderhoud aan rijhulpcomponenten over aan een werkplaats Positie van de sensoren. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 330
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety™ peld aan onoplettendheid tot bijna-ongelukken WAARSCHUWING kunnen leiden. City Safety kan u met licht- en geluidssignalen Auto Brake van City Safety kan een bot- • Het systeem helpt u door automatisch te rem- en rempedaaltrillingen attenderen op plotseling sing geheel voorkomen of de botssnel- men, wanneer het gevaar voor een botsing met opdoemende voetgangers, fietsers, grotere die-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parameters en deelfuncties van City City Safety bij ontoereikende uitwijkma- • WAARSCHUWING Safety noeuvre (p. 337) De functie is een systeem voor aanvul- • City Safety bij kruisend verkeer (p. 335) • City Safety kan een botsing met een voorligger, lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- fietser, voetganger of een groter dier voorkomen Beperkingen van City Safety bij kruisend ver-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Deelfuncties van City Safety acht of u zelf remt of niet. De auto wordt daarbij 1 – Collision Warning maximaal afgeremd om de botssnelheid te Eerst wordt u gewaarschuwd voor een dreigende beperken of zoveel als nodig is om een aanrijding botsing.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Waarschuwingsafstand instellen Safety niet alleen minder vaak waarschuwt, maar N.B. voor City Safety ook minder snel. Als City Safety remt, gaan de remlichten bran- City Safety mag dan altijd geactiveerd zijn, u Gebruik waarschuwingsafstand Laat daarom den. kunt wel een waarschuwingsafstand kiezen. alleen in uitzonderingsgevallen, zoals bij sportief rijden.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Obstakeldetectie met City Safety WAARSCHUWING N.B. City Safety kan u helpen bij het detecteren van Geen enkel automatisch systeem kan in Waarschuwingen via de richtingaanwijzers • voertuigen, fietsers, grotere dieren en voetgan- alle situaties een 100 % feilloze werking voor de Rear Collision Warning worden gers.
Pagina 335
BESTUURDERSONDERSTEUNING Voor optimale systeemprestaties moet de functie Voetganger WAARSCHUWING die verantwoordelijk is voor identificatie van fiet- City Safety is een systeem voor aanvullende sers zo uniform mogelijke informatie over de bestuurdersondersteuning dat niet altijd alle lichaams- en fietscontouren ontvangen – wat fietsers kan detecteren en bijvoorbeeld inhoudt dat kenmerkende (lichaams-)delen zoals moeite heeft met:...
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety kan dankzij de koplampen van de auto Grotere dieren City Safety kan dankzij de koplampen van de auto ook in het donker voetgangers detecteren. ook in het donker grotere dieren detecteren. WAARSCHUWING WAARSCHUWING City Safety is een systeem voor aanvullende City Safety is een systeem voor aanvullende bestuurdersondersteuning dat niet altijd alle bestuurdersondersteuning dat niet altijd alle...
Pagina 337
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety bij kruisend verkeer Gerelateerde informatie WAARSCHUWING City Safety™ (p. 328) • City Safety kan u helpen als uw auto tijdens het Rijhulpsystemen waarschuwen alleen voor afslaan op een kruising het pad van een tegen- Beperkingen van City Safety (p. 339) •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van City Safety bij Gerelateerde informatie N.B. kruisend verkeer City Safety™ (p. 328) • De functie maakt gebruik van de gecombi- In bepaalde gevallen kan het voor City Safety Beperkingen van City Safety bij kruisend ver- • neerde camera en radarsensor van de auto moeilijk zijn om u te helpen bij een dreigende keer (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety bij ontoereikende via een uitwijkmanoeuvre een botsing te voorko- N.B. uitwijkmanoeuvre men. De functie maakt gebruik van de gecombi- City Safety kan u helpen door de auto automa- Als City Safety echter inschat dat u niet kunt uit- neerde camera en radarsensor van de auto tisch eerder te remmen, wanneer een botsing wijken door verkeer in de aangrenzende rijstro-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING City Safety remt voor tegenliggers uw eigen rijbaan heeft duidelijke zijmarkerin- • WAARSCHUWING City Safety kan u in noodgevallen helpen bij het De functie is een systeem voor aanvul- • u rijdt recht vooruit in uw eigen rijbaan remmen voor een tegenligger in uw rijstrook. •...
Laat het onderhoud aan rijhulpcomponenten visuele waarschuwingssignaal aan de binnenkant over aan een werkplaats van de voorruit mogelijk niet werkt. De functie is niet op alle markten beschikbaar. Electronic Stability Control Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Overig zaam rijdende of stilstaande voorliggers Gerelateerde informatie en grote dieren. City Safety™ (p. 328) • WAARSCHUWING Er wordt niet gewaarschuwd noch • Beperkingen van City Safety bij kruisend ver- • geremd voor voetgangers en fietsers bij keer (p. 336) Als de gecombineerde radarsensor en •...
U kunt meldingen verwijderen door kort te druk- ken op de -knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie • City Safety™ (p. 328)
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Rear Collision Rear Collision Warning N.B. Warning De Rear Collision Warning (RCW) kan u hel- Waarschuwingen via de richtingaanwijzers In bepaalde gevallen kan het voor Rear Collision pen om aanrijdingen van achteren door nade- voor de Rear Collision Warning worden Warning (RCW) moeilijk zijn om u te helpen bij rende achterliggers te voorkomen.
Pagina 345
BESTUURDERSONDERSTEUNING BLIS* waarschuwing wordt gegeven, schakelt het con- trolelampje over van constant branden op knippe- Het BLIS dient om u te helpen bij het ontdek- ren met een feller licht. ken van naderende achterliggers schuin achter en naast u bij ritten in druk verkeer op wegen N.B.
BESTUURDERSONDERSTEUNING BLIS activeren of deactiveren Meldingen voor BLIS (p. 346) • WAARSCHUWING De BLIS is te activeren of te deactiveren. De functie is een systeem voor aanvul- • lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- ten en de rijveiligheid te verhogen, maar het systeem werkt niet in alle verkeers-, weers- en wegomstandigheden.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van BLIS start nog steeds zo en zal er geen controlelampje dergelijks op de trekhaak van de auto te branden. monteren. BLIS kent mogelijk beperkingen in bepaalde situaties. Gerelateerde informatie WAARSCHUWING • BLIS* (p. 343) BLIS werkt niet in scherpe bochten. •...
In de volgende tabel staan enkele voorbeelden. Melding Betekenis Dodehoeksensor Het systeem werkt niet naar behoren. Neem contact op met een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Service vereist Dodehoeksysteem uit BLIS en CTA zijn gedeactiveerd, omdat er een aanhangwagen op het elektrische systeem van de auto is aangesloten.
Pagina 349
BESTUURDERSONDERSTEUNING Cross Traffic Alert CTA is alleen actief als de auto achteruit rolt of in tie Auto-brake in om de auto tot stilstand te de achteruit is gezet. brengen, waarna op het bestuurdersdisplay Cross Traffic Alert (CTA) is een hulpmiddel bij een melding verschijnt die uitlegt waarom de Als CTA detecteert dat er van de zijkant iets aan- BLIS...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Cross Traffic Cross Traffic Alert activeren/ WAARSCHUWING deactiveren Alert De functie is een systeem voor aanvul- • U kunt ervoor kiezen om de waarschuwingssig- met auto-brake kent mogelijk beper- De CTA lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- nalen van de functie CTA uit te schakelen –...
Pagina 351
BESTUURDERSONDERSTEUNING staande obstakels, fietsers of voetgangers "zien" en ervoor remmen. Vuil, ijs en sneeuw op de sensoren kunnen • voor functiebeperkingen zorgen en waar- schuwingen onmogelijk maken. CTA wordt automatisch gedeactiveerd bij • aansluiting van een aanhangwagen, fietsdra- ger of iets dergelijks op het elektrische sys- teem van de auto.
In de volgende tabel staan voorbeelden. Melding Betekenis Dodehoeksensor Het systeem werkt niet naar behoren. Neem contact op met een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Service vereist Dodehoeksysteem uit BLIS en CTA zijn gedeactiveerd, omdat er een aanhangwagen op het elektrische systeem van de auto is aangesloten.
Pagina 353
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie* WAARSCHUWING De verkeersbordinformatie (RSI ) kan u atten- De functie is een systeem voor aanvul- • deren op snelheidsspecifieke verkeersborden en lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- bepaalde verbodsborden. ten en de rijveiligheid te verhogen, maar het systeem werkt niet in alle verkeers-, weers- en wegomstandigheden.
Pagina 354
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie* activeren/ Verkeersbordinformatie met snelheidswaar- • N.B. deactiveren schuwing en instellingen* (p. 355) Als de automatische snelheidsbegrenzer • Verkeersbordinformatie met flitspaalinforma- • De verkeersbordinformatie (RSI ) is optioneel – geactiveerd is, verschijnt verkeersbordin- tie* (p. 357) u kunt zelf kiezen of de functie geactiveerd of formatie op het bestuurdersdisplay, ook al gedeactiveerd moet zijn.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie en Samen met het symbool voor Bij een auto met Sensus Navigation* worden nor- bordweergave* de geldende maximumsnelheid maal alleen directe snelheidsborden getoond – indirecte snelheidsborden verschijnen alleen als kan ook een aanvullend bord De verkeersbordinformatie (RSI ) toont ver- in de kaartgegevens geen informatie staat over verschijnen, bijvoorbeeld het keersborden op verschillende manieren, afhan-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING symbool met het corresponderende verkeersborg Aanvullende borden Sommige snelheden gelden op het bestuurdersdisplay getoond. bijvoorbeeld alleen een bepaald traject of op een bepaalde tijd Voorbeeld van een direct snel- van de dag. U wordt hierop heidsbord geattendeerd met een symbool voor een aanvullend bord onder het snelheidssymbool.
Pagina 357
BESTUURDERSONDERSTEUNING Verkeersbordinformatie en Sensus Verkeersbordinformatie met U krijgt altijd een snelheids- Navigation* snelheidswaarschuwing en waarschuwing bij overschrijding instellingen* van de maximumsnelheid voor Bij een auto met Sensus Navigation*, wordt er in flitspalen die in verband met de Waarschuwing max. snelheid De deelfunctie de volgende gevallen snelheidsspecifieke infor- flitspaalinformatie geregistreerd...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Instellingen U kunt de instelling voor de akoestische waar- 2. Vink Audiowaarschuwing flitspaal aan/uit schuwing als volgt wijzigen: om de akoestische waarschuwing voor snel- Limiet voor snelheidswaarschuwing heidscamera's in/uit te schakelen. aanpassen 1. Kies Instellingen My Car IntelliSafe U kunt kiezen om te worden gewaarschuwd bij Gerelateerde informatie Road Sign Information in het hoofd-...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Snelheidswaarschuwing van Verkeersbordinformatie met N.B. verkeersbordinformatie activeren/ flitspaalinformatie* Om een akoestisch waarschuwingssig- • deactiveren Auto's met verkeersbordinformatie (RSI ) en naal te krijgen bij overschrijding van de Sensus Navigation* kunnen op het bestuurders- maximumsnelheid moet Waarschuwing U activeert de deelfunctie Waarschuwing max.
Pagina 360
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van Driver Alert Control N.B. Verkeersbordinformatie* Driver Alert Control (DAC) dient om u erop te De RSI-functie kan sommige soorten fiets- attenderen dat u de auto op ongecontroleerde De verkeersbordinformatie (RSI ) kent mogelijk dragers die zijn aangesloten op de elektrische wijze bestuurt (omdat u bijvoorbeeld afgeleid beperkingen in bepaalde situaties.
Pagina 361
BESTUURDERSONDERSTEUNING Een camera tast de zijmarkeringen van de rijbaan WAARSCHUWING WAARSCHUWING af en vergelijkt de wegrichting met uw stuurbe- Gebruik Driver Alert Control niet om langer te Neem een waarschuwing van Driver Alert wegingen. blijven rijden dan normaal, maar plan altijd Control altijd serieus, omdat u bij slaperigheid regelmatig pauzes in en zorg ervoor dat u uit- uw lichamelijke conditie vaak minder goed...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Driver Alert Control activeren/ Begeleiding naar parkeerplaats Beperkingen van Driver Alert deactiveren kiezen bij waarschuwing van Driver Control Alert Control De Driver Alert Control (DAC) is te activeren/ De Driver Alert Control (DAC) kent mogelijk Begeleiding deactiveren. beperkingen in bepaalde situaties. U kunt aangeven of de functie ruststop moet zijn geactiveerd/gedeactiveerd.
Pagina 363
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijbaanassistent beweging de auto actief terug de rijbaan in sturen. De rijbaanassistent (LKA ) moet op snelwegen, Waarsch geactiveerd: Als de auto een zijlijn • hoofdwegen en dergelijke het risico beperken dreigt te passeren, wordt u gewaarschuwd dat uw auto onbedoeld de eigen rijbaan verlaat. met stuurtrillingen.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij rijbaanassistent Rijbaanassistent grijpt niet in WAARSCHUWING Voor het gebruik van de stuurhulp met rijbaanas- De functie is een systeem voor aanvul- • sistent (LKA ) moet u uw handen aan het stuur lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- houden.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Rijbaanassistent activeren/ Assistentie-opties voor Beperkingen van rijbaanassistent deactiveren rijbaanassistent kiezen In bepaalde veeleisende situaties kan de rijbaa- nassistent (LKA ) u moeilijk op de juiste manier De rijbaanassistent (LKA ) is optioneel – u kunt U kunt kiezen wat de rijbaanassistent (LKA helpen –...
Pagina 366
BESTUURDERSONDERSTEUNING N.B. De functie maakt gebruik van de gecombi- neerde camera en radarsensor van de auto die enkele algemene beperkingen heeft. Gerelateerde informatie Rijbaanassistent (p. 361) • Snelheidsafhankelijke stuurkracht (p. 272) • Beperkingen van de gecombineerde camera • en radarsensor (p. 323)
Betekenis Best.onderst.systeem Het systeem werkt niet naar behoren. Neem contact op met een werkplaats. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Beperkte functionaliteit Service vereist Voorruitsensor Het vermogen van de camera om de rijbaan vóór de auto af te tasten is beperkt.
Pagina 368
-knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Rijbaanassistent (p. 361) • Symbolen op het bestuurdersdisplay voor de •...
Pagina 369
BESTUURDERSONDERSTEUNING Symbolen op het Gerelateerde informatie Niet beschikbaar bestuurdersdisplay voor de Rijbaanassistent (p. 361) • rijbaanassistent De rijbaanassistent (LKA ) wordt gevisualiseerd met een symbool op het bestuurdersdisplay. Het symbool is afhankelijk van de situatie. Hier volgt een aantal voorbeel- den van het uiterlijk van het symbool en in welke situaties dit verschijnt:...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij botsgevaar Niveau van stuurhulp bij dreigende bermon- • WAARSCHUWING gelukken (p. 369) Hulp bij het voorkomen van De functie De functie is een systeem voor aanvul- • aanrijdingen Beperkingen van de stuurhulp bij een drei- kan het risico helpen beperken dat •...
Pagina 371
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij botsgevaar activeren/ Niveau van stuurhulp bij dreigende N.B. deactiveren bermongelukken Hulp bij het Bij deactivering van De stuurhulp is optioneel – u kunt zelf kiezen of Het systeem heeft twee activeringsniveaus bij voorkomen van aanrijdingen worden alle de functie geactiveerd of gedeactiveerd moet een ingreep: betrokken deelfuncties uitgeschakeld:...
Pagina 372
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij dreigende Stuurhulp en remingreep WAARSCHUWING bermongelukken De functie is een systeem voor aanvul- • De stuurhulp kent enkele deelfuncties. De stuur- lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- hulp bij dreigende bermongelukken kan het ten en de rijveiligheid te verhogen, maar gevaar helpen beperken dat u onbedoeld van de het systeem werkt niet in alle verkeers-, weg raakt door de auto actief terug de weg op...
Pagina 373
BESTUURDERSONDERSTEUNING Stuurhulp bij dreigende Als u de rijbaan dreigt te verlaten en daarbij het WAARSCHUWING tegenliggerbotsing pad van een tegenligger kruist, kan het systeem De functie is een systeem voor aanvul- • u helpen om de auto terug de eigen rijbaan in te De stuurhulp kent enkele deelfuncties.
Pagina 374
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de stuurhulp bij N.B. een dreigende botsing De functie maakt gebruik van de gecombi- Het systeem kent mogelijk beperkingen in de neerde camera en radarsensor van de auto volgende situaties, zodat bijv. niet wordt ingegre- die enkele algemene beperkingen heeft. pen in de volgende gevallen: bij kleinere voertuigen zoals motorfietsen •...
Pagina 375
-knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Stuurhulp bij botsgevaar (p. 368) •...
Pagina 376
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulp* Hoe korter de afstand tot het obstakel, des te N.B. korter op elkaar klinken de signalen. Wanneer u De parkeerhulp kan u helpen bij het parkeren in Behalve in het gebied rond het autosym- • ondertussen het audiosysteem beluistert, wordt krappe ruimten door de afstand tot obstakels bool, worden alleen geluidssignalen het volume daarvan tijdelijk verlaagd.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulp aan voorzijde, WAARSCHUWING N.B. achterzijde en zijkanten* De functie is een systeem voor aanvul- De parkeerhulp wordt gedeactiveerd wanneer • De parkeerhulp reageert anders afhankelijk van lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- u de parkeerrem gebruikt of als u bij een auto de vraag met welke kant van de auto u een ten en de rijveiligheid te verhogen, maar met automatische versnellingsbak de keuze-...
De onderbroken geluidssignalen volgen elkaar snel op haak – zonder een originele aanhangerkabel bij een afstand kleiner dan zo'n 25 cm (0,8 ft) tot een van Volvo – moet u de Park Assist mogelijk obstakel. GROENE knopindicatie – de functie is geac- •...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van parkeerhulp BELANGRIJK BELANGRIJK De parkeerhulp is niet in staat om in alle situaties Obstakels zoals kettingen, smalle glanzende In bepaalde omstandigheden kan het par- alles te registreren, zodat er soms beperkingen palen of lage obstakels kunnen "afgescha- keerhulpsysteem ten onrechte waarschu- gelden voor de werking.
-knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie • Parkeerhulp* (p. 374) * Optie/accessoire.
Pagina 381
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulpcamera* Trekhaak* – hulplijn voor trekhaak active- ren/deactiveren* De parkeerhulpcamera kan u helpen bij het par- keren in krappe ruimten door obstakels weer te CTA* – Cross Traffic Alert activeren/deacti- geven met camerabeelden en grafische voorstel- veren lingen op het middendisplay. Voorwerpen/obstakels kunnen dichter bij de auto zijn dan ze lijken op het beeldscherm.
Pagina 382
BESTUURDERSONDERSTEUNING Weergaven voor de Symbolen en meldingen voor de parkeer- • WAARSCHUWING parkeerhulpcamera* hulpcamera (p. 387) De functie is een systeem voor aanvul- • Beperkingen van de gecombineerde camera • De functie kan een gecombineerde 360°-aan- lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- en radarsensor (p.
Pagina 383
BESTUURDERSONDERSTEUNING Als de auto tevens is uitgerust met 360°-aanzicht* Naar voren Parkeerhulpsysteem * wordt de afstand tot gedetecteerde obstakels aangeduid met velden in verschillende kleuren. De camera's zijn automatisch of handmatig te activeren. Achterzijde De parkeerhulpcamera aan de voorzijde zit in de grille. "Blikveld"...
Pagina 384
BESTUURDERSONDERSTEUNING Hulplijnen voor parkeerhulpcamera* De lijnen op het scherm worden geprojecteerd Naar zijkanten als stonden ze op de grond achter de auto. De lij- De parkeerhulpcamera's geeft met lijnen op het nen zijn bovendien afhankelijk van de stuuruit- beeldscherm aan waar de auto zich ten opzichte slag, zodat u ook tijdens het draaien kunt zien van de omgeving bevindt.
Pagina 385
BESTUURDERSONDERSTEUNING Hulplijnen in 360°-aanzicht* Hulplijn voor trekhaak* BELANGRIJK Let erop dat op het beeldscherm alleen • het gebied achter de auto wordt weerge- geven, als u voor de achteruitkijkcamera hebt gekozen – let in dat geval goed op de zijkanten en voorkant van de auto wanneer u tijdens het achteruitrijden het stuurwiel verdraait.
Pagina 386
BESTUURDERSONDERSTEUNING Sensorvelden van parkeerhulp voor 1. Druk op Trekhaak (1). De kleur van de sensorvelden voor en achter ver- parkeerhulpcamera andert naarmate de afstand tot het obstakel klei- > De hulplijn voor het vermoedelijk traject ner wordt – van GEEL, via ORANJE in ROOD. van de trekhaak wordt getoond, terwijl de Als de auto uitgerust is met parkeerhulp wordt hulplijnen van de auto tegelijkertijd...
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeerhulpcamera starten De kleur van de sensorvelden aan zijkant veran- Sensorvelden naar de zijkanten dert naarmate de afstand tot het obstakel kleiner De waarschuwingssignalen zijn afhankelijk van De parkeerhulpcamera start automatisch bij het wordt – van GEEL in ROOD. het beoogde traject van de auto.
Pagina 388
BESTUURDERSONDERSTEUNING 1 minuut opnieuw geactiveerd, op voorwaarde dat u niet sneller rijdt dan 50 km/h (31 mph). De overige camera-aanzichten doven bij 15 km/h (9 mph) en worden niet opnieuw geactiveerd. Gerelateerde informatie • Parkeerhulpcamera* (p. 379) * Optie/accessoire.
U kunt meldingen verwijderen door kort te druk- Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- • Parkeerhulpcamera* (p. 379) ken op de -knop in het midden van de rech- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. ter stuurknoppenset. * Optie/accessoire.
Pagina 390
BESTUURDERSONDERSTEUNING Actieve parkeerhulp* WAARSCHUWING N.B. De actieve parkeerhulp (PAP ) kan u helpen De functie is een systeem voor aanvul- PAP meet de ruimte en stuurt de auto – aan • bij parkeermanoeuvres. De functie kan ook hel- lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- u de taak om: pen bij het sturen tijdens het verlaten van een ten en de rijveiligheid te verhogen, maar...
Pagina 391
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeervarianten bij actieve Beperkingen van de gecombineerde camera • Achteruit insteken parkeerhulp* en radarsensor (p. 323) Meldingen voor Actieve parkeerhulp* • De actieve parkeerhulp (PAP ) is te gebruiken (p. 396) bij de volgende parkeervarianten. Fileparkeren Principe voor (achteruit) insteken. De functie parkeert de auto aan de hand van de volgende stappen: 1.
Pagina 392
BESTUURDERSONDERSTEUNING Inparkeren met actieve Gerelateerde informatie N.B. parkeerhulp* Actieve parkeerhulp* (p. 388) • De afstand tussen de auto en parkeervakken Fileparkeervak verlaten met actieve parkeer- • De actieve parkeerhulp (PAP ) helpt u in drie moet 0,5–1,5 meter (1,6–5,0 ft) bedragen, hulp* (p.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Parkeervakken zoeken en meten N.B. De functie is te activeren op De functie zoekt een geschikte ruimte om te het functiescherm van het mid- parkeren, geeft instructies en parkeert de dendisplay. auto aan de passagierskant in. Desgewenst Deze is ook bereikbaar vanuit kunt u de auto ook aan de bestuurderszijde de camerabeelden.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Doe het volgende om de auto achteruit in te par- Achteruit inparkeren Auto netjes in het midden van het keren: parkeervak parkeren 1. Controleer of de ruimte achter u vrij is en schakel de achteruitversnelling in. 2. Rijd langzaam en voorzichtig achteruit en raak het stuurwiel niet aan –...
Pagina 395
BESTUURDERSONDERSTEUNING Fileparkeervak verlaten met actieve 1. Zet de schakelhendel in de stand die het Let erop dat het stuur kan "terugveren" bij het parkeerhulp* systeem u opdraagt, wacht totdat het stuur is uitschakelen van de functie. U moet dan mogelijk verdraaid en rijd langzaam vooruit.
BESTUURDERSONDERSTEUNING Beperkingen van de Actieve Als bestuurder dient u rekening te houden met WAARSCHUWING parkeerhulp* de volgende beperkingen van de actieve parkeer- De functie is een systeem voor aanvul- • hulp: De actieve parkeerhulp (PAP ) is niet in staat lende rijhulp om de bestuurder te ontlas- om in alle situaties alles te registreren, zodat er Parkeren afbreken...
Pagina 397
– geadviseerd wordt Als vuil, ijs en sneeuw de sensoren bedekken, In smalle straten zijn niet altijd parkeervakken een erkende Volvo-werkplaats. • neemt de functie af en kan meten onmogelijk te vinden, omdat er mogelijk te weinig ruimte worden gemaakt.
Pagina 398
-knop in het midden van de rech- ter stuurknoppenset. Doe het volgende, als de melding blijft staan: Neem contact op met een werkplaats. Geadvi- seerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie Actieve parkeerhulp* (p. 388) • Park Assist Pilot...
STARTEN EN RIJDEN Motor starten met ondersteuning voor starten zonder sleutel (passief startsysteem). De auto is te starten met de startknop naast het stuurwiel wanneer de transpondersleutel zich in Om de auto te starten: de passagiersruimte bevindt. 1. Controleer of de transpondersleutel in de auto aanwezig is.
STARTEN EN RIJDEN Auto afzetten Stuurwiel verstellen (p. 184) • BELANGRIJK Starthulp met andere accu (p. 451) • U zet de auto af met de startknop naast het Als de motor na 3 pogingen niet gestart is, stuurwiel. Contactslotstand kiezen (p. 401) •...
Pagina 402
STARTEN EN RIJDEN Contactslotstanden Starthulp met andere accu (p. 451) • Niveau Functies Contactslotstand kiezen (p. 401) • Het elektrische systeem van de auto is in ver- Kilometerteller, klok en tempera- • schillende standen te zetten voor gebruik van tuurmeter worden verlicht verschillende autosystemen.
Pagina 403
STARTEN EN RIJDEN Contactslotstand kiezen Niveau Functies Niveau Functies Het elektrische systeem van de auto is in ver- Panoramadak, elektrisch bedien- De koplampen worden ontsto- • • schillende standen te zetten voor gebruik van bare ruiten, 12V-aansluitingen in ken. verschillende autosystemen. passagiersruimte, Bluetooth, Waarschuwings-/controlelamp- •...
Pagina 404
Gerelateerde informatie De auto heeft een interface voor elektrische aan- Motor starten (p. 398) • sluiting van de door Volvo goedgekeurde alcohol- Auto afzetten (p. 399) • slotmerken en -modellen. De interface maakt het eenvoudig om een alcoholslot aan te sluiten en Contactslotstanden (p.
STARTEN EN RIJDEN Alvorens een motor met alcoholslot Alcoholslot* omzeilen Gerelateerde informatie te starten Alcoholslot* (p. 402) • In noodsituaties of als het alcoholslot defect is, kunt u het alcoholslot omzeilen om toch in de De blaasunit wordt automatisch geactiveerd en Alvorens een motor met alcoholslot te star- •...
Pagina 406
STARTEN EN RIJDEN Remsystemen Rempedaal City Safety™ (p. 328) • De remmen van de auto worden gebruikt om Afdalingsremregeling* (p. 432) Het rempedaal is onderdeel van het remsys- • snelheid te minderen of om te voorkomen dat teem. een geparkeerde auto wegrolt. De auto is uitgerust met twee remkringen.
Pagina 407
2 seconden continu: Auto- remsysteem te laten controleren – gead- matische test van het ABS van start. Het is matische functietest. viseerd wordt een erkende Volvo-werk- mogelijk dat er op een lage snelheid nóg een plaats. Brandt langer dan 2 seconden automatische test plaatsvindt.
STARTEN EN RIJDEN Rembekrachtiging Remmen op natte rijbanen Remmen op gepekelde rijbanen Bij lange ritten in zware regenval zonder te rem- Bij remmen op gepekelde wegen kan er een De rembekrachtiging (BAS ) helpt om bij afrem- men kan de remwerking bij de eerste bediening zoutlaagje ontstaan op remschijven en remblok- men de remkracht te verhogen en kan op die van het rempedaal iets op zich laten wachten.
Pagina 409
(mijl) rijden zijn 'ingesleten'. Compenseer de ver- minderde remwerking door harder op het rempe- daal te trappen. Volvo raadt aan uitsluitend rem- blokken te monteren die voor uw Volvo zijn goed- gekeurd. BELANGRIJK Bij activering van de elektrische bediende par- De onderdelen van het remsystemen moeten keerrem hoort u een zwak elektromotorgeluid.
STARTEN EN RIJDEN Parkeerrem activeren en greep of het bedienen van het gaspedaal wordt Symbool op bestuurdersdisplay deactiveren de rem uitgeschakeld. Symbool Betekenis Gebruik de parkeerrem om te voorkomen dat Het symbool brandt wanneer de N.B. een stilstaande auto kan wegrollen. parkeerrem is geactiveerd.
STARTEN EN RIJDEN Instelling voor automatische Op een helling parkeren Automatisch deactiveren activering van de parkeerrem 1. Start de motor. Maak altijd gebruik van de parkeerrem bij het Geef aan of de parkeerrem automatisch moet parkeren op een helling. 2. Bij een automatische versnellingsbak: worden geactiveerd bij uitschakeling van de Trap het rempedaal stevig in.
STARTEN EN RIJDEN Bij een storing in de parkeerrem Automatische rem bij stilstand Symbolen op het bestuurdersdisplay Neem contact op met een erkende Volvo-werk- Dankzij de automatische rem bij stilstand (Auto Symbool Betekenis plaats als het na meerdere pogingen niet lukt om...
STARTEN EN RIJDEN Automatische rem bij stilstand Symbolen op het bestuurdersdisplay Het systeem blijft uitgeschakeld, totdat u het • activeren en deactiveren weer activeert. Symbool Betekenis Bij uitschakeling van het systeem blijft de De automatische rem bij stilstand is te activeren •...
STARTEN EN RIJDEN Hulp tijdens het wegrijden op een Automatisch remmen na een Gerelateerde informatie helling aanrijding Rear Collision Warning (p. 342) • Bij een aanrijding waarbij het activeringsniveau BLIS* (p. 343) De hellingrem (HSA ) voorkomt dat de auto ach- •...
STARTEN EN RIJDEN Versnellingsbak Handgeschakelde versnellingsbak Symbolen op het bestuurdersdisplay Bij een eventuele storing in de versnellingsbak De versnellingsbak is een onderdeel van de aan- Bij een handgeschakelde versnellingsbak kiest u verschijnen op het bestuurdersdisplay een sym- drijflijn (krachtoverbrenging) tussen motor en zelf een geschikte versnelling op basis van de bool en een melding.
STARTEN EN RIJDEN Schakelstanden van een Volg het schakelpatroon op de schakelhen- • automatische versnellingsbak del en begin in de neutrale stand. Druk de schakelhendel vervolgens naar stand R. Bij een auto met een automatische versnellings- Schakel de achteruitversnelling alleen in als •...
Pagina 417
STARTEN EN RIJDEN Schakelstanden als u de auto afzet in stand D of R. • Rijmodus – D Stand D is de normale rijstand. De versnellings- als u, terwijl de auto is ingeschakeld en de • Parkeerstand – P bak schakelt automatisch op en terug afhankelijk keuzehendel in een stand anders dan P De parkeerstand wordt geactiveerd met de P- van de stand van het gaspedaal en de snelheid.
Pagina 418
STARTEN EN RIJDEN Schakelen met stuurpaddles* Om schokkerig gedrag en afslag van de motor te Stand voor handmatig schakelen – M voorkomen schakelt de versnellingsbak automa- De stuurpaddles vormen een aanvulling op de tisch terug, als de snelheid daalt tot onder de keuzehendel en bieden u de mogelijkheid om gewenste waarde voor de gekozen versnelling.
STARTEN EN RIJDEN Keuzehendelblokkering Systeem uitschakelen De keuzehendelblokkering voorkomt onbedoeld Handmatig uitschakelen in schakelstand D schakelen tussen schakelstanden bij een auto- Schakel de stuurpaddles uit door de rechter – matische versnellingsbak. paddle (+) in de richting van het stuurwiel te halen en in die stand vast te houden, totdat het cijfer voor de ingeschakelde versnelling Automatische schakelblokkering...
STARTEN EN RIJDEN Kickdownfunctie Gerelateerde informatie Gerelateerde informatie Schakelstanden van een automatische ver- Schakelstanden van een automatische ver- • • De kickdown is te gebruiken om zo snel moge- snellingsbak (p. 414) snellingsbak (p. 414) lijk te accelereren zoals bij het inhalen. Als u het gaspedaal volledig intrapt (tot voorbij de normale volgasstand), schakelt de versnellings- bak automatisch terug naar een lagere versnel-...
Pagina 421
STARTEN EN RIJDEN Schakelindicator Vierwielaandrijving* Bij een automatische versnellingsbak De schakelindicator op het bestuurdersdisplay Bij vierwielaandrijving (AWD ) worden alle vier geeft aan welke versnelling er ingeschakeld is in de wielen van de auto tegelijk aangedreven, wat de handmatige schakelstand en wanneer u voor de wegligging verbetert.
STARTEN EN RIJDEN Rijmodi* Bij het starten van de auto staat deze in de rijmo- zone voor de maximumsnelheid zien. Als deze Comfort en is het start/stop-systeem geac- snelheid wordt overschreden, wordt de De gekozen rijmodus past de rijeigenschappen tiveerd. De aanpassingen in deze stand zorgen Road -stand onderbroken en wordt er een andere van de auto aan om de rijbeleving te verbeteren...
STARTEN EN RIJDEN 3. Kies onder Presets een rijmodus als uit- Individual Comfort Dynamisch Deze stand biedt de mogelijkheid om uw gangspunt: • eigen rijinstellingen op te slaan. Instellingen die kunnen worden aangepast, Kies een van de rijmodi als uitgangspunt en pas zijn instellingen voor: de instellingen voor de rijeigenschappen geheel Bestuurdersscherm...
STARTEN EN RIJDEN Rijmodus Eco Rijmodus* wijzigen 2. U kunt op twee manieren een rijmodus kie- zen: Kies de rijmodus die zich het beste leent voor de De rijmodus optimaliseert de rijeigenschap- actuele rijomstandigheden. pen van de auto om zuiniger en milieuvriendelij- Tik direct op het touchscreen op een rij- •...
STARTEN EN RIJDEN tisch losgekoppeld van de motor, die voor een de snelheid ligt buiten het interval van Cruisecontrol Eco Cruise • lager verbruik stationair gaat draaien. zo'n 65–140 km/h (40–87 mph) Bij gebruik van de cruisecontrol in de rijmodus accelereert en decelereert de auto minder het hellingspercentage van een aflopende •...
STARTEN EN RIJDEN Rijmodus Eco activeren en ECO-meter op bestuurdersdisplay Eco-klimaat deactiveren met functieknop In de rijmodus wordt automatisch het Eco- klimaat voor de passagiersruimte geactiveerd om Er zit een functieknop voor de rijmodus het stroomverbruik te beperken. het functiescherm van het middendisplay, als de auto niet is voorzien van rijmodusknop op de N.B.
STARTEN EN RIJDEN Start/Stop-systeem Rijden met Start/Stop-systeem Bij een handgeschakelde versnellingsbak Het Start/Stop-systeem zet de motor tijdelijk af Het Start/Stop-systeem zet de motor tijdelijk af, Bedien de koppeling, zet de hendel in de • wanneer de auto stilstaat voor bijvoorbeeld ver- als de auto stilstaat en start hem vervolgens neutrale stand en laat het koppelingspedaal keerslichten of in een file en start de motor ver-...
Pagina 428
STARTEN EN RIJDEN Bij een automatische versnellingsbak Symbolen op het bestuurdersdisplay Start/Stop-systeem (p. 425) • De melding READY verschijnt op de toeren- • Hulp tijdens het wegrijden op een helling • Laat het rempedaal los. De motor start auto- • teller, wanneer het systeem beschikbaar is.
STARTEN EN RIJDEN Start/Stop-systeem tijdelijk Voorwaarden voor het Start/Stop- u maakt grote stuurbewegingen. • uitschakelen systeem de weg is erg steil. • Soms is het raadzaam om het Start/Stop-sys- Het Start/Stop-systeem werkt alleen, wanneer u ontgrendelt de motorkap. • teem tijdelijk uit te schakelen. aan bepaalde voorwaarden is voldaan.
STARTEN EN RIJDEN Bij een handgeschakelde versnellingsbak: u bedient het rempedaal met pompende • bewegingen. De bestuurder zit niet in de gordel. • u ontgrendelt de motorkap. • Er is een versnelling ingeschakeld zonder te • de auto begint te rollen of gaat iets sneller •...
STARTEN EN RIJDEN Niveauregeling* en schokdemping snelheid die de auto heeft. De schokdemping staat normaal ingesteld op optimaal comfort en De niveauregeling en schokdemping van de auto wordt continu bijgeregeld op basis van de onder- worden automatisch geregeld. grond, de mate van versnelling/vertraging en de Schokdemping (Four-C) vraag of de auto op rechte stukken of in bochten rijdt.
Pagina 432
Stop veilig Vering Er is een storing opgetreden. Als de melding tijdens het rijden verschijnt, neem dan contact op met een werkplaats Afremmen Auto te hoog Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie • Rijmodi* (p. 420) * Optie/accessoire.
STARTEN EN RIJDEN Lagesnelheidsregeling* Lagesnelheidsregeling* activeren en N.B. deactiveren met functieknop De lagesnelheidsregeling (LSC ) biedt onder- Wanneer het LSC met HDC geactiveerd is, Er zit een functieknop voor de lagesnelheidsre- steuning bij ritten in het terrein en op een gladde veranderen het gaspedaalgevoel en de Hill Descent Control geling van...
Pagina 434
STARTEN EN RIJDEN Afdalingsremregeling* Gerelateerde informatie te verhogen. Bij het loslaten van het gaspedaal wordt de rijsnelheid weer tot stapvoets verlaagd, Lagesnelheidsregeling* (p. 431) • Afdalingsremregeling (HDC ) is een systeem ongeacht het hellingspercentage en zonder dat u Rijmodus* wijzigen (p. 422) •...
STARTEN EN RIJDEN Afdalingsremregeling* activeren en Aandachtspunten bij ritten met N.B. deactiveren met functieknop geactiveerde HDC De functie wordt uitgeschakeld bij ritten op Er zit een functieknop voor de afdalingsremrege- Als u tijdens ritten op een steile aflopende • hogere snelheden en moet bij lagere snelhe- Hill Descent Control ling van op het functie-...
STARTEN EN RIJDEN Zuinig rijden Gerelateerde informatie Laat de motor niet stationair warmdraaien, • maar rijd direct na het starten weg met nor- Afdalingsremregeling* (p. 432) • Rijd zuinig en milieubewuster door rustig en met male belasting – een koude motor verbruikt een vooruitziende blik te rijden.
STARTEN EN RIJDEN Voorbereidingen voor een lange rit Rijden tijdens de winter (p. 436) • WAARSCHUWING Zuinig rijden (p. 434) Voor aanvang van een autovakantie of een lan- • Zet de motor nooit af tijdens het rijden (zoals gere autorit is het belangrijk om de functies en op een aflopende helling), omdat daarbij Instellingen voor automodem* (p.
Let voor aanvang van de winter in het bijzonder Nieuwe auto's en gladde wegen op het volgende: Voor optimale grip bij gevaar voor sneeuw of ijs adviseert Volvo u om de auto rondom van winter- De koelvloeistof van de motor moet 50% gly- • banden te voorzien.
Pagina 439
– elektrische • Lagesnelheidsregeling* (p. 431) storingen zijn anders niet uitgesloten. Alleen bij vergrendeling en ontgrendeling via de transpondersleutel, het Keyless-systeem* of via Volvo On Call is de status van de tankvulklep te wijzigen. * Optie/accessoire.
STARTEN EN RIJDEN Brandstof tanken 4. Giet de tank niet te vol door het vulpistool na de eerste afslag uit de vulopening te halen. De brandstoftank is voorzien van een doploos > De tank is vol. tanksysteem. Tanken bij een tankstation N.B.
Hanteren van brandstof WAARSCHUWING Gebruik geen brandstof met een kwaliteit die Op de grond gemorste brandstof kan vlam slechter is dan de kwaliteit die door Volvo wordt vatten. aanbevolen, omdat dit een negatief effect heeft Schakel de verwarming op brandstof uit voor- op het motorvermogen en het brandstofverbruik.
Pagina 442
Het gebruik van brandstof met metaalad- • ditieven is niet toegestaan. BELANGRIJK Gebruik geen toevoegingen die niet door • Volvo zijn aanbevolen. Er is brandstof toegestaan die tot 10 • volumeprocent ethanol bevat. Gerelateerde informatie Het gebruik van EN 228 E10-benzine •...
STARTEN EN RIJDEN Benzineroetfilter Dieselolie snelheden te maken om ervoor te zorgen dat de uitlaatgasreiniging kan regenereren. Een benzinemodel is uitgerust met een roetfilter Dieselolie is een brandstoftype dat bestemd is voor een effectievere uitlaatgasreiniging. voor een auto met een dieselmotor. Rijd tussen de tankbeurten in minstens 20 •...
Pagina 444
Maak als u gemorst hebt het Dergelijke brandstoffen voldoen niet aan de gebied met water en zeep schoon. kwaliteitseisen die Volvo stelt en geven aan- leiding tot verhoogde vormen van slijtage en motorschade die niet worden gedekt door de garanties van Volvo.
STARTEN EN RIJDEN Wanneer u de tank leegrijdt van een Roetfilter bagageruimte ligt. Let erop dat u de buis van de dieselmodel trechter goed in de vulpijp steekt. De vulpijp heeft Een dieselmodellen is uitgerust met een roetfilter twee afdekkingen die te openen zijn. Zorg dat u Na motoruitval door brandstofgebrek heeft het voor een effectievere uitlaatgasreiniging.
STARTEN EN RIJDEN ®23 Uitlaatgasreiniging met AdBlue een storing verschijnt er een melding op het BELANGRIJK bestuurdersdisplay. AdBlue is een additief (toevoeging) dat de Als het filter helemaal vol deeltjes zit, kan het -katalysator gebruikt om bij een dieselmo- moeilijk zijn om de motor te starten en het fil- BELANGRIJK tor de uitstoot van schadelijke stoffen te beper- ter wordt onbruikbaar.
STARTEN EN RIJDEN ®26 Gerelateerde informatie AdBlue hanteren Wat te doen bij morsen ® Spoel gemorste AdBlue op de grond, de auto of • AdBlue hanteren (p. 445) AdBlue bestaat voor het merendeel uit water op gelakte oppervlakken met een ruime hoeveel- ®...
STARTEN EN RIJDEN ®27 AdBlue controleren en bijvullen AdBlue-peil controleren Controleer regelmatig het AdBlue-peil en vul bij als een melding voor een laag AdBlue-peil ver- schijnt op het bestuurdersdisplay. Het AdBlue-verbruik is afhankelijk van de rijstijl, zodat u mogelijk tussen de reguliere beurten door moet bijvullen.
Pagina 449
STARTEN EN RIJDEN minder dan 10 % resteert wordt het uiteinde- 3. Vul AdBlue bij van de juiste kwaliteit lijk rood. Giet het reservoir niet te vol. De bij te vullen hoeveelheid AdBlue staat aangegeven in de Bijvullen Auto status Wanneer het AdBlue-peil te laag dreigt te worden, gaat een WAARSCHUWING...
STARTEN EN RIJDEN Symbolen en meldingen voor ®29 AdBlue De uitlaatgasreiniging bewaakt voortdurend het peil, de kwaliteit en de dosering van AdBlue. Bij een storing verschijnt er een melding op het bestuurdersdisplay. Symbool Melding Betekenis AdBlue-niveau laag Het AdBlue-peil is laag zodat het reservoir moet worden bijgevuld. AdBlue-dosering Het systeem werkt niet naar behoren.
Pagina 451
• peilaanduiding. Startblokkering motor Het systeem werkt niet naar behoren. Bezoek een werkplaats voor een controle van de werking. Service AdBlue-systeem nodig voor herstart Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Gerelateerde informatie ® • AdBlue controleren en bijvullen (p. 446) ®...
STARTEN EN RIJDEN Oververhitting van motor en meer een waarschuwingssymbool gaat bran- Symbolen op het bestuurdersdisplay aandrijving den en op het bestuurdersdisplay de melding Symbool Betekenis Transmissie warm Ga langzamer rijden In bepaalde omstandigheden, bijv. bij een zware om temperatuur te verlagen Hoge motortemperatuur.
STARTEN EN RIJDEN Overbelasting van de startaccu Starthulp met andere accu Gerelateerde informatie Startaccu (p. 595) • De elektrische functies van de auto belasten de Als de startaccu uitgeput is, kunt u de auto star- startaccu in verschillende mate. Laat het con- Contactslotstanden (p.
Pagina 454
STARTEN EN RIJDEN 4. Bevestig de ene klem van de rode startkabel 11. Start de motor in de auto met de uitgeputte WAARSCHUWING aan de pluspool (1) van de hulpaccu. accu. De startaccu kan het zeer explosieve • knalgas produceren. Eén enkele vonk, BELANGRIJK BELANGRIJK veroorzaakt door een onjuiste aansluiting...
Pagina 455
Er zijn verschillende trekhaakuitvoeringen ver- dan blijft het Start/Stop-systeem mogelijk krijgbaar voor de auto – neem voor informatie actief. Als het Start/Stop-systeem kort daarna contact op met een Volvo-dealer. een automatische motorstop verricht, is de kans groot dat een volgende automatische BELANGRIJK...
STARTEN EN RIJDEN Specificaties van de trekhaak* In- en uitklapbare trekhaak* Afmetingen, bevestigingspunten in mm (inch) Afmetingen en bevestigingspunten voor de trek- De in- en uitklapbare trekhaak is eenvoudig in of 939 (37) haak. uit te klappen als dat nodig is. In de ingeklapte stand is de trekhaak volledig onzichtbaar.
Pagina 457
STARTEN EN RIJDEN 2. Druk op de knop en laat hem weer los – drukt u te lang, dan kan dat betekenen dat het uitklappen niet start. Open de achterklep Rechtsachter in de Beweeg de trekhaak naar zijn eindpositie. bagageruimte zit een knop voor het in- en Daar moet hij worden vastgezet en vergren- >...
STARTEN EN RIJDEN Rijden met aanhangwagen N.B. Bij ritten met een aanhangwagen moet u op De stroomspaarstand wordt na enige tijd enkele dingen letten zoals de trekhaak, de aan- geactiveerd en het controlelampje dooft. Het hangwagen en hoe u de aanhangwagen laadt. systeem wordt opnieuw geactiveerd door de achterklep te sluiten en daarna opnieuw te Het laadvermogen is afhankelijk van het rijklaar...
Gebruik houden (tenzij het maximaal toelaatbare gewicht aanzien van de toelaatbare snelheden en een door Volvo goedgekeurde adapter. Zorg dat wordt overschreden). Wanneer de auto stilstaat, gewichten. de kabel niet over de grond sleept.
STARTEN EN RIJDEN Aanhangwagenstabilisering* Werking van de Op een helling parkeren 1. Trap het rempedaal in. aanhangwagenstabilisering De aanhangwagenstabilisering (TSA ) heeft tot De aanhangwagenstabilisering houdt continu de 2. Activeer de parkeerrem. taak een auto met aanhangwagen te stabiliseren bewegingen van de auto in de gaten en in het wanneer de combinatie slingerneigingen ver- 3.
STARTEN EN RIJDEN Aanhangwagenverlichting bilisering dan niet kan bepalen of de slingering in dat geval neemt het mistachterlicht op de aan- controleren wordt veroorzaakt door de aanhangwagen of hangwagen de functie over. Controleer daarom in door uzelf. deze gevallen bij activering van het mistachter- Controleer na het aankoppelen van een aan- licht of de aanhangwagen is uitgerust met een hangwagen voor het vertrek of alle lampen op de...
Pagina 462
De fietsdra- vertrek nagaan of de aanhangwagenverlichting 3. Vink Aut. contr. lamp aanhanger uit. gers van Volvo zijn te verkrijgen bij erkende werkt. Handmatige controle Volvo-dealers. Om deze controle te kunnen verrichten moet de Als de automatische controle is uitgeschakeld, Volg nauwgezet de instructies op die bij de fiets- auto zijn uitgeschakeld.
Pagina 463
STARTEN EN RIJDEN Slepen Een fietsdrager die op de trekhaak is gemon- het zicht naar achteren beperken en tot een teerd is van invloed op de rijeigenschappen van hoger brandstofverbruik leiden. Ze zorgen Bij het slepen wordt de auto met behulp van een de auto, op grond van bijvoorbeeld: ook voor grotere krachten die inwerken op sleepkabel voortgetrokken door een ander voer-...
STARTEN EN RIJDEN Sleepoog monteren en demonteren Starten met hulpaccu WAARSCHUWING Probeer de motor niet aan te slepen. Gebruik een Gebruik het sleepoog bij het slepen. Schroef het De rem- en stuurbekrachtiging werken niet hulpaccu als de startaccu dusdanig ontladen is sleepoog vast in een draadbus achter een als de motor is uitgeschakeld.
Pagina 465
STARTEN EN RIJDEN 4. Schroef het sleepoog tot aan de aanslag naar binnen. Draai het oog stevig vast, steek bijvoorbeeld Voor: Verwijder de afdekking – druk met één Achter: Verwijder de afdekking – druk met vinger op de markering. één vinger op de markering en vouw tegelij- de wielmoersleutel* door het oog om deze kertijd de tegenovergelegen kant/hoek naar als hefboom te gebruiken.
Pagina 466
STARTEN EN RIJDEN Bergen Sleepoog demonteren Waar u op moet letten alvorens het sleepoog Draai het sleepoog na gebruik los en leg het te gebruiken – Bij het bergen wordt de auto met behulp van weer terug in het blok schuimrubber. Het is toegestaan het sleepoog te gebruiken •...
Pagina 467
STARTEN EN RIJDEN ® HomeLink Knop 3 BELANGRIJK ®34 HomeLink is een programmeerbare afstands- Controlelampje Berg de auto altijd zo dat de wielen in de rij- bediening die in het elektrische systeem van de richting draaien. ® HomeLink wordt geleverd in een uitvoering die auto geïntegreerd is en tot drie verschillende ingebouwd is in de achteruitkijkspiegel.
Pagina 468
STARTEN EN RIJDEN ® HomeLink programmeren 1. Richt de afstandsbediening op de te pro- 3. Laat de knoppen pas los als het led-lampje ® niet meer langzaam (ca. 1 maal per seconde) grammeren HomeLink -knop en houd de ® Volg de instructies op om HomeLink te pro- maar snel knippert (ca.
STARTEN EN RIJDEN Neem bij programmeringsproblemen contact op Houd de buitenste knoppen (1 en 3) op – ® ® met HomeLink via: www.HomeLink.com of bel HomeLink zo'n 10 seconden ingedrukt. 00 8000 466 354 65 (of het betaalnummer > Wanneer het controlelampje niet meer +49 6838 907 277) constant brandt, maar is gaan knipperen zijn de knoppen gereset en weer gereed...
Pagina 470
STARTEN EN RIJDEN ® Typegoedkeuring voor HomeLink gebruiken WAARSCHUWING ® HomeLink ® Zodra HomeLink geprogrammeerd is, vormt het ® • Als HomeLink wordt gebruikt om een een vervanging voor de afzonderlijke originele garagedeur of hek te bedienen, moet u Typegoedkeuring voor de EU afstandsbedieningen.
STARTEN EN RIJDEN Kompas* Kompas* activeren en deactiveren Kompas kalibreren* In de rechter bovenhoek van de achteruitkijk- In de rechter bovenhoek van de achteruitkijk- De aarde is in 15 magnetische zones verdeeld. spiegel zit een display waarop wordt aangege- spiegel zit een display waarop wordt aangege- Het kompas dient te worden gekalibreerd als u ven in welke kompasrichting...
Pagina 472
STARTEN EN RIJDEN 7. Voor auto’s met elektrische voorruitver- warming*: Als bij activering van de elektri- sche voorruitverwarming het teken op het display verschijnt, kalibreer dan volgens punt 6 hierboven met de elektrische voorruitver- warming ingeschakeld. 8. Herhaal de bovenstaande procedure zo nodig.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Audio, media en internet Audio-instellingen dates te downloaden voor optimale functionaliteit, zie support.volvocars.com. Het audio- en mediasysteem bestaat uit een Het audiosysteem is vooraf ingesteld voor opti- mediaspeler en een radio. Het is ook mogelijk male geluidsweergave maar is ook naar wens Gerelateerde informatie een telefoon aan te sluiten via Bluetooth om aan te passen.
Pagina 475
GELUID, MEDIA EN INTERNET Geluidservaring* Premium Sound* (Harman Kardon) Gerelateerde informatie Equalizer – instelling voor equalizer. Geluidservaring* (p. 473) • • Geluidservaring is een app die toegang biedt tot aanvullende geluidsinstellingen. Balans – onderlinge balans tussen de luid- Mediaspeler (p. 483) •...
Pagina 476
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps Start een app door in het appscherm op het mid- dendisplay de desbetreffende app aan te klikken. Op het appscherm staan applicaties (apps) die toegang bieden tot bepaalde autofuncties. Alle apps die worden gebruikt, moeten geüpdatet zijn naar de nieuwste versie.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps downloaden Apps bijwerken 3. Druk op een bepaalde app om de lijst uit te vouwen en meer informatie over de app te Wanneer de auto een internetverbinding heeft, Wanneer de auto een internetverbinding heeft, is krijgen.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Apps verwijderen Radio Alle apps bijwerken 1. Open de app Download Center op het Wanneer de auto een internetverbinding heeft, is Het is mogelijk de radiofrequentiebanden voor appscherm. het mogelijk apps te verwijderen. AM, FM en digitale radio (DAB)* te beluisteren. Wanneer de auto een internetverbinding heeft is U kunt een app niet verwijderen, wanneer deze het ook mogelijk om webradio te beluisteren.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Radio starten Digitale radio* (p. 482) Van radioband en radiozender wisselen • • (p. 478) RDS-radio (p. 481) De radio is te starten vanuit het appscherm van • Radiofavorieten instellen (p. 479) het middendisplay. • Auto met actieve internetverbinding* •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Van radioband en radiozender Radiokanaal zoeken 2. Kies weergave via Zenders Favorieten wisselen Genres Ensembles De radio maakt automatisch een kanaallijst met Hier volgen instructies voor het wisselen van fre- de best doorkomende radiokanalen binnen het 3.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Radiofavorieten instellen 3. Voer de zoekterm in. Van radioband en radiozender wisselen • (p. 478) > Naarmate u meer letters invoert wordt de U kunt een radiokanaal toevoegen aan de app zoekopdracht verfijnd. De treffers staan Radiofavorieten Stembediening radio en media (p.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor radio Bij het verwijderen van een favoriet wordt deze De functie Verkeersinformatie moet tege- eveneens verwijderd uit de lijst met favorieten van lijkertijd geactiveerd zijn. Er zijn diverse radiofuncties te activeren en de desbetreffende radioband. Nieuws : lopende mediaweergave onder- deactiveren.
Pagina 483
GELUID, MEDIA EN INTERNET RDS-radio Alarm : lopende mediaweergave onderbre- DAB* (digitale radio) ken en waarschuwingen voor calamiteiten en Service sorteren : aangeven hoe de kanalen • RDS (Radio Data System) zorgt ervoor dat de rampen doorgeven. De weergave van de moeten worden gesorteerd.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Digitale radio* uitzenden. Druk om eerder te onderbreken op DAB-subkanaal Secundaire componenten worden vaak aange- op de rechter stuurknoppenset of druk op Digitale radio (DAB ) is een systeem voor digi- duid als subkanalen. Dergelijke componenten zijn Annuleren op het middendisplay.
Pagina 485
GELUID, MEDIA EN INTERNET Schakelen tussen de radiobanden Mediaspeler Gerelateerde informatie FM en digitale radio* Media afspelen (p. 484) • De mediaspeler kan geluidsbestanden weerge- ven via op externe mediabronnen die zijn aange- Media regelen en van media wisselen Dankzij deze functie kan de digitale radio (DAB) •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Media afspelen 4. Open de app Bluetooth vanuit het app- USB-stick scherm. 1. Plaats de USB-stick. De mediaspeler wordt bediend via het midden- > Het afspelen start. display. Veel functies zijn ook te bedienen vanaf 2. Open de app vanuit het appscherm.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Media regelen en van media Media regelen en van media wisselen • onder het middendisplay of op van de rech- wisselen (p. 485) ter stuurknoppenset. Eenheid aansluiten via USB-poort (p. 490) • De weergave van media is te regelen via stem- Van track/nummer wisselen - op de gewenste bediening, de stuurknoppenset of het midden- ®...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Media zoeken Vergelijkbaar - op de knop Gerelateerde informatie drukken om aan de hand van Mediaspeler (p. 483) • U kunt artiesten, componisten, tracks, albums, Gracenote naar soortgelijke video’s, luisterboeken, speellijsten en bij een Auto met actieve internetverbinding* •...
Pagina 489
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Video Gracenote Gracenote bijwerken De inhoud van de Gracenote-database wordt Videobestanden op apparaten die zijn aangeslo- Gracenote geeft bij het afspelen van muziek de voortdurend bijgewerkt. Download de nieuwste ten op de USB-poort zijn via de mediaspeler uitvoerende artiesten, albums, tracks en eventu- update voor optimale functionaliteit.
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® Video afspelen Instellingen voor video DivX weergeven Video's zijn af te spelen via de app op het U kunt de instellingen voor videoweergave wijzi- Om Video-on-Demand-films (VOD) in DivX-for- appscherm. gen, bijv. de te hanteren taal. maat te kunnen afspelen moet u deze DivX ®...
Pagina 491
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® ® Media AUX/USB-poort Media via Bluetooth Eenheid aansluiten via Bluetooth ® Via de USB-poort is een externe audiobron zoals De mediaspeler in de auto is uitgerust met Verbind een Bluetooth -apparaat met de auto een iPod® of mp3-speler aan te sluiten op het Bluetooth en kan draadloos audiobestanden op om draadloos media af te spelen en een eventu- audiosysteem.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Eenheid aansluiten via USB-poort Technische specificaties voor USB- eenheden Via een van de USB-poorten in de auto is een ® Om de inhoud van USB-eenheden te kunnen externe audiobron zoals een iPod of mp3-spe- lezen moet de eenheid aan de volgende specifi- ler aan te sluiten op het audiosysteem.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Compatibele formaten voor media Technische specificaties voor USB-C- Formaat Bestandsextensie poort Voor het afspelen van media zijn de volgende .avi Aansluiting type C • bestandsformaten vereist. Versie 3.1 • AVI (DivX) .avi, .divx Audiobestanden Voeding 5 V •...
CarPlay kan er soms toe leiden dat de verbinding bestandsgrootte tussen het apparaat en de auto wegvalt. Let erop Audiocodec MP3, AC3 dat Volvo niet verantwoordelijk is voor de inhoud van CarPlay. Ondertiteling XSUB Bij gebruik van de kaartnavigatie via CarPlay ver- schijnt de routebegeleiding niet op het bestuur- dersdisplay maar alleen op het middendisplay.
Om een internetverbinding te maken voor de locatie van de auto) doorgegeven aan uw boordapps moet u een alternatieve internet- iPhone. Ten aanzien van Volvo Cars bent u bron gebruiken. Gebruik Wi-Fi of de geïnte- zelf volledig verantwoordelijk voor uw eigen greerde automodem*.
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® ® Wisselen tussen CarPlay en iPod CarPlay starten • Instellingen voor Apple CarPlay * (p. 495) CarPlay start als volgt na aansluiting van een Internetverbinding voor de auto maken via Van CarPlay naar iPod • iOS-apparaat.
Pagina 497
GELUID, MEDIA EN INTERNET ® ® ® Instellingen voor Apple CarPlay Tips voor het gebruik van Apple 2. Druk op Geluid Systeemvolumes ® instellingen te verrichten voor het volgende: CarPlay Instellingen voor een iOS-apparaat aangesloten met CarPlay Stembediening Hier vindt u handige tips voor het gebruik van •...
(Wi-Fi) (p. 511) homepage: www.android.com/auto/. Zie Google met het volgende: Android Auto is een Play voor apps van derden. Let erop dat Volvo onder de voorwaarden van Google Inc. niet verantwoordelijk is voor de inhoud van geleverde dienst. Volvo Cars is niet Android Auto.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Android Auto* gebruiken bent zelf volledig verantwoordelijk voor uw Eerder aangesloten Android eigen gebruik van Android Auto en dat door 1. Sluit het apparaat aan op de USB-poort met Android Auto Om de app te gebruiken moet de anderen.
Pagina 500
GELUID, MEDIA EN INTERNET Tips voor het gebruik van Android Instellingen voor Android Auto* Gerelateerde informatie Auto* Android Auto* (p. 496) • Instellingen voor een Android-apparaat dat voor het eerst via Android Auto is verbonden. Android Auto* gebruiken (p. 497) Hier vindt u handige tips voor het gebruik van •...
Pagina 501
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon internetverbinding van de auto dan door Overzicht "internet sharing" via de Wi-Fi-hotspot van Een telefoon met Bluetooth is draadloos aan te het apparaat. sluiten op het geïntegreerde handsfreesysteem Als de auto met meerdere mensen wordt •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon eerste keer verbinden met Telefoon automatisch verbinden met de auto Alternatief 1 – telefoon zoeken vanuit • de auto via Bluetooth via Bluetooth (p. 502) de auto 1. Maak de telefoon identificeerbaar/zichtbaar Telefoon handmatig verbinden met de auto •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET 5. In de auto verschijnt een pop-upvenster met Compatibele telefoons N.B. informatie over de verbinding. Bevestig de Hoewel veel moderne telefoons Bluetooth-tech- Bij sommige telefoons moet de berich- • verbinding. nologie bieden, zijn niet alle telefoons volledig tenfunctie geactiveerd worden.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon automatisch verbinden Telefoon handmatig verbinden met Internetverbinding voor de auto maken via • met de auto via Bluetooth de auto via Bluetooth een telefoon met Bluetooth-verbinding (p. 510) Het is mogelijk om een telefoon automatisch via Het is mogelijk om een telefoon handmatig via Contactslotstanden (p.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoon met Bluetooth-verbinding Andere telefoon met Bluetooth- Auto met actieve internetverbinding* • loskoppelen verbinding kiezen (p. 509) Internetverbinding voor de auto maken via Het is mogelijk een telefoon met Bluetooth-ver- U kunt een andere telefoon met Bluetooth-ver- •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Bluetooth-eenheden verwijderen Telefoonfuncties Het is ook mogelijk om te bellen via de gesprek- kenlijst in het appmenu, dat toegankelijk is via de Apparaten zoals telefoons zijn te verwijderen van Verwerking van gesprekken in de auto voor een rechter stuurknoppenset de lijst met geregistreerde Bluetooth-eenheden.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Berichtfuncties (p. 505) Berichtfuncties • 2. Druk op om het gesprek te beëindigen. Audio-instellingen (p. 472) • Verwerking van berichten in de auto voor een Telefoonoproepen tijdens lopende telefoon met Bluetooth-verbinding. telefoongesprekken 1. Tik op Antwoorden Afwijzen Op sommige telefoons moet de functie 'Berich- ten' worden geactiveerd.
Antwoorden van de stuurknoppenset. – Er verschijnt een dicteerdialoog. Geldt alleen voor bepaalde markten. Neem voor meer informatie contact op met een Volvo-dealer. Alleen bepaalde telefoons kunnen berichten verzenden via de auto. Kijk voor de compatibiliteit op support.volvocars.com. * Optie/accessoire.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Telefoonboekfuncties Instellingen voor telefoon Sorteren De lijst met contacten staat op alfabetische volg- Wanneer een telefoon via Bluetooth is verbon- Wanneer de telefoon verbonden is met de auto orde en speciale tekens en cijfers staan onder den met de auto kunt u rechtstreeks via het mid- zijn de volgende instellingen te kiezen.
Pagina 510
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor Bluetooth- Draadloze telefoonoplader* Auto met actieve internetverbinding* • apparaten (p. 509) Onder het middendisplay zit een oplaadplaat Telefoon eerste keer verbinden met de auto Er zijn instellingen te verrichten voor apparaten voor draadloze oplading van telefoons. •...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Auto met actieve Draadloze telefoonoplader* Als de telefoon niet wordt opgeladen: internetverbinding* Controleer of er geen andere voorwerpen op • Op de met rubber beklede plaat onder het mid- de oplaadplaat liggen. dendisplay kunt u een telefoon opladen zonder Wanneer de auto een internetverbinding heeft het laadsnoer van de telefoon te gebruiken.
Techniek en veiligheid rond Wi-Fi (p. 516) • Bij gebruik van Android Auto kunt u een inter- duid als “hotspot”. Bij iPhone-telefoons moet Volvo ID (p. 26) • netverbinding voor de auto maken via Wi-Fi, tevens de menupagina "internet sharing"...
GELUID, MEDIA EN INTERNET Internetverbinding voor de auto ® ® 5. Vink het vakje voor Bluetooth- • Apple CarPlay * (p. 492) maken via een telefoon (Wi-Fi) internetaansluiting aan onder de rubriek Geen internetverbinding of een slechte ver- • Internetverbinding binding (p.
(P-SIM)*. binding (p. 515) gebruik van de telefoon de "internet sharing" opnieuw activeren. Auto's uitgerust met Volvo On Call gebruiken Techniek en veiligheid rond Wi-Fi (p. 516) • voor de diensten de internetverbinding met de Een telefoon die verbinding heeft gemaakt met automodem.
Pagina 515
GELUID, MEDIA EN INTERNET Instellingen voor automodem* 4. Activeer/deactiveer de functie door het vakje Wijzig pincode - maximaal 4 cijfers aange- voor Internet via automodem aan/uit te ven. De auto is uitgerust met een modem die u kunt vinken. Pincode uitschakelen - aangeven of de gebruiken om de auto met internet te verbinden.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Internetverbinding van auto delen De provider (simkaart) moet ondersteuning bie- N.B. via Wi-Fi-hotspot den voor tethering (delen van de internetverbin- Het activeren van Wi-Fi-hotspot kan tot ver- ding). Als de auto een internetverbinding heeft, is het dere kosten van uw provider leiden.
GELUID, MEDIA EN INTERNET Geen internetverbinding of een Wi-Fi-netwerk verwijderen Telefoon herstarten slechte verbinding Problemen met de internetverbinding zijn soms Niet gebruikte netwerken verwijderen. te verhelpen door de telefoon opnieuw op te star- Factoren die van invloed zijn op de internetver- 1.
Het venster dient om te informeren over de gebruiksvoorwaarden en het beleid voor gege- Beveiligingstype - WPA2-AES-CCMP. • vensuitwisseling dat Volvo hanteert. Door Het Wi-Fi-systeem van de auto is zo ingericht dat akkoord te gaan gegevensuitwisseling stemt de het Wi-Fi-eenheden in de auto kan hanteren.
Hier volgen de teksten van de overeenkomsten tus- sen Volvo en producenten/ontwikkelaars. Een groot aantal van deze teksten is in het Engels. ® Dirac Unison ®...
GELUID, MEDIA EN INTERNET stemt u ermee in op geen enkele wijze meer bevatten of dat het functioneren van de Grace- Licentieovereenkomst Gracenote ® gebruik te maken van de Gracenote-gegevens, note-software of Gracenote-servers ononderbro- Deze toepassing of dit apparaat bevat software de Gracenote-software en de Gracenote-servers.
Pagina 522
GELUID, MEDIA EN INTERNET material licensed to the University of California by INTERRUPTION) HOWEVER CAUSED AND ON THE SOFTWARE IS PROVIDED "AS IS", American Telephone and Telegraph Co. or Unix ANY THEORY OF LIABILITY, WHETHER IN WITHOUT WARRANTY OF ANY KIND, System Laboratories, Inc.
Pagina 523
GELUID, MEDIA EN INTERNET You have the right of acquisition, modification, of conditions and the following disclaimer in "Data Files") or Unicode software and any and distribution of the source code of the GPL/ the documentation and/or other materials associated documentation (the "Software") to LGPL software.
GELUID, MEDIA EN INTERNET OR OTHER TORTIOUS ACTION, ARISING OUT Verklaring van overeenstemming OF OR IN CONNECTION WITH THE USE OR PERFORMANCE OF THE DATA FILES OR SOFTWARE. Except as contained in this notice, the name of a copyright holder shall not be used in advertising or otherwise to promote the sale, use or other dealings in these Data Files or Software without prior written authorization of the copyright holder.
Pagina 525
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Brazilië: Este equipamento opera em caráter secundário isto e, náo tem direito a protecão contra interferéncia prejudicial, mesmo tipo, e não pode causar interferéncia a sistemas operando em caráter primário. Para consultas, visite: www.anatel.gov.br Producent: Mitsubishi Electric Corporation Sanda Works 2-3-33, Miwa, Sanda-city.
Pagina 526
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Kazach- stan: Modelnaam: NR-0V Producent: Mitsubishi Electric Corporation Exportland: Japan...
Pagina 527
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio China: ■ 使用频率 2.4 - 2.4835 GHz ■ 等效全向辐射 率(EIRP) 天线增益 10dBi 时 ≤100 mW 或≤20 dBm ① ■ 最大 率谱密度 天线增益 10dBi 时 ≤20 dBm / MHz(EIRP) ① ■ 载频容限 20 ppm ■ 帯外发射 率(在 2.4-2.4835GHz 頻段以外) ≤-80 dBm / Hz (EIRP) ■...
Pagina 528
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio B 급 기기 (가정용 방송통신기자재) Korea: 이 기기는 가정용(B 급) 전자파적합기기로서 주로 가정에서 사용하는 것을 적으로 하며, 든 지역에서 사용할 수 있습니다. 해당 무선설비는 전파혼신 가능성이 있으므로 인명안전과 관련된 서비스는 할 수 없습니다. Maleisië This device has been certified under the Communications &...
Pagina 529
GELUID, MEDIA EN INTERNET Land/ regio Mexico: 低功率電波輻射性電機管理辦法 Taiwan: 第十二條 經型式認證合格之低功率射頻電機,非經許可,公司 商號或使用者均不得擅自 變更頻率 加大功率或變更原設計之特性及功能 第十四條 低功率射頻電機之使用不得影響飛航安全及干擾合法通信;經發現有干擾現象時,應 立停用,改善至無干擾時方得繼續使用 前項合法通信,指依電信法規定作業之無線 電通信 低功率射頻電機須忍受合法通信或工業 科學及醫療用電波輻射性電機設備 之干擾 Gerelateerde informatie Audio, media en internet (p. 472) • Auto met actieve internetverbinding* (p. 509) • Mediaspeler (p. 483) •...
Pagina 532
Aanbevolen banden der voor winterbanden. De laatste cijfers van de De auto wordt aangeleverd met originele Volvo- De banden moeten tijdens hun hele levens- • cijferreeks geven de week en het jaar van pro- banden met aan de zijkant het opschrift VOL duur dezelfde rotatierichting hebben.
(p. 565) opnieuw. Volvo zijn aangegeven om te voldoen aan strenge eisen als het gaat om stabiliteit Volvo adviseert u contact op te nemen met een en rijeigenschappen. Niet-goedgekeurde erkende Volvo-werkplaats, als u niet zeker bent combinaties van velg- en bandenmaten van de profieldiepte.
WIELEN EN BANDEN Maataanduiding voor banden Snelheidsklasse 270 km/h (168 mph) Elke band is berekend op een bepaalde maxi- Aanduidingen voor de afmetingen, lastindex en 300 km/h (186 mph) mumsnelheid. De snelheidsklasse, SS (Speed snelheidsklasse van de banden. Symbol), van de banden moet minimaal overeen- De typegoedkeuring van de auto geldt in combi- komen met de topsnelheid van de auto.
WIELEN EN BANDEN Maataanduiding voor wielen De draairichting van de banden. N.B. Wiel- en velgmaten worden aangeduid zoals in Bij banden met een speciaal profiel dat alleen Let erop dat u hetzelfde type, dezelfde maat de onderstaande tabel. goed werkt wanneer de banden in een bepaalde en ook hetzelfde merk voor beide wielparen richting draaien, staat deze richting aangegeven hebt.
WIELEN EN BANDEN Slijtage-indicator van banden Bandenspanning controleren Koude banden De bandenspanning moet worden gecontroleerd De slijtage-indicator geeft de status aan van de Een juiste bandenspanning is een hulpmiddel als de banden koud zijn. De banden worden profieldiepte van de band. voor een betere rijstabiliteit, een lager brandstof- beschouwd als koud als ze dezelfde temperatuur verbruik en banden die langer meegaan.
WIELEN EN BANDEN Bandenspanning aanpassen Gerelateerde informatie 3. Plaats de ventieldop terug. Bandenspanning aanpassen (p. 535) • Dat de bandenspanning na verloop van tijd daalt N.B. Aanbevolen bandenspanning (p. 536) is normaal. Daarom moet u om de aanbevolen • bandenspanning te handhaven de bandenspan- Plaats na het oppompen van een band •...
WIELEN EN BANDEN Aanbevolen bandenspanning Gerelateerde informatie N.B. Bandenspanning controleren (p. 534) • Op de sticker voor op de portierstijl aan de Als u een band te hard hebt opgepompt, kunt bestuurderszijde (tussen voor- en achterportier) Goedgekeurde bandenspanningswaarden • u lucht laten ontsnappen door op de metalen staat de juiste bandenspanning voor uw auto (p.
WIELEN EN BANDEN Bandenspanningscontrolesysteem* tot stilstand te komen. Let erop dat TPMS geen Algemene informatie over vervanging is voor normaal bandenonderhoud. De bandenspanningscontrolesystemen Het bandenspanningscontrolesysteem waar- bestuurder dient de juiste bandenspanning te In de onderstaande informatie wordt het banden- schuwt u met een controlesymbool op het handhaven, óók als de grenswaarde voor een spanningscontrolesysteem aangeduid met de bestuurdersdisplay voor een te lage banden-...
Zo moet u de bandenspanning afstemmen op de Bandenspanningssyst. Service vereist • play* bekijken (p. 540) door Volvo geadviseerde bandenspanningswaar- Waar u op moet letten den bij ritten met een zware belading of op hoge Maatregel bij een waarschuwing voor een •...
Pagina 541
WIELEN EN BANDEN 4. Open de app Auto status op het app- 8. Rijd met de auto totdat de nieuwe banden- Maatregel bij een waarschuwing voor een • scherm. spanning is opgeslagen. lage bandenspanning (p. 541) Bandenspanningscontrolesysteem* (p. 537) • De nieuwe bandenspanning wordt opgesla- gen als de auto met een snelheid hoger dan 35 km/h (22 mph) rijdt.
WIELEN EN BANDEN Bandenspanningsstatus op het Statusindicatie Middendisplay: De bandenspanning is te middendisplay* bekijken Controleer laag. Stop de auto en con- band linksvoor, troleer/corrigeer de ban- Het bandenspanningscontrolesysteem biedt u sla spanning denspanningswaarde door de mogelijkheid om op het middendisplay de de band onmiddellijk op te op na vullen bandenspanningsstatus te bekijken.
Koude banden hebben dezelfde tem- Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. actie vereist. peratuur als de omgeving (na ca. 3 uur stil- Gerelateerde informatie stand).
Pagina 544
Controleer of de bandenmaat goedgekeurd is voor gebruik op de auto. Neem bij montage van een andere bandenmaat altijd contact op met een erkende Volvo-werk- plaats voor een update van de software. Bij mon- tage van een grotere of kleinere bandenmaat en...
Gebruik alleen velgen die getest en goedgekeurd bagageruimte. zijn door Volvo en deel uitmaken van de originele accessoires van Volvo. De normale krik die bij de auto zit, is • alleen bestemd voor sporadisch en kort-...
WIELEN EN BANDEN Wielen demonteren Gerelateerde informatie WAARSCHUWING Wielen demonteren (p. 544) • Het vervangen van wielen moet altijd op de juiste Activeer de parkeerrem en zet de keuze- • Wiel monteren (p. 546) manier gebeuren. Hier volgen instructies voor •...
Pagina 547
WIELEN EN BANDEN 1. Plaats een gevarendriehoek en schakel de 5. Schroef het sleepoog tot aan de aanslag in 8. Bij het opnemen van de auto is het belangrijk alarmlichten in, als u een wiel moet verwisse- de wielsleutel vast volgens de instructie. dat u de krik of de dragerarmen onder de len langs een drukke weg.
WIELEN EN BANDEN Wiel monteren 10. Breng de krik omhoog totdat deze goed zit WAARSCHUWING en contact maakt met het kriksteunpunt van Instructie voor het monteren van wielen bij het Activeer de parkeerrem en zet de keuze- • de auto. Controleer of de kop van de krik (of verwisselen van wielen.
Pagina 549
Als het reservewiel kapot mocht gaan is via de Volvo-dealer een nieuw te bestellen. Gerelateerde informatie Bij het verwisselen van wielen (p. 542) •...
WIELEN EN BANDEN Reservewiel gebruiken WAARSCHUWING BELANGRIJK Neem voor het gebruik van het reservewiel de Rijd met een reservewiel op de auto nooit Er mag niet met de auto worden gereden met • volgende instructies in acht: sneller dan 80 km/h (50 mph). banden van verschillende maten of met een reserveband die niet bij de auto is meegele- Er mag nooit met de auto worden gere-...
Pagina 551
Ritten bij ijs, sneeuw(modder) en lage temperatu- Winterbanden zijn aangepast voor winterse ren vergen meer van de banden dan zomerse rit- omstandigheden. ten. Daarom adviseert Volvo een minimale profiel- N.B. Volvo adviseert winterbanden met bepaalde diepte van 4 mm (0,15 inch) voor winterbanden.
Voor meer informatie over sneeuwkettingen kunt Volvo adviseert u om bij twijfel over het juiste afwijkende andere maat dan de originele type sneeuwketting contact op te nemen met u terecht bij een Volvo-dealer.
De compressor is bestemd voor noodrepara- Noodreparatieset voor banden gebruiken • ties van banden en is goedgekeurd door (p. 551) Drukreduceerventiel Volvo. Band oppompen met compressor uit repara- • Manometer tieset voor banden (p. 555) Sticker, waarschuwing voor op zijkant wiel Banden (p.
WIELEN EN BANDEN Bus met afdichtmiddel Inademing: Breng het slachtoffer in de • WAARSCHUWING frisse lucht. Neem bij aanhoudende irrita- Opening van de bus Let bij gebruik van het bandenreparatiesys- tie contact op met een arts. teem op de volgende punten: Doorslikken: Laat het slachtoffer niet bra- •...
Pagina 555
Neem tevens de waarschuwingssticker los de auto naar een bandenwerkplaats te slepen. WAARSCHUWING en zorg ervoor dat deze goed op de zijkant Geadviseerd wordt een erkende Volvo-ban- van het wiel blijft zitten. Laat kinderen niet zonder toezicht in de auto denwerkplaats.
Pagina 556
Als de bandenspanning lager is dan 1,8 bar (22 psi), is het gat in de band te groot. Beëin- dig in dat geval de rit. Roep pechhulp onder- weg in om de auto naar een bandenwerk- plaats te slepen. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-bandenwerkplaats.
(p. 555) 3. Draai de ventieldop van de band los en schroef de ventielaansluiting van de lucht- Volvo adviseert u de auto naar de dichtstbijzijnde slang tot aan de aanslag vast over de draad- erkende Volvo-werkplaats te rijden om de windingen van het bandventiel.
Pagina 558
WIELEN EN BANDEN 4. Sluit de voedingskabel aan op de dichtstbij- 8. Plaats de ventieldop terug op de band. zijnde 12V-aansluiting en start de auto. N.B. WAARSCHUWING Plaats na het oppompen van een band • Het inademen van uitlaatgassen kan levens- altijd het ventieldopje terug om schade aan gevaarlijk zijn.
Pagina 559
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR...
Pagina 560
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Auto-interieur rugleuning van de voorstoel alsmede USB-poort* in de tunnelconsole. Overzicht van het auto-interieur en de opberg- mogelijkheden. WAARSCHUWING Voorstoel Bewaar losse voorwerpen, zoals een mobiele telefoon, camera, afstandsbediening voor extra uitrusting e.d., in het dashboardkastje of andere opbergruimten.
Pagina 561
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Tunnelconsole WAARSCHUWING N.B. De tunnelconsole zit tussen de voorstoelen. Bewaar losse voorwerpen, zoals een mobiele De USB-poorten zijn te gebruiken voor het telefoon, camera, afstandsbediening voor opladen van bijv. een mobiele telefoon of extra uitrusting e.d., in het dashboardkastje of tablet.
Pagina 562
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Aansteker* gebruiken Asbak* legen Gerelateerde informatie Auto-interieur (p. 558) • De aansteker kan een aanvulling vormen op de Als de auto een aansteker heeft zit er een uit- 12V-aansluiting vóór in de tunnelconsole. neembare asbak in de tunnelconsole. Asbak* legen (p.
Neem bij problemen met een stroomaansluiting of mobiele telefoons. contact op met een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Het elektrische systeem van de auto moet mini- maal in contactslotstand I staan, anders geven de Elektrische 12V-aansluiting aansluitingen geen stroom.
Pagina 564
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR N.B. WAARSCHUWING BELANGRIJK Let erop dat het gebruik van de elektrische Gebruik geen accessoires met grote of Het maximale vermogen is 120 W (10 A) per • aansluitingen bij een uitgeschakelde motor zware stekkers; ze kunnen de aansluiting aansluiting.
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Dashboardkastje gebruiken Het dashboardkastje zit aan de passagierszijde. In het dashboardkastje kunt u bijvoorbeeld de gedrukte versie van de gebruikershandleiding en eventuele kaarten bewaren. Er is ook voorzien in een pen- en kaarthouder. Opbergplek voor de sleutel. De afbeelding is schema- De afbeelding is schematisch, zodat de vorm kan varië- tisch, zodat de vorm kan variëren.
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Zonnekleppen Bagageruimte Koeling* dashboardkastje gebruiken U kunt de koeling van het dashboardkastje Aan het plafond voor de bestuurderstoel en de De auto heeft een flexibele bagageruimte waarin gebruiken om bijvoorbeeld dranken of etenswaar passagiersstoel voorin zitten zonnekleppen die u grote spullen kunt vervoeren en vastzetten.
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Adviezen voor het vervoer van Let erop dat het WHIPS niet door voorwerpen WAARSCHUWING bagage mag worden gehinderd, als een of meer rugleu- Een los voorwerp van 20 kg (44 pound) kan ningen van de achterbank zijn omgeklapt. Er zijn enkele dingen waar u rekening mee moet zich bij een frontale botsing op een snelheid houden bij het inladen van de auto.
Aan de zijkanten Dit om schade aan de auto te voorkomen en voor maximale veiligheid tijdens het rijden. De lastdra- gers van Volvo zijn te verkrijgen bij erkende Gerelateerde informatie Volvo-dealers. Adviezen voor het vervoer van bagage •...
Pagina 569
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Verankeringsogen Doorsteekluik in achterbank* Onder het vloerluik* Gebruik de verankeringsogen in de bagage- U kunt het luik in de rugleuning van de achter- ruimte om spanbanden aan te bevestigen. bank openen om lange en smalle voorwerpen te vervoeren, zoals ski's.
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Laadvloer omhoogklappen Gerelateerde informatie Met een in delen opvouwbare laadvloer* Adviezen voor het vervoer van bagage • De laadvloer is in omhooggeklapte stand vast te (p. 565) zetten met behulp van de steunarm. Privacy locking (p. 263) •...
Pagina 571
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Opvouwbare laadvloer* losnemen De opvouwbare laadvloer is los te nemen om bijv. beter bij de simkaarthouder of de onderste opbergruimte te kunnen. Druk, terwijl u de laadvloer nog steeds Druk de borgveer op de met de pijl omhooghoudt, op de borgveer aan de andere gemarkeerde plek tot aan de aanslag omlaag.
De laadvloer is aan de voorkant ook met scharnieren bevestigd. het eenvoudigste via een van de achterportie- ren aanbrengen. Volvo adviseert u om de laadvloer niet van de Het bagagenet moet uit veiligheidsoverwegingen voorste scharnieren te halen. altijd vastgemaakt en verankerd worden aan de 1.
Pagina 573
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR 2. Haak de ene bevestigingshaak van het net vast aan de voorste of achterste plafondbe- vestiging, met de sluiting van de spanbanden naar u toe. Demonteer een eventuele kledinghaak van de plafondbevestiging door de haak aan de linkerzijde een kwartslag rechtsom te draaien en die aan de rechterzijde een kwartslag rechtsom te draaien.
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Hoedenplank demonteren en Hoedenplank onder de laadvloer BELANGRIJK opbergen opbergen Als u de stoel of rugleuning hard naar ach- De hoedenplank is te demonteren om meer teren tegen het veiligheidsnet drukt, kunnen ruimte in de bagageruimte te creëren. het net en/of zijn plafondbevestigingen beschadigd raken.
Pagina 575
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Gevarendriehoek EHBO-set* Met een in delen opvouwbare laadvloer*: De EHBO-set bevat materiaal voor het verlenen Gebruik de gevarendriehoek om medewegge- van eerste hulp. bruikers te waarschuwen, als u onderweg met pech stil komt te staan. Bewaar de EHBO-set achter de elastische band voor zover aanwezig.
Pagina 576
LAADMOGELIJKHEDEN, OPBERGMOGELIJKHEDEN EN INTERIEUR Gerelateerde informatie Bagageruimte (p. 564) • Alarmlichten (p. 149) • Open de klep door eerst de knop een kwart- slag te draaien en vervolgens de klep uit zijn bevestigingen aan de boven- en onderkant te trekken. Druk de borging waarmee de gevarendrie- hoek vastzit licht naar rechts en verwijder de houder.
Ser- netwerk voor beveiligde gegevensoverdracht plaatsnetwerk en -systeem. viceprogramma van Volvo op te volgen zoals die tussen uw auto en de werkplaats. Dit betekent omschreven staan in het Service- en garantie- eenvoudigere en effectievere werkplaatsbezoek- Gerelateerde informatie boekje van Volvo.
ONDERHOUD EN SERVICE Download Center Systeemupdates hanteren via N.B. Download Center Meerdere systemen in de auto zijn bij te werken Het downloaden van data kan van invloed zijn vanaf het middendisplay bij een auto met inter- Via Download Center zijn updates te downloa- op andere diensten die gebruik maken van den voor connectiviteits- en infotainmentfuncties netverbinding...
ONDERHOUD EN SERVICE Autostatus Afzonderlijk systeemsoftwareproduct Berichten - statusmeldingen • bijwerken Status – controle van het motoroliepeil en Via het middendisplay is de algemene status van • Kies Installeren voor het gewenste softwa- – de auto te bekijken en zijn ook serviceafspraken het AdBlue-peil reproduct.
Voordat de dienst te gebruiken is 3. Tik op Afspraak aanvragen verstuurd bevat autogegevens voor de werkplan- ning van de werkplaats. Registreer een Volvo ID en koppel deze aan • 4. Zorg ervoor dat u het juiste Volvo-id invult. de auto.
(p. 106) 1. Open de app Auto status vanuit het app- identificatienummer van de auto (VIN • scherm op het middendisplay. Volvo ID (p. 26) • softwareversie van de auto • Auto met actieve internetverbinding* (p. 509) • 2. Tik op Afspraken diagnosegegevens van de auto.
Pagina 583
Gebruik altijd bokken of iets dergelijks. N.B. Volvo adviseert u alleen de krik te gebruiken die bij de auto hoort. Volg bij gebruik van een andere krik dan door Volvo geadviseerd de aanwijzingen die bij deze krik werden gele- verd.
Pagina 584
ONDERHOUD EN SERVICE De driehoeken op de kunststof afdekking geven aan waar de kriksteunpunten/hefpunten (rood gemarkeerd) zitten. Gerelateerde informatie Wielen demonteren (p. 544) • Krik* (p. 543) • * Optie/accessoire.
Storingen opsporen en verhelpen De airconditioning bevat een fluorescerend tra- ceermiddel. Bij zoeken naar lekken moet ultravio- let licht worden gebruikt. Volvo adviseert u contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats. Auto's met koudemiddel R134a WAARSCHUWING In het aircosysteem zit koudemiddel R134a onder druk.
Rijd nooit met geopende motorkap! kap goed dicht, ga dan naar een werkplaats - Mocht u tijdens het rijden merken dat de geadviseerd wordt een erkende Volvo-werk- motorkap niet helemaal dicht is, stop dan plaats. onmiddellijk en sluit de kap goed.
6 minuten na uitschakeling van de motor kan aanslaan of blijven draaien. Laat de motorreiniging altijd uitvoeren door een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Als de motor warm is, bestaat er brandgevaar. WAARSCHUWING Het ontstekingssysteem werkt met een zeer hoge en levensgevaarlijke spanning.
Voor ritten onder ongunstige omstandig- en dat zowel bij het bijvullen als bij het verver- heden adviseert Volvo een olie van een hogere sen van olie. Een negatieve invloed op de kwaliteit dan de aangegeven.
Pagina 589
Service vereist , bezoek dan een werkplaats – geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Het oliepeil is mogelijk te hoog. 1. Open de app Auto status vanuit het app- scherm op het middendisplay.
ONDERHOUD EN SERVICE Koelvloeistof bijvullen N.B. De koelvloeistof koelt de verbrandingsmotor af Als niet aan de gestelde voorwaarden voor tot de juiste bedrijfstemperatuur. De warmte die meting van het oliepeil is voldaan (verstreken de motor overdraagt op de koelvloeistof is te tijd na motoruitschakeling, hellingshoek van benutten voor verwarming van de passagiers- de auto, buitentemperatuur e.d.), zal de mel-...
Pagina 591
Gebruik kant-en-klare koelvloeistof vol- • kershandleiding. voor een laagje op de reflector die dan kapot gens de aanbevelingen van Volvo. Zorg er kan gaan. Neem contact op met een werkplaats , als bij gebruik van geconcentreerde koel-...
De buitenverlichting van de auto omvat meer- (p. 593) dere verschillende lampen. Laat vervanging van een led -lamp over aan een werkplaats. Gead- Lampspecificaties (p. 594) • viseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. Koplampen Remlicht – derde (led) Mistachterlicht Achterlicht (led) Richtingaanwijzer Dagrijlicht/stadslichten voor/achterlichten/...
ONDERHOUD EN SERVICE Richtingaanwijzerlamp achter vervangen De lampen voor richtingaanwijzers zitten achter een paneel aan de zijkant van de bagageruimte. 3. Draai het verende boutje linksom los, duw de 4. Neem de grijze lamphouder los door deze clips aan de zijkanten naar binnen en linksom te draaien en naar buiten te trekken.
Pagina 594
ONDERHOUD EN SERVICE Remlichtlamp vervangen BELANGRIJK De remlichtlampen zitten achter een paneel aan Raak het glas van de gloeilampen nooit recht- de zijkant van de bagageruimte. streeks met uw vingers aan. Vet van uw vin- gers wordt door de warmte verdampt en zorgt voor een laagje op de reflector die dan kapot kan gaan.
ONDERHOUD EN SERVICE Gloeilamp mistachterlicht Gerelateerde informatie 5. Plaats een nieuwe gloeilamp door deze in de vervangen houder te duwen en rechtsom te draaien. Positie buitenverlichting (p. 590) • Lampspecificaties (p. 594) Het mistachterlicht zit in de achterbumper aan 6. Zet de lamphouder vast door deze rechtsom •...
Bij het aansluiten van een externe startaccu of acculader worden de laadpunten van de accu in Controleer of de kabels van de startaccu op • de motorruimte gebruikt. de juiste manier zijn aangesloten en stevig vastzitten. Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 598
ONDERHOUD EN SERVICE Positie BELANGRIJK N.B. Bij het negeren van het volgende valt na aan- Als de startaccu vaak ontladen wordt, heeft sluiting van een externe startaccu of accula- dat een negatief effect op zijn levensduur. der de energiebesparingsfunctie voor het De levensduur van de startaccu hangt af van infotainmentsysteem mogelijk tijdelijk uit meerdere factoren, waaronder de rijomstan-...
278×175×190 mm (10,9×6,9×7,5 inch) Capaciteit (Ah) Volgens EN-norm. Cold Cranking Amperes. Volvo adviseert om accu's altijd te laten vervan- gen door een erkende Volvo-werkplaats. BELANGRIJK Bij vervanging van de accu moet u erop letten dat u een accu van dezelfde afmetingen, met...
Als het Start/Stop-systeem kort daarna problemen contact op met een werkplaats – een automatische motorstop verricht, is de geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. kans groot dat een volgende automatische motorstart mislukt door onvoldoende capaci- teit van de startaccu, omdat de accu niet BELANGRIJK genoeg is opgeladen.
Pagina 601
ONDERHOUD EN SERVICE Symbolen op de accu's 150×90×130 mm Afmetingen, l×b×h (5,9×3,5×5,1 inch) Op de accu's zitten symbolen die informatie ver- Vermijd vonken en open strekken en waarschuwen. Capaciteit (Ah) vuur. Volgens EN-norm. Cold Cranking Amperes. Draag een veiligheidsbril. BELANGRIJK Bij vervanging van de accu moet u erop letten Explosiegevaar.
Als dezelfde zekering herhaaldelijk doorbrandt, Zekering vervangen (p. 601) betekent dit dat het bijbehorende onderdeel een • storing vertoont. Volvo adviseert u om dan voor Zekeringen in motorruimte (p. 602) • controle contact op te nemen met een erkende Zekeringen onder linker voorstoel (p.
WAARSCHUWING Neem contact op met een erkende Volvo- werkplaats voor de zekeringen die niet in de gebruikershandleiding worden genoemd. Als dat op een verkeerde manier gebeurt, kan dat ernstige schade aan de elektrische systemen veroorzaken.
ONDERHOUD EN SERVICE Zekeringen in motorruimte De zekeringen in de motorruimte beschermen onder meer de motor- en remfuncties.
Pagina 605
Rempedaalsensor (diesel) sole, voorin NOx-sensor (diesel) Regeleenheid voor het inscha- 12V-aansluiting in kofferbak/ kelen/wijzigen van schakel- bagageruimte* Rechter koplamp standen van de automatische versnellingsbak Motorregeleenheid Linker koplamp Regeleenheid transmissie Bobines; bougies Airbags Motorregeleenheid Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 606
ONDERHOUD EN SERVICE Gerelateerde informatie Functie Ampère Functie Ampère Zekeringen en relais- en zekeringenhouders • Elektrisch bedienbare bestuur- (p. 600) dersstoel* Zekering vervangen (p. 601) • Claxon Sirene alarmsysteem* Voorruitwissers Regeleenheid voor remsys- teem (kleppen, parkeerrem) Regeleenheid voor remsys- teem (ABS-pomp) Brandstoffilterverwarming (diesel) Actuator voor transmissie...
ONDERHOUD EN SERVICE Zekeringen onder linker voorstoel De zekeringen onder de linker voorstoel beschermen onder meer de elektrische aanslui- tingen, displays en portiermodules.
Pagina 608
Module voor multiband- Achterbankverwarming* trisch bedienbare stoelen*. antenne Ventilatormodule voor klimaat- Relaisspoelen regeling voorin Detectiemodule schopbewe- Elektrische achterklepbedie- ging* (om de elektrisch ning* Regeleenheid voor reductie bedienbare achterklep te ope- van stikstofoxiden (diesel) nen) Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats. * Optie/accessoire.
Pagina 609
ONDERHOUD EN SERVICE Functie Ampère Functie Ampère Functie Ampère Regeleenheid Sensus Koplampsproeiers* Achterruitsproeier Regeleenheid voor airbags en gordelspanners Diagnoseaansluiting OBDII Achterruitwisser Alcoholslot* Panoramadak met zonne- Vergrendelmotor voor rugleu- scherm* ning linksachter Zonnesensor Vergrendelmotor voor rugleu- ning rechtsachter Interieurverlichting; auto-dim- functie achteruitkijkspiegel*; Elektrische achterruitverwar- gecombineerde regen- en ming...
Pagina 610
ONDERHOUD EN SERVICE Gerelateerde informatie Zekeringen en relais- en zekeringenhouders • (p. 600) Zekering vervangen (p. 601) •...
Pagina 611
Gebruik alleen reinigingsmiddelen en autover- • Sommige geverfde kledingstukken (zoals • (p. 611) zorgingsproducten die door Volvo geadviseerd spijkerbroeken en suède kleding) kunnen worden. Reinig het interieur regelmatig en Leren bekleding reinigen (p. 612) • afgeven en voor verkleuring van de bekle- behandel vlekken meteen voor het beste resul- ding zorgen.
Pagina 612
ONDERHOUD EN SERVICE Middendisplay reinigen Vloermatten en inlegmatten reinigen • BELANGRIJK (p. 611) Vuil, vlekken en vettige vingerafdrukken kunnen De microvezeldoek moet bij het schoonma- Leren bekleding reinigen (p. 612) ertoe leiden dat het middendisplay minder goed • ken van het middendisplay vrij van zand en werkt en minder goed af te lezen is.
Haal de inlegmatten uit de auto om de vloerbe- van een vlek op textielbekleding of de plafondbe- erkende Volvo-dealers verkrijgbaar is. Zorg dat de kleding en de inlegmatten ieder apart schoon te kleding om schade aan de bekleding tegen te gordel droog is, voordat deze weer wordt opge- kunnen maken.
Leren bekleding* met een lichte cirkelvormige beweging. De leren bekleding van Volvo is behandeld om de Voor vlekken op de vloermat wordt geadviseerd bekleding in oorspronkelijke staat te bewaren. het speciale reinigingsmiddel voor stoffen bekle- 2.
Reinig • panelen van kunststof worden met water bevoch- het leren stuurwiel bij voorkeur met Volvo Leather tigde splitfiber- of microvezeldoeken geadviseerd, Care Kit/Wipes. Verwijder eerst vuil, stof en der- die verkrijgbaar zijn bij een erkende Volvo-werk- gelijk met een vochtige spons of doek.
Pagina 616
Poets de lak eerst op en behandel deze Alleen lakbehandelingen uitvoeren die door • reinigen (p. 618) daarna met was in vloeibare of vaste vorm. Volvo geadviseerd worden. Andere behande- Velgen reinigen (p. 619) • Volg de aanwijzingen op de verpakking lingen zoals lakconservering, verzegeling, nauwkeurig op.
Als de motor warm is, bestaat die u goed hebt bevochtigd. U wordt geadvi- er brandgevaar. seerd een dergelijke verkleuring te laten her- stellen door een erkende Volvo-werkplaats. BELANGRIJK Spoel de bodem van de auto af, met inbegrip •...
Pagina 618
N.B. Gebruik voor het panoramadak nooit een • Volvo raadt het af om een nieuwe auto de schurend poetsmiddel. eerste maanden in een automatische was- Gebruik nooit was voor de rubberen lijs- •...
ONDERHOUD EN SERVICE Hogedrukreinigers Gerelateerde informatie BELANGRIJK Exterieur reinigen (p. 614) • Was de auto zodra deze vuil geworden is. De Voor automatische wasstraten waarbij de Poetsen en in de was zetten (p. 614) auto is dan gemakkelijker te reinigen, omdat het •...
Zet de wisserbladen bij het reinigen in de servi- onderdelen zoals glimmende strips, wordt geadvi- cestand. seerd het speciale reinigingsmiddel te gebruiken dat bij de Volvo-werkplaats verkrijgbaar is. Volg N.B. bij het gebruik van dit reinigingsmiddel de Reinig de wisserbladen en voorruit regelmatig gebruiksvoorschriften nauwkeurig op.
Pagina 621
Velgen len van geanodiseerd aluminium om verkleu- Gebruik alleen de velgreinigingsmiddelen die ring en schade aan de finish tegen te gaan. Volvo adviseert. Sterke velgreinigingsmiddelen kunnen het opper- Gerelateerde informatie Onderdelen die moeten worden schoongemaakt met vlak beschadigen en vlekken veroorzaken op ver- Exterieur reinigen (p.
ONDERHOUD EN SERVICE Roestwering Autolak Kunststof en rubber sieronderdelen exterieur • reinigen (p. 618) De auto heeft een efficiënte bescherming tegen De lak die uit meerdere lagen bestaat vormt een Velgen reinigen (p. 619) corrosie. • belangrijk onderdeel van de roestwering van de auto en moet daarom regelmatig worden gecon- Voor de carrosserie bestaat de corrosiebescher- troleerd.
Bijwerkpennen/-stiften en spuitbussen voor het herstellen van geringe lakschade zijn te verkrij- Voor herstel van de lak moet het oppervlak gen bij de Volvo-dealer. schoon en droog zijn gemaakt. De tempera- tuur van het oppervlak moet minimaal 15 °C 1. Plak een stuk afplaktape over het bescha- N.B.
ONDERHOUD EN SERVICE Kleurcodes Wisserbladen achterruit vervangen Wisserbladen achterruit vervangen De wisserbladen vegen neerslag van de voor- en Kleurcode achterruit. In combinatie met sproeiervloeistof De sticker voor kleurcode zit op de portierstijl reinigen ze de ruiten voor een goed zicht tijdens rechtsachter en wordt bij het openen van het het rijden.
Pagina 625
ONDERHOUD EN SERVICE Wisserblad voorruit vervangen 3. Druk het nieuwe wisserblad vast, u moet een Klap de wisserarm omhoog als deze in de klik horen. Controleer of het goed vastzit. servicestand staat. De servicestand is te acti- De wisserbladen vegen neerslag van de voor- en veren/deactiveren via het functiescherm van achterruit.
ONDERHOUD EN SERVICE Wisserbladen in servicestand activeren/deactiveren via het functiescherm op N.B. het middendisplay: U moet de wisserbladen op de voorruit in Let er bij het vervangen van wisserbladen op bepaalde gevallen in de servicestand (verticale Druk op de knop dat ze een verschillende lengte hebben.
ONDERHOUD EN SERVICE Vulopening voor sproeiervloeistof Gerelateerde informatie Voorgeschreven kwaliteit: Door Volvo aanbevo- len sproeiervloeistof – met antivries bij koud weer Regensensor gebruiken (p. 168) • Om de koplampen en de voor- en achterruit en temperaturen onder het vriespunt. Voorruit- en koplampsproeiers gebruiken schoon te houden wordt sproeiervloeistof •...
Pagina 628
ONDERHOUD EN SERVICE Geheugenfunctie van regensensor gebruiken • (p. 169) Achterruitwisser en -sproeier (p. 170) • Wisserbladen in servicestand (p. 624) • Wisserblad voorruit vervangen (p. 623) • Wisserbladen achterruit vervangen (p. 622) • Voorruitwissers gebruiken (p. 167) • Wisserbladen en sproeiervloeistof (p. 167) •...
De afbeelding is schematisch – afhankelijk van de markt en het model zijn afwijkingen mogelijk. Wanneer u contact opneemt met uw erkende Volvo-werkplaats of vervangende onderdelen of accessoires wilt bestellen, kan het handig zijn om de typeaanduiding, het chassisnummer en het...
Pagina 631
SPECIFICATIES Sticker voor typeaanduiding, chassisnummer, Sticker A/C-systeem voor auto's met het Sticker voor motorcode en serienummer van maximaal toelaatbaar gewicht, kleurcode voor koudemiddel R134a. de motor. lakwerk en typegoedkeuringsnummer. De sticker zit op de portierstijl en wordt bij het openen van het rechter achterportier zichtbaar.
Pagina 632
SPECIFICATIES N.B. De in de gebruikershandleiding afgebeelde stickers hoeven niet per definitie overeen te komen met de stickers die in of op uw auto aanwezig zijn. De afbeeldingen zijn alleen bedoeld om aan te geven hoe de stickers er in grote lijnen uitzien en waar ze ongeveer zit- ten.
Pagina 633
SPECIFICATIES Maten In de tabel ziet u de maten van de auto wat de lengte, hoogte en dergelijke betreft. Maten inch Maten inch Maten inch Laadlengte, 34,9 Laadbreedte, 1059 41,7 Bodemspeling vloer vloer Wielbasis 2702 106,4 1658 65,3 Breedte 1873 73,7 Hoogte Lengte...
Pagina 634
SPECIFICATIES Maten inch Breedte incl. 2034 80,1 buitenspiegels Breedte incl. 1910 75,2 ingeklapte bui- tenspiegels Bij rijklaar gewicht + 1 inzittende. /Varieert enigszins afhankelijk van de bandenmaat, chassisopties et cetera.) Inclusief antenne op het dak, bij rijklaar gewicht. Carrosseriebreedte Gerelateerde informatie Gewichten (p.
SPECIFICATIES Gewichten N.B. Het maximale totaalgewicht staat aangegeven Het gedocumenteerde rijklare gewicht geldt op een sticker in de auto. voor een auto in de basisuitvoering, dus een auto zonder extra uitrusting of opties. Dat Inbegrepen bij het rijklaar gewicht zijn het houdt in dat voor elke optie die wordt toege- gewicht van de bestuurder, dat van de brandstof- voegd, de laadcapaciteit van de auto afneemt...
SPECIFICATIES Trekgewichten en kogeldruk Max. gewicht geremde aanhangwagen De trekgewichten en de kogeldruk voor ritten N.B. met een aanhangwagen staan in de tabellen. Voor een aanhangwagen zwaarder dan 1800 kg wordt geadviseerd een trillingsdem- per op de trekhaak te gebruiken. Motor Versnellingsbak Max.
Pagina 637
SPECIFICATIES BELANGRIJK Bij ritten met een aanhanger achter de auto is het toegestaan het totale gewicht van de auto (inclusief het trekgewicht) tot 100 kg (220 lbs) te overschrijden, op voorwaarde dat er maximaal 100 km/h (62 mph) wordt gere- den.
SPECIFICATIES Motorspecificaties N.B. De motorspecificaties (vermogen et cetera) voor Niet alle motoren zijn verkrijgbaar op alle de verschillende motoralternatieven staan in de markten. onderstaande tabel. Motor Vermogen Vermogen Max. nominaal vermo- Max. nominaal vermo- Koppel Aantal cilin- Motorcode ders (kW bij omw/min) (pk bij omw/min) (Nm bij omw/min) (kW bij omw/min)
SPECIFICATIES Specificaties van de motorolie De motoroliekwaliteit en de te hanteren hoeveel- heden voor de verschillende motoralternatieven staan in de tabel. Volvo adviseert: Motor Oliekwaliteit Hoeveelheid, incl. oliefilter Motorcode (liter, ca.) B3154T Castrol Edge Professional V 0W-20 of VCC RBS0-2AE 0W-20...
Pagina 640
SPECIFICATIES Gerelateerde informatie Typeaanduidingen (p. 628) • Ongunstige rijomstandigheden voor motor- • olie (p. 639) Motorolie controleren en bijvullen (p. 586) • Motorolie (p. 585) •...
Volvo adviseert: aan de motor gerelateerde onderdelen beschadigd raken. Volvo Cars wijst garantie- aanspraken voor dit type schade af. Volvo adviseert de olie in een erkende Volvo- werkplaats te laten verversen. Gerelateerde informatie Specificaties van de motorolie (p. 637) •...
Voorgeschreven kwaliteit: Volvo Original of Om slechtere koelprestaties, motorstoringen e.d. Voorgeschreven versnellingsbakolie vloeistof van vergelijkbare kwaliteit die voldoet tegen te gaan dient u alleen een door Volvo aan DOT 4, DOT 5.1 en ISO 4925 klasse 6. goedgekeurde koelvloeistof te gebruiken. M66:...
Pagina 643
SPECIFICATIES ®1 Brandstoftank – inhoud Specificaties van de airconditioning Bij te vullen hoeveelheid AdBlue De inhoud van de brandstoftank staat aangege- De klimaatregeling van de auto maakt afhankelijk De inhoud van het AdBlue-reservoir is zo'n 14,5 ven in de onderstaande tabel. van de markt gebruik van het freonvrije koude- liter.
Pagina 644
SPECIFICATIES Sticker voor R1234yf WAARSCHUWING Symbool Betekenis In de airco-installatie zit koudemiddel Onderhoud aan de mobiele airco R1234yf onder druk. Conform de SAE-norm (MAC) is voorbehouden aan een J2845 (“Technician Training for Safe Service bevoegd onderhoudsmonteur and Containment of Refrigerants Used in Mobile A/C System”) mogen service en repa- Brandbaar koudemiddel ratie aan het koudemiddelsysteem alleen wor-...
SPECIFICATIES Brandstofverbruik en CO -uitstoot stadsverkeer Handgeschakelde versnellingsbak Het brandstofverbruik van een auto wordt geme- snelwegrit Automatische versnellingsbak ten in liter per 100 km en de CO -uitstoot in gram CO per km. Combinatierit Uitleg N.B. Bandenklassen op basis van de rol- gram CO Ontbrekende gegevens over het brandstof- weerstand conform de EU-richtlijn...
Pagina 647
SPECIFICATIES D4 AWD (D4204T12) De brandstofverbruiks- en emissiewaarden in de De brandstofkwaliteit, de weg- en verkeers- • EU-rijcycli bovenstaande tabel zijn gebaseerd op specifieke omstandigheden, de weersgesteldheid en de De officiële brandstofverbruikscijfers zijn geba- EU-rijcycli (zie onder), die gelden voor een auto staat van de auto.
Pagina 648
SPECIFICATIES Stadsverkeer – De meting begint met een • koude start van de motor. Het betreft hier een gesimuleerde rit. Snelwegrit – De auto moet optrekken en • afremmen bij snelheden van 0–120 km/h (0–75 mph). Het betreft hier een gesimu- leerde rit.
235/60 R17 is een niet goedgekeurde maat voor gebruik in combinatie met 18 inch remmen. Informeer bij de Volvo-dealer naar de uitrusting van uw auto. 235/55 R18 bij auto's met 18 inch remmen is alleen mogelijk in combinatie met goedgekeurde velgen. Informeer bij de Volvo-dealer naar de uitrusting van uw auto.
SPECIFICATIES Minimaal toelaatbare lastindex en snelheidsklassen voor banden In de onderstaande tabel staan de minimaal toe- laatbare lastindex (LI) en snelheidsklasse (SS). Motor handb./ Minimaal toelaatbare lastindex (LI) Minimaal toelaatbare snelheidsklasse (SS) autom. B3154T handb. B4204T47 autom. T4 AWD B4204T47 autom.
Pagina 651
SPECIFICATIES Gerelateerde informatie Goedgekeurde wiel- en bandenmaten • (p. 647) Goedgekeurde bandenspanningswaarden • (p. 650) Typeaanduidingen (p. 628) • Maataanduiding voor banden (p. 532) • Maataanduiding voor wielen (p. 533) •...
Pagina 652
SPECIFICATIES Goedgekeurde N.B. bandenspanningswaarden Alle motoren, banden of combinaties daarvan De goedgekeurde bandenspanningen voor de zijn niet altijd beschikbaar op alle markten. verschillende motoralternatieven staan in de tabel. Motor Bandenmaat Snelheid Belading, 1–3 inzittenden Max. belading ECO-bandenspanning Voor Achter Voor Achter Voor/achter (kPa)
Pagina 653
ALFABETISCH REGISTER ALFABETISCH REGISTER Klimaat Beperkingen 1, 2, 3 ... ruggedeelten omklappen deactiveren inhalen Achterklep snelheid instellen elektrisch bediend Storingzoeken openen/sluiten met schopbeweging symbolen en meldingen van binnenuit ontgrendelen van cruisecontrolfunctie wisselen vergrendelen/ontgrendelen 231, 252 van doelvoertuig veranderen Aandrijflijn Achterruit volgtijd instellen Versnellingsbak elektrische verwarming...
Pagina 654
ALFABETISCH REGISTER bestuurderszijde Autoberging Auto met internetverbinding passagierszijde 51, 53 geen of een slechte verbinding Autofuncties Airconditioning op middendisplay Automodem auto aansluiten op internet Airconditioning, vloeistof Autogordel, zie Veiligheidsgordel Instellingen hoeveelheid en kwaliteit Auto hold Auto opnemen alarm Automatische hervergrendeling 230, 251 beperkt alarmniveau Autostatus...
Pagina 655
ALFABETISCH REGISTER draairichting Start- Bluetooth maten Symbolen op de accu aansluiten monteren auto aansluiten op internet Bedrijfsrem opbergen Instellingen Beglazing rotatie bij verwisselen Telefoon Behoud van klimaatcomfort slijtage-indicator Bochtverlichting start/uitschakelen spanning Boordcomputer specificaties 647, 648, 650 Bekleding 609, 611, 612, 613 op bestuurdersdisplay tonen Winterbanden benzine...
Pagina 656
ALFABETISCH REGISTER bypass-functie alcoholslot Collision Warning kruisend verkeer achter de auto van achteren Dagrijlicht zie City Safety Dagteller op nul stellen Compact reservewiel Dagtellers Camera-eenheid hanteren Dakbelasting, max. gewicht Beperkingen Condens Dashboardkastje onderhoud en reiniging Condens in koplamp 614, 616 Data Camerasensor Condens in koplamp...
Pagina 657
ALFABETISCH REGISTER Doorwaaddiepte Elektrische achterklepbediening Download Center Elektrische parkeerrem Gebruikershandleiding gebruiken Elektrische stoelbediening in mobiel Draairichting Elektrische verwarming milieulabel Drive-E Ruiten 207, 208 op middendisplay 17, 19 Milieubeleid Stoelen en achterbank 201, 202 Gebruikersinformatie stuurwiel Driver Alert Control Gegevensuitwisseling 516, 517 activeren/deactiveren Elektrisch inklapbare buitenspiegels Geheugenfunctie regensensor...
Pagina 658
Hill Start Assist (HSA) Instrumenten, schakelaars en bedie- IAQS (Interior Air Quality System) Hellingsensor ning 74, 75 IC (Inflatable Curtain) Hill Start Assist Instrumentenoverzicht ID, Volvo Hoedenplank auto met stuur links Identificatienummer auto met stuur rechts Hogedrukspuit Immobilizer, startblokkering Instrumentenpaneel Hoge motortemperatuur...
Pagina 659
ALFABETISCH REGISTER Interieurverlichting Kinderslot Klimaatsysteem aanpassen Koudemiddel Kinderveiligheid automatische functie Klok, instellen Kinderveiligheidszitje 58, 59, 62, 63 Interieurverwarming (Standverwarming) Bovenste bevestigingspunten Koelsysteem Interior Air Quality System i-Size/ISOFIX-bevestigingspunten oververhitting onderste bevestigingspunten Internet, zie Auto met internetverbinding Koelvloeistof plaatsen/monteren 62, 63 Bijvullen Internetverbinding voor de auto maken plaatsingstabel geen of een slechte verbinding...
Pagina 660
ALFABETISCH REGISTER Lampen opmaak wijzigen aanhanger overzicht positie Maten Reinigen specificaties Trekhaak schermen vervangen symbolen op statusbalk Max. dakbelasting Toetsenbord Lane Keeping Aid Mediaspeler 483, 484, 485 uitzetten en volume wijzigen zie Rijbaanassistent compatibele bestandsformaten 490, 491 Milieu Large Animal Detection (LAD) spraakherkenning Mistverlichting Lastdragers...
Pagina 661
ALFABETISCH REGISTER Motorruimte koelvloeistof Motorolie Obstakeldetectie PACOS (Passenger Airbag Cut Off Switch) 53 overzicht City Safety Panoramadak Motorspecificaties octaangetal beveiliging tegen overbelasting openen en sluiten Motor starten Olie, zie ook Motorolie 637, 639 Ventilatiestand na een aanrijding Ondergelopen weg zonnescherm Motortemperatuur Onderhoud Park Assist...
Pagina 663
ALFABETISCH REGISTER Richtingaanwijzers Ritstatistiek sensoren instellingen Camera-eenheid Rijadviezen Klimaat Ritten op lage snelheden Rijbaanassistent Luchtkwaliteit activeren met functieknop activeren/deactiveren Radareenheid assistentie-opties kiezen Roestwering Sensus Beperkingen Roetfilter dieselmotor aansluiting en entertainment stuurhulp Roll Stability Control symbolen en meldingen 365, 367 Sensus Navigation Rugleuning Verkeersbordinformatie Rijden...
Pagina 664
ALFABETISCH REGISTER Sneeuwkettingen Sproeiervloeistof 167, 625 Stoelen en achterbank elektrisch bediende voorstoel Snelheidsbegrenzer Sproeikoppen, verwarmd elektrische verwarming 201, 202 activeren Sproeikopverwarming handmatig bediende voorstoel automatisch Stabilisator stand opslaan 176, 177 Beperkingen aanhangwagen WHIPS-systeem opnieuw activeren Stabiliteits- en tractieregeling snelheid wijzigen Stoel voorin sportstand 274, 275...
Pagina 665
ALFABETISCH REGISTER Stuurwiel 183, 184 loskoppelen Transpondersleutelsysteem, typegoedkeu- elektrische verwarming spraakherkenning ring paddle verwijderen Trekgewicht en kogeldruk Stuur afstellen wisselen Trekhaak Toetsenset Telefoonlader 508, 509 in- en uitklapbaar Stuurwiel afstellen Telefoon verbinden specificaties Symbolen Temperatuur Trillingsdemper Controlesymbolen gevoels- TSA, Trailer Stability Assist dynamisch Regeling 210, 211...
Pagina 666
ALFABETISCH REGISTER Vergrendeling mistachterlicht ontgrendelen mistlamp Van doelvoertuig veranderen vergrendelen noodremlichten bij Pilot Assist remlichten Vergrendelingsindicatie met adaptieve cruisecontrol Richtingaanwijzer instellen Stadslicht Veertransport Verkeersbordinformatie Verlichting, gloeilampen vervangen Veiligheid activeren/deactiveren mistachterlicht zwangerschap Beperkingen informatie over flitspalen Verlichting, lamp vervangen Veiligheidsgordel instellingen gloeilampen, specificaties gordelspanner Sensus Navigation...
Pagina 667
Vloeistoffen en oliën 640, 641 parkeerrem ingeschakeld Wisserblad Pilot Assist Servicestand VOL-aanduiding stabiliteits- en tractieregeling vervangen 622, 623 Volvo ID startaccu wordt niet opgeladen Wisserbladen en sproeiervloeistof aanmaken en registreren storing in remsysteem Wisserbladen reinigen Voorruit Waarschuwing elektrische verwarming 508, 509...