BESTUURDERSONDERSTEUNING
Rijmodi bij gebruik van
tijdsverschillen ten opzichte van
voertuigen
U kunt aangeven op welke manier de rijhulp-
systemen een bepaalde afstand tot voorlig-
gers moeten aanhouden.
U maakt een keuze via de rijmodusknop
DRIVE MODE.
Kies een van de volgende alternatieven:
Pure
– De rijhulpsystemen streven naar
•
een zo gering mogelijk brandstofverbruik
wat grotere tijdsverschillen ten opzichte
van voorliggers betekent.
Hybrid
– De rijhulpsystemen streven naar
•
een zo soepel mogelijke aanpassing aan
de rijsnelheid van voorliggers.
Power
– De rijhulpsystemen streven naar
•
een directere vorm van aanpassing aan
het ingestelde tijdsverschil ten opzichte
van voorliggers, wat in bepaalde gevallen
krachtiger acceleraties/remmanoeuvres
kan betekenen.
Gerelateerde informatie
Tijdsverschil ten opzichte van voorliggers
•
instellen (p. 346)
Rijhulpsystemen (p. 284)
•
Rijmodi (p. 461)
•
348
Automatische remfunctie van
rijhulpsystemen
De rijhulpsystemen adaptieve cruisecontrol*
en Pilot Assist* hebben een speciale remfunc-
tie voor ritten bij langzaamrijdend verkeer en
stilstand. In bepaalde situaties wordt de par-
keerrem aangezet om ervoor te zorgen dat de
auto blijft stilstaan.
Remfunctie bij langzaam rijdend
verkeer en stilstand
Na korte stops tot zo'n 3 seconden tijdens
filerijden of voor verkeerslichten rijdt de auto
automatisch verder. Duurt het langer voordat
een voorligger weer gaat rijden, dan worden
de rijhulpsystemen stand-by gezet met auto-
matische remfunctie.
De functie is op een van de volgende
–
manieren te heractiveren:
Druk op de stuurknop
•
Trap het gaspedaal in.
•
> De functie hervat het volgen van de
voorligger als deze binnen
ongeveer 6 seconden vooruit begint te
rijden.
WAARSCHUWING
Wanneer u de snelheid weer hervat met de
stuurknop
, kan er een markante snel-
heidstoename volgen.
WAARSCHUWING
Rijhulpsystemen waarschuwen alleen voor
door de radareenheid gedetecteerde obsta-
kels – het kan dan ook gebeuren dat een
waarschuwing met enige vertraging of
helemaal niet wordt gegeven.
Wacht een waarschuwing of ingreep
•
nooit af, maar rem als dat nodig is.
N.B.
De rijhulpsystemen kunnen de auto maxi-
maal 10 minuten stilhouden – daarna
wordt de parkeerrem aangezet, waarna de
functie wordt uitgeschakeld.
Om de rijhulpsystemen te kunnen heracti-
veren, moet u eerst de parkeerrem lossen.
.
* Optie/accessoire.