Keuzehendelvergrendeling
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 94 en volg deze op.
Automatische keuzehendelvergrendeling
De keuzehendel is in de standen P en N bij ingeschakeld contact geblokkeerd.
Voor het ontgrendelen van de keuzehendel uit deze stand moet het rempedaal
worden ingetrapt. Als herinnering voor de bestuurder brandt in de keuzehendel-
standen P en N het controlelampje
Bij het snel schakelen via stand N (bijvoorbeeld van R naarD) wordt de keuzehen-
del niet geblokkeerd. Hierdoor is bijvoorbeeld het vrijrijden van een vastgereden
wagen mogelijk. Als de keuzehendel zich langer dan 2 seconden in stand N be-
vindt terwijl het rempedaal niet is ingetrapt, wordt de keuzehendelvergrendeling
geactiveerd.
De keuzehendelvergrendeling werkt alleen bij stilstaande wagen en bij snelhe-
den tot 5 km/h. Bij hogere snelheden wordt de vergrendeling in stand N automa-
tisch uitgeschakeld.
Grendelknop
De grendelknop in de keuzehendel voorkomt het per ongeluk inschakelen van
enkele keuzehendelstanden. Als de grendelknop wordt ingedrukt, wordt de keu-
zehendelvergrendeling uitgeschakeld.
Uittrekblokkering contactsleutel
1)
De contactsleutel kan na het uitschakelen van het contact alleen worden verwij-
derd als de keuzehendel zich in stand P bevindt. Als de contactsleutel is verwij-
derd, is de keuzehendel in stand P geblokkeerd.
Kick-downfunctie
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 94 en volg deze op.
De kick-downfunctie maakt een maximale acceleratie mogelijk.
Als het gaspedaal volledig wordt ingetrapt, wordt in elk rijprogramma de kick-
downfunctie geactiveerd. Deze functie is onafhankelijk van de rijprogramma's en
houdt geen rekening met de actuele keuzehendelstand (D, S of tiptronic), en
1)
Alleen geldig voor sommige landen.
» pagina 25
in het instrumentenpaneel.
dient voor het maximaal accelereren van de wagen met gebruikmaking van het
maximale vermogenspotentieel van de motor. De versnellingsbak schakelt afhan-
kelijk van de rijomstandigheden een of meerdere versnellingen terug en de wa-
gen accelereert. Het overschakelen naar een hogere versnelling gebeurt pas als
het maximaal voorgeschreven motortoerental wordt bereikt.
Dynamisch schakelprogramma
ä
Lees eerst de informatie in de inleiding en de veiligheidsaanwijzingen
op pagina 94 en volg deze op.
De automatische versnellingsbak van uw wagen wordt elektronisch geregeld. Het
op- en terugschakelen gebeurt automatisch afhankelijk van de geprogrammeerde
rijprogramma's.
Bij een beheerste rijstijl kiest de versnellingsbak het meest economische rijpro-
gramma. Vroeg opschakelen en laat terugschakelen heeft een gunstige invloed
op het brandstofverbruik.
Bij een sportieve rijstijl met snelle gaspedaalbewegingen, bij krachtig accelereren
en veelvuldig wisselende snelheden en bij het rijden met de topsnelheid past de
versnellingsbak zich na het volledig intrappen van het gaspedaal (kick-downfunc-
tie) aan deze rijstijl aan en schakelt vroeger terug, vaak ook meerdere versnellin-
gen in vergelijking met een beheerste rijstijl.
De keuze van het op dat moment meest gunstige schakelprogramma is een conti-
nu proces. Onafhankelijk daarvan is het mogelijk, door snel gas te geven naar een
dynamischer schakelprogramma te wisselen of terug te schakelen. Daarbij scha-
kelt de versnellingsbak terug naar een versnelling die bij de rijsnelheid past en
maakt zo snel accelereren mogelijk (bijvoorbeeld om in te halen), zonder dat u het
gaspedaal tot het kick-downbereik hoeft in te drukken. Nadat de versnellingsbak
weer heeft opgeschakeld, wordt bij overeenkomstige rijstijl weer het oorspronke-
lijke programma aangenomen.
Bij het het rijden in de bergen wordt de gekozen versnelling aan de hellingen en
afdalingen aangepast. Daardoor worden pendelschakelingen bij bergop rijden
vermeden. Bij bergaf rijden is het mogelijk in de tiptronic-stand terug te schake-
len om op de motor te kunnen afremmen.
Automatische versnellingsbak
97