•
niet op vakkundige wijze uitgevoerde reparaties,
•
gebruik van andere dan de originele reserveonderdelen van de fabrikant,
•
eigenmachtige veranderingen aan de constructie van de graafmachine,
•
gebrekkige controle van machineonderdelen, die aan slijtage onderhevig zijn,
•
rampen door de inwerking van vreemde voorwerpen en overmacht.
De exploitant moet op eigen verantwoording ervoor zorgen,
•
dat de veiligheidsbepalingen volgens paragraaf 2 en volgend worden opgevolgd,
dat een ontoelaatbaar gebruik (zie paragraaf 2.5) alsmede een ontoelaatbaar bedrijf uitgesloten
•
zijn en
•
dat bovendien een goedgekeurd gebruik (zie paragraaf 2.4) gewaarborgd is en de graafmachine
overeenkomstig de contractueel overeengekomen gebruiksvoorwaarden wordt gebruikt.
2.3
Veiligheidssymbolen
In deze gebruiksaanwijzing worden de volgende benamingen en karakters (tekens) voor gevaarlijke
situaties gebruikt:
geeft belangrijke informaties in werk- en bedrijfsverlopen aan, die voor de gebruiker
niet onmiddellijk opvallen.
geeft werk- en bedrijfsverlopen aan, die zorgvuldig moeten worden opgevolgd, om be-
schadigingen aan de graafmachine of aan andere voorwerpen te voorkomen.
geeft werk- en bedrijfsverlopen aan, die zorgvuldig moeten worden opgevolgd, om ge-
varen voor personen uit te sluiten.
geeft gevaarlijke situaties aan bij de omgang met accu's.
geeft gevaarlijke situaties aan door bijtende stoffen (accuzuur).
geeft gevaarlijke situaties aan door explosieve stoffen.
2 - 2
Veiligheidsbepalingen