Onderhoud
Motorolie vullen
•
Bij uitvoering KX91-3α, KX101-3α en U35-
3α olievuldop (8-11/1) erop draaien en motor-
olie volgens paragraaf 8.6 Onderhoudsmid-
delen vullen .
•
Bij uitvoering KX121-3α, KX161-3α, U45-3α
en U50-3α olievuldop (8-11.1/1) verwijderen
en motorolie volgens paragraaf 8.6 Onder-
houdsmiddelen vullen .
Vulhoeveelheid 6,6 l (KX91-3α, KX101-3α en
U35-3α)
Vulhoeveelheid 9,2 l (KX121-3α, KX161-3α,
U45-3α en U50-3α)
•
Olievuldop vastdraaien.
•
Motor starten, de
motoroliedruk-controlelamp moet
onmiddellijk na het aanspringen van
de motor uitgaan; zo niet, motor
onmiddellijk uitschakelen en ge-
schoold personeel op de hoogte
stellen.
•
Motor ca. 2 min laten draaien en vervolgens
uitschakelen. Na een wachttijd van 5 min olie-
peil controleren.
•
Oliepeilstok (8-12/1) eruit trekken en met een
schone doek afvegen.
•
Oliepeilstok weer helemaal terugplaatsen en
opnieuw eruit trekken. Het oliepeil moet zich
in het bereik "A" bevinden. Bij een te laag olie-
peil motorolie bijvullen. De oliehoeveelheid
tussen de onder- en bovenzijde van bereik
"A" bedraagt 2,6 l (KX91-3α, KX101-3α en
U35-3α) of 3,5 l (KX121-3α, KX161-3α, U45-
3α en U50-3α).
Het bedrijf met een te laag of te hoog
oliepeil kan tot motorschade leiden.
•
Bij het verversen van de olie moet de motor-
olie tot het "MAX"-merkstreepje worden ge-
vuld.
Afb. 8-11
Afb. 8-11.1
Afb. 8-12
1
1
1
8 - 11