Accu verwijderen en aanbrengen, vervangen
Voor het losmaken en aansluiten van de accu in elk geval de voorgeschreven volgorde
aanhouden --> gevaar voor kortsluiting.
Uitvoering KX91-3α α α α α , KX101-3α α α α α en U35-3α α α α α
•
De minpoolkap (8-28/2) verwijderen en de poolklem verwijderen. Poolklem terzijde leggen, zodat
een contact met de minpool is uitgesloten.
•
Pluspoolkap (8-28/3) verwijderen, poolklem verwijderen. Poolklem terzijde leggen, zodat een
contact met de pluspool is uitgesloten.
•
Accuhouder verwijderen en accu uit de bovenwagen tillen.
Uitvoering KX121-3α α α α α , KX161-3α, α, α, α, α, U45-3α α α α α en U50-3α α α α α
•
De minpoolkap (8-28.1/3) verwijderen en de poolklem verwijderen. Poolklem terzijde leggen,
zodat een contact met de minpool is uitgesloten.
•
Pluspoolkap (8-28.1/2) verwijderen, poolklem verwijderen. Poolklem terzijde leggen, zodat een
contact met de pluspool is uitgesloten.
•
Accuhouder verwijderen en accu uit de bovenwagen tillen.
Bij het vervangen van de accu mag alleen een accu van hetzelfde type, met dezelfde
vermogensgegevens en dezelfde afmetingen worden gebruikt.
•
Voordat de accu wordt teruggeplaatst, moeten de accupolen en accuklemmen met poolvet wor-
den ingevet.
•
Accu in de bovenwagen plaatsen en met de accuhouder bevestigen. Accu op goede bevestiging
controleren --> met een losse accu mag de graafmachine niet worden gebruikt.
•
De pluspoolklem op de pluspool (+) van de accu aansluiten en de pluspoolkap plaatsen.
•
De minpoolklem op de minpool (-) van de accu aansluiten en de minpoolkap plaatsen.
8.5.15 Draaikrans smeren
•
Smeernippel (8-30/1) met de vetspuit sme-
ren.
Er moet ca. 50 g smeervet (20-30
slagen met de vetspuit), zie onder-
houdsmiddelen paragraaf 8.6 , wor-
den aangebracht.
•
Graafmachine in bedrijf stellen en de boven-
wagen meerdere keren 360° draaien, om het
smeervet gelijkmatig te verdelen.
Bij het draaien van de bovenwagen
waarborgen, dat het draaibereik vrij
van personen en materiaal is.
8 - 22
Afb. 8-30
Onderhoud
1