Pagina 1
COMPACTE GRAAFMACHINE UITVOERINGEN KX015-4 KX016-4 KX018-4 KX019-4 KX015-4 - Geldig vanaf serienr. 63628 KX016-4 - Geldig vanaf serienr. 63627 KX018-4 - Geldig vanaf serienr. 67056 KX019-4 - Geldig vanaf serienr. 67054 GEBRUIKSAANWIJZING RG158-8244-1 - Origineel - 07/2018...
Pagina 2
(blz. 13). Deze contractuele garantieregelingen worden door de beschrijvingen van deze gebruiksaanwijzing niet uitgebreid noch beperkt. Het bedrijf KUBOTA Baumaschinen GmbH behoudt zich in het belang van de verdere technische ontwikkeling het recht voor, wijzigingen uit te voeren met behoud van de wezenlijke eigenschappen van de beschreven graafma- chine, zonder deze gebruiksaanwijzing gelijktijdig te corrigeren.
Transport met dieplader .......................... 35 BESCHRIJVING VAN DE GRAAFMACHINE ................37 Overzicht van de uitvoeringen......................... 37 Afmetingen .............................. 38 Afmetingen KX015-4 .......................... 38 Afmetingen KX016-4, KX018-4 en KX019-4 ..................39 Technische gegevens ..........................41 Identificatie van de graafmachine......................43 Serienummer op de machine ......................43 Motornummer .............................
Pagina 4
Controleren van het vloeistofniveau van de ruitensproei-installatie (cabine-uitvoering) ....67 Inrichten van de werkplaats........................ 67 Instappen ............................67 Afstellen van de bestuurdersstoel (KX015-4/KX016-4) ..............68 Lengteverstelling van de zitting (zitafstand) .................. 68 Afstelling van de veervoorspanning (gewicht bestuurder)............. 68 Afstelling van de rugleuning ......................68 Afstellen van de bestuurdersstoel (KX018-4/KX019-4) ..............
Pagina 5
Bediening van de bak ........................85 Zwenken van de bovenwagen ......................86 Zwenken van de boom ........................86 Bediening van het extra circuit (KX015-4/KX016-4/KX018-4) ............87 Bediening van het extra circuit (KX019-4) ..................88 Inschakelen van de extra-circuit-functie..................88 Bedrijf met hydraulische continudruk .................... 89 Bedrijfsstanden ..........................
Pagina 6
Register Vullen van de ruitensproei-installatie..................... 107 Graafmachine aftanken ......................... 107 Peilcontrole bij het tanken ........................ 108 Ontluchten van het brandstofsysteem ....................108 Vervangen van de zekeringen ....................... 109 Locatieschema van de zekeringen in de zekeringenkast ..............110 Hoofdzekeringen ..........................110 Bediening van de schakelaar accuscheiding..................
Pagina 7
Maximale heflast bij het draaien tot 360° ....................161 TOEBEHOREN ..........................175 KUBOTA zwaailamp..........................175 KUBOTA-leidingbreukbeveiliging ......................175 Gebruiksaanwijzingen ......................... 176 KUBOTA-waarschuwingssysteem voor overbelasting ................176 KUBOTA steenslagbescherming......................177 KUBOTA snelwisselsystemen en aanbouwapparatuur................. 177 KUBOTA baktoebehoren........................177 KUBOTA voetpedalen-kit ........................177...
Register Lijst van afkortingen 1/min omwentelingen per minuut km/h kilometer per uur procent kilonewton ° Graden kilovolt °C graad Celsius kilowatt Ampère liter American Petroleum Institute l/min liter per minuut (Amerikaans instituut voor aardolie) geluidsdrukniveau bestuurdersplaats ASTM American Society for Testing and Materials gemeten geluidsvermogenniveau (Amerikaanse onderneming voor materiaalcontrole)
De in deze gebruiksaanwijzing vermelde gegevens gelden voor alle uitvoeringen. Gegevens over een specifieke uitvoering of extra uitrusting worden benadrukt (bijv. extra uitrusting, KX015-4, KX016-4, KX018-4, KX019-4 en KX019-4 SF). De aanduiding "voor" of "rijrichting" is gezien vanuit het zicht van de gebruiker, als deze zich op de bestuurdersstoel bevindt.
Deze EG-conformiteitsverklaring moet zorgvuldig worden bewaard en aan de bevoegde instanties ter beschikking worden gesteld. Bij het kwijtraken van de EG-conformiteitsverklaring s.v.p. contact opnemen met uw KUBOTA-dealer. Hierbij verklaar ik, ASAHI DENSO CO., LTD., dat het type radioapparatuur [CZ106] voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU.
Geef deze gegevens bij een schriftelijke bestelling exact door of houd ze binnen handbereik bij een telefonische bestelling. Zo maakt u het voor ons en voor uzelf gemakkelijker en vermijdt u foute bestellingen of leveringen. Gelieve voor bestellingen contact op te nemen met uw KUBOTA-dealer. RG158-8244-1...
Veiligheidsbepalingen VEILIGHEIDSBEPALINGEN Primaire veiligheidsaanwijzingen Voor het gebruik van de genoemde graafmachines is de richtlijn arbeidsmiddelen van de EG (2009/104/EG d.d. 16-09-2009) van kracht. Voor het onderhoud en herstel gelden de gegevens in deze gebruiksaanwijzing. Zo nodig moeten nationale voorschriften worden toegepast. ...
Veiligheidsbepalingen De exploitant moet op eigen verantwoording ervoor zorgen, dat de veiligheidsbepalingen (blz. 13) in acht worden genomen, dat een niet goedgekeurd gebruik (blz. 15) alsmede een ontoelaatbaar bedrijf uitgesloten zijn en dat bovendien een goedgekeurd gebruik (blz. 15) gewaarborgd is en de graafmachine overeenkomstig de ...
Veiligheidsbepalingen Goedgekeurd gebruik De in deze gebruiksaanwijzing vermelde graafmachines mogen worden gebruikt voor het losmaken, uitgraven, opnemen, transporteren en storten van aarde, stenen en andere materialen alsmede voor egaliseringswerkzaam- heden en gebruik van een hydraulische hamer. Daarbij mag het transport van het laadgoed voornamelijk zonder verplaatsen van de graafmachine plaatsvinden.
Afvalproducten moeten volgens de geldige milieubeschermings- en veiligheidsbepalingen worden afgevoerd. Indien er vragen over vakkundige afvoering of over opslag van afvalproducten en gevaarlijke afvalstoffen zijn, neem dan s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer of uw plaatselijk afvoerbedrijf. RG158-8244-1 07/2018...
Veiligheidsbepalingen Geluidsemissies en trillingen De in deze gebruiksaanwijzing aangegeven waarden werden in een testcyclus van een identieke machine bere- kend en gelden voor standaarduitvoeringen van de machine. De berekende waarden zijn onder Technische ge- gevens vermeld (blz. 41). Geluidsemissies De geluidswaarden werden bepaald conform de procedure voor het bepalen van het gegarandeerde geluids- drukniveau ISO 4871 gebaseerd op richtlijn 2000/14/EG, bijlage VI.
Veiligheidsbepalingen Veiligheidssymbolen op de graafmachine Alle veiligheidssymbolen (stickers), die op de graafmachine zijn aangebracht, moeten in een goed leesbare toe- stand worden gehouden en zo nodig worden vervangen. De aanbrengplaatsen van de veiligheidssymbolen zijn op de navolgende afbeeldingen weergegeven. Onderdeelnummer: RG158-5726-0 Gevaar voor snijwonden door draaiende componenten! De draaiende ventilator kan snijwonden in vingers veroorzaken of deze zelfs afsnijden.
Pagina 21
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG158-5724-0 Verwondingsgevaar door vloeistoffen die onder druk staan! Uitstromende hydraulische olie kan indringen in de huid. Gevaar voor verbrandingen door hete componenten! Oppervlakken kunnen heet zijn en verbrandingen veroorzaken. Openingen, bijv ontluchting, en hete componenten niet met de han- ...
Pagina 22
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: R2491-5796-0 Bevestigingspunt voor hefgereedschap. Onderdeelnummer: RG158-5722-0 Levensgevaar door inklemmen! Een kleine veiligheidsafstand ten opzichte van de boom kan de vlucht- weg uit de gevarenzone blokkeren. Inklemmen door de boom leidt tot zwaar letsel of de dood. Kom niet binnen het zwenkbereik van de boom. ...
Pagina 23
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG109-5796-0 Geen bevestigingspunt voor hijswerktuig. Onderdeelnummer: RG058-5749-0 Maximale heflast bij het draaien tot 360° KX015-4, KX016-4 (cabine) 0 m 1 2 0 1 2 3 4 X ( m) Onderdeelnummer: RG158-5749-0 Maximale heflast bij het draaien tot 360°...
Pagina 24
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG058-5748-0 Maximale heflast bij het draaien tot 360° CW=60kg KX015-4, KX016-4 (beschermdak) 0 m 1 2 0 1 2 3 4 X ( m) Onderdeelnummer: RG158-5748-0 Maximale heflast bij het draaien tot 360° KX018−4 : 60kg CW= KX019−4 : 90kg...
Pagina 25
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG158-5732-0 Gevaar voor verbrandingen door hete componenten! Oppervlakken kunnen heet zijn en verbrandingen veroorzaken. Openingen, bijv ontluchting, en hete componenten niet met de han- den afdekken. Onderdeelnummer: RG268-5717-0 Let op! Schade aan onderdelen mogelijk! Bij het gebruik van een brede of diepe bak moet bij het zwenken resp. intrekken van de voorbouwapparatuur opgelet worden, dat de bak niet tegen de cabine stoot.
Pagina 26
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG158-5734-0 Verwondingsgevaar bij het op- en afstappen! Bij het op- en afstappen zonder veilig houvast kan men uitglijden en vallen. Niet op de graafmachine springen of ervan af springen. Altijd met één hand de handgreep vasthouden. Veilig opstappen.
Pagina 27
Veiligheidsbepalingen Onderdeelnummer: RG268-5789-0 Levensgevaar door inklemmen! Een kleine veiligheidsafstand ten opzichte van de graafmachine en ob- stakels kan de vluchtweg uit de gevarenzone blokkeren. Inklemmen door de graafmachine leidt tot zwaar letsel of de dood. Niet in de gevarenzone van de voorbouwapparatuur komen. ...
Veiligheidsbepalingen Veiligheidsvoorzieningen Elke keer dat de machine in bedrijf wordt gesteld, moeten alle veiligheidsvoorzieningen op vakkundige wijze zijn aangebracht en werken. Manipulatie van de veiligheidsvoorzieningen is verboden. Beveiligingsvoorzieningen mogen alleen worden verwijderd na het stoppen en uitschakelen van de graafmachine, ...
Het gebruik van een steenslagbescherming wordt aanbevolen, als bescherming tegen gevaren bij het gebruiken van een hydraulische hamer of een ander hulpstuk voor afbraakwerkzaamheden, waarbij het materiaal (bijv. as- falt) verwijderd wordt en ongecontroleerd kan wegspringen. Als er een frontbescherming nodig is, dan kan er een KUBOTA-steenslagbescherming (toebehoren) gemonteerd worden. RG158-8244-1...
Veiligheidsbepalingen Noodhamer Bij een eventueel ongeluk met de graafmachine, waarbij de cabine- deur respectievelijk de voor- of zijruit niet kan worden geopend, kan de gebruiker de ruiten met de noodhamer (1) inslaan. Bij het inslaan van de ruit in elk geval de ogen sluiten STOP en met een arm beschermen.
Veiligheidsbepalingen Brandbeveiliging Onderdelen en aanbouwapparaten van de graafmachine bereiken al hoge temperaturen onder nor- male bedrijfsomstandigheden, met name de motor en het uitlaatsysteem. Beschadigde of niet onder- STOP houden elektrische installaties kunnen de oorzaak zijn van vonkoverslag of lichtbogen zijn. De vol- gende brandveiligheidsrichtlijnen helpen u, uw uitrusting in stand en efficiënt te houden en het bran- drisico te minimaliseren.
Pagina 32
Veiligheidsbepalingen RG158-8244-1 07/2018...
Bergen, laden en transport BERGEN, LADEN EN TRANSPORT Veiligheidsbepalingen bij het bergen Voor het bergen van de graafmachine moet een trekvoertuig met minimaal dezelfde gewichtsklasse als de graafmachine worden gebruikt. Voor het bergen moet een sleepstang worden gebruikt. Bij het gebruik van een sleepkabel moet een rem- ...
Bergen, laden en transport Veiligheidsbepalingen bij het transport De gebruikte laadperrons moeten een voldoende draagvermogen bezitten, om het gewicht van de graafma- chine te kunnen opnemen. Zij moeten veilig op het transportvoertuig worden geplaatst en bevestigd. Het laadvlak aan de achterzijde van het transportvoertuig met voldoende grote steunen ondersteunen. ...
Bergen, laden en transport Bergen Hoofdstuk Veiligheidsbepalingen (blz. 13) en para- graaf Veiligheidsbepalingen bij het bergen (blz. 31) in STOP acht nemen. Het bergen mag alleen over een kleine afstand en stapvoets (0,5 m/s ~ 1,0 m/s) plaatsvinden. Sleepstang resp. -kabel aan het bevestigingspunt (1) van de ...
Pagina 36
Bergen, laden en transport Hefgereedschap met harpsluitingen aan de bevestigingsogen (1) op beide zijden van het dozerblad bevestigen. Hefgereedschap met harpsluitingen aan de bevestigingsogen (1) op beide zijden van de boom bevestigen. Indien het hefgereedschap de graafmachine aanraakt, doeken tussen het hefgereedschap en de graafmachi- ...
Bergen, laden en transport Transport met dieplader Hoofdstuk veiligheidsbepalingen (blz. 13) en para- graaf Veiligheidsbepalingen bij het transport (blz. 32) STOP in acht nemen. Oprijbanen in een hoek van 10° tot 15° op het transportvoertuig plaatsen. Daarbij op de rupsbandbreedte letten. Laadperrons zo op het transportvoertuig bevestigen, dat ze bij het oprijden niet kunnen wegglijden.
Pagina 38
Bergen, laden en transport Voor de veilige bevestiging de arm en de bak geheel intrekken en de boom zo ver neerlaten, totdat de bakverbindingen het laadvlak aanraken. Rupsbanden en het dozerblad met houten balken (2) borgen. Graafmachine op het transportvoertuig met geschikte spanrie- ...
Beschrijving van de graafmachine BESCHRIJVING VAN DE GRAAFMACHINE Overzicht van de uitvoeringen De graafmachine is in de uitvoeringen KX015-4, KX016-4, KX018-4 en KX019-4 verkrijgbaar. De afbeeldingen tonen de uitvoeringen met beschermdak en cabine. RG158-8244-1 07/2018...
Beschrijving van de graafmachine Afmetingen De afmetingen van de uitvoeringen KX015-4, KX016-4, KX018-4 en KX019-4 kunt u de navolgende afbeeldingen met tabel ontnemen. Afmetingen KX015-4 KX015-4 1070 3360 2290 2250 1810 1490 2330 KX015-4 1090 1450 1090 3710 3730 3790...
Pagina 42
KX018-4 Arm 1090 mm A = 1090 mm KX019-4 SF Arm 1090 mm A = 1090 mm KX019-4 Arm 1190 mm A = 1190 mm Alle afmetingen in mm met originele Kubota-bak en rubberen rupsbanden. Technische wijzigingen voorbehouden. RG158-8244-1 07/2018...
Beschrijving van de graafmachine Identificatie van de graafmachine De typeplaat van de graafmachine is voor op de bovenwagen aan- gebracht. De ingegraveerde gegevens moeten door de exploitant in het veld aan de achterzijde van de titelbladzijde worden genoteerd. CE-identificatie Serienummer Max.
Beschrijving van de graafmachine Motornummer Het motornummer (1) is op het kleppendeksel van de motor aange- bracht. Basisuitrusting De basisuitrusting van de uitvoeringen omvat de navolgende onderdelen: Gebruiksaanwijzing met hoes Onderdelenboek Vultrechter voor diesel Vetspuit Reservezekering (50 A) ...
Opbouw en werking Bestuurdersplaats De bestuurdersplaats is centraal in de cabine geplaatst. Deze bevat de navolgende bedieningsvoorzieningen: Linker bedieningsconsole Rijhendels en pedalenmechanisme Rechter bedieningsconsole Bestuurdersstoel Linker bedieningsconsole De linker bedieningsconsole bevat de navolgende onderdelen: Vergrendeling van de bedieningshendels Polssteun Linker bedieningshendel Beschrijving van de onderdelen van de linker bedieningsconsole Vergrendeling van de bedieningshendels Ten behoeve van het in- en uitstappen in de cabine wordt de console geheven, door de vergrendeling van de...
Rijhendel linker en rechter rupsband Boomzwenkpedaal Pedaal extra circuit (KX015-4/KX016-4/KX018-4) Beschrijving van de onderdelen van de rijhendels en het pedalenmechanisme Rijhendel linker en rechter rupsband Met deze rijhendels kan de graafmachine vooruit, achteruit en in bochten worden gereden. De linker rijhendel stuurt de linker en de rechter rijhendel stuurt de rechter rupsband.
Opbouw en werking Rechter bedieningsconsole De rechter bedieningsconsole bevat de navolgende onderdelen: Wipschakelaar extra circuit (KX019-4) Continudrukschakelaar Drukknop rijstand snel (KX016-4/KX018-4/KX019-4) Dozerbladhendel Startschakelaar Motortoerentalhendel Ruitenwis-/sproeischakelaar (cabine-uitvoering) Ventilatorschakelaar (cabine-uitvoering) Handmatige motorstop Schakelaar zwaailamp Schakelaar werklampen Polssteun Rechter bedieningshendel Claxondrukknop Display- en bedieningseenheid De display- en bedieningseenheid bevat de navolgende indicaties, schakelaars en controlelampen: Brandstofmeter...
Pagina 51
Opbouw en werking Dozerbladhendel Met de dozerbladhendel kan het dozerblad worden geheven en neergelaten. Het dozerblad kan worden neer- gelaten door de hendel naar voren te drukken; het kan worden geheven door de hendel naar achteren te trek- ken. Startschakelaar De startschakelaar dient als hoofdschakelaar van de complete graafmachine alsmede als schakelaar voor het voorgloeien en starten van de motor.
Opbouw en werking Beschrijving van de display- en bedieningseenheid De schakelaars van de display- en bedieningseenheid zijn multifunctioneel en ook voor de menustu- ring in het display te gebruiken. Een gedetailleerde beschrijving van de afzonderlijke functies staat in het desbetreffende hoofdstuk. Brandstofmeter De brandstofmeter geeft de relatieve brandstofhoeveelheid in de tank aan.
Opbouw en werking 17. Controlelamp voorgloeien De controlelamp voorgloeien brandt bij het schakelen van de startschakelaar in stand RUN. Wanneer de con- trolelamp uitgaat, kan de motor worden gestart. 18. Controlelamp motoroliedruk De controlelamp motoroliedruk brandt, wanneer de oliedruk onder de gewenste waarde ligt. Overige uitrustingen op de bestuurdersplaats Navolgend worden de overige uitrustingen op de bestuurdersplaats beschreven.
Opbouw en werking Bekerhouder In de rechter bedieningsconsole bevindt zich een bekerhouder (1). Vultrechter voor diesel Voor het veilig vullen van diesel is de graafmachine uitgerust met een vultrechter (1). De opbergplaats voor de vultrechter is het gereedschapsvak onder de bestuurdersstoel. Bij de cabine-uitvoering bevindt zich een vultrechter achter de be- stuurdersstoel.
Opbouw en werking Overige uitrustingen op de machine Navolgend worden de overige uitrustingen op de machine beschreven. Voertuigaccu De accu (1) bevindt zich aan de linker voertuigzijde onder de zijklep. Schakelaar accuscheiding Met de schakelaar accuscheiding (1) kan het hoofdstroomcircuit worden gescheiden.
Opbouw en werking Tankvulopening en peilcontrole De tankvulopening (1) bevindt zich rechts achter en is met een af- sluitbare tankdop (2) afgesloten. De peilcontrole (3) bevindt zich boven de tankvulopening en dient ter bepaling van het peil tijdens het vullen met brandstof. Buitenspiegels De buitenspiegels (1) maken het zicht naar achteren mogelijk.
Pagina 57
Opbouw en werking De lucht wordt als verse lucht via achterwand van de cabine of als circulatielucht vanuit de cabine aangezogen. De luchtaanzuiging kan door middel van de hendel (1) tussen circu- latielucht (A) en verse lucht (B) worden omgeschakeld. De lucht wordt via de verwarmingswarmtewisselaar naar de lucht- verstuivers (1) geleid.
Opbouw en werking Motorruimte De motorruimte (navolgende afbeelding) bevindt zich aan de achterzijde van de bovenwagen en is door een af- sluitbare klep afgesloten. Koelvloeistofexpansiereservoir Uitlaatdemper Waterafscheider Startmotor Brandstoffilter Oliepeilstok Brandstofpomp Motoroliefilter Olievulopening Dynamo Motor Verwarmingsklep (cabine-uitvoering) Luchtfilter RG158-8244-1 07/2018...
Opbouw en werking Hydraulisch systeem De bedieningselementen, behalve de dozerbladhendel, het boomzwenkpedaal, het pedaal extra circuit en de rij- hendels activeren een hydrauliekolie-voorstuurkringloop. De dozerbladhendel stuurt de klep via een bowdenkabel aan. De accumulator (navolgende afbeelding/4) maakt het neerlaten van de boom en van de arm mogelijk, indien de motor uitgevallen is.
Opbouw en werking Radiateur en oliekoeler Onder de zijklep bevinden zich de radiateur en de oliekoeler. Radiateur Oliekoeler Tankontluchtingsfilter De afsluitplug (4) aan het tankontluchtingsfilter niet openen. Onderhoud van het tankontluchtingsfilter is niet noodzakelijk. RG158-8244-1 07/2018...
Bedrijf BEDRIJF Veiligheidsbepalingen voor het gebruik De veiligheidsaanwijzingen (blz. 13) moeten worden opgevolgd. De graafmachine mag alleen volgens paragraaf Goedgekeurd gebruik (blz. 15) worden gebruikt. De bediening van de graafmachine is alleen voor opgeleid personeel toegestaan (blz. 10). ...
Bedrijf Om de stabiliteit van de machine te vergroten, wordt aanbevolen het dozerblad tot op de bodem te laten zak- ken. Het dozerblad mag alleen ter ondersteuning gebruikt worden als de dozerbladcilinder met een droog- breukbeveiligingsventiel is uitgerust. Veiligheid voor kinderen Kinderen voelen zich in de regel aangetrokken tot machines en de werking daarvan.
Bedrijf Gedrag bij werkzaamheden in de buurt van elektrische bovenleidingen Gedurende werkzaamheden met de graafmachine in de buurt van elektrische bovenleidingen en rijdraden (bijv. tramdraden) moet tussen de graafmachine met zijn aanbouwdelen en de leiding een minimale afstand volgens de navolgende tabel worden aangehouden.
Bedrijf Eerste inbedrijfstelling Voordat de graafmachine voor de eerste keer in bedrijf wordt gesteld, moet deze een visuele controle op uitwen- dige beschadigingen door het transport ondergaan en moet de voltalligheid van de meegeleverde uitrusting wor- den gecontroleerd. Vloeistofniveaus volgens hoofdstuk Onderhoud (blz. 123) controleren. ...
Bedrijf Displaykeuzeschakelaar (1) indrukken, om de getalswaarde te verhogen. Om de instelling van de klok op te slaan en om te beëindigen, opnieuw displaykeuzeschakelaar (1) indrukken en ingedrukt houden. Indien de accu van het stroomcircuit wordt gescheiden, worden de gegevens van de klok gewist. Na herinbedrijfstelling knippert de controlelamp "Klok instellen"...
Bedrijf Controleren van het koelvloeistofpeil Koelvloeistofpeil in het koelvloeistofexpansiereservoir (1) con- troleren; het vloeistofpeil moet zich tussen FULL en LOW be- vinden. Niet de sluiting van de radiateur openen. STOP Indien het koelvloeistof peil zich onder LOW bevindt; koelvloeistof bijvullen (blz. 129). Indien het koelvloeistofpeil zich na het bijvullen in korte tijd weer onder LOW bevindt, is het koelsys- teem lek.
Bedrijf Controleren van het uitlaatsysteem op lekkage Uitlaatsysteem op lekkage en goede bevestiging (scheuren) controleren. Indien deze controle met een warme motor wordt uitgevoerd, bestaat verbrandingsgevaar in het uit- STOP laatsysteem. Indien het uitlaatsysteem lek is of loszit, mag de graafmachine pas na herstel in bedrijf worden gesteld. ...
Bedrijf Smeren van de zwenkblokopname Beide smeerpunten (afbeelding hiernaast) met smeervet, zie paragraaf Onderhoudsmiddelen (blz. 151), smeren, totdat nieuw vet naar buiten komt. Naar buiten gekomen vet onmiddellijk afvegen, veront- reinigde poetsdoeken in de daarvoor bestemde kisten opslaan, totdat ze worden afgevoerd. Overige smeerpunten Starten van de motor (blz.
Bedrijf Controleren van het brandstofniveau De brandstofmeter (2) geeft de relatieve brandstofhoe- veelheid in de tank aan. Hoe dieper de naald van de in- dicatie staat, des te minder brandstof bevindt zich in de brandstoftank. Startschakelaar in stand RUN zetten. ...
Bedrijf Afstellen van de bestuurdersstoel (KX015-4/KX016-4) De bestuurdersstoel moet zodanig worden afgesteld, dat een moeiteloos en aangenaam werken kan plaatsvinden. Alle bedieningselementen moeten veilig kunnen worden gebruikt. Lengteverstelling van de zitting (zitafstand) De lengteverstelhendel (4) omhoog trekken en door voor- ...
Bedrijf Afstelling van de veervoorspanning (gewicht bestuurder) Met de hendel (voorgaande afbeelding/3) kan de stoel op het gewicht van de bestuurder worden ingesteld. Als afstelhulp is de gewichtsindicatie (voorgaande afbeelding/2) aangebracht. Op de bestuurdersstoel plaatsnemen. Knevel 90° uitzwenken. ...
Bedrijf Veiligheidsaanwijzingen voor het starten van de motor De graafmachine is met een diefstalbeveiliging (blz. 113) voorzien. Voordat de graafmachine voor de eerste keer op een werkdag wordt gestart, moeten de werkzaam- heden vóór het dagelijks in bedrijf stellen worden uitgevoerd (blz. 63). De veiligheidsbepalingen voor het gebruik (blz.
Pagina 73
Bedrijf Indien de vergrendeling van de bedieningshendel niet omhoog staat brandt de waarschuwingslamp (5) geel, de motor kan niet wor- den gestart. De controlelamp voorgloeien (1) brandt kort. Na het uitgaan van de controlelamp kan de motor worden gestart. De controlelamp motoroliedruk (3) brandt en gaat uit, nadat de mo- tor is aangesprongen.
Bedrijf De tijd (1) geeft de actuele dagtijd in uren en minuten weer. De toerenteller (2) geeft het actuele motortoerental aan. De bedrijfsurenindicatie (3) toont de tot dan gedraaide bedrijfsuren van de graafmachine, onafhankelijk van het motortoerental. Indicaties en controlelampen gedurende het bedrijf controleren (blz. 72). Uitschakelen van de motor Indien de motor moet worden uitgeschakeld, om de graafmachine buiten bedrijf te stellen, moeten de werkzaamheden voor de buiten bedrijf stelling worden uitgevoerd (blz.
Pagina 75
Bedrijf Treedt tijdens het gebruik een storing in het laadsysteem op, dan moet de motor onmiddellijk worden afgezet. De controlelamp lading (1) brandt, de waarschuwingslamp (2) knippert rood en in het dis- play verschijnt de melding zoals getoond in de afbeelding rechts. (brandt) (knippert) De wijzer van de koelvloeistoftemperatuurmeter (1) moet zich in...
Pagina 76
Bedrijf Indien het waterniveau onder LOW staat, motor compleet laten afkoelen en koelvloeistof bijvullen (blz. 129). Koelsysteem op lekkage controleren, zo nodig vakpersoneel op de hoogte stellen. Controleren, of de V-snaar zeer los zit of scheuren vertoont; zo nodig vakpersoneel op de hoogte stellen. ...
Bedrijf Instellen van de spoorbreedte (KX016-4/KX018-4/KX019-4) Bij graafmachines met verstelbare onderwagenbreedte vóór het rijden de gewenste spoorbreedte afstellen. De spoorbreedten zijn: – Standaardspoorbreedte (A): 1240 mm (KX016-4) resp. 1300 mm (KX018-4/KX019-4) – Smalle spoorbreedte (B): 990 mm Er bestaat gevaar voor kantelen! Wanneer graafwerkzaamheden met de smalle spoor- STOP breedte worden uitgevoerd, is de stabiliteit vermin-...
Bedrijf Dozerbladbreedte op de standaardspoorbreedte instellen Vergrendelpen (1) eruit trekken. Dozerbladverbreding (2) naar voren klappen. Vergrendelpen (1) terugplaatsen. Handeling aan beide zijden van het dozerblad uitvoe- ren. Rijden met de graafmachine Het model KX019-4 / KX019-4SF is uitgerust met een toerentalgestuurde schakelautomaat, waar- mee de rijmotoren bij bijvoorbeeld lage snelheid onder belasting of bij het rijden door bochten auto- matisch van de rijstand snel in de rijstand normaal worden geschakeld.
Bedrijf Voor het rijden met de graafmachine moeten de navol- gende veiligheidsaanwijzingen in elk geval worden op- STOP gevolgd. Bij werkzaamheden op een helling moet rekening worden gehou- den met de hellingshoek van de graafmachine (zie afbeelding). Klimvermogen 27 % resp. 15° Max.
Bedrijf Om sneller te rijden, drukknop rijstand snel (1) bedienen. Er klinkt een waarschuwingstoon en de controlelamp (1) brandt. Door drukknop snelrijstand opnieuw te bedienen, wordt weer op de normale snelheid teruggeschakeld. Er klinkt een waarschuwings- toon en de controlelamp gaat uit. Tijdens het rijden op modderige of niet vlakke ondergronden is het rijden in de snelstand verboden;...
Bedrijf Vanuit stilstand Rechter rijhendel in de neutrale stand laten; linker rijhendel naar voren drukken. De draaicirkel wordt in dit geval bepaald door de rechter rupsband. (A) De graafmachine rijdt een rechter bocht. Draaien op de plaats Het draaien op de plaats mag niet met bediende druk- STOP knop voor rijstand snel worden uitgevoerd.
Bedrijf Rijden op hellingen Het rijden op hellingen moet met uiterste voorzichtig- heid plaatsvinden. De bediening van de drukknop rij- STOP stand snel is verboden. Bij het rijden op stijgingen de bak ca. 200 tot 400 mm (A) van de grond heffen (zie afbeelding).
Bedrijf Rijden door smalle bochten Rij niet door smalle bochten op wegen met een deklaag met een hoge wrijving, zoals bijvoorbeeld op beton- wegen. Bescherming van de rupsband tegen zout Niet met de machine op een zeestrand werken. (Door zout wordt het stalen inlegwerk gecorrodeerd.) ...
Bedrijf Gebruiksaanwijzingen voor brede en diepe bakken Bij het gebruik van een brede of diepe bak moet bij het zwenken resp. intrekken van de voorbouwapparatuur opgelet worden, dat de bak niet tegen de cabine stoot. Bediening van het dozerblad Bij egaliseringswerkzaamheden moeten beide rijhen- dels met de linker hand en de dozerbladhendel met de rechter hand worden bediend.
Bedrijf Overzicht van de functies van de bedieningshendels De afbeelding toont, in combinatie met de navolgende tabel, de functies voor de linker en rechter bedieningshendels. Bedieningshendel Beweging Rechter bedieningshendel Boom omlaag Boom omhoog Bak intrekken Bak uitzwenken Linker bedieningshendel Arm uitzwenken Arm intrekken Bovenwagen linksom draaien Bovenwagen rechtsom draai-...
Bedrijf Bediening van de arm De linker bedieningshendel naar voren drukken (afbeelding/ ), om de arm uit te zwenken. De linker bedieningshendel naar achteren trekken (afbeel- ding/ ), om de arm in te trekken. De arm beweegt zich, zoals op de afbeelding weergegeven. RG158-8244-1 07/2018...
Bedrijf Bediening van de bak De rechter bedieningshendel naar links drukken (afbeel- ding/ ), om de bak in te trekken (te graven). De rechter bedieningshendel naar rechts drukken (afbeel- ding/ ), om de bak uit te zwenken (leeg te maken). Tijdens het intrekken van de bak erop letten, dat de tanden niet tegen het dozerblad stoten.
Bedrijf Zwenken van de bovenwagen Tijdens het zwenken erop letten, dat zich geen perso- STOP nen in het zwenkbereik bevinden. Voorzichtig zwenken, zodat de voorzetapparatuur niet tegen aangrenzende voorwerpen stoot. De linker bedieningshendel naar links drukken (afbeelding/ ), om tegen de richting van de klokwijzers te draaien. De linker bedieningshendel naar rechts drukken (afbeel- ...
Bedrijf Bediening van het extra circuit (KX015-4/KX016-4/KX018-4) Het extra circuit dient voor de bediening van de voorzetapparatuur. Er mag alleen door KUBOTA goedgekeurd aanbouwapparatuur worden gebruikt. Het aanbouwap- STOP paratuur moet volgens de eigen gebruiksaanwijzing worden gemonteerd en gebruikt. bij het gebruiken van een hydraulische hamer of een ander hulpstuk voor afbraakwerkzaamheden, waarbij het materiaal (bijv.
Bedrijf Bediening van het extra circuit (KX019-4) Het extra circuit dient voor de bediening van de voorzetapparatuur. Er mag alleen door KUBOTA goedgekeurd aanbouwapparatuur worden gebruikt. Het aanbouwap- STOP paratuur moet volgens de eigen gebruiksaanwijzing worden gemonteerd en gebruikt. bij het gebruiken van een hydraulische hamer of een ander hulpstuk voor afbraakwerkzaamheden, waarbij het materiaal (bijv.
Bedrijf De proportionele sturing maakt de traploze snelheids- regeling van een aanbouwapparaat mogelijk. Bijvoor- beeld: Indien de wipschakelaar half naar links wordt bewogen, beweegt het zich het aanbouwapparaat met ongeveer de halve snelheid. De wipschakelaar extra circuit (1) in richting (A) bedienen, de ...
Pagina 92
Bedrijf Selecteren van de bedrijfsstand Modus 0 Modus 1 Modus 2 Modus 3 Contro- Controlelamp uit Controlelamp Controlelamp Controlelamp lelamp brandt knippert knippert extra cir- cuit Schakelaar extra circuit Doorstroomhoeveelheidsbegren- Extra circuit inactief Max. doorstroomhoeveelheid Enkelzijdige doorstroming zing Wanneer het extra circuit ingeschakeld is en de bedrijfsstand gese- lecteerd, wordt door drukken van de displaykeuzeschakelaar (1) de ingestelde doorstroomhoeveelheid van de rechter extra-circuit-aan- sluiting en daarna van de linker extra-circuit-aansluiting enkele se-...
Bedrijf Doorstroomhoeveelheid-instelling Vooropgesteld, dat hetzelfde aanbouwapparaat aan een andere graafmachine wordt gemonteerd. Ook indien de- zelfde doorstroomhoeveelheid-instellingen zoals aan de eerste graafmachine uitgevoerd werden, kan de werk- snelheid afwijken. Aan elke graafmachine moeten de doorstroomhoeveelheid-instellingen afzonderlijk worden in- gesteld. Bij het wisselen op een ander aanbouwapparaat moeten de optimale doorstroomhoeveelheden voor het nieuwe aanbouwapparaat opnieuw worden bepaald en ingesteld.
Pagina 94
Bedrijf Menu-toets (2) indrukken; de doorstroomhoeveelheid wordt verlaagd. Displaykeuzeschakelaar (1) indrukken; de doorstroomhoeveel- heid wordt verhoogd. De doorstroomhoeveelheid kan 14 niveaus verhoogd resp. ver- laagd worden. Wanneer de doorstroomhoeveelheid op het hoogste niveau ingesteld, is de doorstroomhoeveelheid maximaal. ...
Pagina 95
Bedrijf Wanneer in een bedrijfsmodus de waarde voor de instelling van de doorstroomhoeveelheid aan beide extra-circuit-aansluitingen op nul is gezet, wordt deze bedrijfsmodus bij het activeren van schakelaar "Extra circuit" (navolgende afbeelding/1) niet weergegeven. Bij het gebruiken van de graafmachine zijn alleen de bedrijfsmodi beschikbaar, bij welke een doorstroomhoeveelheid groter dan nul is inge- steld.
Pagina 96
Bedrijf Instellen van maximale capaciteit Instellen van maximale capaciteit Extra circuit activeren Vergrendeling van de bedie- Is de vergrende- ningshendels de- ling bedienings- activeren hendel vergren- (stand ONT- deld? Extra-circuit-aansluiting (rechts en links) (brandt) Instelling van de doorstroomhoeveelheid (0 tot 14) Draait de Starten motor?
Bedrijf Omschakelklep directe retour De omschakelklep (1) heeft twee schakelstanden. In de stand "directe retour" vindt een retour vanaf het aanbouwap- paraat direct via het retourfilter naar het reservoir voor hydraulische olie plaats. De retour vindt alléén via de rechter extra-circuit-aan- sluiting op linkerzijde van de arm plaats.
Bedrijf Druk van het extra circuit afbouwen (KX019-4) Voorbouwapparatuur en dozerblad compleet neerlaten. Startschakelaar in stand STOP zetten. Wacht, totdat de motor tot stilstand is gekomen. Startschakelaar in stand RUN zetten. Niet de motor starten! Linker bedieningsconsole (1) neerlaten, totdat de vergrende- ...
Bedrijf De wipschakelaar extra circuit 3 (3) op de rechter bedienings- hendel compleet naar rechts en links drukken. De druk in de extra circuit-aansluitingen (1 en 2) is afgebouwd. Buiten bedrijf stelling De graafmachine moet zodanig worden geparkeerd, dat de graafmachine in geen geval wegrollen STOP kan en tegen onbevoegd gebruik is beveiligd.
Bedrijf Bediening van de verwarming (cabine-uitvoering) Motorkap openen (blz. 111). Verwarmingsklep (1) openen door deze linksom te draaien. In de zomer moet de verwarmingsklep altijd gesloten zijn. Motorkap sluiten. Alle hierna voor de bediening van de verwarming beschreven handelingen moeten met draaiende motor worden uitgevoerd.
Bedrijf Continu circulatiebedrijf leidt tot oververmoeidheid van de gebruiker! Circulatiebedrijf gedurende een langere periode kan leiden tot zuurstofgebrek en oververhitting in de cabine. Er stroomt geen koele STOP verse lucht van buiten naar binnen. De gebruiker raakt hierdoor snel oververmoeid. Bij bedrijfswarme motor stroomt verwarmingslucht uit de luchtver- stuivers (1).
Bedrijf Inschakelen van de ruitensproei-installatie De ruitensproei-installatie kan bediend worden, wanneer de ruiten- wisser in- of uitgeschakeld is. Is de ruitenwisser ingeschakeld: Schakelaar (1) opnieuw in stand RUITENWISSEN/SPROEIEN drukken en vasthouden. Is de ruitenwisser uitgeschakeld: Schakelaar (1) in stand OFF drukken en vasthouden. ...
Bedrijf Bediening van de 12-V-stekkerdoos Afdekkap (1) openen en elektrisch apparaat in de 12-V-stek- kerdoos plaatsen. De nominale stroom van de aangesloten verbruiker mag 10 A niet overschrijden. Openen en sluiten van de cabinedeur (cabine-uitvoering) Openen van de cabinedeur van buiten Cabinedeur met deurslot (3) ontgrendelen.
Bedrijf Openen van de cabinedeur van binnen Ontgrendelhendel (1) trekken en deur openen. Indien de ca- binedeur niet meteen weer wordt gesloten, moet de deur aan de cabinewand worden vergrendeld. Openen en sluiten van de ruiten (cabine-uitvoering) Voorruit De voorruit moet altijd worden vergrendeld. Het zich bevinden in de cabine en het bedrijf van de graafma- STOP chine met ontgrendelde voorruit is verboden.
Om te sluiten de zijruit naar voren resp. achteren schuiven, tot- dat de vergrendeling van het raamframe vastklikt. Bediening van de werklampen (optioneel bij KX015-4/KX016-4) Startschakelaar staat in stand RUN. Schakelaar werklampen (1) in stand AAN drukken. De werk- ...
Bedrijf Gebruik in de winter Met gebruik in de winter wordt het bedrijf van de graafmachine bij een buitentemperatuur onder 5 °C bedoeld. Werkzaamheden vóór de winter Zo nodig motorolie en hydraulische olie door de voor het gebruik in de winter specifieke viscositeiten vervan- ...
Bedrijf Starten van de graafmachine met starthulp Als starthulp mag alleen een voertuig of startapparaat worden gebruikt, indien deze over een 12-V- STOP voeding beschikt. De gebruiker bevindt zich op de bestuurdersplaats, het aansluiten van de starthulpaccu moet door een tweede persoon worden uitgevoerd. Accu bereikbaar maken en pluspoolkap verwijderen.
Bedrijf Bediening in noodsituaties In geval van nood kan zowel de motor met de hand worden uitgeschakeld, als ook de boom handmatig neergela- ten. Handmatige motorstop Indien de motor niet met de sleutel kan worden uitgeschakeld, kan de motor met de hand worden uitgeschakeld. Voor het uitschakelen aan de knop (1) trekken, totdat de motor ...
Bedrijf Vullen van de ruitensproei-installatie Afsluitdop (1) van het ruitensproeireservoir (2) openen en het reservoir met water resp. reinigingsmiddel vullen. In de winter moet ruitenreinigingsmiddel met anti- vriestoevoegingen worden gebruikt. Graafmachine aftanken Bij het aftanken van de graafmachine is het roken, open licht en het gebruik van andere ontstekings- bronnen verboden.
Bedrijf Vultrechter (1) in de vulopening (2) plaatsen en rechtsom draai- en, totdat de trechter vastklikt. Dieselolie tot aan de onderkant van de vulopening vullen. Tankdop plaatsen en contactsleutel rechtsom draaien, om de tankdop af te sluiten. Peilcontrole bij het tanken Het actuele brandstofniveau kan bij het tanken door een akoestisch signaal worden vastgesteld.
Bedrijf Vervangen van de zekeringen Defecte zekeringen mogen alleen door zekeringen van hetzelfde type en dezelfde nominale waarde worden vervangen. Het overbruggen van zekeringen, bijv. met draad, is verboden. Indien de storing door het vervangen van de zekering niet is opgelost of de zekering bij de inbe- drijfstelling opnieuw direct kapot gaat, moet vakpersoneel op de hoogte worden gesteld.
Bedrijf Locatieschema van de zekeringen in de zekeringenkast 1 Startmotor 12 Claxondrukknop 10 A 2 Vergrendeling van de bedienings- 13 Stuurapparaat hendels 3 Brandstofpomp 14 Motor-stopschakelaar 30 A 4 Stuurapparaat (AC) 10 A 15 12-V-stekkerdoos 15 A 5 Voeding relais 16 Ruitenwis-/sproeisysteem 15 A 6 Dynamo...
Bedrijf Bediening van de schakelaar accuscheiding Voor gebruik van de graafmachine moet de schakelaar accuschei- ding (1) in stand AAN staan. A UIT B AAN Bevindt de schakelaar accuscheiding zich in stand UIT, dan zijn de meeste elektrische functies uitgescha- keld (bijv.
Bedrijf Openen/sluiten van de zijklep Motorkap openen (blz. 111). Voor het ontgrendelen van de zijklep (2) de vergrendeling (1) rechtsom draaien. Zijklep (2) naar de zijkant openklappen, totdat de vergrendeling (3) vastklikt. Let erop, dat de borgklem goed vast geklikt is. Onver- wacht dichtslaan van de motorkap bijv.
Bedrijf Diefstalbeveiliging De graafmachine is met een diefstalbeveiligingsfunctie voorzien, die het starten van de motor alleen met behulp van een geregistreerde sleutel toelaat. Indien een geregistreerde sleutel kwijtraakt, kan deze geblokkeerd worden. Deze blokkering voorkomt het starten van de motor met deze sleutel, om het voertuig tegen diefstal te beveiligen. De diefstalbeveiliging maakt het stelen van de machine moeilijker, maar kan dit niet helemaal uitsluiten.
In dit geval kan een storing van de functies in de elektronica optreden. Indien zich storingen aan de machine voordoen, dan s.v.p. contact opnemen met uw KUBOTA-dealer, om de ...
Bedrijf Registreren van een zwarte sleutel voor de graafmachine Het registreren van een zwarte sleutel mag alleen onder de navolgende voorwaarden worden ge- daan: STOP Waarborgen, dat zich geen personen in het bereik van de graafmachine bevinden. Indien niet kan worden voorkomen, dat zich personen in de buurt van de graafmachine bevinden, moeten deze wor- den gewaarschuwd door kort te claxonneren.
Pagina 118
Bedrijf De rode sleutel uitnemen. De controlelamp sleutel plaatsen knippert. De zwarte sleutel in de startschakelaar plaatsen. Sleutel nog niet draaien. Indien de sleutel in stand RUN staat, deze terug draaien in stand STOP. Na een korte periode knippert de controlelamp sleutel verwijde- ren.
Storingzoeken STORINGZOEKEN Het storingzoeken bevat alleen storingen en foutieve bedieningen, die door de gebruiker moeten worden opgelost. Andere storingen mogen alleen door geschoold personeel worden opgelost. Het storingzoeken vindt plaats met behulp van de storingzoektabel. Om een storing te begrenzen, moet eerst in de kolom STORING het overeen- komstig storingsgedrag van de graafmachine worden bepaald.
Storingzoeken Storingstabel tijdens bedrijf STORING MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING Bedrijf De uitlaatgassen zijn gitzwart Luchtfilter vuil Luchtfilter controleren, reinigen, vervangen (blz. 134). Onvoldoende motorvermogen Luchtfilter vuil Luchtfilter controleren, reinigen, vervangen (blz. 134). Brandstoffilter vuil of water in het Waterafscheider op watergehalte brandstofsysteem controleren, zo nodig water aftap- pen (blz.
Storingzoeken Storingstabel displayindicaties Treedt er aan storing aan de machine op, dan verschijnt een van de navolgende meldingen in het display. Treden er problemen op, informeert u dan onmiddellijk uw KUBOTA-dealer. Indicatie Controlelampje Probleem/storing Voorlopige maatregel Oplossing storing Fout CAN-sys-...
Pagina 122
Geen indicatie (geel) Oliedruktekort Motoroliedruk te Motor direct uitscha- Informeert u onmid- laag. kelen. Er kan een mo- dellijk uw KUBOTA- tordefect aanwezig dealer. zijn. (rood) Oververhitting De machine is De machine op statio- Radiateur schoon- oververhit en moet nair afkoelen.
Pagina 123
Oplossing storing Systeemfoutver- Deze melding duidt De motor kan gestart, Informeert u onmid- grendeling van de op een storing van maar de machine kan dellijk uw KUBOTA- bedieningshen- het elektrisch sys- niet bewogen worden. dealer. dels teem binnen de (rood) vergrendeling be- dieningshendel.
Zorgvuldig onderhoud van de graafmachine waarborgt een grote functiezekerheid en verhoogt de levensduur. Indien de onderhoudswerkzaamheden niet (goed) worden uitgevoerd, vervallen alle garantieaanspraken en de aansprakelijkheid tegenover het bedrijf KUBOTA. Er mogen alleen de door de fabrikant voorgeschreven reserve-onderdelen worden gebruikt. Bij niet vrijgegeven reserve-onderdelen bestaat ten gevolge van onvoldoende kwaliteit of verkeerde montage een verhoogd gevaar voor ongelukken.
De controlelamp onderhoud gaat na 10 seconden au- tomatisch uit en brandt weer bij het bereiken van de volgende onderhoudsinterval. De onderhoudsintervalindicatie kan alleen handmatig worden teruggesteld. Wordt de onderhoudsintervalindicatie vanwege een defect vervangen, staat de teller op "0". Vraag hiervoor uw KUBOTA-dealer. RG158-8244-1 07/2018...
Luchtfilterelementen 1000 h vervangen Buitenluchtfilter vervangen 1.) 1000 h Olie in loopwiel en looprol ver- Neem s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer. 2000 h versen Dynamo en startmotor contro- Neem s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer. 2000 h leren...
1000 h vervangen Buitenluchtfilter vervangen 1.) 1000 h Olie in loopwiel en looprol ver- Neem s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer. 2000 h versen Dynamo en startmotor contro- Neem s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer. 2000 h leren...
Onderhoud Schoonmaken van de graafmachine Voordat met de schoonmaakwerkzaamheden wordt begonnen; motor afschakelen en tegen opnieuw STOP inschakelen beveiligen. Bij het gebruik van een stoomapparaat voor het schoonmaken van de graafmachine mag de straal niet op de elektrische onderdelen worden gehouden. De waterstraal niet op de inlaatopening van het luchtfilter houden.
Onderhoud Radiateurdop niet met een warme motor openen; ver- STOP brandingsgevaar. Zijklep openen (blz. 112). Radiateurdop (1) openen, door deze linksom te draaien. De vloeistofstand moet zich aan de onderste rand van de vul- opening bevinden, indien nodig, koelvloeistof bijvullen. Radiateurdop sluiten.
Onderhoud Controleren, instellen en vervangen van de V-snaar Instellen van de V-snaar Motorkap openen (blz. 111). V-snaar controleren (blz. 131). Bevestigingsbouten (2) losdraaien. V-snaar door draaien van de spanrol (1) spannen. V-snaar (3) op plaats "A" indrukken, de V-snaar moet zich ca. ...
Onderhoud Centrale koelvloeistofaftap (1) openen en alle koelvloeistof af- tappen. De koelvloeistof moet worden opgevangen en volgens de geldende milieubeschermingsbepalingen worden afgevoerd. Bij sterke verontreiniging het koelsysteem spoelen. Daarvoor met een slang door de opening van de radiateurdop water zonder toe- voegingen in het koelsysteem sproeien, totdat helder water uit de aftap naar buiten komt.
Oliefilter aanbrengen en met de hand vastdraaien; niet de olie- filtersleutel gebruiken. Vullen van motorolie Vulhoeveelheid: 2,6 l (KX015-4/KX016-4) 3,6 l (KX018-4/KX019-4) Draai de olievuldop (2) open en vul motorolie volgens para- graaf Onderhoudsmiddelen (blz. 151) in. Olievuldop vastdraaien.
Onderhoud Luchtfilter controleren, reinigen, vervangen Gevaar voor beschadiging van de motor! Het binnenste filterelement (1) moet tijdens het schoonmaken van de luchtfilterbehuizing (6) inge- bouwd blijven. Anders kunnen tijdens het schoonmaken vuildeeltjes in de luchtinlaat terechtkomen en delen van het injectiesysteem en de motor beschadigen. Motorkap openen (blz.
Onderhoud Vervangen van het brandstoffilter Motorkap openen (blz. 111). Omschakelkraan (1) aan de waterafscheider op stand OFF zet- ten. Brandstoffilter (2) eraf draaien. Aan het nieuwe filter de rubberen pakkingring met dieselolie bevochtigen. Nieuw filter erop draaien en met de hand vastzetten. ...
Onderhoud Beker (5) leegmaken en met schone dieselolie reinigen. Filters (1) op overmatige vervuiling controleren, zo nodig ver- vangen. Pakkingring (4) vernieuwen en met dieselolie insmeren. Componenten in de volgorde 1 t/m 6 monteren. Daarbij de rode kunststofring (2) en de drukveer (3) niet vergeten.
Onderhoud Vervangen van het retourfilter in het reservoir voor hydraulische olie Bij werkzaamheden aan het hydraulisch systeem moet op absolute reinheid worden gelet. Werkzaamheden alleen met koude hydraulische olie STOP uitvoeren. Vloerplaat (1) verwijderen. Deksel (1) losschroeven. De retourfilter (3) verwijderen en door een nieuwe vervangen. ...
Onderhoud Hydraulische olie bijvullen/verversen Bij werkzaamheden aan het hydraulisch systeem moet op absolute reinheid worden gelet. Werkzaamheden alleen met koude hydraulische olie uitvoeren. STOP De hydraulische olie moet in combinatie met het vervangen van het aanzuigfilter worden ververst. Graafmachine op een vlakke ondergrond plaatsen. ...
Onderhoud Aftappen van de hydraulische olie Opvangbak met een minimale inhoud van 70 l onder de aftap voor de hydraulische olie plaatsen. Aftapplug (1) eruit draaien en hydraulische olie aftappen. Aftapplug van een nieuwe pakkingring voorzien en weer vast- ...
Onderhoud Onderhoud aan de accu Door regelmatig onderhoud kan de levensduur van de accu aanzienlijk worden verlengd. Bij werkzaamheden met accu’s moeten geschikte veiligheidshandschoenen en een veiligheidsbril worden gebruikt. Controleren van de accu Zijklep openen (blz. 112). Onderhoudsvrije accu’s mogen niet worden geopend. Accu (1) op goede bevestiging controleren, zo nodig vast- ...
Onderhoud Het vloeistofpeil van de accu controleren; zo nodig gedestilleerd water bijvullen. Voor het losmaken en aansluiten van de accu in elk geval de voorgeschreven volgorde aanhouden STOP gevaar voor kortsluiting. De minpoolkap en de poolklem verwijderen. Poolklem terzijde leggen, zodat een contact met de minpool is ...
Onderhoud Smeerwerkzaamheden Navolgend worden alle noodzakelijke smeerwerkzaamheden aan het chassis beschreven. Smeren van de draaikrans Smeernippel (1) met de vetspuit smeren. De draaikrans moet om de 90° worden gesmeerd. Er moet ca. 50 g smeervet (ca. 20 slagen met de vet- spuit), zie paragraaf Onderhoudsmiddelen (blz.
Onderhoud Smeren van de zwenkblokopname Beide smeerpunten (afbeelding hiernaast) met smeervet, zie paragraaf Onderhoudsmiddelen (blz. 151), smeren, totdat nieuw vet naar buiten komt. Naar buiten gekomen vet onmiddellijk afvegen, veront- reinigde poetsdoeken in de daarvoor bestemde kisten opslaan, totdat ze worden afgevoerd. Overige smeerpunten Starten van de motor (blz.
Onderhoud Controleren en afstellen van de rupsbandspanning Te vast gespannen rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage. Te losse rupsbanden worden blootgesteld aan veel slijtage en kunnen eraf springen. Bij het parkeren van de graafmachine met rubberen rupsband erop letten, dat de naad ( ) aan de bovenzijde midden tussen de gelei- ...
Onderhoud Afstellen van de rupsbandspanning Spannen Vetspuit (2) op de smeernippel (1) plaatsen. Vetspuit bedienen, totdat de voorgeschreven rupsbandspan- ning is bereikt. Ontspannen Drukklep voorzichtig eruit draaien en rupsband ontspannen. Voorzichtig; er kan vet uit de opening van de cilinder spuiten. STOP Drukklep terugplaatsen en met 100-110 Nm vastdraaien.
Onderhoud Controleren, reinigen en vervangen van het buitenluchtfilter Indien de graafmachine in een bijzonder stoffige om- geving wordt gebruikt, moet het buitenluchtfilter over- eenkomstig vaker worden gecontroleerd. Zijklep openen (blz. 112). Borgpen (1) aan de afdekplaat (2) verwijderen. Montagepen (3) uit de afdekplaat trekken.
Alle pijp- en slangleidingen van de verwarming op toestand (barsten, uitbollingen, harde plekken) en goede bevestiging controleren. S.v.p. contact opnemen met uw KUBOTA-dealer, indien bij deze controle defecten worden vastgesteld. Alleen geschoold personeel mag aan de verwarming werken. Motorkap en zijklep sluiten.
Onderhoud Controleren van de boutverbindingen De navolgende opsomming bevat de aanhaalmomenten van de boutverbindingen. De verbindingen alleen met een momentsleutel natrekken. Evt. ontbrekende waarden kunnen bij het bedrijf KUBOTA worden aangevraagd. Aanhaalmomenten voor bouten Nm ( kgfm 4 T (4.6) 7 T (8.8)
Onderhoud Onderhoudsmiddelen Aanbeveling Standaardvulling Melding Buitentempera- tuuromstandig- Viscositeit Kwaliteitsnorm Merk Type heden In de winter of Bij gebruik van diesel- SAE 10W bij lage tempe- brandstof met een ho- SAE 20W raturen ger zwavelgehalte (tussen 0,50 en 1,00 %) moeten mo- torolie en oliefilter na kortere tijdsinterval- In de zomer of...
Onderhoud Aanbeveling Standaardvulling Melding Buitentempera- tuuromstandig- Viscositeit Kwaliteitsnorm Merk Type heden In de winter of SAE 75 bij lage tempe- SAE 80 raturen In de zomer of Transmis- bij hoge omge- SAE 90 MIL-L-2105C* sieolie vingstempera- SAE 140 turen Spirax Alle weersom- 80W-90* Shell...
Veiligheidstechnische controle VEILIGHEIDSTECHNISCHE CONTROLE De basis voor de uitvoering van de veiligheidstechnische controles zijn de geldige nationale arbeidsnormen, on- gevallenpreventienormen en technische specificaties van de gebruikende landen. De bediener (blz. 13) moet de veiligheidstechnische controle volgens e in het land omschreven tijdsbestek uitvoe- ren.
Pagina 156
Veiligheidstechnische controle RG158-8244-1 07/2018...
Stillegging en opslag STILLEGGING EN OPSLAG Indien de graafmachine om bedrijfsredenen tot zes maanden wordt stilgelegd, moeten de maatregelen vóór, ge- durende en na de stillegging, zoals navolgend beschreven, worden uitgevoerd. Voor een stillegging langer dan zes maanden moeten de extra maatregelen met de fabrikant worden afgestemd. Veiligheidsbepalingen voor stillegging en opslag De algemene veiligheidsbepalingen (blz.
Stillegging en opslag Opnieuw in bedrijf stellen na de stillegging Graafmachine zo nodig grondig schoonmaken (blz. 129). Hydraulische olie op condenswater controleren, zo nodig verversen (blz. 138). Smeervet aan de zuigerstangen van de hydraulische cilinders verwijderen. Accu inbouwen (blz. 141). ...
Heflast van de graafmachine HEFLAST VAN DE GRAAFMACHINE Berekende heflast (constructief) De heflast van de graafmachine berust op de ISO 10567 en is niet groter dan 75 % van de statische kantel- belasting of 87 % van het hydraulische draagvermogen. De heflast wordt gemeten aan de voorste pen van de arm.
(bijvoorbeeld vasthaken) optreden. Het vastlassen van bevestigingsmiddelen (bijv. haken) mag alleen door vakbekwaam personeel worden uit- gevoerd. Raadpleeg voor deze werkzaamheden uw KUBOTA-dealer. De hefinrichting moet op elk plaats op het aanbouwapparaat of boomdeel een last standhouden, die het 2,5- ...
Heflast van de graafmachine Lastdragende inrichting Geëist wordt een lastdragende inrichting met alle navolgende genoemde eigenschappen: Het systeem moet een last standhouden, die het 2,5-voudige van de nominale heflast bedraagt; onafhankelijk daarvan, waar de last bevestigd wordt. Het systeem moet zo geconstrueerd zijn, dat het naar beneden vallen van de geheven delen is uitgesloten, ...
Pagina 162
Heflast van de graafmachine draaias Ophanging heflast Heflasthoogte Draairadius heflast Contragewicht (1) Beschermdak 60 kg 1,69 m 0,95 m KX015-4 Cabine 10 kg Beschermdak 60 kg 1,69 m 0,95 m KX016-4 Cabine 10 kg KX018-4 Beschermdak/cabine 60 kg 1,69 m...
Heflast van de graafmachine Maximale heflast bij het draaien tot 360° KX015-4, KX016-4 (cabine) / arm 950 mm 0 m 1 2 0 1 2 3 4 X ( m) KX018-4, KX019-4 (cabine) / arm 1090 mm arm 1190 mm 0...
Pagina 164
Heflast van de graafmachine KX019-4 SF (cabine) / arm 1090 mm 0 m 1 2 0 1 2 3 4 X ( m) KX015-4, KX016-4 (beschermdak) / arm 950 mm CW=60kg 0 m 1 2 0 1 2 3 4 X ( m)...
Pagina 165
Heflast van de graafmachine KX018-4, KX019-4 (beschermdak) / arm 1090 mm arm 1190 mm KX018−4 : 60kg CW= KX019−4 : 90kg Z2 Z2 Z1 0 Z1 m Z3 1 Z3 2 0 1 2 3 4 X ( m) KX019-4 SF (beschermdak) / arm 1090 mm 0...
Pagina 166
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX015-4 SPECIFICATIE BESCHERMDAK-UITVOERING ARM 950 mm kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500...
Pagina 167
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX015-4 SPECIFICATIE CABINE-UITVOERING ARM 950 mm kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500...
Pagina 168
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX016-4 SPECIFICATIE BESCHERMDAK-UITVOERING STANDAARD ARM 950 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500 2000...
Pagina 169
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX016-4 SPECIFICATIE CABINE-UITVOERING STANDAARD ARM 950 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500 2000...
Pagina 170
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX018-4 SPECIFICATIE BESCHERMDAK-UITVOERING STANDAARD ARM 1090 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500 (0,27)
Pagina 171
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX018-4 SPECIFICATIE CABINE-UITVOERING STANDAARD ARM 1090 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 [mm] 4000 3500 3000 2500 (0,26)
Pagina 172
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX019-4 SPECIFICATIE BESCHERMDAKVERSIE, BEDRIJFSGEWICHT 1680 kg STANDAARD ARM 1190 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 3500 [mm] 4000...
Pagina 173
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX019-4 SPECIFICATIE CABINEVERSIE, BEDRIJFSGEWICHT 1780 kg STANDAARD ARM 1190 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 3500 [mm] 4000...
Pagina 174
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX019-4 SF SPECIFICATIE BESCHERMDAKVERSIE, BEDRIJFSGEWICHT 1675 kg STANDAARD ARM 1090 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 3500 [mm]...
Pagina 175
Heflast van de graafmachine Heflast aan de voorzijden, dozerblad onder, enkel met leidingbreukbeveiligingsklep aan dozerbladcilinder MODEL KX019-4 SF SPECIFICATIE CABINEVERSIE, BEDRIJFSGEWICHT 1775 kg STANDAARD ARM 1090 mm SPOORBREEDTE kN (t) Draairadius heflast (mm) HEFLAST- HOOGTE Mini- Maxi- 1500 2000 2500 3000 3500 [mm]...
Pagina 176
Heflast van de graafmachine RG158-8244-1 07/2018...
Het voor deze graafmachine landspecifiek goedgekeurd toebehoren is in de navolgende paragrafen beschreven. Voor meer toebehoren s.v.p. contact opnemen met uw KUBOTA-dealer. Toebehoren van andere fabrikanten mag alleen na schriftelijke toestemming van het bedrijf KUBOTA STOP worden aangebracht, zie tevens goedgekeurd gebruik (blz. 15).
EN 474-1 zijn gemonteerd (blz. 175). Neem voor het uitrusten van uw graafmachine contact op met uw KUBOTA-dealer. Als u wilt wisselen van rubberen op stalen rupsbanden of van stalen op rubberen rupsbanden, of als u de graaf- armlengte wilt wijzigen, neemt u contact op met uw KUBOTA-dealer.
Dit dient uitsluitend voor opname van KUBOTA baktoebehoren. De daarbij behorende gebruiksaanwijzing is bij de gebruiksaanwijzing van de graafmachine gevoegd. Neemt u voor verdere informatie s.v.p. contact op met uw KUBOTA-dealer of -distributeur. Grootte, gewicht en armdragende inrichting van de graafmachine zijn factoren die waarmee rekening gehouden moet worden bij de keuze van de aanbouwapparatuur.