Subvenster Eigenschappen
Het subvenster Properties [Eigenschappen] bevat gedragsgegevens van de geselecteerde
ingang.
Fig. 18
Subvenster Eigenschappen
Veld
Veldtype
Inhibit
Selectievakje,
Inputs
standaard niet
[Blokkeer
ingesteld
ingangen]
Inhibit
Selectievakje,
Outputs
standaard niet
[Blokkeer
ingesteld
uitgangen]
Latch
Overflow
Selectievakje,
[Overloop
standaard inge-
vergren-
steld
deld]
decimaal getal,
Zero Band
bereik is 0..50‰;
[Nulband]
standaard 20‰
Wissen
Knop
Functie
Indien ingeschakeld, kan de geselecteerde ingang geen
alarmen activeren.
Indien ingeschakeld, worden toegewezen uitgangen niet
geactiveerd in het geval van een alarm of storing van de
geselecteerde meetpunten!
Tijdens een meervoudige toewijzing (Voting) wordt het over-
eenkomstige meetpunt genegeerd bij de beoordeling van de
status. Indien ingeschakeld voor minimaal één van de meet-
punten, beginnen zowel de blokkerings-LED op de MDO als het
gemeenschappelijke alarmrelais Inhibit [Blokkeren] te knip-
peren met een frequentie van 0,5 Hz.
Indien ingeschakeld, zijn overlopen vergrendeld. Deze optie
kan niet worden uitgeschakeld voor passieve sensoren.
Definieert de omvang van een venster rond 0 waar alle meet-
waarden worden weergegeven als 0.
Druk op deze knop om alle parameters van de geselecteerde
ingang te verwijderen. Standaard waarden worden gebruikt als
voorlopige instellingen. Deze functie werkt niet als de ingang
wordt gekalibreerd of gekoppeld is aan een relaisuitgang.
SUPREMATouch
Systeemparameters invoeren
NL
38